31. Talent
‘En welke rol spelen de weerwolven hierin?’ vroeg Tanya opeens met haar blik op Jacob.
Jacob deed zijn mond open voor Edward antwoord kon geven. ‘Als de Volturi niet willen luisteren naar onze uitleg over Nessie, Renesmee bedoel ik,’ verbeterde hij zichzelf toen hij besefte dat Tanya die stomme bijnaam niet zou begrijpen, ‘dan houden wíj ze wel tegen.’
‘Heel dapper van je, jochie, maar dat zou zelfs meer ervaren vechters niet lukken.’
‘Jullie weten niet waar wij toe in staat zijn.’
Tanya haalde haar schouders op. ‘Het is jullie leven, dus jullie mogen het verspillen zoals je wilt.’
Jacobs ogen schoten naar Renesmee – die nog steeds in Carmens armen lag, met Kate er vlak naast – en het verlangen in zijn blik was goed te zien.
‘Ze is heel bijzonder, dat kleintje,’ peinsde Tanya. ‘Onweerstaanbaar.’
‘Een zeer begaafde familie,’ mompelde Eleazar al banjerend. Hij ging steeds sneller; hij vloog nu telkens in een seconde van de deur naar Carmen en weer terug. ‘Haar vader kan gedachten lezen, haar moeder is een schild, en dan de magie waarmee dat buitengewone kind ons zelf betoverd heeft. Ik vraag me af of er een term bestaat voor wat zij doet, of dat het misschien normaal is voor een halfvampier. Alsof zoiets ooit als normaal beschouwd zou kunnen worden! Een halfvampier, nou vraag ik je!’
‘Pardon?’ zei Edward perplex. Hij stak zijn hand uit en pakte Eleazar bij zijn schouder toen die zich net weer naar de deur wilde omdraaien. ‘Wat zei je nou over mijn vrouw?’
Eleazar keek Edward vragend aan en liet zijn manische heen-en-weergeloop even voor wat het was. ‘Ik dénk dat ze een schild is. Ze blokkeert mij nu ook, dus ik weet het niet zeker.’
Ik staarde Eleazar aan en trok verbaasd mijn wenkbrauwen op. Schild? En hoezo blokkeerde ik hem? Ik stond gewoon naast hem en versperde hem op geen enkele wijze de weg.
‘Een schild?’ herhaalde Edward verbijsterd.
‘Kom nou, Edward! Als ik haar niet kan peilen, kun jij dat vast ook niet. Kun jij op dit moment haar gedachten horen?’ vroeg Eleazar.
‘Nee,’ mompelde Edward. ‘Maar dat heb ik nooit gekund. Zelfs niet toen ze nog mens was.’
‘Nooit?’ vroeg Eleazar met toegeknepen ogen. ‘Interessant. Dat zou wijzen op een heel krachtig sluimerend talent, als het zich zelfs voor de transformatie al zo duidelijk manifesteerde. Ik kan niet door haar schild heen voelen om haar echt goed in te schatten. Maar ze kan nog niet veel ervaring hebben – ze is nog maar een paar maanden oud.’ Hij keek Edward nu haast geïrriteerd aan. ‘En blijkbaar heeft ze er geen flauw benul van dat ze het doet. Volslagen onbewust. Hoe ironisch – ik moest van Aro de halve wereld afzoeken naar dit soort bijzondere gaven, en jullie lopen er gewoon per ongeluk tegenaan, zonder te beseffen wat je in handen hebt.’ Eleazar schudde ongelovig zijn hoofd.
Ik fronste. ‘Waar hebben jullie het over? Hoezo ben ik een “schild”? Wat is dat überhaupt?’ Het enige wat ik voor me zag was zo'n belachelijke middeleeuwse ridderuitrusting.
Eleazar hield zijn hoofd schuin en keek me onderzoekend aan. ‘Ik denk dat we het bij de wacht wellicht iets te officieel aanpakten, want in wezen is het categoriseren van talenten een vrij subjectieve, willekeurige zaak. Elk talent is immers uniek en komt nooit twee keer in precies dezelfde vorm voor. Maar jij, Bella, bent erg makkelijk in te delen. Talenten die puur verdedigend zijn, die een bepaald aspect van de drager beschermen, worden altijd “schilden” genoemd. Heb je ooit onderzocht wat je allemaal kunt? Heb je wel eens iemand anders geblokkeerd, behalve mij en je partner?’
Ondanks de snelheid van mijn nieuwe hersenen duurde het een paar seconden voor ik een samenhangend antwoord kon geven.
‘Het werkt alleen bij bepaalde dingen,’ zei ik tegen hem. ‘Mijn hoofd is zeg maar… alleen van mij. Maar Jasper kan bijvoorbeeld gewoon mijn stemming beïnvloeden, en Alice kan mijn toekomst zien.’
‘Een zuiver mentaal verdedigingsmechanisme dus.’ Eleazar knikte tegen zichzelf. ‘Beperkt, maar sterk.’
‘Aro kon haar niet horen,’ merkte Edward op. ‘Ook al was ze nog mens toen hij haar zag.’
Eleazars ogen werden groot.
‘Jane probeerde me pijn te doen, maar dat lukte ook niet,’ zei ik. ‘Edward denkt dat Demetri me niet kan vinden, en dat Alec ook geen invloed op me zal hebben. Is dat een goed teken?’
Eleazar knikte met open mond. ‘Dat kun je wel zeggen.’
‘Een schild!’ zei Edward op een toon waar de voldoening vanaf droop. ‘Zo had ik het nog nooit bekeken. Het enige schild dat ik ken is Renata, maar zij doet iets heel anders.’
Eleazar was weer een beetje bijgekomen. ‘Ja, elk talent komt anders tot uiting, omdat niemand precies hetzelfde dénkt.’
‘Wie is Renata? Wat doet zij?’ vroeg ik. Renesmee was ook geïnteresseerd en boog zich van Carmen af zodat ze om Kate heen kon kijken.
‘Renata is Aro's persoonlijke lijfwacht,’ zei Eleazar tegen me. ‘Een heel praktisch soort schild, en heel erg krachtig.’
Ik kon me vaag een klein groepje vampiers herinneren dat telkens vlak bij Aro bleef in zijn ijzingwekkende toren, een paar mannen en een paar vrouwen. Ik kon me de gezichten van de vrouwen in de pijnlijke, angstaanjagende herinnering niet meer voor de geest halen. Een van hen moest Renata geweest zijn.
‘Ik vraag me af…’ mijmerde Eleazar. ‘Kijk, Renata vormt een heel sterk schild bij lichamelijke aanvallen. Als iemand naar haar toe komt – of naar Aro, aangezien ze in een vijandige situatie altijd bij hem in de buurt is – merkt hij dat hij zonder het te willen… afbuigt. Er hangt een haast onmerkbaar krachtveld om haar heen dat anderen afstoot. Zonder dat je het in de gaten had ben je opeens een andere kant op gegaan, en je kunt je ook niet meer herinneren waarom je in eerste instantie eigenlijk ergens anders heen wilde. Ze kan haar schild een paar meter om zich heen projecteren. Ze beschermt Caius en Marcus ook als dat nodig is, maar Aro is het belangrijkste.
Maar haar gave is niet lichamelijk. Net als het overgrote deel van dit soort krachten is ook deze volstrekt mentaal. Ik vraag me af wie er zou winnen als ze zou proberen om jóú tegen te houden…’ Hij schudde zijn hoofd. ‘Volgens mij is het nog nooit gebeurd dat iemand de krachten van Aro en Jane kon afweren.’
‘Je bent bijzonder, mama,’ zei Renesmee zonder een spoor van verbazing, alsof ze een opmerking maakte over de kleur van mijn kleren.
Ik was een beetje duizelig. Ik wist toch al wat mijn gave was? Ik had mijn superzelfbeheersing waarmee ik dat afschuwelijke nieuwelingenjaar in één klap had kunnen overslaan. Vampiers hadden toch nooit meer dan één gave, áls ze er al een hadden?
Of had Edward van het begin af aan gelijk gehad? Voordat Carlisle opperde dat mijn zelfbeheersing wel eens bovennatuurlijk zou kunnen zijn, had Edward immers gedacht dat het gewoon een gevolg was van mijn goede voorbereiding – het draaide allemaal om de juiste focus en de juiste instelling, had hij gezegd.
Wie had er gelijk? Kon ik nog méér? Was er een naam en een categorie voor wat ik was?
‘Kun je ook projecteren?’ vroeg Kate belangstellend.
‘Projecteren?’ vroeg ik.
‘Dat je het uit jezelf duwt,’ legde Kate uit. ‘Om iemand anders te beschermen.’
‘Dat weet ik niet. Ik heb het nog nooit geprobeerd. Ik wist niet dat ik dat zou moeten kunnen.’
‘O, misschien kun je het ook wel helemaal niet,’ zei Kate snel. ‘Lieve hemel, ik ben er al eeuwen mee bezig en ik kan nog steeds alleen een elektrische stroom over mijn huid laten lopen.’
Ik staarde haar stomverbaasd aan.
‘Kate heeft een aanvallende gave,’ zei Edward. ‘Een beetje Jane-achtig.’
Ik deinsde onwillekeurig achteruit en Kate schoot in de lach
‘Ik ben er verder niet sadistisch in,’ verzekerde ze me. ‘Maar in een gevecht komt het wel goed van pas.’
Het drong nu pas echt tot me door wat Kate net had gezegd, en wat dat betekende. ‘Om iemand anders te beschermen,’ had ze gezegd. Alsof er een manier was om andere mensen van mijn rare, eigenzinnig stille hoofd te laten profiteren.
Ik dacht aan Edward die kronkelend van de pijn op de oude stenen vloer van de kasteeltoren van de Volturi lag. Hoewel dat een menselijke herinnering was, was hij scherper en pijnlijker dan de meeste andere – alsof hij in mijn hersenweefsel gebrand stond.
Stel dat ik kon voorkomen dat dat ooit nog een keer gebeurde? Stel dat ik hem kon beschermen? En Renesmee? Stel dat er een piepklein minikansje was dat ik hen ook kon afschermen met mijn schild?
‘Je moet me leren wat ik moet doen!’ zei ik dringend terwijl ik zonder erbij na te denken Kates arm beetpakte. ‘Je moet me laten zien hoe het moet!’
Kate kromp in elkaar. ‘Misschien – als je belooft dat je mijn spaakbeen heel laat.’
‘Oeps! Sorry!’
‘Je bent inderdaad een schild,’ zei Kate. ‘Anders had je zo'n schok gekregen dat je arm er zo ongeveer was afgevallen. Voelde je echt helemaal niets?’
‘Dat was nergens voor nodig, Kate. Ze wilde je geen pijn doen,’ mompelde Edward binnensmonds. Kate en ik negeerden hem.
‘Nee, niets. Deed je dat elektriciteitsding?’
‘Ja. Hmm. Ik ben nog nooit iemand tegengekomen die het niet voelde, onsterfelijk of niet.’
‘En jij projecteerde het dus? Op je huid?’
Kate knikte. ‘Eerst zat het alleen in mijn handpalmen. Net als bij Aro, zeg maar.’
‘En Renesmee,’ merkte Edward op.
‘Maar na heel veel oefenen kan ik de stroom over mijn hele lichaam laten lopen. Het is een uitstekend verdedigingsmiddel. Iedereen die me probeert aan te raken gaat tegen de vlakte als een mens die een stroomstoot krijgt. Het duurt maar een seconde, maar dat is lang genoeg.’
Ik luisterde maar half naar Kate, want mijn gedachten tolden rond het idee dat ik mijn gezin misschien zou kunnen beschermen als ik maar snel genoeg zou kunnen leren hoe het moest. Ik hoopte vurig dat dat projecteren me ook goed af zou gaan, net zoals alle andere aspecten van het leven als vampier me op de een of andere geheimzinnige wijze goed afgingen. In mijn mensenleven waren dingen nooit zomaar vanzelf gegaan, en ik durfde er niet op te vertrouwen dat dit nieuwe talent zou voortduren.
Ik had het gevoel dat ik nog nooit iets zó graag gewild had als dit: in staat zijn om mijn dierbaren te beschermen.
Door mijn gepieker had ik niet in de gaten dat Edward en Eleazar een stilzwijgend gesprek voerden, tot ze hardop verdergingen.
‘En je kunt je geen enkele uitzondering herinneren?’ vroeg Edward.
Ik keek op omdat ik zijn opmerking niet begreep en ik besefte dat iedereen naar de twee mannen stond te staren. Ze hadden zich aandachtig naar elkaar toe gebogen; Edward strak en wantrouwig, Eleazar somber en terughoudend.
‘Zo wil ik niet over ze denken,’ siste Eleazar. De plotselinge omslag in de sfeer verbaasde me.
‘Als je gelijk hebt…’ begon Eleazar weer.
Edward onderbrak hem. ‘Jíj dacht het, ik niet.’
‘Als ík gelijk heb… Ik kan niet eens bevatten wat dat zou betekenen. De betekenis van de hele wereld die we hebben opgebouwd zou volkomen veranderen. De zin van mijn leven zou veranderen. Alles waar ik deel van heb uitgemaakt.’
‘Jij hebt altijd alleen maar goede bedoelingen gehad, Eleazar.’
‘Zou dat er nog toedoen? Wat heb ik gedaan? Hoeveel levens…’
Tanya legde een troostende hand op Eleazars schouder. ‘Wat hebben we gemist, mijn vriend? Vertel het me, zodat ik die beweringen kan tegenspreken. Jij hebt nooit iets gedaan wat zulke zelfkastijding verdient.’
‘O nee?’ mompelde Eleazar. Toen schudde hij haar hand van zich af en begon weer te ijsberen, nog sneller dan eerst.
Tanya keek een halve seconde toe en richtte haar blik toen op Edward. ‘Leg uit.’
Edward knikte en bleef Eleazar tijdens het praten met gespannen ogen volgen. ‘Hij probeerde te begrijpen waarom er zo veel Volturi komen om ons te straffen. Dat is niets voor hen. Wij zijn natuurlijk de grootste groep volwassen vampiers waar ze ooit mee te maken hebben gehad, maar in het verleden hebben sommige families zich ook wel eens verenigd om zich te verdedigen, en die vormden ondanks hun grote aantallen nooit een echte uitdaging. Wij hebben een sterkere band, dat speelt wel mee, maar het is niet allesbepalend.
Eleazar dacht terug aan andere keren dat er families zijn gestraft, om welke reden dan ook, en opeens zag hij een patroon. Een patroon dat de rest van de wacht nooit opgevallen zal zijn, omdat Eleazar de gegevens die op die situatie betrekking hadden altijd hoogstpersoonlijk alleen aan Aro doorgaf. Een patroon dat zich waarschijnlijk niet vaker dan één keer per eeuw herhaalde.’
‘Wat voor patroon dan?’ vroeg Carmen, die net als Edward naar Eleazar keek.
‘Aro komt maar zelden mee op een strafexpeditie,’ zei Edward. ‘Maar als Aro vroeger zijn zinnen ergens op gezet had, duurde het nooit lang voor er bewijs opdook dat deze of gene familie een onvergeeflijke misdaad had gepleegd. De oudsten besloten dan mee te gaan om te kijken hoe de wacht de straf uitvoerde. En als de groep dan bijna in zijn geheel was uitgeroeid, verleende Aro gratie aan één iemand wiens gedachten, volgens hem, van bijzonder veel berouw getuigden. Deze vampier bleek vervolgens altijd net die ene gave te bezitten die Aro zo bewonderde, en kreeg ook altijd een plek binnen de wacht aangeboden. De getalenteerde vampiers stribbelden nooit tegen en waren altijd bijzonder dankbaar voor de eer. Er zijn geen uitzonderingen bekend.’
‘Het is blijkbaar heel overweldigend als je wordt uitgekozen,’ opperde Kate.
‘Ha!’ sneerde Eleazar tijdens het lopen.
‘Er zit een vrouw in de wacht,’ zei Edward om Eleazars boze reactie uit te leggen, ‘Chelsea heet ze, die de emotionele banden tussen mensen kan beïnvloeden en die banden zowel sterker als zwakker kan maken. Ze kan ervoor zorgen dat iemand zich verbonden voelt met de Volturi, zodat hij erbij wil horen, ze graag een plezier wil doen…’
Eleazar bleef plotseling staan. ‘We begrepen allemaal waarom Chelsea belangrijk was. Zo konden we bij een gevecht de banden verbreken tussen groepen die zich verenigd hadden, en ze veel makkelijker verslaan. Als we de onschuldige leden van een familie emotioneel gezien afstand konden laten nemen van de schuldige, konden we het recht zonder onnodige wreedheden laten zegevieren – de schuldigen konden ongehinderd bestraft worden, en de onschuldigen werden gespaard. Chelsea verbrak de banden die hen bij elkaar hielden, zodat ze niet meer als een groep zouden vechten. Ik heb het altijd beschouwd als een daad van barmhartigheid, een bewijs van Aro's mededogen. Ik vermoedde wel dat Chelsea onze eigen band extra sterk hield, maar ook dat was positief. We werden er efficiënter van. Het maakte het makkelijker om samen te leven.’
Dat verklaarde een aantal oude herinneringen die ik had. Ik had nooit begrepen waarom de wacht hun meesters zo graag met een haast devote toewijding gehoorzaamden.
‘Hoe sterk is haar gave?’ vroeg Tanya, en haar stem kreeg een scherp randje. Haar blik gleed snel over haar familieleden.
Eleazar haalde zijn schouders op. ‘Ik kon samen met Carmen vertrekken.’ En toen schudde hij zijn hoofd. ‘Maar alle banden die zwakker zijn dan de band tussen twee geliefden lopen gevaar, binnen een normale vampiergroep in elk geval. Maar die zijn minder sterk met elkaar verbonden dan onze familie. Doordat wij geen mensenbloed drinken zijn we beschaafder geworden, en zijn onze banden gebaseerd op echte liefde. Ik denk niet dat ze ons uit elkaar kan drijven, Tanya.’
Tanya knikte en leek gerustgesteld, terwijl Eleazar verderging met zijn analyse.
‘De enige reden die ik kan bedenken voor het feit dat Aro besloten heeft zelf mee te gaan, en zo veel mensen mee te nemen, is dat hij niet komt om te straffen, maar om te rekruteren,’ zei Eleazar. ‘Hij moet erbij zijn om ervoor te zorgen dat alles verloopt zoals hij dat wil. Maar hij heeft de hele wacht nodig om hem te beschermen tegen zo'n grote, getalenteerde groep. Dan zouden de andere oudsten echter onbeschermd in Volterra achterblijven. Dat risico wil hij niet lopen – misschien maakt iemand er wel misbruik van. En dus komen ze allemaal. Hoe kan hij er anders voor zorgen dat hij alle gaven krijgt die hij wil? Hij heeft er kennelijk echt al zijn zinnen op gezet,’ peinsde Eleazar.
Edwards stem was zo zacht als een ademtocht. ‘Toen ik vorig voorjaar zijn gedachten las, kreeg ik het idee dat Aro nog nooit iets zo graag gewild heeft als Alice.’
Ik voelde mijn mond openvallen en ik dacht aan de nachtmerrieachtige beelden die ik heel lang geleden voor me had gezien: Edward en Alice in zwarte mantels, met bloedrode ogen en kille, onvriendelijke gezichten, vlak bij elkaar, met Aro's handen op de hunne… Had Alice dat onlangs ook nog gezien? Had ze gezien dat Chelsea zou proberen om haar liefde voor ons weg te snijden zodat ze bij Aro, Caius en Marcus zou willen horen?
‘Is Alice daarom weggegaan?’ vroeg ik, en mijn stem sloeg over toen ik haar naam uitsprak.
Edward legde zijn hand op mijn wang. ‘Ik denk het wel. Om ervoor te zorgen dat Aro niet zal krijgen wat hij het allerliefst wil. Zodat haar gave niet in zijn handen zal vallen.’
Ik hoorde Tanya en Kate verontrust met elkaar mompelen en besefte dat zij nog niet hadden geweten dat Alice was vertrokken.
‘Hij wil jou ook,’ fluisterde ik.
Edward haalde zijn schouders op en zijn gezicht stond plotseling net iets te glad. ‘Lang niet zo graag. Ik kan hem eigenlijk niets geven wat hij nog niet heeft. En bovendien moet hij dan eerst een manier zien te vinden om mij te laten doen wat hij wil. Hij kent mij, en hij weet dat hem dat waarschijnlijk niet gaat lukken.’ Hij trok spottend zijn wenkbrauw op.
Edwards nonchalante houding stond Eleazar niet aan. ‘Hij kent ook je zwakheden,’ merkte Eleazar op, en hij keek naar mij.
‘We hoeven het hier nu niet over te hebben,’ zei Edward vlug.
Eleazar negeerde de hint en vervolgde: ‘De kans is groot dat hij je partner sowieso ook wil. Hij is ongetwijfeld geïntrigeerd door een talent dat hem als mens al kon weerstaan.’
Edward vond het geen prettig onderwerp. En ik ook niet. Als Aro iets van me wilde – wat dan ook – hoefde hij alleen Edward maar te bedreigen om het van me gedaan te krijgen. En andersom ook.
Misschien was de dood wel niet het ergste wat ons kon overkomen. Misschien moesten we eigenlijk vrezen voor gevangenschap.
Edward begon over iets anders. ‘Volgens mij zaten de Volturi hier op te wachten – op een excuus. Ze wisten niet in welke vorm het zich zou aandienen, maar het plan lag al klaar voor wanneer het zover was. Daarom zag Alice hun besluit al voordat Irina de aanleiding had gegeven. Het besluit was al genomen, ze hadden alleen nog een reden nodig die hun komst zogenaamd zou rechtvaardigen.’
‘Als de Volturi het vertrouwen schenden dat alle onsterfelijken in hen hebben…’ prevelde Carmen.
‘Maakt het iets uit?’ vroeg Eleazar. ‘Wie zou dat geloven? En zelfs als de anderen ervan overtuigd zouden kunnen worden dat de Volturi hun macht misbruiken, dan maakt dat nog geen verschil. Niemand kan iets tegen ze beginnen.’
‘Hoewel sommigen van ons blijkbaar gek genoeg zijn om het te proberen,’ mompelde Kate.
Edward schudde zijn hoofd. ‘Jullie zijn hier alleen om te getuigen, Kate. Wat Aro ook wil, ik denk niet dat hij bereid is om de reputatie van de Volturi daarvoor door het slijk te laten halen. Als we zijn argumenten kunnen ontkrachten, zal hij gedwongen zijn om onverrichterzake weer naar huis te gaan en ons met rust te laten.’
‘Natuurlijk,’ mompelde Tanya.
Niemand leek erg overtuigd. Een paar eeuwigdurende minuten lang bleef iedereen stil.
Toen hoorde ik het geluid van banden die van de snelweg de onverharde oprijlaan van de Cullens op reden.
‘O nee, Charlie,’ kreunde ik. ‘Misschien kunnen de Denali's zolang boven blijven terwijl ik…’
‘Nee,’ zei Edward op een afstandelijke toon. Hij had zijn blik op de deur gericht, maar zijn ogen staarden afwezig in de verte. ‘Het is je vader niet.’ Nu keek hij naar mij. ‘Alice heeft toch Peter en Charlotte nog gestuurd. Tijd voor de tweede ronde.’