33

Deer Falls, Pennsylvania, 1941

 

Niets is meer hetzelfde, dacht Eleanor. Ze zat hoog op haar strandwachtersstoel en keek uit over de bijna verlaten meeroever. Na Pearl Harbor, in december, was alles veranderd. Ze stelde de parasol bij die haar gezicht beschermde tegen de felle zon en keek op haar horloge. Nog maar een uurtje te gaan.

De laatste zes maanden op de middelbare school waren in een roes voorbijgegaan; iedereen praatte alleen nog over de oorlog die Amerika nu uitvocht. Alle jongens van haar examenklas waren in dienst gegaan, net als de meeste mannen uit de stad, tussen de achttien en vijfendertig jaar. Deer Falls zat gewoonlijk vol met zomergasten in deze tijd van het jaar, maar nu bleven de stranden en huisjes bijna allemaal leeg. In de winter was het altijd saai in de stad, maar Eleanor had in elk geval de zomer om naar uit te kijken - om te dansen, uit te gaan en nieuwe, interessante mensen te ontmoeten.

Ze was Leonards waarschuwing nooit vergeten en had al snel ontdekt dat hij gelijk had. Ze had de voorgaande twee jaar geleerd om de rijke 'zomerjongens' die met dure auto's en zoete woordjes de stad veroverden, niet te vertrouwen. Het was leuk om met ze te dansen, rond een kampvuur op het strand te zitten of zeiltochtjes met hen te maken. Maar zij paste er wel voor op om een zomerromance met een van hen te beginnen. Ze had grootsere plannen voor haar eigen toekomst. Haar moeder had haar altijd aangemoedigd onafhankelijk te zijn, een goede opleiding te volgen en zichzelf te zijn - en dat was precies wat ze van plan was.

Eleanors tijd als strandwacht zat erop en er was niemand meer op het strand aanwezig. In andere jaren kon ze altijd wel op een paar knappe jongens rekenen die haar een lift naar huis aanboden, maar deze keer zou ze moeten lopen. Ze klom van de hoge zetel en draaide het bordje om, zodat er te lezen viel dat er geen strandwacht aanwezig was. Daarna ging ze naar het strandhuisje om haar gewone kleding aan te doen en vertrok om de anderhalve kilometer naar huis te lopen.

Ze was nog maar net op pad toen er een blinkend zwarte auto naast haar kwam rijden en stopte. Het raampje ging open. Ze werd er een beetje bang van, tot ze zag dat het meneer Messina was, de verhuurder van haar moeder.

'Wil je een lift naar huis, Eleanor? Ik ga toch die kant op,' zei hij.

'Graag, dank u.' Ze stapte in. Het leer van de passagiersstoel was heet van de zon en gloeide door haar dunne zomerkleding heen. Ze vroeg zich af hoe meneer Messina het op zo'n hete dag uithield in zijn driedelige pak.

'Zo, ben je wezen zwemmen?' vroeg hij losjes.

'Nee, ik kom niet aan zwemmen toe - behalve wanneer iemand denkt dat hij moet verdrinken,' lachte ze. 'Ik ben de strandwacht.'

'De strandwacht! Ik ben onder de indruk!' antwoordde hij met een grijns. 'Dat is een hele verantwoordelijkheid voor zo'n jonge vrouw.'

'Ik ben achttien. Ik heb vorige maand mijn diploma gehaald.'

'Echt waar? Ik weet nog dat ik je voor het eerst zag - je was nog een klein meisje. Maar als je een oude man zoals ik de opmerking wilt vergeven, je bent uitgegroeid tot een heel mooie vrouw.'

'O... eh... dank u, meneer Messina,' stamelde ze. Ze voelde dat ze bloosde. Een paar oudere 'zomerjongens' hadden haar leuk gevonden, maar niemand had haar voor die tijd ooit mooi - en al zeker niet 'vrouw' - genoemd. En meneer Messina was een volwassen man, een man uit de stad die beslist veel vrouwen had gezien. Ze keek even naar hem om te zien of hij het serieus meende en zag niets dan bewondering in zijn blik. Hij was een heel knappe man, ook al was hij wat ouder en een beetje te dik.

'Noem me alsjeblieft geen meneer Messina,' zei hij met een vies gezicht. 'Dan voel ik me zo oud. Je bent nu volwassen. Noem me gewoon Lorenzo, goed?'

Ze haalde haar schouders op. 'Goed.' Ze was te verlegen om het uit te proberen. Maar dat hij haar volwassen noemde, beviel haar wel.

'Wat doe je deze zomer nog meer, behalve op het strand werken?'

'Niets. Dat is het probleem. Er is hier niets te doen nu alle mannen naar de oorlog zijn. Het is bijna even saai als in de winter.'

'Houd je van zeilen?'

'Ja - maar er zijn ook geen "zomerjongens" om mee te gaan zeilen.'

'We zullen eens kijken of we daar iets aan kunnen doen.'

Eleanor vroeg zich af wat hij bedoelde, maar ze had geen tijd meer om het te vragen; ze waren al bij haar appartement. Ze pakte haar tas met strandspullen en deed het portier open.

'Hartelijk bedankt voor de lift,' zei ze. 'Tot ziens!' Ze had niet echt het lef om er 'Lorenzo' op te laten volgen.

De volgende dag was ze al halverwege vanaf haar werk toen meneer Messina toevallig weer voorbijkwam en haar een lift aanbood. Deze keer raakten ze aan de praat over eten. 'Wat is je favoriete restaurant?' vroeg hij. Eleanor lachte.

'Het is moeilijk om een favoriet restaurant te hebben als je nog nooit uit eten bent geweest.'

'Dat is een grapje, neem ik aan?'

'Nee,' lachte zij weer. 'We kunnen het ons niet veroorloven om in een van de restaurants van Deer Falls te gaan eten. En ik ben nooit ergens anders geweest. De snackbar reken ik niet mee, natuurlijk.'

'Je hebt een prachtige lach,' zei hij en staarde haar aan. 'Als ik moppen kende, zou ik ze vertellen om je weer te horen lachen. Maar nu in ernst. Al die vriendjes van je - nemen die je niet mee naar leuke tentjes?'

'Ik heb geen vriendjes, L-lorenzo.' Ze zei zijn naam om te weten hoe het voelde en ze schaamde zich omdat het zo aarzelend klonk. Hij leek het niet te merken. Ze stopten weer voor het appartement, maar voordat ze kon uitstappen, pakte Lorenzo haar arm.

'Wacht even, Eleanor. Je wilt me toch niet vertellen dat een mooie, charmante jonge vrouw zoals jij geen vriendjes heeft? Dat kan ik niet geloven.'

'Het is waar,' zei ze glimlachend. Ze liet zich tegen de rugleuning terugvallen. 'De jongens op de middelbare school zijn allemaal onhandig en saai. Hun voorstelling van een romantisch afspraakje is een keer naar de bioscoop gaan en daarna een milkshake drinken. En ik pas wel op voor de "zomerjongens".'

'Waarom dat?' Hij draaide zich naar haar toe en strekte zijn arm over de rugleuning uit, achter haar hoofd.

'Mijn broer heeft me voor hen gewaarschuwd voordat hij in dienst ging, en hij had gelijk. Het zijn allemaal verwende rijkeluiszoontjes die flirten en leugens vertellen om hun zin te krijgen, maar in wezen kijken ze op mij neer. Ik ben gewoon een provinciaaltje voor hen, een zomerspeeltje. Hun families hebben "oud geld" en ze zullen trouwen met meisjes die ook "oud geld" hebben. Ik hoop op een dag een echte heer tegen te komen -iemand die me meeneemt naar goede restaurants en me als een volwassene behandelt in plaats van als een zomerflirt.'

'Ik ben jaloers op die man. Die heeft echt geluk.'

De derde middag zag Eleanor Lorenzo's auto bij het strandhuisje geparkeerd staan toen ze zich had omgekleed na haar werk. 'Ik geloof niet meer dat dit toevallig is,' zei ze lachend. 'Probeer je me te verpesten, Lorenzo? Zo verleer ik het lopen nog.'

'Vandaag is het ook geen toeval,' zei hij. Met zijn glimlach zag hij eruit als een filmster, een soort oudere Clark Gable. 'Ik heb hier gewacht omdat ik je iets wilde vragen.' Benieuwd stapte ze in. Hij draaide zich weer naar haar toe en strekte zijn arm achter haar hoofd uit. 'Zou je vanavond met mij uit eten willen gaan?'

'Je maakt een grapje.'

'Ik ben heel serieus.'

Ze voelde haar hart even overslaan toen hij haar recht aankeek en haar antwoord afwachtte. Het was hetzelfde gevoel dat ze soms kreeg als een knappe 'zomerjongen' met haar flirtte. Maar Lorenzo was een volwassen man, een knappe man - en hij vond haar aantrekkelijk.

'Ik... eh... wat ik gisteren zei over restaurants was niet bedoeld om medelijden te wekken zodat jij...'

'Ik heb helemaal geen medelijden met jou.'

'W-waarom vraag je me dan mee uit?' Hij lachte en kwam onmerkbaar iets dichter bij haar. Hij rook lekker - naar sigaren.

'Omdat ik zo vaak in restaurants heb gegeten dat ze hun aantrekkingskracht hebben verloren... hun charme. Maar als ik jou meeneem, kan ik ze weer als nieuw ervaren, door jouw ogen. Dan is het voor mij ook weer net de eerste keer. Daarom... wil je vanavond met mij uit eten, Eleanor?'

'Ik... ik zal het mijn moeder vragen...'

'Natuurlijk. En ik ben er zeker van dat Fiona het goedvindt. Maar ik moet wel zeggen dat ik verbaasd ben dat een jonge vrouw die zo wijs en volwassen is als jij nog steeds toestemming moet vragen om met een oude vriend uit eten te gaan.'

'Ik hoef het niet echt te vragen...'

'Mooi. Dan laat ik het helemaal aan jou over. Maar ik hoop dat je ja zult zeggen.' Hij startte de motor en keerde zijn auto om haar naar huis te brengen.

Eleanors hoofd tolde. Ze wilde dolgraag meegaan, maar iets in het aanbod leek niet helemaal in orde. Ze was er tamelijk zeker van dat hij getrouwd was, hoewel ze zijn vrouw nooit echt had gezien. Maar ze schoof de verontrustende gedachten terzijde. Lorenzo was een oude vriend van de familie en hij gaf haar het gevoel dat ze hem een gunst bewees door mee te gaan. Ze zou hem kwetsen als ze weigerde.

'Ik zou het heel leuk vinden om met je uit eten te gaan,' zei ze toen ze voor het appartement stopten.

'Fijn. Ik haal je om half acht op. We gaan naar Sanderson's.'

Eleanor zei niets tegen haar moeder. Alle spanning en opwinding over deze bijzondere avond zouden verdwijnen als ze haar zou moeten uitleggen dat Lorenzo haar had uitgenodigd omdat ze hem had verteld dat ze zich deze zomer verveelde en dat ze nog nooit in een restaurant was geweest.

En de avond was opwindend. Lorenzo trakteerde haar op een uitgebreid menu van zes gangen bij kaarslicht, met zachte muziek op de achtergrond en een sprookjesachtig uitzicht over het meer vanuit het restaurant. Maar het was meer dan haar eerste kennismaking met restaurants dat de avond onvergetelijk maakte. Het was de hoffelijke manier waarop Lorenzo haar behandelde, die haar voor het eerst van haar leven het gevoel gaf een volwaardige vrouw te zijn. En de manier waarop hij naar haar keek gaf haar een kriebelig gevoel van binnen.

'Laten we het nog eens overdoen... snel,' zei hij toen hij haar kort voor middernacht thuisbracht.

'Maar niet al te snel,' lachte zij. 'Ik heb de rest van de week vast geen trek meer.'

'Als ik jou zie, wenste ik dat ik weer jong was, Eleanor. Sterker, zo voel ik me ook in jouw gezelschap. Dank je hartelijk.' Hij tilde haar handen naar zijn lippen en kuste haar vingers. 'Goedenacht.'

Eleanor zweefde de rest van de week, zelfs als ze van haar werk naar huis moest lopen. Lorenzo kwam maar twee keer toevallig voorbij en de tweede keer vroeg hij haar wanneer haar vrije middag was.

'Ik ben donderdag vrij - waarom?'

'Heb je zin om met mij te gaan zeilen?' Hij keek zo gretig, zo hoopvol dat ze niet kon weigeren. Ze wilde niet weigeren. Ze zei tegen haar moeder dat ze met vrienden naar het meer ging - wat ook ongeveer waar was. Lorenzo bracht de hele middag met haar door op zijn prachtige zeiljacht. Het enige dat ze deden, was zwemmen, zonnebaden en praten, maar hij was zo attent, vroeg haar zoveel en luisterde met zo'n oprechte aandacht naar alles wat ze zei, dat ze na afloop het gevoel had terug te keren van een vakantie op een exotisch eiland.

Eleanor had het grootste deel van haar leven in Deer Falls gewoond, maar ze had het zomerhuis van Lorenzo Messina nog nooit eerder gezien. Het lag aan het eind van een lange, met een poort afgesloten oprijlaan, verborgen tussen vele hectares bossen Hij had zijn eigen boothuis en aanlegsteiger en een privé-strand. Het leek een paradijs, net buiten Deer Falls.

'Heb je trek?' vroeg hij toen twee bedienden naar buiten kwamen om hem te helpen de zeilboot vast te leggen. 'Natuurlijk heb je trek. Kom mee, dan laat ik de kok iets voor ons maken'

Ze stemde ermee in en was benieuwd hoe het schitterende huis er van binnen uitzag. Wat ze zag, was duizelingwekkend. En de maaltijd die zijn bedienden serveerden - bij kaarslicht in de eetkamer van het landhuis - was nog beter dan die in het restaurant.

En weer bedankte Lorenzo haar toen hij Eleanor bij het appartement afzette. Daarop boog hij zich naar haar toe en kuste haar zacht op haar wang. Ze rook de geur van zon, zand en frisse lucht op zijn huid. Eleanor voelde het trottoir nauwelijks onder haar voeten toen ze uitstapte en hem weg zag rijden. Maar toen ze zich omdraaide om naar binnen te gaan, zag ze haar moeder achter de deur van de winkel, met het verduisteringsgordijn in haar hand. Haar gezicht was vervuld van afschuw.

Eleanor kreeg de schrik van haar leven. Fiona bewoog als een vrouw die slaapwandelde. Ze deed de deur open om haar binnen te laten en de uitdrukking van schrik en walging leek niet meer van haar gezicht te verdwijnen. Ze trilde van top tot teen toen ze voor haar dochter ging staan.

'Waar denk jij dat je in vredesnaam mee bezig bent? Waar ben je met die man naartoe geweest? Wat heeft hij met je gedaan?'

'N-niets...'

'Lieg niet!' Ze gaf haar een klap in haar gezicht. 'Ik zag jullie samen! Ik zag hoe hij je kuste!'

'D-dat stelde niets voor. Het betekende niets.' Maar terwijl ze over haar gloeiende wang wreef, besefte Eleanor dat ze tegen haar moeder loog. Ze dacht aan het heerlijke, opwindende gevoel dat ze de hele dag bij Lorenzo op de boot had gehad. Ze wilde de volgende dag weer bij hem zijn, en de dag daarna, en daarna. Als haar moeder kwaad was vanwege het leeftijdsverschil tussen hen, dan moest ze haar duidelijk maken dat het haar niet uitmaakte.

'Kom nooit meer bij die man in de buurt, heb je dat begrepen?'

'Waarom niet? Lorenzo respecteert mij, mam. Hij behandelt me als een volwassene, en dat is meer dan jij of wie dan ook doet. Hij is de enige die echt naar mij luistert.' Het leek alsof Fiona flauw ging vallen.

'Nee, Eleanor, nee! Hij luistert niet naar je, hij probeert je te verleiden!'

'Dat is niet waar! Hoe kun je zoiets zeggen!?'

'Omdat ik weet wat voor man hij is. Ik weet precies wat hij probeert te doen. Hij vleit je, geeft je het gevoel dat je heel bijzonder bent, hij wint je vertrouwen, en dan... dan...' Haar woorden smoorden in tranen.

'Jij weet helemaal niets van Lorenzo. Hij is aardig en lief, hij lacht met mij en...'

'Ik weet alles wat er over die man te weten valt! Ik ben zijn maîtresse, Eleanor! Zo heb ik jullie al die jaren kunnen onderhouden.'

Eleanor werd ijskoud. 'Dat lieg je!'

'Het is helaas de waarheid. Ik wilde dat het niet zo was. En nu wil hij jou ook als zijn maîtresse. Maar ik sta niet toe dat hij jou ooit krijgt, Eleanor. Als ik je in je kamer moet opsluiten om bij hem uit de buurt te blijven, dan doe ik dat!'

Eleanor duwde haar moeder opzij, rende naar boven en dook de badkamer in. De deur sloeg dicht en ging op slot. Ze was bang dat ze misselijk zou worden en de heerlijke maaltijd van Lorenzo's kok zou moeten uitspugen. Ze bleef op de toiletzitting in de donkere badkamer zitten huilen en wist niet wat ze erger vond: wat Lorenzo Messina haar moeder aandeed of wat hij haar bijna had aangedaan.

Na lange tijd klopte haar moeder op de deur. 'Eleanor, alsjeblieft, doe die deur open.'

Ze gaf geen antwoord en bleef stil zitten.

'Alsjeblieft, Eleanor.' Fiona huilde ook. 'Vergeef het me alsjeblieft. Ik deed wat ik moest doen.' Haar smeekbeden leken uren te duren, maar Eleanor gaf geen antwoord. Ze kon haar moeder niet onder ogen komen. Ze schaamde zich voor haar, en voor zichzelf.

Ze besefte dat ze Deer Falls zou moeten verlaten. Ze kon het niet riskeren om Lorenzo Messina ooit weer tegen het lijf te lopen. En ze kon niet langer met haar moeder omgaan, nu ze wist wat zij was. Ineengedoken in de badkamer wachtte Eleanor op de ochtendschemering en de eerste bus de stad uit en bedacht wat ze zou gaan doen.

Haar moeder zat aan de tafel en staarde blind in de verte, met een rood en opgezwollen gezicht van het huilen. Eleanor kwam binnen om haar besluit mee te delen. 'Ik vertrek. Over mij hoef je je geen zorgen meer te maken.' Ze haalde diep adem om haar zelfbeheersing te behouden en niet te gaan huilen. 'Ik heb besloten om naar New York te gaan. Ik ga een paar van mijn vaders verwanten opzoeken en...'

'Wat? Wat wil je doen?!'

'Leonard heeft een familielid van onze vader gevonden, ene

Russell Bartlett. Hij regisseert toneelstukken op Broadway...'

'Nee... nee...' kreunde Fiona. 'Doe het niet, Eleanor. Ga er niet heen. Zij zullen niets met je te maken willen hebben.'

'Natuurlijk wel. Ik moet ooms, tantes, neven en grootouders van mijn vaders kant hebben. Die kunnen niet allemaal dood zijn. Dat jij het niet met hen kon vinden, wil niet zeggen dat dat ook voor mij geldt. Ik bel gewoon elke Bartlett die in de telefoongids staat.'

Fiona krabbelde overeind, greep Eleanors armen beet en schudde haar door elkaar. 'Ga niet naar New York! Die mensen zullen je wat aandoen!'

'Waarom? Waarom vertel je me niets over mijn vader? Wat is er met hem gebeurd? Hij is niet echt dood, hè?'

'Ja, hij is wel dood. Hij is dertien jaar geleden overleden.'

'Hoe is hij gestorven? Ik wil de waarheid weten!'

Fiona keek alsof ze liever nog zelf stierf dan het haar te moeten vertellen, maar deed het uiteindelijk toch. 'Hij heeft zelfmoord gepleegd. Hij verloor alles op de aandelenmarkt en sloeg de hand aan zichzelf.'

Eleanor wankelde op haar benen van de schok. 'Maar... maar hij moet ouders hebben gehad, zusters en broers. Familie. Dan zoek ik die op, en ik heb al een oom - Russell Bartlett.'

'Nee... die heb je niet! Alsjeblieft, Eleanor, bespaar me dit. Bespaar me dat ik je moet vertellen...'

'Wat? Wat verberg je voor mij?' Fiona zag zo bleek dat Eleanor vreesde dat ze erin zou blijven.

'Hij is je oom niet, hij is je halfbroer.'

'Wat? Was mijn vader al eerder getrouwd geweest?'

Fiona zonk neer op haar stoel en sloeg haar handen voor haar gezicht. 'Nee... je vader en ik waren... we waren nooit getrouwd. Hij was getrouwd met Russells moeder.'

Eleanor greep de tafel vast om overeind te blijven. 'Wat zeg je? Wil je zeggen dat ik... een onwettig kind ben? Was je ook de maîtresse van mijn vader?'

Fiona gaf geen antwoord, en dat hoefde ook niet. Haar wanhopige huilen zei Eleanor genoeg. Ze liep vol haat van haar moeder weg naar haar kamer en begon in te pakken. Ze draaide haar slaapkamerdeur op slot, maar deze keer kwam haar moeder niet met smeekbeden.

Eleanor gebruikte de hele dag om in te pakken en bewust te kiezen wat ze mee zou nemen en wat ze achter zou laten. Ze ging haar huis voorgoed verlaten en zou nooit meer terugkomen. Ze zou naar een plaats gaan waar niemand wist wie ze was of waar ze vandaan kwam. Ze zou een nieuwe start maken.

Toen ze laat op de avond klaar was, liep ze naar de nachtwinkel en kocht een flesje frisdrank en een New Yorkse krant. Ze ging aan een tafeltje zitten om de krant door te nemen en hoopte dat ze geen bekenden zou zien. Ze zag talloze advertenties voor banen in de oorlogsindustrie en oproepen aan vrouwen om hun aandeel te leveren. Nadat ze drie of vier advertenties had omcirkeld van bedrijven in plaatsen waar ze nog nooit van had gehoord, ging ze naar het busstation om te informeren naar dienstregelingen en prijzen. Ze wilde nog niet terug naar huis omdat ze haar moeder niet wilde zien en besloot om het meer te lopen tot ze te moe zou worden. Ze nam afscheid van de plaats die dertien jaar lang haar thuis was geweest.

De straten van Deer Falls waren aardedonker omdat alle straatverlichting uit was en alle huizen verduisteringsgordijnen hadden. Maar Eleanor kende de weg uit haar hoofd. Ze deed haar schoenen uit en liep langs de oever van het meer. Na een paar honderd meter hoorde ze een auto naderen. Het was muisstil in de bossen en ze kon elk geluid heel duidelijk onderscheiden. Het motorgebrom klonk als de auto van Lorenzo - of een even dure wagen. Ze dacht aan hem en haar moeder en voelde zich weer misselijk worden.

Het licht van de koplampen boorde zich tussen de bomen door toen de auto naderde, en Eleanor dook instinctief weg om zich te verbergen. Toen ze weer tussen de bomen door gluurde, brandden de remlichten aan de achterzijde van de wagen. Ze schrok toen ze Lorenzo's huis tussen de bomen zag. Op een of andere manier was ze op zijn grondgebied terechtgekomen. Het was zijn auto die door het bos naar zijn boothuis reed.

Hij stopte achter een oudere wagen die al bij de aanlegsteiger geparkeerd stond en even later stapte Lorenzo uit. Hij liep snel naar de passagierszijde, deed het portier open en sleurde een man naar buiten die hij op de grond gooide. Hij was aan handen en voeten gebonden en smeekte: 'Alstublieft, meneer Messina... alstublieft... het spijt me.'

'Niemand steelt van mij, Tony. Niemand!'

Lorenzo greep in zijn zak en een ogenblik later hoorde Eleanor een luide knal toen hij het pistool tegen het hoofd van de man zette en hem neerschoot. Het geluid galmde als een echo door de bossen en zij rolde zich op in doodsangst. Hij had een man vermoord! De charmante Lorenzo Messina had zojuist in koelen bloede een man doodgeschoten. Eleanor drukte een vuist in haar mond om niet te schreeuwen en haar zenuwen in bedwang te houden.

Even later hoorde zij de motor van de tweede auto starten en luid brullen, alsof er een zwaar voorwerp op het gaspedaal was gelegd. Ze dwong zichzelf op te kijken en zag hoe Lorenzo de dode man naar de tweede auto sleepte en het lijk in de kofferbak gooide. Daarna zette hij de auto in de versnelling en haalde hem van de handrem. De wagen denderde over de aanlegsteiger en dook met een enorme plons in het water. In het donker zag ze vaag hoe het wrak naar de bodem zonk. Het hele gebeuren had zich binnen twee of drie minuten afgespeeld.

Eleanor bleef ineengedoken tussen de struiken zitten en durfde nauwelijks adem te halen. Ze wachtte tot Lorenzo's auto wegreed voordat ze met knikkende knieën opstond en blindelings door het bos begon te rennen.