Hoofdstuk 2

 

 

 

Voor ze de telefoon pakte om lunch te bestellen, telde Kathryn zachtjes tot tien, terwijl ze probeerde haar hartslag en emoties weer onder controle te krijgen. Als er één man was die haar het bloed onder de nagels vandaan kon halen, dan was het Hugh Parkinson wel!

In de eerste instantie had ze getwijfeld of ze wel moest solliciteren op de functie van zijn assistente. Ze had het niet zo op rijkeluiszoontjes, en ze zag het helemaal niet zitten om voor zo’n man te werken. Een van haar vorige bazen kwam uit een schatrijke familie en had de krant van zijn opa mogen runnen, terwijl hij nog maar vierentwintig was. De luilak! Toch had ze veel geleerd van het feit dat ze zijn werk praktisch voor hem had gedaan. Bijvoorbeeld dat rijke mannen vaak handtastelijk zijn. Nadat ze die baan had opgezegd, was ze zorgvuldiger geweest in het selecteren van haar werkgevers, en bleef ze uit de buurt van gladde knappe engerds die meer geld bezaten dan normen en waarden. Het was dus ook niet gek dat ze twijfelde of ze wel moest gaan werken voor de rijkste en misschien wel knapste engerd van heel Sydney! Maar het geweldige salaris dat hij had geboden, had haar er toch toe verleid om een sollicitatiebrief te sturen.

Ze moest toegeven dat Hugh het sollicitatiegesprek uiterst zakelijk had afgehandeld. Stiekem was ze wel onder de indruk geweest. En zeer gevleid toen hij had verklaard dat ze precies was wat hij zocht en haar per direct had aangenomen. Op dat moment was ze blij geweest dat ze zich niet te veel had opgedoft voor het gesprek. Niet te veel make-up, haar haar naar achteren in een keurige wrong, bescheiden sieraden en een marineblauw mantelpakje met een krijtstreep dat iets losser zat sinds ze weer naar de sportschool ging.

Ze had, waarschijnlijk terecht, bedacht dat veel meisjes er vast heel glamoureus uit hadden gezien in de hoop met behulp van hun sexappeal de baan te bemachtigen. Hugh Parkinson stond namelijk bekend als een rokkenjager. Maar hij had totaal niet geflirt en ze had bijna geloofd dat de roddelpers hem verkeerd had afgeschilderd. Hij was geen playboy, maar een serieuze zakenman die, doordat hij vrijgezel was en eruitzag als een filmster, een makkelijk doelwit was voor smeuïge verhalen over zijn liefdesleven.

Pas later kwam ze erachter dat zij het mis had. Hugh was precies zoals hij afgeschilderd werd. Net als haar vorige baas wilde hij helemaal geen assistente maar iemand die zijn werk voor hem deed, terwijl hij ging lunchen en golfen en Joost mag weten wat deed met het eindeloze aantal vrouwen dat achter hem aan zat.

Dat had ze niet gepikt. Niet nog een keer. En dus had ze hem zo tactvol mogelijk laten weten dat de redacteuren van Parkinsons vele tijdschriften niet met zijn secretaresse wilde spreken maar wilden dat hun baas aanwezig was om ideeën mee te bespreken en om de vele beslissingen te nemen die er dagelijks genomen moesten worden. Toen hij daarna nog steeds niet regelmatig naar kantoor was gekomen, had ze hem continu gebeld en zo vaak lastiggevallen, dat het waarschijnlijk makkelijker was om elke dag een paar uur naar kantoor te komen. Dat had haar blij moeten maken, maar vreemd genoeg was dat niet zo. Het werkte haar op de zenuwen dat hij er steeds vaker was, al wist ze niet waarom.

Dat Daryl continu jaloers was, had ook niet geholpen. ‘Geen enkele man wil dat zijn vriendin voor een miljardair werkt,’ had hij geklaagd, vlak nadat ze was begonnen. ‘Zeker niet als het iemand is met zo’n reputatie als Hugh Parkinson. Straks versiert hij je of vraagt hij je mee naar een meerdaagse conferentie of zoiets.’

Ze had Daryl gerust weten te stellen door te zeggen dat hij zich druk maakte om niets, dat ze van hem hield, en dat ze haar hoofd nooit op hol zou laten brengen door iemand als Hugh Parkinson. Toen Daryl haar had gevraagd om dat te bewijzen door met hem te trouwen, had ze geaarzeld. Ze wilde wel trouwen, maar ze vond het ook een angstig idee om haar leven aan een man toe te vertrouwen. Door de jaren heen was ze vaak gevallen voor mannen die bepaald niet perfect waren.

Maar toen waren er twee dingen gebeurd die haar van gedachten hadden doen veranderen. Eerst was haar oude vriendin Val na een jarenlange strijd overleden aan kanker. Dat was niet onverwacht geweest, maar toch erg verdrietig. Vlak na Val’s begrafenis had ze een brief gekregen van een notaris waarin stond dat Val haar het strandhuis had nagelaten, op voorwaarde dat ze trouwde voor ze dertig was. Anders zou het huis verkocht worden en was de opbrengst voor onderzoek naar kanker.

In het begin was Kathryn geschokt geweest dat haar vriendin haar met emotionele chantage tot een huwelijk wilde dwingen, maar uiteindelijk was ze Val wel dankbaar geweest. Daryl was misschien niet perfect, maar dat was ze zelf ook niet. Als ze zou blijven wachten op de ware, zou ze nog een eenzame oude vrijster worden.

Daryl was niet meteen blij geweest toen ze zijn aanzoek geaccepteerd had. Hij verweet haar dat ze niet echt van hem hield en hem gebruikte om een duur huis te krijgen. Het strandhuis aan Pearl Beach was miljoenen waard. Ze had hem gerustgesteld door te zeggen dat ze niet van plan was om het huis ooit te verkopen, omdat het emotionele waarde had. Daarop had hij haar gerustgesteld door haar mee te nemen naar zijn bed en te demonstreren waarom ze in de eerste plaats verliefd op hem was geworden.

Toen Kathryn eenmaal had besloten met Daryl te trouwen, was ze er helemaal voor gegaan en had ze meteen allerlei plannen gemaakt voor hun toekomst samen. Vanzelfsprekend had zij de ring uitgezocht – Daryl had waarschijnlijk iets belachelijk duurs uitgekozen – en alles geregeld. Ze had gestaan op een goedkope ceremonie en receptie met niet meer dan tien gasten, gevolgd door een nog goedkopere huwelijksreis. Toen Daryl klaagde over haar krenterigheid, had ze uitgelegd dat ze het geld waarvoor ze zo hard gespaard had niet wilde verspillen aan een feest en een excuus voor een vakantie die allebei zo voorbij waren. Ze had elke cent nodig voor de aanbetaling op een huis hier in Sydney.

Sydney was de duurste stad van Australië om te wonen. De huizen gingen voor topprijzen weg, en de rentepercentages waren hoog. Ze wilde zich niet laten verleiden tot een veel te hoge hypotheek die ze niet meer konden betalen als zij stopte met werken om een kind te krijgen. Daryl en zij hadden beiden geen rijke familie om op terug te vallen. Sterker nog, ze hadden helemaal geen familie. Allebei kwamen ze uit een moeilijk eenoudergezin, en beiden hadden de paar familieleden die ze hadden ten onder zien gaan aan drank, drugs of ziekte.

Terwijl Kathryn door haar jeugd voorzichtig, gestructureerd en zuinig was geworden, was Daryl juist impulsief en kon hij niet met geld omgaan. Maar hij had een goede baan als vertegenwoordiger bij een succesvol bedrijf in kantoorartikelen, met een auto van de zaak. Kathryn wist zeker dat ze zijn uitspattingen wel in de hand kon houden als ze eenmaal getrouwd waren. Hij zou een goeie echtgenoot en vader zijn, uiteindelijk. Op het moment was hij echter een ontzettende lastpak, en zijn jaloezie was alleen maar erger geworden na haar tijdelijke promotie. Meteen had hij geklaagd over de extra uren die ze werkte. Toen ze gisteravond om halfacht thuis was gekomen – na eindeloze voorbereidingen voor de bestuursvergadering van vandaag – had hij geëist dat ze ontslag zou nemen.

‘Als we getrouwd zijn,’ had ze gezegd om hem tevreden te houden.

‘Dat zeg je alleen maar,’ zei hij toen. ‘Ik ken je. Je vindt het leuk om voor die rijke stinkerd te werken. Je valt op hem. Dat weet ik gewoon.’

‘Doe niet zo stom,’ had ze kribbig gezegd. Ze was de eindeloze ruzies over haar werk en haar baas zat.

‘Ik ben niet blind, hoor. Hij valt ook op jou. Ik zag wel hoe hij naar je keek op het kerstfeest.’

‘Nu moet je ophouden! In al die tijd dat ik voor Hugh Parkinson werk, heeft hij nog nooit iets geprobeerd. Hij valt niet op me. Nu niet en nooit niet.’

Dat was waarschijnlijk ook wat haar vandaag nog chagrijniger maakte, besefte ze, Hughs gebrek aan interesse in haar. Geen enkele vrouw vond het leuk als iemand door haar heen leek te kijken alsof ze onderdeel van het behang vormde.

Niet dat er behang hing bij Parkinson Media. De muren waren gelambriseerd, en de suite van de grote baas leek rechtstreeks uit een elitaire Engelse herenclub te komen met al die antieke meubels, drukke tapijten en zware zijden gordijnen.

Kathryns kantoor annex ontvangstruimte was belachelijk groot en had een luxe zitgedeelte met eigen toiletruimte en garderobe en een kleine keuken waar ze koffie of thee kon zetten. Haar bureau was een blok walnotenhout waar poten uitgesneden waren, met een leren werkblad en meer lades dan ze ooit kon vullen. De computer en printer besloegen minder dan een kwart van het werkoppervlak. Eigenlijk gaf ze de voorkeur aan haar andere kantoor, maar ze wilde niet klagen, gezien het extra geld dat ze de komende maand zou verdienen. Ze had al bedacht wat ze er allemaal van ging kopen, extra mooie lakens van Egyptisch katoen bijvoorbeeld, want al was ze zuinig, ze hield wel van mooie spullen. Kwaliteitsdingen die lang meegaan. Zo had ze geen heel uitgebreide garderobe, maar ze kocht wel kwaliteitskleding. Mooie pakjes, zijden blouses en topjes in allerlei kleuren, en daarbij echt leren schoenen en tassen. Ook haar bescheiden collectie sieraden was van goede kwaliteit, zij het niet heel duur, want ze vond zilver mooier dan goud.

Terwijl ze het elegante horloge aan het bewonderen was waar ze zichzelf met kerst op getrakteerd had, ging de telefoon. De man van de beveiliging beneden informeerde haar dat er een bezorger onderweg was naar boven.

‘Een andere jongen dan gisteren,’ zei hij. ‘Ik moest deze knul uitleggen hoe hij bij je kantoor moest komen.’

‘Wauw!’ zei de puisterige jongen toen hij er eindelijk was. ‘Wat een plek. Het uitzicht is vast fantastisch!’

‘Absoluut,’ zei ze koeltjes. ‘Dank je wel, Ken.’

‘Je weet hoe ik heet!’

Ze wees naar het naambordje op zijn borstzak.

‘O ja.’ Hij bloosde. ‘Dat was ik vergeten. Dit is mijn eerste week. Ik ben er nog niet aan gewend.’

Mijne ook, had ze bijna gezegd om hem gerust te stellen. Maar ze deed het niet. In de loop der jaren had ze ontdekt dat je beter niet te joviaal kon doen tegen de bezorgers. De oudere en knappere leken niet veel aanmoediging nodig te hebben.

Nadat hij was weggegaan, nam Kathryn het eten mee naar het keukentje en legde de enorme sandwich op een bord op een dienblad. De stomend hete koffie liet ze in de meeneembeker zitten, want Hugh had zijn koffie graag heel heet en heel sterk. Hij vroeg haar zelden om koffie voor hem te zetten, hoewel ze dat met alle liefde had gedaan. Ze was niet zo’n assistente die zich te goed voelde om koffie te zetten, het was de taak van een assistente om haar baas op alle mogelijke manieren te helpen. Daarom vond ze het ook niet erg om zijn kleren op te halen bij de stomerij of cadeautjes te kopen voor zijn moeder, en zelfs niet om zo nu en dan de zaken voor hem waar te nemen. Maar alleen als hij het verdiend had.

En bij Hugh was dat zeker niet het geval.

Ze droeg het dienblad naar zijn vaders enorme kantoor en zette het neer op het enorme bureau voor het enorme raam. De enige zoon en erfgenaam van het Parkinson-fortuin was verwend, lui en nooit op tijd, bedacht ze geïrriteerd nadat ze een blik op haar mooie horloge had geworpen en zag dat er vijfentwintig minuten voorbij waren gegaan sinds ze lunch had besteld. Waar bleef hij?

Ze staarde naar de gesloten deur aan haar rechterkant, die er net zo uitzag als de andere deuren. Maar achter deze zat een privélift naar het penthouse. Voor beide had je een speciale keycard nodig. Die beveiliging was nodig voor extreem rijke mannen als Hugh en zijn vader.

Bijna slaakte ze een kreet toen die deur ineens openging en haar baas kwam binnenlopen. Hij zag er adembenemend uit in een donkergrijs pak dat ze nog nooit eerder had gezien, met een perfect zittend jasje. Die nonchalante, maar toch elegante stijl paste wel bij hem. Zijn verblindend witte overhemd accentueerde zijn blauwe ogen, olijfkleurige huid en zijn donkerbruine haar, wat extra donker leek doordat het nog een beetje vochtig was. En dan zijn stropdas… Hugh had iets met felgekleurde stropdassen. Deze was scharlakenrood met zilveren strepen, heel opvallend.

‘Kan ik er zo mee door?’ vroeg hij haar.

Haar blik bleef koel. Hij moest niet denken dat ze lyrisch zou zijn over zijn verschijning, maar een complimentje leek wel op zijn plaats.

‘Je ziet er heel… netjes uit,’ zei ze.

Hughs ene wenkbrauw schoot omhoog. ‘Bedoel je dat het je goedkeuring kan wegdragen?’ zei hij met een spottend glimlachje. Daarna trok hij zijn jasje uit en hing het over de rugleuning van de grote leren bureaustoel.

Zijn gedeeltelijke striptease bracht haar om een of andere reden van haar stuk. Al had ze hem vaak genoeg zonder jasje gezien. Ze had hem in vrijetijdskleding gezien, en zelfs in korte broek toen hij een keer het kantoor was binnen gestormd nadat hij de hele morgen had gezeild. Dat hij een geweldig lichaam had, wist ze allang. Misschien kwam het door de kruidige exotische geur die haar kant op kwam toen hij zijn jasje uittrok. Die cologne had ze nog nooit eerder geroken, en hij was erg… sexy.

‘Is alles klaar voor vanmiddag?’ Hij ging zitten en bracht de helft van de clubsandwich naar zijn mond, terwijl hij haar vragend aankeek.

‘Ik… Ik geloof het wel,’ antwoordde ze. Ze baalde dat ze zo onzeker overkwam. Dit was de eerste keer dat ze een bestuursvergadering had moeten organiseren, al had Elaine wel geweldige instructies achtergelaten in een speciale map op haar computer. Alles wat Kathryn voor de komende maand moest weten, stond op die computer. Elaine had ook haar mobiele privénummer achtergelaten. De vorige dag had Kathryn zich niet meer kunnen inhouden, en ze had haar gebeld om een paar dingen te controleren.

Zelfverzekerder ging ze verder: ‘De bestuurskamer is helemaal klaar voor de vergadering, er liggen kopieën van het maandelijkse rapport bij elke stoel. Blijkbaar hoef ik geen notulen te maken, want het is geen algemene vergadering. Ze zei dat ik ook in de ruimte moest blijven, voor het geval dat een van de directeuren koffie of thee wil. Ik zet kannen met gekoeld water en glazen op tafel, maar Elaine zei dat als de vergadering lang duurt, sommigen wat warms te drinken willen. En misschien een koekje erbij. Natuurlijk zit ik niet aan de grote tafel, maar blijf ik op de achtergrond.’

‘Dat klinkt alsof je alles onder controle hebt. Ik zal mijn best doen om ervoor te zorgen dat de vergadering niet te lang duurt. En na die tijd?’

‘Dan zijn er hapjes en drankjes in de receptieruimte. Ik heb de gebruikelijke cateraar ingehuurd. Ze komen rond vier uur. Jullie zijn vast niet eerder klaar.’

Hij knikte. ‘Uitstekend. Hoe laat had je gedacht dat de directeuren vertrekken?’

Kathryn haalde haar schouders op. ‘Dat weet ik niet. Ik ben nooit eerder bij zo’n vergadering geweest. Jij wel, zei je, toch?’

‘In geen tijden meer. Wat ik me er nog van herinner, is dat het dodelijk saai was.’

‘Ik ben ervan overtuigd dat je het prima zal doen,’ zei ze. Ondanks al zijn gebreken kon hij iedereen inpalmen, als hij zijn best deed.

‘Nog een compliment?’ vroeg hij droogjes. ‘Pas maar op, straks denk ik nog dat je tevreden over me bent.’

Weinig kans, dacht ze bits. ‘Het is niet mijn taak om tevreden over je te zijn of niet,’ zei ze koeltjes. ‘Het is mijn werk om jou te helpen jouw werk te doen.’

‘En dat doe je geweldig,’ zei hij. Vervolgens pakte hij zijn koffie en keek haar aan, terwijl hij een slok nam.

De blik in zijn prachtige blauwe ogen leek niet zo zorgeloos als gewoonlijk. Hij leek recht door haar uiterlijke façade heen te kijken, die haar meestal beschermde tegen de charmes van haar baas. Plotseling werd ze zich erg bewust van zijn overweldigende sexappeal, al verachtte ze andere vrouwen die met hem dweepten. Zelfs haar knieën werden slap, iets wat ze nog nooit eerder had ervaren, en ze schaamde zich ervoor. Hoe kon ze zich nu tot hem aangetrokken voelen? Met opeengeklemde kaken probeerde ze zichzelf tot de orde te roepen, maar door de ongewilde seksuele reactie van haar verraderlijke lichaam, voelde ze zich verhit en verward. Daarom deed ze het enige wat ze onder deze omstandigheden kon. Ze zei dat ze nog iets moest doen en liep de kamer uit.