Negen
Er zijn problemen in de moppenclub. Joege heeft vandaag tegen een paar mensen gezegd dat hij zelf een moppenclub wil oprichten. In de pauze stond hij nog bij de oude moppenclub. Ik heb hem zien staan. Maar na de pauze heeft hij eerst tegen Lucy en daarna nog tegen twee anderen gezegd dat hij vanaf morgen zijn eigen moppenclub begint en ergens anders gaat staan. Lucy heeft het aan verschillende mensen doorverteld. Ze heeft er meteen bij gezegd dat ze lid wordt van Joeges club en dat ze weggaat bij de oude moppenclub. Ze zou ook gezegd hebben dat Joege de oude moppenclub saai vindt. En dat hij de raadselmoppen van Soelaisja niet meer wil horen. Daarom begint hij zijn eigen club.
Ik ben benieuwd of er veel mensen lid worden van Joeges moppenclub. In ieder geval Lucy en Gerdie, de vriendin van Lucy, plus wel een stuk of vier jongens, denk ik. Dat hebben ze ook al een beetje gezegd. Het zijn jongens die graag de vieze moppen horen die Joege altijd vertelt. Het is wel vervelend voor Mischa twee, vind ik, zeker als er veel kinderen naar de nieuwe moppenclub gaan. Straks zijn er te weinig mensen over in zijn eigen moppenclub.
Dan moet hij er misschien mee stoppen.
Melis zal wel bij de moppenclub van Mischa twee blijven.
Ik heb hem nog nooit een heel vieze mop horen vertellen.
De ergste die ik me van hem kan herinneren is een mop over een broertje en een zusje die samen in bad zitten.
Als ze een tijdje in bad hebben gezeten, kijkt het meisje eens naar het piemeltje van haar broertje en vraagt: “Mag ik hem even aanraken?”
Het jongetje zegt geschrokken: “Nee, je hebt die van jezelf ook al afgebroken!”
Dat vond ik ook nog wel een grappige mop. Het is ook niet zo, dat ik vieze moppen altijd vervelend vind. Helemaal niet. Maar wel die vieze moppen van Joege. Hij kan z’n nieuwe moppenclub het beste maar meteen de viezemoppenclub noemen. Want dat wordt het toch.
De juffrouw heeft vandaag onder de les trouwens ook een mop verteld. Ze probeert altijd in te gaan op dingen waar wij buiten school mee bezig zijn. Daarom heb ik mama ook gevraagd of ze tegen de juffrouw wilde zeggen dat ze in de klas niet over kanker moest beginnen. Want dat zou ze anders zeker hebben gedaan. Ze is heel aardig hoor, onze juf, maar ze bemoeit zich iets te veel met alles. Nu ook weer met de moppenclub. Ze is daar zelf dingen over gaan uitzoeken en zo. Over moppen, bedoel ik. Vandaag had ze een lesje over de geschiedenis van de mop. Dat mensen lang geleden dus al moppen aan elkaar vertelden, omdat mensen altijd al graag hebben willen lachen. Ze vertelde ook dat mensen misschien ooit met lachen zijn begonnen toen een bepaalde apensoort zich ontwikkelde tot mensen. Ze gingen rechtop lopen, maar dat ging niet altijd even goed en dan vielen ze weer om, en daar werd dan om gelachen. En door het rechtop lopen, moesten de eerste mensen ook steeds scheetjes laten en daar werd dan ook om gelachen. Nou ja, ik geloof dat allemaal niet zo, maar de juf zei dat ze het echt in een boek had gelezen.
En dus ook dat mensen al heel lang geleden moppen aan elkaar vertelden. Een mop van heel vroeger die ze vertelde, ging over een vader en zijn zoon:
Een vader vond dat zijn zoon lui was en altijd veel te lang in bed bleef liggen. “Je verslaapt je geluk,” zei de vader. Er is hier in het dorp eens een boer geweest die ‘s-morgens vroeg bij het werken op het land een portemonnee met vijfhonderd goudstukken vond.
De zoon zei: “Dat geloof ik wel, vader, maar degene die de portemonnee verloren had, moet nog vroeger zijn opgestaan.”
De juffrouw wist vandaag denk ik nog niet dat Joege een eigen moppenclub wil beginnen. Anders had ze dat na de grote pauze wel laten merken. Ik ben nu benieuwd wat er morgen gaat gebeuren in de grote pauze.
∗
Vandaag heb ik ook mijn spreekbeurt gehouden over rare woorden. Ik had de volgende tien woorden gekozen: groente, taaitaai, chachacha, eau de cologne, meetsysteem, boterham, vrijdag, vaarwel, jubeltenen en eenvoudig.
En ik heb er dus bij verteld waarom ik ze raar vind:
- groente (want je hebt ook rode groente)
- taaitaai (twee keer hetzelfde)
- chachacha (drie keer hetzelfde)
- eau de cologne (een Frans woord dat we ook in het Nederlands gebruiken, maar waarin de naam van een Duitse stad voorkomt, want Cologne is Keulen)
- meetsysteem (dat woord kun je ook van achteren naar voren lezen)
- boterham (ook als je geen ham op het brood doet, noem je het toch een boterham)
- vrijdag (dan heb je meestal juist geen vrij)
- vaarwel (alsof iemand die weggaat altijd met een boot wegvaart)
- jubeltenen (alsof je tenen aan het juichen zijn)
- eenvoudig (volgens een woordenboek dat ik heb, is dit woord ontstaan uit: één keer gevouwen)
Ik had er toch maar niet voor gekozen om de woorden ‘dood’ en ‘kanker’ in het rijtje van tien rare woorden te zetten. Dat vond ik te moeilijk. Te moeilijk om over te vertellen. Ik ben ook blij dat ik het niet gedaan heb. Met de woorden die ik nu had gekozen, ging mijn spreekbeurt best goed. Dat vond de juffrouw ook. Ik heb een 8,5 gekregen.
Bij ‘taaitaai’ heb ik de kinderen in de klas ook nog andere woorden laten noemen waarin twee keer hetzelfde staat.
De hele klas samen wist er zo’n vijftien te noemen: jojo, tamtam, bonbon, byebye en nog zo een paar. Maar niemand dacht aan papa en zelfs niet aan mama, behalve ikzelf natuurlijk.