BERICHT
Thorne reed naar het vliegveld en de lichten van San Francisco verdwenen achter hen. Malcolm zat naast de bestuurder. Hij keek achterom naar de hen volgende Explorer en zei: 'Weet Eddie wat er aan de hand is?'
'Ja,' zei Thorne, 'maar ik weet niet of hij het gelooft.' 'En de kinderen, weten die het?' 'Nee,' zei Thorne.
Naast hem klonk een gepiep. Thorne haalde zijn kleine zwarte En-
voy te voorschijn, een semafoon waarop berichten konden worden
achtergelaten. Er knipperde een lichtje. Hij zette het scherm open
en gaf het apparaatje aan Malcolm. 'Lees eens voor,' zei hij.
'Het is van Arby,' zei Malcolm. 'Hij zegt: "Goede reis. Als u ons
nodig hebt, kunt u bellen. We staan klaar als u hulp nodig hebt."
En dan geeft hij zijn telefoonnummer.'
Thorne lachte. 'Leuke kinderen. Geven niet op.'
Toen fronste hij, alsof hem iets te binnen schoot. 'Hoe laat is dat
bericht verstuurd?'
'Vier minuten geleden,' zei Malcolm. 'Via netcom binnengekomen.' 'Oké. Dat wilde ik maar even weten.'
Ze sloegen rechtsaf, naar het vliegveld. Ze zagen de lichten in de verte. Malcolm staarde somber voor zich uit. 'Het is bijzonder onverstandig om zo haastig te vertrekken. Dat is niet de juiste aanpak.'
Thorne zei: 'Het zal wel lukken. Als we het juiste eiland maar hebben.'
'Dat hebben we,' zei Malcolm. 'Hoe weet je dat?'
'De belangrijkste aanwijzing was iets dat de kinderen niet mochten weten. Een paar dagen geleden heeft Levine het karkas van een van de dieren gezien.' 'O?'
'Ja. Hij kon het bekijken voordat het verbrand werd. En hij ontdekte dat er een label aanzat. Dat heeft hij eraf gesneden en opgestuurd.'
'Een label? Je bedoelt...'
'Ja. Een biologisch specimen. Het was een oud label, vol putjes van zwavelzuur.'
'Moet vulkanisch zijn,' zei Thorne. 'Precies.'
'En dat was dus een oud label?'
'Een paar jaar,' zei Malcolm. 'Maar het interessantst was de manier waarop het dier gestorven was. Levines conclusie luidde dat het nog bij leven gewond geraakt was; een diepe snee in de poot, tot op het bot.'
Thorne zei: 'Bedoel je dat het dier gewond was door een andere dinosaurus?' 'Ja, precies.'
Een tijdlang reden ze zwijgend verder. 'Wie weet er verder nog over dat eiland?'
'Weet ik niet,' zei Malcolm. 'Maar iemand probeert erachter te komen. Vandaag is er in mijn kantoor ingebroken en ze hebben alles gefotografeerd.'
'Fantastisch,' zuchtte Thorne. 'Maar jij wist niet waar het eiland was, of wel?'
'Nee, zover was ik nog niet.'
'Denk je dat iemand anders er al uit is?'
'Nee,' zei Malcolm. 'We zijn onder ons.'