Review

"This can only add to her growing reputation as doyenne of English mystery novelists. ... [S]ome particularly moving moments."—_Publishers Weekly

"A superbly paced, all-consuming treat.... George has the ability to display and then dissect her characters in a painfully realistic way. If dogged police work is what you demand from mysteries, hit the sidewalk with these complicated British detectives."—USA Today_

"Wrenching ... George still stands several rungs up the ladder from her more superficial rivals."—_Kirkus Reviews_

Product Description

When an elderly woman is deliberately run down and killed on a quiet London street, Detective Inspector Thomas Lynley must discover why. It is an investigation that will lead him to walk a fine line between personal loyalty and professional honor. What brought Eugenie Davies to London on a rainy autumn night? Why was she carrying the name of the man who found her body? Could her murder have some connection to a 28-year-old musical wunderkind, a virtuoso violinist whose talents have been internationally renowned since he was ten? To answer these questions Lynley will put his career in jeopardy even as he tries to safeguard those of his longtime partners Barbara Havers and Winston Nkata. Together, they must untangle the dark secrets and darker passions of a family whose history conceals the truth behind a horrific crime.

La toute première prise de contact entre le commissaire Maigret et la mort, avec qui il allait vivre des semaines durant dans la plus déroutante des intimités, eut lieu le 27 juin 1930 en des circonstances à la fois banales, pénibles et inoubliables. Inoubliables surtout parce que, depuis une semaine, la Police Judiciaire recevait note sur note annonçant le passage à Paris du roi d'Espagne pour le 27 et rappelant les mesures à prendre en pareil cas. Or, le directeur de la PJ. était à Prague, où il assistait à un congrès de police scientifique. Le sous-directeur avait été appelé dans sa villa de la côte normande par la maladie d'un de ses gosses. Maigret était le plus ancien des commissaires et devait s'occuper de tout, par une chaleur suffocante, avec des effectifs que les vacances réduisaient au strict minimum. Ce fut encore le 27 juin au petit jour qu'on découvrit, rue Picpus, une mercière assassinée. Bref, à neuf heures du matin, tous les inspecteurs disponibles étaient partis pour la gare du Bois-de-Boulogne, où on attendait le souverain espagnol. Maigret avait fait ouvrir portes et fenêtres et, sous l'action des courants d'air, les portes claquaient, les papiers s'envolaient des tables. A neuf heures et quelques minutes arrivait un télégramme de Nevers : Emile Gallet, voyageur de commerce, domicilié à Saint-Fargeau, Seine-et-Marne, assassiné nuit du 25 au 26, Hôtel de la Loire à Sancerre. Nombreux détails étranges. Prière prévenir famille pour reconnaissance cadavre. Si possible envoyer inspecteur de Paris.

Pietr-le-Letton arrive à Paris. Nul doute qu'il est là pour réaliser une des colossales escroqueries dont il est coutumier. Le commissaire Maigret, qui a reçu son signalement, le repère à son arrivée en gare du Nord. Il s'apprête à le filer lorsqu'un employé du train l'entraîne vers un compartiment où gît le cadavre d'un homme, parfait sosie du Letton. Mais est-ce bien lui ? Pour en être sûr, le policier retrouve la trace du premier voyageur dans un hôtel parisien. Le soi-disant Letton y a rencontré un comparse avec laquelle il a disparu. La piste semble coupée jusqu'au moment où Maigret trouve un indice qui le mène à Fécamp. La traque continue mais les choses se gâtent lorsqu'on tente de tuer le commissaire.

Quand Maigret arriva à Delfzijl, une après-midi de mai, il n'avait sur l'affaire qui l'appelait dans cette petite ville plantée à l'extrême nord de la Hollande que des notions élémentaires. Un certain Jean Duclos, professeur à l'université de Nancy, faisait une tournée de conférences dans les pays du Nord. A Delfzijl, il était l'hôte d'un professeur à l'Ecole navale, M. Popinga. Or, M. Popinga était assassiné et, si l'on n'accusait pas formellement le professeur français, on le priait néanmoins de ne pas quitter la ville et de se tenir à la disposition des autorités néerlandaises. C'était tout, ou à peu près. Jean Duclos avait alerté l'université de Nancy, qui avait obtenu qu'un membre de la Police Judiciaire fût envoyé en mission à Delfzijl. La tâche incombait à Maigret. Tâche plus officieuse qu'officielle et qu'il avait rendue moins officielle encore en omettant d'avertir ses collègues hollandais de son arrivée. Par les soins de Jean Duclos, il avait reçu un rapport assez confus, suivi d'une liste des noms de ceux qui étaient mêlés de près ou de loin à cette histoire. Ce fut cette liste qu'il consulta un peu avant d'arriver en gare de Delfzijl.

Au cours d'un week-end en Cornouailles dans la propriété familiale, l'inspecteur Thomas Lynley et ses invités découvrent le cadavre atrocement mutilé d'un journaliste local. Bien qu'il ne soit pas sur son terrain, Lynley est amené à collaborer avec ses collègues de province. Les hasards de l'enquête vont peu à peu dévoiler la personnalité profonde de Lynley : traumatisé par la lente agonie de son père et la " trahison " de sa mère, il n'a toujours pas pardonné... Dans ce récit poignant d'un long apprentissage - celui du pardon et de l'oubli -, Elizabeth George fait preuve, pour dépeindre ses personnages, d'une finesse d'observation hors du commun. Elle se révèle, roman après roman, l'une des meilleures représentantes du policier d'atmosphère " à l'anglaise ".

In een statig landhuis in Schotland verzamelt zich een groep acteurs voor de repetitie van een toneelstuk. Nog dezelfde avond wordt de schrijfster van het stuk vermoord. Inspecteur Thomas Lynley krijgt de opdracht om deze moord te onderzoeken. Algauw wordt duidelijk waarom juist hij op deze zaak is gezet: een van de verdachten is een bekende aristocraat. Lynley, zelf van adellijke afkomst, wordt geacht deze delicate zaak met de grootst mogelijke discretie af te handelen. Een stuitend geval van klassenjustitie volgens Barbara Havers, Lynleys partner, van wie hij in deze zaak dan ook weinig collegialiteit hoeft te verwachten. De zaak wordt nog gecompliceerder wanneer Lady Helen, de vrouw op wie Lynley verliefd is, een van de verdachten blijkt te zijn. Hierdoor dreigt Lynley de grens tussen professionele objectiviteit en persoonlijke betrokkenheid uit het oog te verliezen. Tot overmaat van ramp blijkt het bewuste toneelstuk ook nog eens genoeg materiaal te bevatten om de hele cast een motief tot moord te geven...

Deborah St. James bezocht het museum die druilerige dag niet alleen om voor de regen te schuilen, maar vooral om aan haar eigen neerslachtigheid te ontkomen. Tot haar stomme verbazing blijkt ze binnen de kortste keren haar hart uit te storten bij een volslagen onbekende medebezoeker, de Anglicaanse pastoor Robin Sage, terwijl zij Leonardo da Vinci's Sint-Anna te Drieën bewonderen en zich afvragen waarom Jozef op deze schets ontbreekt. Nog verbaasder is ze enige maanden later als de eerwaarde plotseling blijkt te zijn overleden ten gevolge van een ongelukkige vergiftiging. Maar al snel komen Deborah en haar man Simon tot de conclusie dat hier sprake van boze opzet moet zijn. Ze roepen de hulp in van hun oude vriend inspecteur Thomas Lynley en gezamenlijk beginnen ze een speurtocht naar een onthutsende waarheid...

De machtige Sir Bernard Fairclough roept inspecteur Thomas Lynleys hulp in bij het onderzoek naar zijn neef. Diens dood wordt afgedaan als een noodlottige verdrinking, en er is zo op het eerste gezicht niets dat anders doet vermoeden. Maar wanneer Lynley de hulp inroept van zijn vrienden Simon en Deborah St. James, wordt algauw duidelijk dat het binnen de Fairclough-clan wemelt van de geheimen, leugens en motieven. Terwijl Deborah onderzoek doet naar de zoon van Sir Bernard, Nicholas Fairclough, raakt ze geïntrigeerd door Nicholas’ beeldschone vrouw, met wie ze een uiterst sterke band voelt. Intussen graven Lynley en Simon naar informatie over de rest van de familie, onder wie de verbitterde ex-vrouw van het slachtoffer en de man voor wie hij haar verliet. Naarmate het onderzoek vordert, begint de positieve reputatie van de Faircloughs steeds meer deukjes te vertonen en dreigen het bedrog en de leugens iedereen in de familie te vernietigen…

Op een zomerse ochtend doet Ian Armstrong tijdens een eenzame strandwandeling een macabere ontdekking. Een bloeddorstige troep meeuwen stort zich krijsend op een betonnen bunker. Ian weet dat hier, aan de kust van Essex, geregeld dode zeehondjes aanspoelen en hij vindt inderdaad een lijk in de bunker, maar niet van een beest. Wat Ian aantreft, is het ontzielde, zwaar verminkte lichaam van een man.
Een tragische vondst, die voor de nodige commotie zorgt in de badplaats Balford-le-Nez. Vooral in Pakistaanse kringen, want het slachtoffer blijkt Haytham Querashi te zijn, een jonge man die op het punt stond te trouwen met de enige dochter van de belangrijkste man binnen de lokale Pakistaanse gemeenschap. De Pakistanen zijn ervan overtuigd dat Haytham vermoord werd en verwijten de politie laksheid en terughoudendheid bij het onderzoek. De dreiging van rassenonlusten hangt zwaar over het anders zo rustige badplaatsje.
Geïntrigeerd door de complexiteit van de situatie besluit brigadier Barbara Havers haar welverdiende vakantie te onderbreken. Ze biedt haar medewerking aan, niet in de laatste plaats omdat het onderzoek wordt geleid door Emily Barlow, de door haar zo bewonderde inspecteur. Een samenwerking van twee doortastende vrouwen, die zijn vruchten lijkt af te werpen, totdat Barbara tot de ontdekking komt dat er maar één persoon op de wereld is die je kunt vertrouwen. Dat ben je zelf...

In de ban van bedrog (Deception on His Mind) is de negende psychologische thriller van Elizabeth George, die onlangs werd uitgeroepen tot de meest stijlvolle misdaadauteur van dit moment.





Recensie(s)
NBD|Biblion recensie

In de badplaats Balford-le-Nez wordt het lijk van een Pakistaanse man gevonden, een vondst die verstrekkende gevolgen heeft. Niet alleen levert het politieonderzoek door inspecteur Emily Barlow en brigadier Barbara Havers een groot aantal verdachten op, de moord leidt ook tot raciale spanningen en tot spanningen binnen de Pakistaanse gemeenschap. Elizabeth George ontwikkelt zich tot een van de beste schrijvers van misdaadromans. Ze weet de typische Engelse sfeer en de problemen van de moderne multiraciale samenleving prima te combineren, ze weet zich in te leven in de Pakistaanse cultuur en weet de conflictsituatie overtuigend uit te werken. De intrige is knap opgebouwd, de lezer wordt voortdurend voor verrassingen geplaatst en de psychologische kant van de zaak geeft blijk van een klinische ontleedmethode en kennis van zaken. Meer dan 500 pagina's, maar als lezer verveel je je geen moment. Pocketeditie, zeer kleine druk.
(Biblion recensie, G.P. Schuring.)
(source: Bol.com)

Charlotte, het tienjarige dochtertje van staatssecretaris van Binnenlandse Zaken Evenlyn Bowen, verdwijnt op raadselachtige wijze. Wanneer de kidnapper een dreigbrief stuurt, weigert Evenlyn echter de politie in te schakelen. Ze is ervan overtuigd dat haar ex-man erachter zit. Deze zou, als hoofdredacteur van een op sensatie gericht dagblad, uit zijn op een politieke rel die haar moet dwingen af te treden. Wanneer het lijkje van Charlotte aanspoelt, staat Inspecteur Thomas Lynley voor een bijna onmogelijke taak de verloren tijd in te halen...

Recensie(s)
NBD|Biblion recensie

Inspecteur Thomas Lynley moet met zijn mensen een zeer ingewikkelde zaak oplossen: de ontvoering van en de moord op het dochtertje van staatssecretaris Evelyn Bowen. Het meisje blijkt een buitenechtelijk kind te zijn, verwekt door de hoofdredacteur van de landelijke krant The Source, Dennis Luxford. Deze zeer ingewikkelde intrige, met verschillende handelingskernen, speelt zich af op diverse plaatsen. Het geheel wordt echter prima in elkaar gevlochten: enerzijds de harde politieke wereld in Londen, anderzijds het decor van het Britse platteland met veel couleur locale, en met zijn karakteristieke persoonlijkheden. Ook deze achtste roman van de Amerikaanse schrijfster over het Engelse speurdersduo inspecteur Lynley en brigadier Barbare Havers is weer een uitstekende, spannende psychologische detectiveroman, goed geschreven, met een goede karaktertekening en een goed uitgewerkt plot. Dikke paperback met normale druk en smalle zijmarges.

(NBD|Biblion recensie, Redactie)
(source: Bol.com)

Op het kerkhof van Stoke Poges wordt het levenloze, gemartelde lichaam van de dertienjarige Matthew Whately gevonden. Is hij in handen van een sadistische seksmaniak gevallen? Het spoor leidt naar Bredgar Chambers, een typisch Engelse privéschool met een respectabele traditie, waar al generaties lang jongens uit de betere kringen opgeleid worden.

Inspecteur Thomas Lynley en brigadier Barbara Havers stuiten al gauw op het heersende systeem van erecodes: alle betrokkenen, zowel docenten als leerlingen, houden elkaar de hand boven het hoofd en zwijgen als het graf. Tal van verdachten passeren de revue: een leraar met pedofiele neigingen, de sadistische leerling Clive Pritchard en de cynische Giles Byrne. Ze lijken allemaal een motief te hebben, maar waterdicht bewijs ontbreekt. Totdat nieuwe, verrassende informatie boven tafel komt...

Recensie(s)
NBD|Biblion recensie

Op een Engelse kostschool wordt een dertienjarige jongen vermoord. Bij het onderzoek stuit inspecteur Lynley op een muur van zwijgzaamheid bij de leerlingen, die de gedragscode waarop de samenleving op de school stoelt, niet willen doorbreken. Het hoofd is vooral bezorgd om de naam van de school, en andere leerkrachten hebben allemaal wel iets te verbergen. Toch komen heel wat feiten aan het licht, zoals sadistische rituelen, seksuele uitspattingen en pornografische foto's, maar voordat een van de verdachten gearresteerd kan worden, wordt er eerst een zelfmoord gepleegd en wordt er een poging tot moord gedaan. De sfeer op de school met zijn tradities die tot uitwassen leiden, is uitstekend getroffen. Het klasseverschil tussen de leerlingen lijkt een belangrijk motief voor de moord, maar de zaak zit ingewikkelder in elkaar dan Lynley ooit had kunnen dromen. De schrijfster heeft een heel knap detectiveverhaal geschreven volgens de beste Engelse tradities, waarbij ze de mensen achter de hoofdrolspelers centraal stelt. Pocketeditie, kleine druk.

(NBD|Biblion recensie, Redactie)
(source: Bol.com)

Het moest een feestelijk weekeinde ter ere van inspecteur Thomas Lynley verloving worden. Maar wanneer hij en zijn verloofde, Deborah Cotter, bij zijn ouderlijk huis arriveren, blijkt daar een bijna ondraaglijke spanning te hangen. Voor Lynley, die vervreemd is van zijn moeder en geconfronteerd wordt met het feit dat zijn jongere broer aan drugs verslaafd is, roept het huis kwellende herinneringen op, die hij het liefst zou vergeten. Als in het nabijgelegen dorp Nanrunnel een journalist op gruwelijke wijze vermoord wordt, is er van een feeststemming al helemaal geen sprake meer. Alhoewel het onderzoek buiten Lynley´s bevoegdheid als inspecteur van Scotland Yard valt, raakt hij er toch bij betrokken. De bewijzen leiden niet alleen naar de man die zijn landgoed beheert, maar ook naar Lynleys eigen familie... 'Mij is de Wrake´ voert de lezer terug naar de vroegere jaren van Thomas Lynley.

Tot zijn grote schrik treft Martin Snell op zijn vroege melkronde niet de zeer aantrekkelijke bewoonster van Celandine Cottage aan, maar slechts de Geblakerde resten van het vijftiende-eeuwse landhuisje in Kent. Op de bovenste verdieping wordt het ontzielde lichaam van Kenneth Fleming, een vermaard cricketspeler, aangetroffen. Dood door verstikking, is al snel de conclusie. Wat deed Kenneth eigenlijk in Kent, terwijl iedereen aannam dat hij met zijn zoon op vakantie in Griekenland was? En welke rol speelden de drie vrouwen in zijn leven, die allemaal een motief voor de moord lijken te hebben? Inspecteur Thomas Lynley en brigadier Barbara Havers stuiten op een complex patroon van verstikkende relaties, waarin verwrongen verhoudingen, afwijzing en frustratie mensen soms aanzetten tot ongekende daden, waarbij liefde kan omslaan in allesvernietigende haat. Waar rook is... is een weergaloos knap gecomponeerde thriller met een ongekende psychologische diepgang.

In het graafschap Derbyshire worden twee ontzielde lichamen gevonden. Het ene is van de dochter van een gepensioneerde agent van Scotland Yard, het andere van een onbekende jongeman. Een dramatische vondst op een zo mogelijk nog dramatischer plek, want ze liggen midden in een cirkel van stenen, een offerplaats uit de prehistorie. Inspecteur Thomas Lynley opent het onderzoek, zonder Barbara Havers die na een intern onderzoek naar haar functioneren is gedegradeerd. Maar Havers heeft zo haar eigen plannen. En die hebben zeer zeker te maken met de zaak die Lynley onder handen heeft....

Elena Weaver is doof, maar leidt ondanks haar handicap een zelfstandig bestaan als studente in Cambridge. Elke morgen gaat ze in alle vroegte joggen langs de rivier. Haar overbezorgde vader staat er echter op dat ze daarbij begeleid wordt door zijn tweede vrouw Justine. Ongeduldig staat Elena op die bewuste, nog donkere ochtend te wachten op Justine. Er hangt een dikke mist over de ontmoetingsplaats bij de rivier. Maar haar stiefmoeder komt niet opdagen en ongeduldig als ze is, gaat Elena ten slotte maar alleen joggen. Rond een uur of zeven treft schilderes Sarah Gordon Elena’s ontzielde lichaam aan. Inspecteur Thomas Lynley en brigadier Barbara Havers worden op deze mysterieuze moordzaak gezet. Al snel komen zij erachter dat Elena niet zo braaf was als iedereen dacht. Ze blijkt een behoorlijk losbandig en bruisend ‘geheim’ leven te hebben geleid. Toch houdt iedereen in Elena’s omgeving hardnekkig de schijn op. Lynley en Havers vertrouwen het niet en vermoeden dat er meer aan de hand is...