14

De donkerblauwe luifel ziet er verweerd uit als Lawrence het donkerrode bakstenen gebouw nadert. In witte Oudengelse letters staan de woorden Jack the Ripper Pub op de luifel geschilderd. Lawrence, die de vertrouwde, onzichtbare hand weer naar zijn keel voelt klauwen, blijft even staan terwijl een windvlaag straatvuil door de goot blaast. Een taxi rijdt langzaam voorbij, gevolgd door twee jonge mannen die elkaars hand vasthouden. Lawrence kijkt hen na als ze de hoek om gaan, 10th St. in.

Hij is hier naartoe getrokken, even onontkoombaar als een gevallen blad met de stroom wordt meegevoerd. Al toen hij op zijn eerste avond uit met Christopher hierlangs kwam, toen hij als verlamd raakte door een kille angst, wist hij dat hij maar één optie had, maar één koers: hier terugkomen.

Hij sluit zijn ogen en herinnert zich een gesprek dat hij gisteren met zijn moeder voerde, vóór dat verschrikkelijke gebeurde in het lab:

'Ik denk dat er hier krachten spelen waar jij niet tegen opgewassen bent, ' had Cassandra gezegd. 'Jij bent geboren... ik heb je geschapen uit het DNA van een andere man. De man is heel slecht, hij is machtig, en hij is verbazingwekkend slim. Erger nog, hij verschijnt in je dromen en je visioenen als een skelet en oefent een bepaalde invloed op je uit, dringt zijn dromen, zijn herinneringen, zijn verlangens aan jou op. Ik ben bang dat hij je verandert, je meer als hemzelf maakt. '

'Hoe kan dat nu?' had Lawrence gezegd. 'Jij hebt er toch al voor gezorgd dat ik hem ben. Jij hebt me geschapen met een bepaald doel. Jouw doel. Maar soms vraag ik mezelf af wat ik wil. Is het wel eens bij je opgekomen dat ik dingen voor mezelf wil?'

'Natuurlijk is dat -' Cassandra had gezwegen, alsof ze plotseling van gedachten veranderde. Ze legde een hand tegen zijn wang. 'Nadat je geboren was, ' zei ze zacht, 'toen ik je in mijn armen hield, besefte ik dat wat ik daar wiegde een onafhankelijk leven was. Wat kon ik - wat kon wie dan ook - weten van wat er voor potentieel in jou schuilging, of van de geboden die in jouw DNA sluimerden?'

'Dus in dat opzicht verschil ik eigenlijk niet veel van jou of papa of van Sara of wie dan ook. '

'Maar je bent toch anders, ' had Cassandra gezegd. 'Zo anders. ' Ze had gezucht en haar hand door zijn haar gehaald, zoals ze ook een week geleden deed, toen hij nog maar een kind was. 'Ik heb jou gemaakt - ik heb je zoveel van de Witte Engel meegegeven als ik kon. Jij hebt dezelfde neigingen in je, ja. Maar het is ook mogelijk, geloven wij, dat je uiteindelijk anders wordt dan hij. Jon en ik hopen dat je een zelfstandig individu wordt. '

'Maar jullie hebben me opgevoed, en papa heeft me maar voor één ding klaargestoomd: het opsporen van het Skelet. '

'Dat is zeker waar. Misschien hebben we niet genoeg stilgestaan bij jouw rechten. Dat was niet goed van ons. Maar we hebben naar beste kunnen gehandeld. ' Ze schudde haar hoofd. 'Jij bent een volkomen raadsel, begrijp je? Toen jij geboren werd, was je een lege bron waarin Jon en ik zoet water goten. Wij hebben je gevuld. Althans, dat was onze bedoeling. Maar jij bent de eerste van jouw soort; wij weten nog niet wat de gevolgen zijn van het gebruiken van andermans volledig tot ontwikkeling gekomen DNA. In hoeverre zit het Skelet echt in jou? Hoeveel zal er zich manifesteren, en wanneer? En wat zal dat voor jou betekenen? Dat zijn vragen die geen van ons kan beantwoorden. '

'Zelfs ik niet?'

Ze glimlachte flauwtjes. 'Nee, op dit moment zelfs jij niet. '

Lawrence kijkt op naar de twee stenen jagers die de ingang van het pand flankeren en begint de steile treden op te lopen. Door de glazen panelen in de houten deuren ziet hij de duisternis op hem wachten als de open bek van de walvis die Jona verslond. Hij staat nu echt op het punt de buik van het Beest te betreden.

Het kost hem geen enkele moeite het slot van de binnenste deur te forceren; Christopher heeft hem goed opgeleid. De geuren van kerrie en koriander zijn als sluiers waar hij doorheen moet, verstild als een schim. Hij kijkt links noch rechts als hij de trap naar de derde en bovenste verdieping beklimt. Als hij bij de deur aan het eind van de gang komt, gaat die al open voor hij de kans krijgt het slot te forceren.

'Dus je bent toch gekomen, ' zegt de Witte Engel.

Een hele tijd kijkt Lawrence in zijn eigen ogen, in zijn eigen gezicht. 'Het is gebeurd, ' zegt hij ten slotte. 'Dillard is dood. '

'Dat weet ik. '

'En nu kan ik nergens anders heen. '

Het gezicht van de Witte Engel vertoont geen enkele emotie als hij opzij stapt om Lawrence binnen te laten. Ergens in het pand staat een tv aan, ergens anders wordt een cd gedraaid van David Bowie.

'Ik ben wat ze van me gemaakt hebben. '

De Witte Engel buigt heel licht zijn hoofd. 'Net als ik. '

'Ik haat wat ik ben. Ik haat het dat mijn leven zo snel voorbijgaat. ' Hij heft zijn handen, de palmen naar boven. 'Ik haat het dat ze me niets hebben gelaten. '

'Hij had in zijn leven lucht en wind, zon en licht, open ruimtes en een grote leegte, ' zegt de Witte Engel, T. E. Lawrence citerend. 'Er was geen menselijke bemoeienis, geen vruchtbaarheid in de Natuur: alleen de hemel boven en de onbezoedelde aarde daaronder. Daar kwam hij onbewust nader tot God. ' Hij knikt ernstig. 'Het is even onvermijdelijk als de dood. Hij die zijn hele leven in de lege woestijn heeft doorgebracht, zal onvermijdelijk op God worden teruggeworpen, zijn enige toevluchtsoord, de maat voor zijn bestaan. '

Als Lawrence over de drempel stapt, sluit de Witte Engel hem in zijn armen.

'Deze bizarre rituelen moeten stoppen, ' zei Stick, 'en dat zal ook wel gebeuren. '

'Vertel me liever iets wat ik nog niet weet, ' antwoordde Christopher.

De patholoog-anatoom nipte van een kopje Lapsong Souchong-thee. Hij maakte dat spul zo sterk dat een kwart kopje al voldoende was om Christophers hartslag te versnellen alsof hij zojuist de tweehonderd meter had gesprint. 'De aanpak verandert namelijk, weet je. ' Stick liep om de lichamen van Reuven Esquival en Hutton Dillard heen, die naast elkaar in de ondergrondse koelkamer lagen. Beide vertoonden de lange, T-vormige incisies op hun borst en buik die kenmerkend waren voor een autopsie.

Stick zette zijn kopje neer. Het was van heel teer porselein, zo dun dat het bijna doorzichtig was. De ranken en bloemen van klimmende rozen kronkelden eromheen. 'Ik zal me duidelijker uitdrukken, Jon. In het geval van Bobby Austin had het ritueel een bijna loom te noemen tempo. Ik meen dat ik je toen al verteld heb dat het even duurde voor Austin stierf. '

'Ja, dat is zo, ' zei Christopher. 'Dat heb je me verteld. '

'Noch William Cotton noch de jonge onbekende vrouw stierf meteen. ' Hij wees naar de lijken vóór hem. 'Bij deze twee is er echter sprake van een duidelijke en verontrustende ontwikkeling. Je kunt het verschil zien aan de manier waarop de incisies gemaakt zijn, de manier waarop de pijnappelklieren werden verwijderd. Het is allemaal sneller gegaan, met een zekere ruwe vastberadenheid die er bij het vorige slachtoffer nog niet was. '

'Een soort honger of begeerte?'

Stick glimlachte even. 'Daarvoor zou je beter bij een criminoloog te rade kunnen gaan. ' Hij wierp een blik op Esquivals lijk. 'Het spijt me, Jon. Dat was niet erg attent van mij, gezien het verscheiden van je eigen psychiater. ' Hij hield zijn theekopje omhoog. 'Maar als ik een gok moest doen, wordt deze man, ondanks zijn voorkeur voor menselijke organen, niet gedreven door een pathologische honger, althans niet zoals jij het bedoelt. ' Hij dronk zijn zwarte thee op. 'Ik denk dat hij gewoon veel dichter bij het door hem beoogde doel is, wat dat ook mag zijn. '

'Hoe zit het met de tijdstippen van overlijden?' vroeg Christopher. 'Zou dezelfde man beide moorden gepleegd kunnen hebben?'

'Moeilijke vraag. ' Stick keek hem fronsend aan. 'De tijdstippen van overlijden zijn moeilijk te bepalen. Dat wil zeggen, nu. Als ik er enkele dagen de tijd voor krijg, zal het geen probleem zijn. Dat kan ik je nu al vertellen. Als het echter binnen enkele uren moet, zit er altijd een behoorlijke foutenmarge in. Elk mens is weer anders. ' Hij keek Christopher aan. 'We hebben allemaal een bepaalde tijd nodig om dood te gaan. '

'En dus?'

'Afgaand op wat jij me verteld hebt over de afstand tussen beide locaties zou ik zeggen, ja, het is mogelijk dat dezelfde persoon beide mannen heeft vermoord. Maar het is niet meer dan een gok. '

'En de aanpak?'

'Ah, daarover kan ik wat concreter zijn. Afgezien van de drie kneuzingen op dr. Dillards schedel is de aanpak identiek. '

Christopher boog zich over de lichamen. 'Daar ben je zeker van. '

'Behoorlijk zeker. ' Stick ging Christopher voor naar een bureau. Hij pakte er een gele blocnote en een potlood van af en begon te schetsen. 'Kijk, dit is het menselijk brein. De incisie volgde in beide gevallen precies dezelfde richting - door het oog heen, verder door de oogkas, door de Thalamus opticus, dit ovaal hier, naar de achterkant van het corpus callosum - dat is dit min of meer langwerpige geval dat om de bovenkant van de Thalamus opticus gedrapeerd ligt. ' Hij glimlachte. 'Kun je er nog een beetje wijs uit? Ik ben geen kunstenaar, en drie dimensies terugbrengen naar twee is vaak erg verwarrend. Daarom heb ik het ene orgaan ook over het andere heen getekend, om te laten zien waar ze elkaar bij de pijnappelklier kruisen. '

'Wacht eens even. ' Christopher prikte met zijn vinger naar het gebied waar Stick de twee hersendelen over elkaar heen had getekend. 'Zei je dat ze elkaar kruisen?'

'Ja, maar dat was natuurlijk maar bij wijze van spreken, om je te laten zien waar - Jon?'

'Sorry, ' zei Christopher, die naar de deur rende. 'Ik bedenk me opeens dat ik een afspraak met een oude vriend van me heb. '

Het donkerrode bakstenen gebouw stond in het korte huizenblok van 4th Street direct ten westen van Sixth Ave., het blok waar, typerend voor het grillige stratenplan van Greenwich Village, West 4th Street werd gekruist door West 10th Street.

Christopher en Cassandra stonden op de kruising. Christopher had de tekening bij zich die Lawrence van het pand had gemaakt. 'Er was iets in die tekening dat me maar steeds door mijn hoofd bleef spoken, ' zei hij. 'Het was die blauwe luifel. '

'Voor de Jack the Ripper Pub. '

'Precies. Hij en ik zijn hier langsgekomen toen ik hem voor de eerste keer mee naar buiten nam. Ik wilde dat hij kinderen van zijn eigen leeftijd zou zien. Nu ik hier weer ben, herinner ik me dat hij heel vreemd op dit blok reageerde. Hij zei dat hij het gevoel had dat hij stikte. '

Christopher wees naar de linkerbenedenhoek van de tekening. 'En dan was er ook nog die vreemde ondertekening, de vier die over de tien heen lag. Maar kijk, dat is gewoon een aanduiding van de ligging van het gebouw, op het punt waar 4th en 10th elkaar kruisen. Deze tekening is een soort plattegrond die hij voor ons heeft achtergelaten. '

'Maar wat is er zo speciaal aan dat gebouw?' vroeg Cassandra. 'Waarom is hij hierheen gegaan?'

'Begrijp je het dan niet?' zei Christopher, die de tekening weer opvouwde. 'Lawrence heeft ons rechtstreeks naar het appartement van de Witte Engel geleid. '

Ze greep hem bij de arm. 'Jon, bel onmiddellijk om versterking. ' Toen Christopher geen aanstalten maakte, zei ze: 'Jezus, je bent toch niet van plan om daar in je eentje naar binnen te gaan, hè?'

'Ik had ongeveer een heel leger bij me toen ik dat souterrain in de East Side binnenging, maar veel geholpen heeft het me niet. ' Hij schudde zijn hoofd. 'Trouwens, als Lawrence daar ook binnen is, hoe moeten we dan zijn aanwezigheid aan de buitenwereld verklaren?'

'Jon, het is te gevaarlijk. Het is -'

Maar Christopher rende al over het trottoir, de trappen op en verdween door de buitendeuren. De binnendeur zat niet op slot. In de betegelde vestibule bleef hij even staan en wachtte tot zijn ogen aan het vage licht gewend waren. Hij hoorde een hond blaffen, maar het geluid kwam niet van de straat achter hem; zoals bij de meeste van deze oude gebouwen kwam de achterkant uit op een binnenplaats ter grootte van een broekzak. Hij trok zijn revolver.

Rechts van hem liep een steile houten trap naar de bovenverdiepingen. Als hij voortvluchtig was en zich hier moest verbergen, zou hij een plek willen waar hij ongezien weg kon komen als iemand ongewild door de voordeur naar binnen kwam. De begane grond was om die reden niet geschikt - te kwetsbaar - en ook de middelste verdiepingen waren niet bruikbaar, want die hadden alleen toegang tot de trap. Zo bleven alleen de appartementen op de bovenste verdieping over, met hun vluchtweg naar het dak.

Christopher liep geruisloos de trap op. In dit oude pand waren de overlopen zo klein dat ze elk een uitsparing in de muur hadden, zodat er in ieder geval een lijkkist langs omlaag kon. Toen Christopher de overloop van de eerste verdieping had bereikt, draaide hij zich om, zich ervan bewust dat iemand hem volgde. Een schaduw sloop omhoog vanaf de begane grond en hij verstijfde.

'Cass. ' Hij liet zijn revolver zakken toen hij haar herkende. 'Ben je gek geworden? Ga hier onmiddellijk vandaan. Ik wil niet dat ik me ook nog zorgen om jou moet maken. '

'Te laat. Ik ben al binnen, ' zei ze.

Christopher deed een stap in haar richting.

'Je zult me persoonlijk naar buiten moeten slepen, dat beloof ik je. '

'Dat zou ik kunnen, ' zei hij.

'Dat weet ik. '

Hij keek haar aan en begon te beseffen dat hoe langer hij haar kende, hoe minder hij van haar wist. Uiteindelijk slaakte hij een zucht. 'Blijf achter me, goed?'

'Jij bent de baas. '

Dat bracht toch nog een zij het wat verbeten glimlach op zijn gezicht.

Achter elkaar aan bereikten ze de tweede verdieping en toen de derde. Elke verdieping, zo was Christopher opgevallen, bevatte vijf appartementen: twee aan elke kant van de gang, een aan het eind. Hij gebaarde naar Cassandra dat ze moest blijven waar ze was en sloop toen door de gang naar de deur aan de andere kant. Dit was het meest voor de hand liggende appartement voor de Witte Engel om te huren: je kon vandaar uit snel en gemakkelijk via een raam op de binnenplaats komen. Toen hij naar boven keek, zag hij bovendien een vierkant stuk pleisterwerk dat wat vuiler was dan de rest. Toen hij zich uitrekte, kon hij net bij het plafond. Hij voelde langs de rand tot hij een smerig stuk touw voelde. Toen hij eraan trok, ging het luik open en kwam er een korte vouwladder naar buiten.

Hij klom erlangs omhoog en verdween enkele minuten uit Cassandra's zicht. Toen hij terugkwam, realiseerde ze zich dat ze al die tijd haar adem had ingehouden.

'Komt op het dak uit, ' fluisterde hij, toen hij was teruggekeerd naar waar zij stond. 'Dit blijkt steeds meer een ideale schuilplaats. ' Hij greep haar stevig vast. 'Als hij hier is, dan zit hij in dat appartement, dus blijf in godsnaam waar je bent. '

Hij liep de gang weer in en zakte door zijn knieën terwijl hij zich tegen de muur drukte, zodat hij niet recht voor de deur van het achterste appartement zat. Toen haalde hij twee dunne, puntige instrumentjes uit zijn zak. Hij zweette toen hij eindelijk de drie zachte klikken hoorde die aangaven dat de deur van het slot was.

Hij haalde de pinnetjes er weer uit, kwam overeind en pakte de deurknop. Hij keek nog één keer naar Cassandra en draaide toen in één vloeiende beweging de knop om, duwde de deur open en verdween naar binnen.

Cassandra stond als aan de grond genageld in de gang. Maar toen ze geen enkel geluid hoorde, geen enkele beweging bespeurde, sloop ze verder de gang in. Eenmaal in de deuropening zag ze Christopher staan. Zijn revolver zat weer in de holster, dus wist ze dat hij het een-kamerappartement had doorzocht en er niemand had aangetroffen. Ze voelde zich tegelijkertijd opgelucht en bang. Waar was Lawrence?

Toen ze verder liep, zag ze dat Christopher een vreemde uitdrukking op zijn gezicht had. Toen ze opgroeide, had ze De Aeneis van Vergilius ontdekt. Ze had de legende van Aeneas steeds weer opnieuw gelezen en zich vaak afgevraagd hoe Aeneas had gekeken toen hij over de mistige rivier de Styx werd overgezet naar het helse Hades, het land van de doden. Nu ze Christophers gezicht zag, dacht ze het te weten.

'Het stinkt hier, ' zei Christopher.

'Alsof je onder de grond zit. ' Ze hield onbewust haar adem in toen ze zag waar Christopher naar keek: een muur vol met polaroids van de doden die hij zo langzamerhand beter kende dan zijn vrienden.

'Mijn God, ' zei Cassandra schor, 'zoveel mensen, zoveel levens. '

De lucht leek verstikt door hun verstomde stemmen.

Christopher zag iets vreemds in de manier waarop de Witte Engel zijn slachtoffers had gegroepeerd. Alle jonge meisjes hingen bij elkaar, alsof ze tot een harem behoorden. Hoe langer Christopher keek, hoe meer de foto's een eigen leven leken te leiden, alsof ze een afschuwelijke architectonische verfraaiing vormden, opgebouwd uit het vlees en de botten van deze slachtoffers, geverfd met hun bloed, opgesmukt met hun levende harten. Het was een tempel van het kwaad, kloppend met een eigen duister ritme. 'Geen wonder dat het hier stinkt. Hij heeft zichzelf omringd met de dood. '

Terwijl hij naar de monstrueuze muur keek, hoorde Christopher weer de gefluisterde woorden van de Witte Engel, alsof hij probeerde de stemmen van zijn slachtoffers te overstemmen. En het meest verontrustend was misschien nog wel zijn suggestie als zou Bobby een verborgen reden hebben gehad om assistent van de D. A. te worden. Was het gewoon weer een van zijn slimme leugentjes, bedoeld om Christophers weerstand te breken?

'Cass, ik moet je iets vragen. Het gaat over Bobby. '

'Wat is er met hem?'

Christopher haalde diep adem alvorens los te barsten. 'Heeft hij je ooit verteld waarom hij advocaat is geworden?'

Ze keek hem bevreemd aan. 'Hoe bedoel je? Jij weet toch net zo goed als ik dat hij iets met gerechtigheid had. '

'Ja, maar nu ik er nog eens over nadenk, heeft hij me nooit echt verteld waar dat vandaan kwam. '

Cassandra haalde haar schouders op. 'Dat lijkt me nogal duidelijk; het heeft met zijn vader te maken. Ik bedoel, opgroeien met zo'n verzuurde oude man zou elk kind iets doen, laat staan iemand als Bobby. '

'En als het nu eens niets met die oude man te maken had?' zei hij. 'Als er in Bobby's verleden nu eens iets is gebeurd dat hem zoveel schuldgevoelens heeft bezorgd dat hij zich gedwongen voelde om dat goed te maken. '

Cassandra schudde haar hoofd. 'Probeer nu eens voor één keer niet de rechercheur uit te hangen. Hij is dood. Laat hem met rust. Ik wil niet dat mijn herinnering aan hem bezoedeld wordt. '

Wat Bobby's geheim ook mocht zijn - als er al een geheim was -het was duidelijk dat zij er niets van af wist. Christopher richtte zijn aandacht op een boekenkast propvol stukgelezen studieboeken over anatomie, neurologie, psychologie, pathologie, dikke banden over vergelijkende godsdienstwetenschappen, acupunctuur, metafysica en onverklaarbare fenomenen. Hij ging met zijn vingers langs de ruggen en zei: 'Reuven had slechts voor een deel gelijk wat deze man betreft. Hij heeft een enorme kennis, maar ik denk niet dat hij ooit de middelbare school vanbinnen heeft gezien, laat staan de universiteit. '

Op een tafel naast het dunne matras lag een stapeltje Hershey-repen.

'Kijk, Jon. ' Cassandra pakte er eentje van de stapel. 'Daarvan heeft Lawrence dus zijn verslaving aan die repen. '

Hun blikken ontmoetten elkaar met de onuitgesproken vraag: wat deelden de kloon en zijn origineel nog meer?

Op een verder lege plank stond de platenverzameling van de Witte Engel. 'Hé, moet je kijken, die kerel is een Bob Dylan-fan. Hij heeft de volledige collectie, op platen, niet op cd. '

'Misschien dat hij daarom hier is gaan wonen, ' zei Cassandra. 'Op welk album stond "Positively 4th Street"?'

'Dat stond niet op een gewone lp, alleen op een verzamelplaat met zijn grootste hits, ' zei hij. 'Het nummer verscheen oorspronkelijk als single, in 1965 geloof ik. '

'Geen wonder dat jij en Sara het zo goed met elkaar kunnen vinden. '

Hij was begonnen de kamer te doorzoeken op iets van een identiteitsbewijs, iets dat hem kon vertellen wat de werkelijke naam van de Witte Engel was. Het leek onmogelijk, maar er was niets. Hoe kon een mens in deze tijd bestaan zonder een verzekeringskaart, een rijbewijs of zelfs maar een gestolen credit card? Misschien droeg hij het allemaal bij zich, maar toen Christopher hem in het Tompkins Square Park had opgepakt, had hij ook geen enkel identiteitsbewijs bij zich. Misschien had hij een manier van leven ontwikkeld waarbij hij mobiel en volkomen vrij was. Behalve dan dat er hier duidelijk zaken van een heel persoonlijke aard aanwezig waren.

Christopher staarde uit het raam naar de plataan. Hij was enorm en knoestig, zoals alleen de veel bepiste bomen in New York kunnen zijn.

Hij deed het raam open, stak zijn hoofd naar buiten en keek omhoog. Hij twijfelde er niet aan dat de boom het gewicht van een man kon dragen daar waar hij over het dak heen hing. Terug in de kamer zag hij dat Cassandra naar de dunne matras in de hoek staarde.

'Hoe kan iemand daar in vredesnaam lekker op slapen?' zei ze. 'Alsof je in een boerenschuur slaapt. '

'Precies, ' zei Christopher, die naar haar toe liep. 'Ik denk dat hij dat ook gewend was voor hij naar het oosten kwam. '

In de kleine keuken zag Christopher een rij stenen potten waarin in de meeste huishoudens kruiden en specerijen werden bewaard. Ze waren allemaal zwart geschilderd en duidelijk handgemaakt. Hij opende er een en trok zijn neus zo snel mogelijk weer terug. Daar kwam dus die smerige stank vandaan.

'Cass, ' zei hij, 'ik wil dat je me vertelt wat er in deze potjes zit. Als je het niet weet, neem dan monsters. '

Terwijl ze langs hem heen liep, liep hij naar het bureau en deed de lamp aan. Op dat moment zag hij ook de dossiers over hem, Esquival, D'Alassandro en Bobby. Op elk ervan stond de datum waarop ze illegaal uit de NYPD-computers waren ontvreemd. Dat is het dus, dacht hij. Nu weet ik waar hij naar zocht toen hij inbrak in onze computers. Zorgvuldig legde hij alle dossiers weer terug.

Christopher ging op zoek naar de computer die de Witte Engel had gebruikt, maar er was er geen in het appartement. Misschien had hij een laptop, maar dat zou betekenen dat hij die bij zich droeg. Te riskant. Toen dacht Christopher aan dat totale gebrek aan identiteitsbewijzen. Zou hij misschien ergens anders een bergplaats hebben?

Een dikke stapel kranten en uit tijdschriften geknipte artikelen - allemaal over de Witte Engel - lag bovenop een tv-videorecorder. Terwijl hij erdoorheen bladerde, zag hij dat er een band in de videorecorder zat. Hij zette de tv aan, drukte op 'Play' en als een duivel verscheen het gezicht van Dean Koenig op het scherm. De camera zoemde uit in een lange opname van Koenig, die als een spin in dat nepdecor zat, met zijn namaakveranda en namaakpilaren en gouden licht dat door de namaakramen achter hem naar binnen stroomde. De Witte Engel had de late uitzending van de televisie-evangelist opgenomen. Naast de tv lagen nog drie andere videobanden. Toen hij ze snel afspoelde, zag hij dat ze allemaal van de Dean Koenig-show waren.

Christopher herinnerde zich weer wat Reuven had gezegd over de Witte Engel: 'Mijn idee is dat deze man is opgegroeid met een duidelijk omschreven godsbeeld. En dan heb ik het niet over de God van "de andere wang toekeren ". Nee, volgens mij is dit een wraakzuchtige God, een almachtige godheid, angstaanjagend, zonder mededogen, een zwaard om te straffen. 'Net zoals de God die Koenig zo opgewekt aanroept, dacht Christopher. 'Waar komt dat vandaan, dat verwrongen beeld van God?' had Reuven zich afgevraagd. 'Als we dat wisten, dan zouden we volgens mij de sleutel hebben tot alle geheimen van deze ziekelijke schoft. '

Christopher zette de tv af en dacht aan zijn recente gesprekken met Lawrence over het wezen van God. Nam Lawrence de idee van God van de Witte Engel over? vroeg hij zich huiverend af.

Hij keerde terug naar de smalle matras. Aan het voeteneinde lag een keurig opgevouwen deken. Hij was geweven volgens de eeuwenoude patronnen van de indianen die de hoogvlakten van Amerika hadden bewoond. Christopher, die al bij diverse zaken met de Amerikaanse indianen te maken had gehad, zocht zijn geheugen af.

'Dat is een Shawnee-deken, ' zei hij tegen Cassandra.

'Wat moet hij nu met een indiaanse deken?' vroeg ze.

'Goeie vraag. Maar hij is wel oud. Ik denk minimaal twintig jaar. '

In één hoek van de deken zat een vlek, donkerbruin, als bloed. Christopher draaide hem om en zag dat iemand met veegvaste inkt een woord in de wol had geschreven: 'Faith'. Hetzelfde woord dat de Witte Engel als webnaam had gebruikt.

'Jon, ' riep Cassandra, 'kom eens hierheen, gauw. '

Christopher liep terug naar de keuken. Ze had alle potten opengemaakt en kleine beetjes van de inhoud op het formica aanrecht geschud.

Cassandra gebruikte het uiteinde van een schilmesje om in de donkere hoopjes poeder te roeren. 'Mijn botanische kennis is redelijk goed. Ik zie hier dollekervel, vlasleeuwenbek en iets dat op slangewortel lijkt. Van dat laatste spul kun je een extatische drug maken of een behoorlijk gemeen gif; dat hangt af van de concentratie. '

'Waarom zou hij al die spullen hier hebben?'

'Zie je die vijzel en stamper? Hij maakt er een brouwsel van - een soort thee; het staat bekend als fyto-cocktail en versterkt de sjamanistische krachten. Ik ben een aantal jaren geleden eens bij een lezing over sjamanistische kruiden geweest. Een sjamaan moet in contact komen met zijn hogere zelf. Pas dan kan hij de doden weer tot leven wekken, kan hij de zieken en stervenden helpen of boodschappen van gene zijde overbrengen. '

'Vreemd. Ik heb met seriemoordenaars te maken gehad die dachten dat ze dat ook konden. Ze wilden slechts dat anderen zich bij hen voegden in het dodenrijk dat zij bewoonden. ' Christopher keek haar nieuwsgierig aan. 'Ik had niet gedacht dat jij je daarvoor zou interesseren. '

Cassandra haalde haar schouders op. 'Je hebt deels gelijk. Als wetenschapper wordt je ervoor opgeleid om alles kritisch te bekijken, zeker als het om paranormale toestanden gaat. Maar ik weet voor mezelf dat de wetenschap niet alle antwoorden heeft, en een deel van mij gelooft dat dat ook nooit het geval zal zijn. Kijk alleen maar naar Lawrence. Je hoeft geen geleerde te zijn om te bedenken wat mijn medeonderzoekers van zijn psychische band met de Witte Engel zouden maken. ' Ze ging met haar vingertoppen door de poeders. 'Maar toch geloof ik dat deze natuurlijke stoffen zijn vermogens kunnen versterken. '

'Pak ze dan maar in, ' zei Christopher. 'Ik wil niet dat hij ze nog in handen krijgt. '

Cassandra knikte. 'Er is nog iets. ' Ze pakte een klein potje van blauw gekleurd glas. Het zag er oud, handgeblazen uit. Het was gebroken geweest en zorgvuldig - misschien zelfs wel liefdevol - weer aan elkaar gelijmd. Cassandra trok de stop uit de wijde hals en hield het potje op zijn kop.

'Wat is dat in vredesnaam?' vroeg Christopher, toen er iets naar buiten rolde. Het had ongeveer de vorm en grootte van een flinke knikker.

'Een menselijk oog, ' zei Cassandra. 'En het hoort bij dit. ' Ze liet het andere er nu ook uit rollen.

'Dat moeten de ogen van William Cotton of van het zwerfstertje zijn. '

'Onmogelijk, Jon. Die mensen zijn nog maar kort geleden vermoord. Deze twee ogen - ze zijn trouwens van een en dezelfde persoon - zitten al langer in dit potje. Ze zijn jaren oud - misschien wel tien jaar of meer. '

'Dan moeten ze wel een bijzondere betekenis voor hem hebben, ' zei Christopher.

'Ja, dat lijkt me ook. ' Ze gaf hem het glazen potje. 'Het is het enige dat gemerkt is. '

Op de zijkant was een smal strookje papier geplakt. Daar was met een viltstift één woord op geschreven: Faith.

'Faith, ' zei Christopher peinzend. Hij liep naar het bed, pakte de Shawnee-deken en sloeg de hoek terug, zodat Cassandra kon zien wat daar geschreven stond. 'Faith. ' Het handschrift was hetzelfde. Hij keek Cassandra aan. 'Wat denk jij, is het een gebed of een naam?'

'Nog twee dingen over die ogen, Jon. Ze zijn van een vrouw, en ze was jong toen ze stierf, vermoedelijk nog maar een tiener. '

'Iemand die heel dicht bij de Witte Engel stond, ' zei Christopher. 'Zo dichtbij dat hij een deel van haar al jaren bij zich houdt. '

'Jon, je kijkt zo vreemd, ' zei Cassandra, terwijl ze de ogen weer in het potje deed. 'Waar denk je aan?'

'Weet je nog wat Lawrence van die honkbal maakte die Sara aan hem gegeven had?'

'Hij holde hem uit, zodat hij er de in ontbinding verkerende muis in kon stoppen. ' Ze rilde. 'Hoe zou ik dat ooit kunnen vergeten. '

'Ik denk dat dit min of meer hetzelfde is. ' Hij pakte het potje van haar over. 'Het potje zelf is ook een dierbaar bezit. Kijk maar eens met hoeveel zorg het gerepareerd is. ' Hij streek met zijn vinger over het glas, alsof de barsten erin hem iets over de geschiedenis ervan konden vertellen. 'Lawrence vertelde me dat de Witte Engel een zus had. Ik begin dus het vermoeden te krijgen dat de Witte Engel ooit een zus heeft gehad die Faith heette. ' Hij draaide het potje om en om, zodat het het licht ving. 'En dit is wat er van haar over is; niet alleen haar ogen, maar in zijn gedachten ook haar ziel. '

Het appartement. Positively geen 4th Street. Niet meer. Door het duister turend ziet de Witte Engel als vuurvliegen tegen inktzwart gebladerte Christophers mannen, die zich verdekt hebben opgesteld rond het huis waar hij had gewoond.

Hij zingt de eerste paar maten van 'All Along the Watchtower' en ziet al deze dingen en meer. Dat Christopher het appartement zou vinden, was een gegeven. Maar zo spoedig al, dat was een streep door de rekening.

Het eerste wat de Witte Engel had gedaan nadat hij in het appartement de kloon had omhelsd, was hem fouilleren op wapens. Het tweede was dat hij een Hershey-reep met hem deelde. Deze twee daden waren typerend voor de ambivalentie die hij jegens Lawrence voelde. Hij zou van hem kunnen houden zoals van zijn zuster, Faith, maar hij zou hem ook kunnen verachten, zoals Kaïn Abel haatte.

'Waarom zouden ze anders de moeite hebben genomen om jou te maken, als het niet was om via jou mij op te sporen?' had hij gezegd.

'Ja, ik kan ook geen andere reden bedenken, ' had Lawrence eerlijk geantwoord. 'Maar goed, ik ben hier en Christopher niet. '

'Dat komt omdat Christopher niet weet wat hij van je moet denken nu Dillard dood is. Ben je net zo gevaarlijk geworden als ik? vraagt hij zich nu af. Dillard is vermoord en de jongen is verdwenen. Waarheen? Terug naar de bron?' Hij likte langs zijn lippen, alsof hij zich al verkneukelde. 'Kijk, junior, het is dit soort niet te beantwoorden vragen die een verder heldere geest in verwarring brengen, die alle gedachten tot stilstand brengen, die alle strategieën waardeloos maken. '

Terwijl hij deze gedachten denkt, blijft de Witte Engel zachtjes zingen. Eens te meer heeft hij zichzelf volkomen vernieuwd. Hij heeft zijn hoofd kaalgeschoren en zich ook van zijn lange, touwachtige snor en zijn bakkebaarden ontdaan; in plaats daarvan heeft hij nu een echte 'soul-sik', een driehoekje haar in de holte vlak onder zijn onderlip. Hij draagt kleren die hij heeft gekocht in een homoboetiek in Christopher St.; drie gouden ringen ontspruiten aan de rand van één oor. Verdwenen is de robuuste gang van de buitenman. Daarvoor in de plaats zijn er zachte, enigszins vrouwelijke bewegingen die in deze omgeving totaal niet uit de toon vallen.

Lawrence wacht tot de Witte Engel klaar is. Dan, beleefd als altijd, vraagt hij: 'Wat was dat voor lied dat je daar zong?'

'Wil je zeggen dat Christopher je niet met Bob Dylan bekend heeft gemaakt?' De Witte Engel klikt met zijn tong. 'Sle-e-echte pappie. ' Hij zingt het lied nu helemaal, met een zachte, neuzelige stem.

De twee mannen zitten schouder aan schouder in het donker op het dak van een gebouw aan Bleeker St. Even afgezien van de slimme veranderingen in zijn uiterlijk zouden de Witte Engel en zijn kloon wel met een navelstreng aan elkaar vast hebben kunnen zitten, zoveel lijken ze op elkaar. Lawrence, met zijn opspelige transgen, is nu bijna drieëndertig, de leeftijd van de Witte Engel.

'Ze denken dat ik hen niet kan zien, ' zegt de Witte Engel, met zijn ellebogen op zijn knieën, 'zoals ze daar als ongedierte om dat huizenblok heen kruipen. '

'Waar dan? Ik zie niemand. '

De Witte Engel haalt adem, snuift lucht op door zijn neusgaten en blaast die weer uit door zijn mond. 'Dat komt nog wel. '

'Ik betwijfel het, ' zegt Lawrence, met een zucht van berusting. 'Het lijkt er niet op dat ik nog veel tijd zal hebben. '

'Nu je het er toch over hebt, junior, je ziet er niet al te best uit. Wat is er met je aan de hand?'

'Ik geloof dat ik mezelf vanbinnen opbrand. Het heeft te maken met hoe ik gemaakt ben. '

'Verneukt door de wetenschap, hè? Nou, dat verbaast me niets. De oprukkende beschaving kent alleen maar slachtoffers; ze vergiftigt alles wat erdoor wordt aangeraakt. ' De Witte Engel woelt in zijn zak. 'Maar voor alles bestaat een tegengif. Zelfs tegen de dood. ' Hij haalt een klein glazen flesje te voorschijn met een pipet als stop. 'Misschien kan ik iets aan dat akelige vuur binnenin jou doen. '

Lawrence bekijkt het flesje. 'Wat is dat?'

'Hoorn van de neushoorn, het oog van de watersalamander, de ingewanden van de komodovaraan. ' De Witte Engel grinnikt. 'Kijk niet zo benauwd, ik heb het zelf gemaakt, van allemaal natuurlijke ingrediënten. Dit, mijn jongen, is een cocktail voor het millennium. ' Hij draait de stop los en knijpt in de rubberen bovenkant, zodat de stroperige vloeistof in de pipet wordt gezogen. 'Steek je tong maar uit. ' Hij kijkt Lawrence met scheef gehouden hoofd aan. 'Wat is er, vertrouw je me niet?'

'Wij vertrouwen elkaar allebei niet, ' zegt Lawrence, op zijn directe manier. 'Nog niet. '

'Weet je, je hebt volkomen gelijk. In tegenstelling tot Christopher en Cassandra heb ik het beste met je voor. Maar dat zijn slechts woorden, waarom zou je daarin geloven?' Hij stopt het flesje weer weg en gaat Lawrence voor, het dak af. 'Ik zal je iets laten zien. Daarna kun je beslissen wat je van me vindt. '

Hij neemt Lawrence mee in noordwestelijke richting, van Bleeker St. naar Hudson St., vervolgens naar het noorden en daarna naar het westen, tot ze uitkomen in Little W. 12th St. Ze bevinden zich nu in het vleesdistrict, een plek die pas na middernacht tot leven komt, als de nichten er paraderen op zoek naar nieuwe veroveringen, en de drugsdealers uit hun schuilplaatsen te voorschijn komen. Overal om hen heen rijzen oude pakhuizen op, daterend uit het begin van de twintigste eeuw, als de uit vroeger tijden overgebleven zuilen van druïden. Lantaarns vonken en sissen als nat vuurwerk. Vrachtwagens ratelen over de hobbelkeien, in hun gekoelde binnenste reusachtige zijden rund- en kalfsvlees, boterzachte lamsbouten, dikke, gemarmerde steaks die glinsteren van het vet.

Ze beklimmen de metalen trap naar een leeg laadplatform. Een oud, zongebleekt uithangbord meldt: 'Halloran & Sons, Fijne Vleeswaren'. Eronder is een officiële mededeling van de New Yorkse Gezondheidsdienst bevestigd waarop staat dat de firma tijdelijk gesloten is wegens het tot drie keer toe overtreden van de hygiëneregels.

De Witte Engel haalt een sleutel uit zijn zak, zelf gevijld naar voorbeeld van een die hij een uurtje heeft ontvreemd. Binnen is het donker en erg koud. Hun voetstappen produceren een bijna plechtige echo; Lawrence stelt zich voor dat ze zo ook klinken in een in het oude Europa gelegen gotische kathedraal, de Notre Dame bijvoorbeeld.

De Witte Engel doet een lamp aan en zegt met gemaakte plechtigheid: 'Zie hier, het abattoir. '

Ze staan voor een batterij uitbeentafels die door alle vlekken de kleur van ebbenhout hebben gekregen. Hoewel de airconditioning op volle toeren draait, hangt er een duidelijke bloedgeur in de lucht. Boven en achter de tafels hangen drie houten rekken vol met roestvrijstalen messen. Alle maten en soorten zijn vertegenwoordigd: uitbeen-messen, snijmessen, schilmesjes, kartelmessen en ook compacte bijltjes om mee door gewrichten te hakken, hamers met grote, vierkante, lelijke koppen om de kalfsfilet mals te slaan. En overal gegalvaniseerde afvalemmers om het afsnijdsel in te gooien. Op de vloer, in de barsten in het beton, als een nieuwe soort voegspecie, stroompjes geronnen bloed. En vlak daarboven waterkranen om het afval weg te spoelen.

De Witte Engel steekt zijn hand achter de bovenste rij messen en haalt een pakje te voorschijn dat in bruin papier gewikkeld zit, met daaromheen bruin touw.

Hij geeft het aan Lawrence. 'Hier, maak maar open. '

Lawrence trekt aan het touw, en als een stukje origami ontvouwt het papier zich in zijn handpalm. Erin ziet hij een tiental lange, metalen instrumenten.

'Dat zijn mijn spoorwegnagels. ' De Witte Engel pakt er een en draait hem langzaam rond tussen zijn vingers. 'Dat is wat ik gebruik. ' Hij laat het puntige uiteinde zakken tot het tegen het midden van Lawrences voorhoofd rust. 'Ik steek hem in het linkeroog en verwijder de pijnappelklier. ' Hij draait hem rond en maakt zo een merkteken. De kloon geeft geen krimp.

Abrupt haalt hij de nagel van zijn voorhoofd, laat hem tussen de andere vallen en bindt het pakje weer dicht. 'Niemand heeft dit nog ooit gezien. Alleen jij. '

Hij legt het pakketje terug en pakt dan een mes met een lang lemmet uit het rek. Hij steekt het Lawrence met het heft naar voren toe en zegt: 'Als je het wilt doen, doe het dan nu. '

Hij kijkt Lawrence in de ogen, in zijn hart, zo lijkt het wel.

'Nee? Heeft Christopher je geen instructies gegeven om mij te doden? Weet je zeker dat je niet even wilt toesteken?'

'Er is nooit over het doden van jou gesproken, ' zegt Lawrence. 'Trouwens, waar ik ook voor gemaakt ben, ik ben inmiddels meer dan dat. Ik ben, dus denk ik. En met dat denken neem ik mijn eigen beslissingen. Ik volg mijn eigen pad. '

De Witte Engel drukt het mes in Lawrences hand. 'Dan zul je me dus niet doden?'

'Ik zal niemand doden. Doden is verkeerd. '

'Christopher doodt. '

'Ja, en jij ook. '

De Witte Engel neemt het mes terug. 'In dat geval een klein applaus voor jouw logische geest. ' Hij knielt en zet het lemmet op zijn keel. 'Je hoeft het maar te zeggen en ik zal zelf de daad uitvoeren. '

'Is dit een test?' vraagt Lawrence. 'Geloof je soms niet in mijn principes?'

'Wat zijn woorden meer dan mooie schilderijen, geschilderd door kunstenaars?' zegt de Witte Engel minachtend. 'Wat kun jij nu voor principes hebben? Je bent nog maar net twintig dagen oud!' Zijn ogen branden met een kil, berekenend vuur. 'De kwestie waar het hier om gaat, is: ben jij de creatie van Christopher of die van mij? Kies! Nu!'

'Je probeert me in de war te brengen. ' Lawrence lijkt geïrriteerd.

'Nee hoor, verre van dat. ' De Witte Engel komt overeind; het mes hangt doelloos langs zijn zij. 'Zoals ik al zei, ik wil de waarheid achterhalen. '

'Wat die waarheid betreft, ' zegt Lawrence, 'waarom heb je Bobby Austin eigenlijk vermoord?'

De Witte Engel tuit zijn lippen. 'Je weet dus dat er een reden voor is. '

'Ja. '

'Vertel eens, junior, zou je me doden om erachter te komen?'

'Dat heb ik je al gezegd. Het is niet aan mij om wie dan ook te doden. '

'Goed, dat is dan geregeld. ' De Witte Engel legt grinnikend het mes terug. 'Ik heb hem vermoord omdat... ' Als hij even zwijgt, voelt Lawrence, die hem kent als zichzelf en toch ook weer niet, hoe hij de woorden op zijn tong houdt, als een laatste stukje heerlijke chocola. Er rijpt iets, en Lawrence houdt zijn adem in.

'Henry Miller schreef ooit iets dat ons beiden raakt, ' zegt de Witte Engel. 'Hij schreef het in het voorjaar van 1932 maar, mijn God, ik zweer je dat het voor dit moment bedoeld was. "Niemand maakt, voorzover ik kan zien, gebruik van de elementen in de lucht die richting en motivatie aan ons leven geven", schreef hij. "Alleen de moordenaars lijken ook min of meer uit het leven te halen wat erin zit. Deze eeuw vraagt om geweld, maar we krijgen alleen ontijdige explosies. Revoluties worden in de knop gebroken en anders lukken ze te snel. De passie is snel weggeëbd. De mens valt terug op ideeën, comme d'-habitude. Er komt niets uit wat meer dan vierentwintig uur standhoudt. We leven een miljoen levens in het tijdsbestek van een generatie. '" Hij kijkt Lawrence aan met ogen die branden als gloeilampen. 'Ik heb Bobby Austin vermoord omdat ik niet anders kon; omdat het de voorlaatste stap was om de cirkel rond te maken. '

'Dat begrijp ik niet. '

'Dat komt omdat je nog steeds voor het grootste deel Christophers schepping bent. '

Ze keren terug op hun schreden. Op het laadplatform gaan ze op de rand zitten, hun voeten bungelend als Tom Sawyer en Huck Finn aan de oever van de Mississippi.

De Witte Engel pakt de fles stroperige vloeistof en doet zijn mond open. Zeven druppels vloeien op zijn tong, zijn kaken slaan dicht en hij slikt krampachtig. Hij geeft de pipet aan Lawrence. 'Mond open en "ah" zeggen. '

Lawrence voelt de koud-hete sensatie van de vloeistof die op zijn tong naar achteren glijdt, naar zijn smaakpapillen.

'Er zijn nu nog maar twee doses over, ' zegt de Witte Engel spijtig. 'Jouw pappie is langs geweest en heeft de rest geconfisqueerd. Hij heeft daarvoor wel een heel vervelend tijdstip gekozen. Maar goed, het is niet anders. In tijden van oorlog kan de situatie elk moment veranderen. '

Er dendert weer een vrachtwagen voorbij, met op de zijkant de domme runderkop van een koe.

'Wat vreemd is het toch om weer met iemand samen te zijn. Om te praten over simpele, alledaagse zaken; dingen die ik nooit tegen iemand anders zou vertellen. Ik heb het gevoel dat ik met jou tot middernacht zou kunnen doorpraten, om vervolgens tot de volgende ochtend in een droomloze slaap te vallen. Wat zou dat een opluchting zijn. '

'Slaapje niet?'

'Terwijl de wereld in brand staat, hoe zou ik kunnen? Ik heb al in geen jaren geslapen. '

'Als ik slaap, droom ik over jou. '

'Dat weet ik, junior. Het lijkt wel of er een wezel in mijn nek hangt nu ik jou om me heen heb. En je laat verdomme niet los ook, hè?' De Witte Engel lacht, alsof hij een grapje maakt, maar in zijn huidige toestand voelt Lawrence met koele zekerheid dat de Witte Engel hem de waarheid heeft verteld - of althans een vorm van waarheid.

'Vertel eens over Andy, ' zegt de Witte Engel. 'Christopher zal met jou toch wel over zijn zoon gesproken hebben?'

Lawrence voelt een koude rilling door zich heen gaan als de betekenis van het woord verraad door zijn hoofd spookt. 'Hij heeft het nooit over hem gehad. '

De Witte Engel kijkt hem schuins aan. 'Lieg niet tegen me, junior. Grote Broer weet wanneer je liegt. '

'Verbaast het je echt dat Christopher mij niet in vertrouwen heeft genomen? Ik denk dat ik voor hem maar iets tijdelijks ben, iets wat in zijn leven verschijnt en even snel weer verdwijnt. '

De Witte Engel knikt. 'Waar je vandaan kwam, waar je uiteindelijk heen gaat, het doet er voor hem niet toe. Nou, voor mij beteken je meer dan dat. Veel meer. ' Hij slaat zijn arm om Lawrences schouders. 'Voel je iets als ik dit doe? Nog niet? Geef het de tijd; de cocktail werkt niet meteen. En als je hevig begint te zweten, sla daar dan geen acht op, hoor je? Het is gewoon onderdeel van het proces. '

'Welk proces?' Lawrence heeft een rare smaak in zijn mond, en zijn tong is zo dik dat hij bang is dat zijn woorden er vervormd uitkomen. Het licht van de straatlantaarns is wazig, als pastelkrijt waarop water is gevallen.

'Ik zet je opvoeding voort, junior. Goed, luister... en leer. De sjamanen van het Altai-gebergte in Azië kennen een bepaalde ceremonie. Ze wordt gehouden op de avond van het eerste gevecht, als de wraak nog echt iedereen beheerst. De sjamanen worden met water ritueel gezuiverd. Vervolgens drinken ze een bepaalde vloeistof. Deze vloeistof opent het Kanaal. Het Kanaal leidt naar waar de Eerste Macht in hen huist. De macht die door de voorvaderen werd gebruikt. Hij is heel gevaarlijk, deze Eerste Macht, ook al komt hij tot op zekere hoogte bij iedereen voor. Je kunt erdoor worden verslonden, volkomen uitgezogen, zodat je als een kwijlende idioot achterblijft. Ik weet wat je nu denkt, maar je loopt echt nauwelijks gevaar. Zolang ik je gids ben, je goeroe, je avatar. We zullen samen door het vuur gaan. '

De Witte Engel grijnst. 'Weet je wat ik zo prettig vind? Ik hoef me bij jou niet anders voor te doen dan ik ben. Ik kan gewoon mezelf zijn. Zo heb ik me niet meer gevoeld sinds Faith de boerderij verliet. En dat is al een flinke tijd geleden. ' Hij kijkt Lawrence aan. 'Hé, je ogen beginnen glazig te worden. ' Hij strijkt hem zacht over de wang.

'Oké, ik ga je een verhaaltje vertellen. Of althans de belangrijkste passage daaruit. Over Faith. Je moet meer van haar weten, wil je mij kunnen helpen. Concentreer je nu op mijn stem, dan komt alles goed. Aangezien bij jou vanbinnen alles zo dolgedraaid is, is het mogelijk dat je mijn cocktail ook te snel verwerkt. Maar je bent sterk. Ik voel dat je Eerste Macht zich al begint te manifesteren. ' Hij pakt Lawrences hand. 'Maar maak je geen zorgen, ik zal ervoor zorgen dat je niets overkomt. '

Hij veegt met de mouw van zijn jack het zweet van Lawrences gezicht. 'Na de brand, nadat ik het verleden zo goed als mogelijk had uitgewist, reisde ik naar het westen - naar de plek waar al de stormen beginnen die over de stoffige vlakten razen. Ik ging op zoek naar Faith. Een jaar daarvoor - ze was toen zeventien - had ze haar geduld met mama verloren. Ze stal het etensgeld uit de koekjestrommel waarin mama het voor mij had achtergelaten en trok naar het westen. Ze smeekte mij om met haar mee te gaan, maar ik kon mijn familie niet zomaar in de steek laten, toch? Ik kon mama niet achterlaten. Althans, toen nog niet. Ze vertelde me waar ze heen ging. Ik wuifde haar zonder een woord te zeggen uit. Als ik haar had willen tegenhouden, had ik haar pijn moeten doen, en dat zou ik nooit kunnen. Nooit. Faith is de enige mens die ik ken voor wie ik zou willen sterven. En als het moet, zal dat ook gebeuren. '

Hij rolt zijn hoofd in zijn nek zodat hij naar de hemel kijkt, waar dwars door het harde licht van de stad heen sterren schijnen, en een maan glanst als een kers op een sorbet.

'Tegen de tijd dat ik de uitlopers van de Rockies bereikte, was mijn allereerste snor tot wasdom gekomen. Net over de grens met Montana kocht ik een cowboyhoed en knoopte een geblokte sjaal om mijn hals. Ik liet mijn snor groeien tot hij lang en pluizig was en koesterde ook een keurig sikje, zoals ik dat eens op een oude cowboyfoto had gezien.

Ik vond Faith in een kleine stad genaamd Debenture, Montana. Ze lag op haar buik op de vloer van haar smerige kamertje in een van vlooien vergeven pension. Ze was beroofd en verkracht en op een wel heel brute wijze doodgeslagen. Er zaten touwstriemen op haar polsen, dijen, enkels en over haar borsten. De sheriff, die nogal op zich liet wachten, was niet bepaald sympathiek. In zijn ogen was Faith een zwerfster en een hoer die Debenture alleen maar ellende bracht. Mensen zoals zij betekenen alleen maar moeilijkheden, zei hij tegen me. Ik had ter plekke zijn neus eraf moeten bijten. Ik wist dat hij huichelde.

Hij droeg zijn medeplichtigheid naast zijn blikken ster met zich mee. Hij leek totaal niet onder de indruk van Faiths verschrikkelijke lot.

Het enige wat er nog van haar bezittingen restte, was een blauw glazen flesje dat ze in Grand Junction had gekocht. Ik was zó woedend dat ik het tegen de muur kapotgooide. En zal ik je eens wat vertellen? Ze bleek er een klein stukje papier in te hebben verstopt. Een lijst van vijf namen, mannen die in de stad of in de omgeving ervan woonden, belangrijke mannen, zelfs nu ze min of meer gepensioneerd waren - politici, een rechter, zakenmensen.

Ik wist dat zij de mannen waren die Faith vermoord hadden. Wat voor relatie had ze met hen gehad? Ik wist het niet, wilde het ook niet weten. Wat deed het er verdomme ook toe? Ze hadden haar gebruikt en haar vervolgens vermoord; ze hadden op een laffe manier een kwetsbaar, uitzonderlijk en heel mooi meisje misbruikt, haar een spies recht door haar hart gedreven. '

De Witte Engel zwijgt even om meer zweet weg te vegen, zweet dat nu vrijelijk uit Lawrences wijdopen poriën stroomt 'Langzaam en zorgvuldig raapte ik elk stukje blauw glas weer op. Ik vond een gereedschapswinkel en lijmde alle scherven weer aan elkaar. Maar dat was natuurlijk niet genoeg. Kun je je voorstellen hoe het is om zo met iemand anders verbonden te zijn dat zijn ziel zich in jouw lichaam lijkt te nestelen? Nee, hoe zou je ook. Maar je zult er nog wel achterkomen, dat beloof ik je. ' De Witte Engel wacht tot een rij vrachtwagens de hoek om is - de uitlaten echoën dreigend door de straat, als een grizzlybeer die grommend op een bergkam staat.

'Vlak voor het ochtendgloren begon ik met de naam bovenaan Faiths lijst. Toen ik daarmee klaar was, ging ik naar de volgende, en zo door. Ik doodde er elke dag een. Ik sliep overdag, een wonderbaarlijk diepe en droomloze slaap waaruit ik verfrist wakker werd, klaar om toe te slaan. Toen ik na vijf dagen mijn werk erop had zitten, ben ik uit Debenture vertrokken om er nooit meer terug te komen.

Om eerlijk te zijn, was ik diep teleurgesteld, want ik was me gaan realiseren dat mijn lichaam een hol vat was en dat ook zou blijven, hoe ik ook mijn best deed het te vullen. Het extatische gevoel dat ik had toen het leven uit de vijf geofferde lichamen wegvloeide was zó vluchtig dat ik het me nog nauwelijks herinnerde.

Leeg was ik in Debenture aangekomen en leeg ging ik ook weer weg. Alleen Faith bleef in me achter. '

De Witte Engel pakt Lawrence stevig beet als die begint te rillen alsof hij een verschrikkelijke koortsaanval heeft. 'Ben je er nog, junior?' Hij veegt de nek van de kloon schoon, maar Lawrences ogen hebben alle glans en scherpte verloren. Hij zit midden in een visioen.

Nacht in het Debenture van vijftien jaar geleden, na de laatste moord. Bij het licht van een koperkleurige vollemaan ziet hij de Witte Engel gebogen over het graf van zijn zuster zitten. Boven en achter hem doemt een enorme houten watertoren op die naast de spoorweg staat. Niet ver daarachter gaat de stad over in de wildernis. Van de railbedding neemt de Witte Engel een handvol spoorwegnagels.

Nu ziet hij wat zich in het hoofd van de Witte Engel afspeelt. Hij wordt de Witte Engel terwijl hij zijn jachtmes reinigt in zijn eigen bloed. Hij verkeert in een andere tijd, een andere ruimte, als hij het lijk van een klein meisje gaarstooft en het van alle vlees ontdoet. Dat gedaan hebbend, neemt hij haar schedel en verwijdert de bovenkant. Hij steekt zijn handen naar binnen en legt ze om de hersenen. Hij onderzoekt met zijn vingertoppen de nietige windingen en herhaalt ondertussen als in een klaagzang de vragen die hem kwellen: Wat is leven? Wat is dood? Waar is de plek waar die twee elkaar ontmoeten? Lawrence voelt dit ook, alsof hij daar is, alsof hij de Witte Engel is. Hij voelt dat er in de geest van de Witte Engel nog een andere aanwezigheid rondwaart, die zich als een slang aan hem opdringt. Zijn moeder, die haar gelovige woorden uitspuugt in de ether boven het duistere Oklahoma, de televisiemicrofoon die haar stem tot in alle vier de hoeken van de staat brengt. Op datzelfde moment voelt het kostbare brein in zijn handen zwaar aan, alsof de wijsheid ervan vanuit een onzichtbare en onkenbare plek in hem vloeit. Het ritueel is voltooid en hij wikkelt de schedel in stukken stof en plastic, want hij zal hem op zijn lange, zware, bloederige reis bij zich houden.

Lawrence opent zijn ogen. Hij likt langs zijn lippen; zijn mond is heel droog. Hij voelt zich verzwakt, alsof hij zwaar ziek is. Hij voelt zich als de jonge man met te veel drank in zijn lijf die samen met zijn vriendin aan de overkant van de straat verschijnt. De jonge man wankelt en valt half tegen een opstaand metalen rooster aan. Hij kotst. Lawrence, die zijn maag omhoog voelt komen, wendt zich af. Maar het helpt niet; hij blijft zich beroerd voelen. Als hij daar een opmerking over maakt, zegt de Witte Engel: 'Dat is de cocktail. Je moet gereinigd worden voordat het Kanaal zich opent naar de Eerste Macht. Het zweet bevat alle slechte stoffen in jouw systeem. Als je gelouterd bent, zal het zover zijn. Dan zul je voelen hoe het universum zich opent en dan zul je het betreden, even natuurlijk alsof je ademt of denkt. '

Lawrence heeft eerder het gevoel of er zich een grote spleet opent en hem omlaag in zijn muil trekt. Hij raakt met toenemende snelheid onthecht van zichzelf, alsof hij onder het vallen opkijkt en iemand die heel erg op hemzelf lijkt op de rand van de spleet ziet staan, ziet vallen.

Wie ben je? fluistert Lawrence tegen zichzelf. Wie ben je?

Het is niet zo vreemd dat hij deze vraag stelt. De Witte Engel heeft in diezelfde omstandigheid gevraagd: Wat is leven? Wat is dood? Waar is de plek dat die twee elkaar ontmoeten? Want dat zijn nu eenmaal de vragen waarop hij antwoord moet hebben voordat het bewustzijn voorgoed uitdooft. Voor Lawrence is het leven veel te snel voorbijgegaan om een idee te hebben wie hij is.

Hij voelt de drug wegebben. Hij weet dat hij snel moet nadenken, dat hij nu de kans krijgt om de Witte Engel zijn loyaliteit te laten blijken. Wat rest hem nog dan het vertrouwen te beantwoorden dat de Witte Engel in hem heeft gesteld door het verhaal te vertellen van het verschrikkelijke overlijden van Faith?

'Je hebt je drug met mij gedeeld, ' zegt hij. 'Nu wil ik iets voor jou doen. '

'Je meent het. ' De Witte Engel lijkt niet bijster geïnteresseerd. 'En wat dacht jij dan wel voor mij te kunnen doen, junior?'

'Faiths ogen liggen nog in het appartement. Ik weet hoeveel ze voor je betekenen, ' zegt Lawrence. 'Jij kunt ze daar niet ophalen zonder gearresteerd te worden. Ik kan dat wel. '

'Is dat zo? Christopher zal zo langzamerhand Dillard wel gevonden hebben. Hij vertrouwt je al niet meer. '

'Misschien, maar hij is nog niet zeker van zijn zaak. En trouwens, ik ben die ik ben. Een door niemand gekend schepsel dat zich in de schaduwen ophoudt. Als hij me aan ziet komen, zal hij iedereen ergens anders heen dirigeren. '

'In dat geval zal ik zelf gaan, ' zegt de Witte Engel. 'Wij zien er precies hetzelfde uit. Met enige cosmetische foefjes van mijn kant zijn we niet van elkaar te onderscheiden. '

'Niet zichtbaar, nee, ' antwoordt Lawrence, 'maar hij zal vragen stellen. En binnen een minuut zal hij ontdekken dat jij het bent. Geloof me, je zult hem niet om de tuin kunnen leiden. '

Daar denkt de Witte Engel even over na. 'Het is fataal om de vijand te onderschatten, junior. '

'Na wat ik allemaal over oorlogen gelezen heb, moet ik dat beamen. '

De Witte Engel staat op en Lawrence volgt zijn voorbeeld. 'Dus waar het eigenlijk op neerkomt, is dat ik jou op de proef zal moeten stellen door je terug naar pappie te laten gaan. En als je nu eens niet terugkomt?'

'Ik kom terug, ' zegt Lawrence.

'Ja, dat is zo. En dit zal daarvoor garant staan. ' Hij rent de straat over, waar het meisje nog steeds probeert haar vriendje bij zijn positieven te krijgen.

Lawrence hoort hem zachtjes, vriendelijk tegen het meisje praten en hij denkt Nee!, een kreet in zijn gedachten, meer niet, het ijle, onmachtige geweeklaag van een droom. Veel te snel is de Witte Engel weer terug, met het meisje op sleeptouw.

'Lawrence, ' zegt hij glimlachend, 'dit is Marcy. '

'Hoi. ' Ze steekt haar hand uit en verdwaasd schudt Lawrence die. 'Ben ik even blij dat ik jullie tegenkom. ' Een vlasblonde meid met de koortsige blik en enigszins verloren houding van iemand die net de ergste paniek te boven is. 'Wij komen uit Jersey. Mijn vriendje Frank heeft een beetje te veel gezopen, dus leek het me goed om een eindje te gaan wandelen. ' Ze kijkt met een bedenkelijke blik naar de overkant. 'Ik geloof bij nader inzien dat het toch niet zo'n goed idee was. Hij zakte van het ene op het andere moment in elkaar en ik weet niet meer waar we zijn of wie ik om hulp kan vragen. '

'Maak je maar geen zorgen, ' zegt de Witte Engel joviaal. Hij is op een spookachtige manier veranderd. Hij straalt charme uit zoals een filmlamp hitte verspreidt. 'Lawrence, ik zal deze aardige mensen helpen terwijl jij je klusje doet, oké?'

Het is beslist niet oké, maar Lawrence weet dat hij er niets aan kan doen. Hij ziet aan de parelende, dankbare blik van het meisje dat ze zich al deels aan de Witte Engel heeft overgegeven. Het is niet terug te draaien, dit, weet Lawrence, net als Sara's worp die door de slagman over het hoofd van de verrevelder is geslagen. Marcy wil gewoon te graag de Witte Engel haar vertrouwen schenken.

'Ik ken die blik. Maak je geen zorgen, ' zegt de Witte Engel sussend. Hij richt zich tot het meisje. 'Hij maakt zich zorgen om mij, die lieve jongen. Ik wil altijd mensen in nood helpen, en hij blijft me maar voorhouden hoe gevaarlijk de grote stad kan zijn. ' En dan, met onberispelijke timing, tegen Lawrence: ik ben tot jij terugkomt volkomen veilig bij deze mensen, niet, Marcy? Probeer hem er alsjeblieft van te overtuigen dat je niet plotseling slagtanden krijgt zodra hij is verdwenen. '

'O, mijn God, nee, ' zegt het meisje giechelend. 'Wij doen nog geen vlieg kwaad. Eerlijk. ' Nu de angst verdwenen is, heeft het vertrouwen dat ze in de Witte Engel heeft gesteld haar een beetje onbezonnen gemaakt. Ze gedraagt zich als iemand die de clou van haar verhaal morgen tegen haar vrienden al klaar heeft. 'We zullen allemaal heel goed op elkaar passen. Beloofd is beloofd. '

'Zo mag ik het horen. ' De Witte Engel grinnikt als de kat in Alice in Wonderland, een schepsel waar Lawrence tot aan dit moment dol op was. 'Ik ben zo weer terug, ' zegt Lawrence, die hoopt dat het als een waarschuwing klinkt.

'Ja, dat weet ik toch, ' antwoordt de Witte Engel, met zijn zonnigste stem. 'Ga nu maar snel, Lawrence, en doe dat voodookunstje dat je zo goed beheerst. '