39

Ward Riley moest wel zeer rijk zijn, besefte Joanna toen ze voor het eerst zijn appartement binnenkwam. Hij woonde in het Dakota Building, een imposant neogotisch gebouw aan Central Park West, dat aan het eind van de vorige eeuw op een van de meest voorname plekken van Manhattan gebouwd was. Het was beroemd geworden als de plaats waar John Lennon was doodgeschoten, en was in de jaren zestig ook gebruikt voor het verfilmen van Rosemary’s Baby. En Joanna wist dat het ook als achtergrond had gediend voor Time and Again, het schitterende boek over reizen door de tijd van Jack Finney. Een gebouw met interessante associaties, zei ze in zichzelf.

Een Chinese huisknecht bracht haar naar een zitkamer met een hoog plafond en veel licht die een imponerend uitzicht bood over het park. De meubels, antieke bronzen beelden, houtsnijwerken, laktafels en schilderijen in tere tinten, gaven het vertrek een oosters tintje. Alles wekte de indruk dat het met de grootste zorg en zeer zorgvuldig was verzameld.

Ward en Sam zaten al te praten. Ze stonden op om haar te begroeten. Ward, als altijd formeel beleefd, schudde haar de hand en vroeg of ze net als zij koffie wilde, of misschien iets anders. Ze bedankte en voelde meer dan ze het zag dat de huisknecht zich geruisloos terugtrok om hen verder niet te storen.

‘Nou,’ zei ze nadat ze op een lange bank met haar rug naar het raam was gaan zitten, ‘ik heb begrepen dat je in Zweden bent geweest. Heb je de man gevonden naar wie je op zoek was?’

Hij knikte nauwelijks waarneembaar. ‘Het is, zoals ik al zei, nooit moeilijk om hem te vinden wanneer je hem nodig hebt. Hij hield in een kasteel in de buurt van Stockholm een symposium voor een groep bankiers en industriëlen.’

‘Het gebruikelijke groepje pelgrims op de moeilijke weg naar verlichting?’

Het was niet zozeer een boosaardige als wel een sarcastische opmerking. Ward liet een flauw lachje zien.

‘Shahan, zo heet hij, zegt dat de ontkenning van het eigen ik geen betekenis heeft als het eigen ik eenmaal juist wordt begrepen.’

‘Nou, misschien heeft-ie wel gelijk,’ antwoordde ze vlak. ‘Ik zou op dit moment niet graag met hem in discussie treden.’

Ze wierp een blik op Sam. ‘Heb je Ward over het graf verteld?’

‘Ja, vlak voordat jij binnenkwam.’ Hij keek de oudere man aan. ‘Ik weet nog niet precies wat hij ervan denkt.’

Wards antwoord klonk behoedzaam. ‘Ik weet het zelf ook nog niet. Het is niet inconsistent met wat we van dit soort fenomenen weten.’ Hij keek Joanna aan. ‘Ik wacht met spanning af wat jouw onderzoek naar dit graf zal opleveren.’

‘Was Shahan ook bekend met dit soort fenomenen?’ vroeg ze.

‘Ja, zeker. Hij heeft er zelf geen ervaring mee, maar hij haalde geschriften over dit onderwerp aan die bijna drieduizend jaar geleden zijn geschreven. Zoals we allemaal al wel wisten, wordt dit soort fenomenen vanaf het eerste begin van de geschiedschrijving vermeld.’

‘En dacht hij dat Adam de dood van Maggie, Drew en Barry kon hebben veroorzaakt?’ ging ze door.

Ward aarzelde weer voordat hij antwoordde. ‘Veróórzaakt is misschien een te groot woord. Het fenomeen is krachtig, en in aanleg vernietigend. Maar het is meer een verwoestingsdrang van het soort waarover jij en Roger hebben gepraat: meer een kwestie van incompatibiliteit dan van regelrechte boosaardigheid. Het is een uit energie, onze energie, opgebouwde gedachtevorm. En energie is beperkt. Die kan niet op twee plaatsen tegelijk zijn en twee dingen tegelijkertijd doen. Uiteindelijk zal óf de tulpa overblijven, of de scheppers. Maar niet allebei.’

Er viel een stilte terwijl ze de betekenis van Wards enigszins apocalyptische verklaring in zich opnamen. Sam zat met de handen onder de kin gevouwen voor zich uit te staren, bijna alsof hij zat te bidden.

‘Ik zou graag willen weten waaróm dit allemaal is gebeurd,’ zei hij. ‘Waarom het ons is overkomen. Juist deze groep. Juist dit experiment. Waarom is Adam niet gewoon verdwenen toen we dat wilden? Wat was er de oorzaak van dat hij op deze wijze aan zijn bestaan bleef hangen?’

‘Ik krijg het gevoel dat hij er niet alleen maar aan blijft hangen,’ zei Joanna rustig, ‘maar dat hij terugvecht.’ Ze wendde zich tot Ward. ‘Denkt Shahan dat we er ook maar iets aan kunnen doen?’

Ward trok een lange, witte envelop uit de binnenzak van zijn jasje. Ook al was hij nog maar een paar uur geleden thuisgekomen van een trans-Atlantische vlucht, hij had toch zijn gebruikelijke smetteloze pak aan, compleet met zijden overhemd en stropdas.

‘Hierin,’ zei hij, ‘zit een mantra. Het is een zeer aparte vorm van een mantra, een paritta: een beschermende rite. Rites worden in Tibet en Oost-Azië wijd en zijd gebruikt om gevaar en ziekten af te weren, en duivelse geesten uit te bannen.’

Joanna sloeg Sam gade toen hij naar Ward zat te luisteren.

Ze zag dat hij heen en weer werd getrokken tussen wat hij graag wilde geloven en de twijfels die hij instinctief had ten aanzien van plechtige rituelen.

‘Paritta?’ zei hij. ‘Dat klinkt als iets wat je in een Mexicaans restaurant kunt krijgen. Denk je dat het ook in New York werkt?’

‘Waarom niet?’ zei Ward. ‘Daar is Adam ook tot stand gekomen.’

Sam perste zijn lippen op elkaar en haalde zijn schouders op. ‘Ik sta voor alles open…’

Er gleed een vluchtige glimlach over Wards gezicht.

‘Gelukkig hoef je hier niet in te geloven om het te laten werken. Het enige dat je hoeft te doen, is het ritueel op de juiste manier en op het juiste tijdstip uit te voeren. Maar er mag niet worden afgeweken van de voorgeschreven werkwijze.’

‘Hoe luidt deze mantra dan?’ vroeg Sam met een blik op de envelop die Ward nog steeds in de hand had.

‘Dat kan ik je niet zeggen, nog niet. Nadat hij hem heeft opgeschreven, heeft Shahan eigenhandig deze envelop verzegeld. Pas als we alle vijf bijeen zijn op de plek waar we Adam tot stand hebben gebracht, mag hij worden geopend en mag het geschrevene worden uitgesproken. Anders,’ zei hij terwijl hij de envelop weer in zijn binnenzak stopte, ‘zal de kracht van de paritta verloren gaan, en het is goed mogelijk dat wij dan de strijd tegen Adam zullen hebben verloren.’

Sam spreidde zijn handen om aan te geven dat hij alles wilde doen wat Ward verlangde, onverschillig hoe gereserveerd hij er zelf tegenover stond. Ward knikte om aan te geven dat hij het had begrepen.

‘Het spijt me als al die restricties een beetje ergerlijk of zelfs naïef overkomen, maar ik vrees dat ze een belangrijk deel van het ritueel uitmaken. Ik ben zo vrij geweest om Roger te bellen. Hij kan tegen zes uur van Princeton naar ons toe komen. Als het jullie allebei schikt, en Pete natuurlijk ook, dan stel ik voor rond die tijd in Adams kamer in het laboratorium bij elkaar te komen.’

De telefoon in Joanna’s tas ging over. Ze verontschuldigde zich en nam hem aan. Het was Ghislaine.

‘Je zei dat er haast bij was, dus ik dacht dat je wel zou willen weten wat ik tot nu toe heb ontdekt.’

Joanna bedekte het mondstuk en fluisterde naar de beide mannen die haar gadesloegen: ‘Het is mijn researcher. Ze heeft iets ontdekt.’

Ghislaine bleef in haar oor doorpraten. ‘Het is niet meer dan ik uit een paar bronnen heb weten op te vissen, voornamelijk bronnen die ik via het net kon bereiken. Ik zal over een paar dagen wel iets meer hebben.’

‘Het geeft niet, vertel maar wat je nu hebt.’

‘Het is misschien gemakkelijker als ik het e-mail. Waar zal ik het naartoe sturen?’

Vijf minuten later zaten ze met hun drieën om de pc die op het glazen bureaublad in Wards studeerkamer stond. Ze keken naar de woorden die over het scherm rolden en tegelijkertijd werden uitgeprint.



ADAM WYATT
– Kleurrijk avonturier die door markies De Lafayette, aanvoerder van Franse troepen die aan de zijde van de opstandige kolonisten in de Amerikaanse Onafhankelijkheidsoorlog streden, onder de hoede werd genomen. Vergezelde Lafayette toen die naar Frankrijk terugkeerde, waar hij in een aristocratische familie trouwde: zijn vrouw behoorde tot de intieme hofhouding van Marie-Antoinette. Werd uiteindelijk slachtoffer van de revolutie en werd samen met zijn vrouw ter dood veroordeeld. Vrouw kennelijk terechtgesteld, maar om nog onduidelijke redenen kreeg Wyatt op het allerlaatste moment gratie en ging vrijuit. Vestigde zich in Engeland, waar hij in 1795 voor de tweede keer trouwde, nu met een rijke erfgename. Na haar dood in 1799 keerde hij als rijk man naar Amerika terug, vergrootte zijn fortuin in het bankwezen, trouwde met een veel jonger meisje (wat een verrassing!) dat hem vijf kinderen schonk en hem een aantal jaren overleefde.

Dat is de korte samenvatting. Maar hier volgt iets interessants, dat ik nog verder moet nalopen. Er wordt van verschillende kanten gesuggereerd dat Adam Wyatt niet precies was wat hij leek te zijn. Twee mannen beweren dat hij het voorval waarmee hij Lafayettes lof oogstte, zelf heeft geënsceneerd: iets over een op hol geslagen paard dat de strategische posities dreigde te verraden aan de vooravond van Yorktown. Als dat waar is, betekent het dat hij opzettelijk de levens van Amerikanen en Fransen op het spel heeft gezet, en misschien zelfs de veldslag, om een wit voetje bij Lafayette te halen. De aanleiding daartoe werd, in elk geval ten dele, toegeschreven aan een zwanger meisje thuis en broers met geweren. De waarheid van die aantijgingen staat niet vast. Het enige dat bekend is, is dat de enige persoon die deze beschuldigingen uitsprak en nog in leven was toen Wyatt in 1799 terugkeerde, korte tijd later werd vermoord.

Het ziet er ook naar uit dat Wyatt kort na aankomst in Parijs Lafayettes steun verspeelde. Nadat hij in een familie was getrouwd met wie Lafayette was gelieerd, bleef hij talloze affaires hebben en zich in zeer twijfelachtig gezelschap begeven: onder andere werd er gefluisterd over zwarte magie. Zijn naam wordt een aantal keren gekoppeld aan die van markies De Sade, de mysterieuze en bijna net zo buitenissige graaf De Saint-Germain, en vooral aan die van een oude zwendelaar die Cagliostro werd genoemd, een zogenaamde alchemist en magiër, die vanwege een beruchte zwendelarij, de Affaire van het Diamanten Halssnoer, in de gevangenis werd geworpen.

Waar het op neerkwam, was dat Wyatt en Cagliostro ene kardinaal Rohan, die de steun van de koningin nodig had, ervan wisten te overtuigen dat zij dat wel voor elkaar zouden weten te krijgen. Het enige dat hij, de kardinaal, hoefde te doen was een zeer kostbaar diamanten halssnoer voor de koningin kopen, omdat ze vond dat ze het zelf met goed fatsoen niet kon aanschaffen, met het oog op het feit dat een dergelijke verspilling niet goed zou vallen bij de mensen die op straat van de honger omkwamen, enzovoorts. De kardinaal trapte erin en overhandigde het halssnoer aan de een of andere maîtresse van Wyatt die zich tijdens een geheimgehouden ontmoeting als de koningin voordeed. Er wordt gesuggereerd dat Rohan door Cagliostro zou zijn verdoofd of gehypnotiseerd om voor deze oplichtertruc te vallen. Het mag duidelijk zijn dat het halssnoer nooit meer werd gesignaleerd.



Ze hadden gedacht dat de kardinaal, die geacht werd rijk te zijn, liever het geld zou afschrijven dan een dwaas te lijken.

Maar het bleek dat hij bankroet was en de juwelier niet kon betalen. Toen de pleuris uitbrak, kwam Wyatt er op de een of andere manier zonder kleerscheuren af, maar Cagliostro kreeg alles op zijn dak en belandde in de gevangenis. Misschien hebben ze een afspraak gemaakt, waarbij Wyatt zijn invloed (of die van zijn vrouw) bij de rechters heeft aangewend om Cagliostro ’s straf om te zetten in verbanning. Daarna vertrok Cagliostro naar Italië en bleef Wyatt bij zijn veelgeplaagde vrouw in Parijs, tot aan de revolutie en haar dood.



Er wordt ook gesuggereerd, en dat zal ik nog nader onderzoeken, dat hij voor zijn terugkeer naar Amerika zijn Engelse vrouw zou hebben vermoord, en mogelijk ook haar broer.

Maar dat is nooit bewezen.



Deze vent lijkt het evenbeeld van de echte Amerikaanse held, of niet? Nog even dit: als je van plan bent over hem te gaan schrijven, zou het wel eens interessant kunnen zijn om erachter te komen waar zijn afstammelingen zich nu bevinden en hoe ze heten, en of er nog iets van dat fortuin is overgebleven. Jenny Sterns, die me soms een handje helpt, zal de genealogische kant voor me napluizen: aangenomen dat je, nu je er zo’n haast mee hebt, niet op een dubbeltje dood zult vallen. Ik hou je verder op de hoogte.



Liefs,
G.

Geestkracht
i_ed994164011062c6_split_000.html
Section0001.xhtml
Section0002.xhtml
i_ed994164011062c6_split_001.html
i_ed994164011062c6_split_002.html
i_ed994164011062c6_split_003.html
i_ed994164011062c6_split_004.html
i_ed994164011062c6_split_005.html
i_ed994164011062c6_split_006.html
i_ed994164011062c6_split_007.html
i_ed994164011062c6_split_008.html
i_ed994164011062c6_split_009.html
i_ed994164011062c6_split_010.html
i_ed994164011062c6_split_011.html
i_ed994164011062c6_split_012.html
i_ed994164011062c6_split_013.html
i_ed994164011062c6_split_014.html
i_ed994164011062c6_split_015.html
i_ed994164011062c6_split_016.html
i_ed994164011062c6_split_017.html
i_ed994164011062c6_split_018.html
i_ed994164011062c6_split_019.html
i_ed994164011062c6_split_020.html
i_ed994164011062c6_split_021.html
i_ed994164011062c6_split_022.html
i_ed994164011062c6_split_023.html
i_ed994164011062c6_split_024.html
i_ed994164011062c6_split_025.html
i_ed994164011062c6_split_026.html
i_ed994164011062c6_split_027.html
i_ed994164011062c6_split_028.html
i_ed994164011062c6_split_029.html
i_ed994164011062c6_split_030.html
i_ed994164011062c6_split_031.html
i_ed994164011062c6_split_032.html
i_ed994164011062c6_split_033.html
i_ed994164011062c6_split_034.html
i_ed994164011062c6_split_035.html
i_ed994164011062c6_split_036.html
i_ed994164011062c6_split_037.html
i_ed994164011062c6_split_038.html
i_ed994164011062c6_split_039.html
i_ed994164011062c6_split_040.html
i_ed994164011062c6_split_041.html
i_ed994164011062c6_split_042.html
i_ed994164011062c6_split_043.html
i_ed994164011062c6_split_044.html
i_ed994164011062c6_split_045.html
i_ed994164011062c6_split_046.html
i_ed994164011062c6_split_047.html
i_ed994164011062c6_split_048.html
i_ed994164011062c6_split_049.html
i_ed994164011062c6_split_050.html
i_ed994164011062c6_split_051.html
i_ed994164011062c6_split_052.html
i_ed994164011062c6_split_053.html
i_ed994164011062c6_split_054.html
i_ed994164011062c6_split_055.html
i_ed994164011062c6_split_056.html
i_ed994164011062c6_split_057.html
i_ed994164011062c6_split_058.html
i_ed994164011062c6_split_059.html
i_ed994164011062c6_split_060.html
i_ed994164011062c6_split_061.html
i_ed994164011062c6_split_062.html
i_ed994164011062c6_split_063.html
i_ed994164011062c6_split_064.html
i_ed994164011062c6_split_065.html