10
Een pizza Hawaï is nou niet echt een lokale lekkernij, maar het zal moeilijk genoeg worden mijn hoofd koel te houden zonder dat ik een mysterieus gerecht neem en per ongeluk een chili uitkies die zo heet is dat er een brandblusser aan te pas moet komen.
Kiki babbelt over de geweldige nieuwe spullen die haar favoriete interieurzaak onlangs heeft geïmporteerd en net als ik denk dat ze van plan is hier de hele maaltijd over door te zagen, excuseert ze zich en gaat naar de wc. Pas dan zegt Santiago voor het eerst iets: ‘Heeft je vader uitgelegd, dat we het hebben teruggebracht tot twee locaties?’
Ik kijk me vader geërgerd aan omdat we aan het gesprek beginnen en ik achterloop. Wederom.
‘Nog niet.’ Mijn vader lijkt afgeleid.
‘Er is geen beter moment dan nú!’ dring ik aan en kijk hem strak aan.
‘Nou,’ kucht hij. ‘Het gaat om een nieuw pand in het winkelcentrum aan de overkant. Als we dat nu kopen, kunnen we het sanitair en de inrichting zonder extra kosten uitkiezen. Bovendien zitten er nog twaalf zaken waaronder een bank en een apotheek, dus er is voldoende publiek.’
‘En het tweede pand?’
‘Een bestaand café. Er moet veel aan gebeuren, maar het is veel karakteristieker en pal aan het strand. De omgeving is minder ontwikkeld, maar het wordt er steeds drukker.’
‘Ik weet wel waar mijn voorkeur naar uitgaat,’ zeg ik met klem.
‘Wil je de twee locaties niet eerst zien voor je een beslissing neemt?’ informeert Santiago.
‘Karakter en strand zullen het altijd winnen van een zielloze plek in het winkelcentrum zoals café Nari of El Chaca.’
Mijn vader en Santiago kijken elkaar aan alsof ze willen zeggen: ‘Ze is hier toch gisteravond pas aangekomen?’
‘Er is nog een belangrijke factor die ik niet heb genoemd,’ zegt mijn vader met een kuch. ‘Het café op het strand is in Manuel Antonio.’
‘Nog een voordeel. Ik ben verkocht!’ juich ik.
‘Ben je er geweest?’ Santiago kijkt me achterdochtig aan.
‘Nee, maar het is niet in Tamarindo,’ zeg ik en haal mijn schouders op. ‘Meer hoef ik niet te weten.’
Erg onaardig van me om Santiago’s woonplaats zo af te kraken, maar het is de realiteit. Bovendien maakt het mij niet zoveel uit waar het is, hoewel ik hoop dat Santiago niet van plan is te verhuizen en ik dus in het voordeel ben.
‘Maar praktisch gezien is het verstandiger om voor Tamarindo te gaan,’ redeneert mijn vader. ‘Ik doe hier de meeste zaken en Kiki heeft hier al een paar leuke mensen leren kennen.’ Hij glimlacht en knijpt in haar hand als ze weer terugkomt.
Bang dat ze weer over gordijndingen gaat praten, kom ik vlug tussen beide. ‘Maar dat is toch geen probleem. Jij kunt langskomen als je voor zaken in Manuel Antonio bent.’
‘Maar dan moet ik je missen als je daar bent!’ pruilt Kiki.
O ja, zoals je me vandaag hebt gemist nadat je me op kantoor had gedumpt?
‘Doe niet zo gek,’ zeg ik sussend. ‘Het is maar een half uurtje vliegen en ik weet zeker dat je ook vaak naar het andere huis gaat!’
‘Ik ben er nog nooit geweest.’ Ze strekt haar arm uit om in de kin van haar man te knijpen. ‘Je zegt iedere keer dat je me mee zult nemen, maar dat heb je nog steeds niet gedaan.’
‘Als ik daar ben, ben ik altijd de hele dag aan het werk en ik was bang dat je je zou vervelen.’
‘Dat is dan ook geen probleem meer als ik er zou zijn!’ Dit gaat goed! ‘Zou dat niet leuk zijn, dan heeft Kiki op beide plekken vrienden?’
Ik zie Kiki opleven – ze heeft een punt, zie ik haar denken. Zelfs mijn vader lijkt te weifelen – verdraai een argument in het voordeel van Kiki en je zit in de race!
Ik kijk stiekem naar Santiago, maar schrik van de kille blik in zijn ogen die me tegelijkertijd doet huiveren van blijdschap – ik ben aan het winnen!
‘Volgens mij laten we ons een beetje meeslepen,’ probeert Santiago de teugels weer in handen te krijgen voor we rechtstreeks naar Manuel Antonio galopperen.
‘Is dat niet precies wat er gebeurt als een idee goed is?’ gniffel ik. ‘Dan wil je er mee aan de haal.’
‘Ik zeg niet volmondig nee tegen Manuel Antonio, het is duidelijk een sterke mededinger anders had hij niet bij de laatste twee gehoord.’
‘We hebben altijd gezegd dat we iets op het strand zouden willen, maar er is hier niks beschikbaar,’ legt Kiki uit.
‘In Costa Rica ontwikkelt Tamarindo zich momenteel het snelst, Manuel Antonio is meer een stabiele klassieker.’
‘En wat dan als Tamarindo uit zijn voegen groeit omdat alle ontwikkelaars hierheen komen en het een gekkenhuis wordt?’ Ik pauzeer even. ‘Ik zeg niet dat de stad haar natuurlijke charme zou verliezen, maar…’
‘Het punt is dat we er vanaf het begin bij zullen zijn,’ Santiago zet zijn hakken in het zand. ‘Er zal ruimte zijn om uit te breiden, maar we profiteren ook van de markt op dit moment.’
‘Denk je dat er een kans bestaat dat Manuel Antonio als ouderwets wordt beschouwd?’
O, nee. Ik raak Kiki kwijt!
‘Ik betwijfel het,’ komt mijn vader terug in mijn hoek. ‘Het is daar zo mooi en ze hebben een eigen nationaal park dat aan het strand grenst.’
Ik fleur op. ‘Is er een regenwoud?’
Mijn vader knikt.
‘Hier in Guanacaste is het toch allemaal tropisch droogwoud?’
Zowel hij als Kiki knikken.
‘En de mensen komen naar Costa Rica voor het…’
‘Ik denk dat er een ding is dat we eerst helder moeten krijgen,’ onderbreekt Santiago mijn gedachtenstroom. ‘Aan wie willen we koffie verkopen?’ Voordat ik kan antwoorden, gaat hij verder: ‘Tamarindo wordt omgeven door superluxe huizen.’
‘Geld dat in huizen wordt gestoken is een ding, maar hoeveel kun je voor een kop koffie vragen?’ Dan herinner ik me café Nari weer en zeg: ‘Dat neem ik terug.’
‘Kijk maar naar de andere winkels die hier zitten. We kunnen echt voor luxe gaan.’
‘Maar hoe ver kun je gaan?’ dring ik aan. ‘Het is prima om iets op te zetten dat even chic is als de foodhall van Harrods, maar dit blijft Costa Rica! Iedereen, behalve Kiki misschien, komt zwetend en onder de leguanenpoep binnenlopen. Persoonlijk denk ik dat we moeten gaan voor een mix van lokaal karakter, internationale kwaliteitsproducten en een eigen unieke sfeer in plaats van pretentieus.’
En eerlijk gezegd kan ik haast niet geloven dat een lokale bewoner voor het tegenovergestelde zou gaan. Speelt Santiago soms voor advocaat van de duivel? Waarom zou een Tico zichzelf uit de markt willen prijzen? Tenzij deze vent een uitweg zoekt.
‘Een uniek design is natuurlijk best mooi, maar dat raakt ook weer uit de mode,’ muggenzift hij.
‘We kunnen met onze tijd meegaan,’ breng ik daartegen in.
‘Als je blijft veranderen, raak je je identiteit kwijt.’
‘Madonna anders niet.’
Santiago kijkt me spottend aan.
Ik kan niet geloven dat ik een dergelijk voorbeeld heb gebruikt. Waarom moet ik mezelf voor schut zetten op zo’n cruciaal moment? Ik lijk wel een tiener. Ik wil vlug doorgaan, maar dan dweept Kiki: ‘Mijn god, ik ben dol Madonna. Ze schrijft nu zelfs kinderboeken. Die vrouw is net een kameleon.’
‘Zo zouden we het café kunnen noemen,’ flap ik eruit. De woorden rollen mijn mond al uit voor ik de gedachte zelfs maar heb gedacht. ‘Het Kameleon Café!’ piep ik. ‘Dan zijn de veranderingen die we doorvoeren voorspelbaar, een geïntegreerd geheel, de reden waarom de mensen terug blijven komen!’
‘Dat is goed,’ knikt mijn vader en plots kijkt hij naar me met een mengeling van verbazing en ‘dat heeft ze van mij!’ -trots. ‘Santiago, wat vind jij?’
‘Ik denk dat het geweldig zou zijn, als we in Madagaskar zouden zitten.’
‘Hoe bedoel je?’ Mijn hart staat even stil. O nee… Zeg alsjeblieft niet dat er in een land waar meer dan tweehonderd verschillende soorten reptielen leven, geen kameleons op de ark van Noach zijn terechtgekomen?
‘Er zijn er wel een aantal, maar het is nou niet echt waar we om bekend staan.’
Alles is verloren!
‘Als concept werkt het goed,’ mijmert mijn vader.
‘Maar wederom dwalen we af,’ snuift Santiago als het eten voor ons wordt neergezet. ‘We moeten helder hebben wat onze markt is, dat is allesbepalend voor de locatie, het design…’
‘De locatie is toch zeker het belangrijkst, de rest komt daarna toch pas?’ Ik heb totaal geen interesse in mijn pizza. Mijn maag draait zich om van ambitie en ik tol van de opwinding door de ideeën die in de lucht hangen.
‘Wat we denk ik uit het oog verliezen is het feit dat Tamarindo het meest zekere commerciële vooruitzicht heeft.’
‘Gaat het jou dan alleen maar om het geld?’ vraag ik smalend.
Hij kijkt me aan alsof hij wil zeggen: ‘Ben jij hier alleen maar om me af te zeiken?’
‘Dit is een zakelijk risico, miss Langston.’ Zijn kille houding ondermijnt zijn Latijnse afkomst.
‘Het is veel meer dan dat, mr.…’ Krijg de klere! Ik weet niet wat zijn achternaam is.
‘Umaña Barrientos,’ schiet Kiki me te hulp.
Ik kan het er niet op wagen dat uit te spreken dus laat ik het ‘mr.’ in de lucht hangen en ga verder: ‘Dit is een kans om iets te creëren dat zo veel meer is dan een plek om alleen koffie te kopen of te drinken. Dit café kan een toevluchtsoord of een uitje zijn, een favoriete plek om met vrienden bij te praten of juist rust te vinden. Het zou het hoogtepunt van iemands vakantie kunnen zijn. Als we de juiste mix vinden, zal het een merk worden waar weer andere projecten uit voortkomen en al het geld dat je wilt, maar met een gevoel van trots en bevrediging omdat je weet dat we iets van kwaliteit aan de wereld hebben bijgedragen.’
Ging dat te ver? Ik word een beetje onbezonnen van dit machtsspel.
Santiago doet deze keer niet eens een poging om er iets tegenin te brengen. Arme vent, hij heeft vast geen idee hoeveel er hier op het spel staat. Hij onderschat in ieder geval de jaren van training die ik achter mijn kiezen heb om te proberen mijn vaders respect en liefde te winnen. Tot nu toe is het me niet gelukt, maar dit conflict lijkt titanische proporties aan te nemen.
Blijkbaar is mijn vastberadenheid zonneklaar want Kiki stelt een tijdelijke wapenstilstand voor tijdens het eten. ‘Want anders krijgen we allemaal last van indigestie!’ lacht ze in een poging de ruzie wat af te zwakken.
Ik stem ermee in om mezelf het komende uur in te houden, maar daarna? Ik weet dat het ongepast, zelfs onpatriottisch is om met alle wapens op scherp naar een land te komen dat geen leger heeft, maar dat kan mij niets schelen! Het is oorlog!