26

Dinsdag 15 juli – donderdag 17 juli

Mikael vloog met een binnenlandse vlucht van Canberra naar Alice Springs, dat was zijn enige alternatief toen hij ’s middags laat aankwam. Daarna kon hij kiezen uit een vliegtuig charteren of een auto huren voor het afleggen van de resterende 400 kilometer naar het noorden. Hij koos voor het laatste.

Een onbekend persoon met het Bijbelse pseudoniem Joshua , die deel uitmaakte van Plagues of mogelijk Trinity’s mysterieuze internationale netwerk, had een envelop achtergelaten die bij de informatiebalie op het vliegveld van Canberra op hem lag te wachten.

Het telefoonnummer dat Anita gebeld had, leidde naar iets wat Cochran Farm werd genoemd. Een korte notitie maakte hem wat wijzer. Het was een schapenboerderij.

Een samenvatting die van internet was gehaald, gaf details over de Australische schapenindustrie. Australië heeft 18 miljoen inwoners, 53.000 daarvan zijn schapenboeren, die samen ongeveer 120 miljoen schapen hebben. Alleen de export van wol levert jaarlijks al een omzet op van 3,5 miljard dollar. Daar komt nog de opbrengst van de export van 700 miljoen ton schapenvlees en schapenvellen voor de kledingindustrie bij. De vlees- en wolproductie is een van de belangrijkste sectoren van het land.

Cochran Farm, in 1891 opgericht door ene Jeremy Cochran, was de vijfde landbouwonderneming van Australië, met circa 60.000 merinosschapen, waarvan de wol als zeer mooi wordt beschouwd. Behalve schapen hield het bedrijf tevens koeien, varkens en kippen.

Mikael constateerde dat Cochran Farm een grote onderneming was met een imponerende jaaromzet, gebaseerd op de export naar onder andere de VS, Japan, China en Europa.

De biografieën die waren bijgevoegd, waren nóg fascinerender.

In 1972 had ene Spencer Cochran Cochran Farm geërfd van ene Raymond Cochran. Spencer Cochran had zijn opleiding genoten in Oxford, Engeland. Hij was in 1994 overleden en de farm werd sindsdien gerund door zijn weduwe. Zij stond op een foto met een lage resolutie, die van de website van Cochran Farm was gedownload, en die een blonde, kortgeknipte vrouw toonde die met haar gezicht half afgewend een schaap stond te aaien. Volgens Joshua was het stel in 1971 in Italië getrouwd.

Haar naam was Anita Cochran.

Mikael overnachtte in een uitgedroogd gehucht met de hoopvolle naam Wannado. In de plaatselijke pub at hij gebraden schapenvlees, wat hij met drie pinten wegspoelde, vergezeld door lokale grootheden die hem mate noemden en een grappig accent hadden. Hij voelde zich alsof hij op de filmset van Crocodile Dundee was beland.

Voordat hij ging slapen, belde hij Erika Berger in New York.

‘Het spijt me, Ricky, maar ik heb het zo druk gehad dat ik geen tijd heb gehad om te bellen.’

‘Wat gebeurt er in godsnaam allemaal in Hedestad,’ viel ze uit. ‘Christer heeft gebeld en verteld dat Martin Vanger bij een auto-ongeluk om het leven is gekomen.’

‘Dat is een lang verhaal.’

‘En waarom neem je je telefoon niet op. Ik heb je de laatste dagen als een gek gebeld.’

‘Die doet het hier niet.’

‘Waar zit je dan?’

‘Momenteel ongeveer 200 kilometer ten noorden van Alice Springs. In Australië, dus.’

Mikael slaagde er maar zelden in om Erika te verrassen. Maar deze keer was ze wel tien seconden stil.

‘Wat doe jij in Australië? Als ik vragen mag?’

‘Ik ben bezig die opdracht af te ronden. Ik ben over een paar dagen weer in Zweden. Ik belde alleen maar om te vertellen dat die klus voor Henrik Vanger bijna geklaard is.’

‘Je bedoelt toch niet dat je hebt uitgevonden wat er met Harriët gebeurd is?’

‘Het lijkt er wel op.’

De volgende dag arriveerde hij tegen twaalven bij Cochran Farm en kreeg daar te horen dat Anita Cochran zich in een productiedistrict bevond bij een plaats die Makawaka heette, en die nog eens 120 kilometer verder naar het westen lag.

Het was inmiddels vier uur ’s middags geworden toen Mikael daar via een oneindig aantal backroads was aangekomen. Hij stopte bij een hek waar een groep schapenboeren zich rond de motorkap van een jeep verzameld had om koffie te drinken. Mikael stapte uit, stelde zich voor en verklaarde dat hij op zoek was naar Anita Cochran. Het gezelschap keek naar een gespierde man van een jaar of dertig, die blijkbaar de beslissingen nam. Hij had een naakt bovenlijf en was bruinverbrand, behalve waar zijn T-shirt gezeten had. Op zijn hoofd zat een cowboyhoed.

Well mate , de bazin bevindt zich zo’n 10 kilometer die kant op,’ zei hij met zijn duim wijzend.

Hij keek sceptisch naar Mikaels auto en voegde eraan toe dat het geen goed idee was om verder te gaan met dat Japanse speelgoedautootje. Uiteindelijk zei de bruinverbrande atleet dat hij toch die kant op moest en dat Mikael met hem mee kon rijden in de jeep, wat geen overbodige luxe was op het onbegaanbare terrein. Mikael nam het aanbod aan en pakte zijn computertas.

De man stelde zich voor als Jeff en vertelde dat hij Studs Manager at the Station was. Mikael vroeg om een vertaling. Jeff keek hem schuin aan en constateerde dat Mikael niet uit de streek kwam. Hij legde uit dat een Studs Manager net zoiets was als het Hoofd Kassa bij een bank, hoewel hij geen geld maar schapen beheerde, en dat Station het Australische woord voor ranch was.

Ze praatten verder terwijl Jeff goedmoedig de jeep met 20 kilometer per uur door een ravijn loodste en een hoek van 20 graden maakte. Mikael dankte zijn gelukkige gesternte dat hij het niet met zijn huurauto had geprobeerd. Hij vroeg wat er zich beneden in het ravijn bevond en kreeg te horen dat daar graasgrond voor zevenhonderd schapen was.

‘Ik heb begrepen dat Cochran Farm een van de grotere ranches is.’

‘Wij zijn een van de grootste van Australië,’ antwoordde Jeff met een zekere trots in zijn stem. ‘We hebben ongeveer negenduizend schapen hier in het Makawaka-district, maar we hebben stations in New South Wales en in Western Australia. In totaal hebben we meer dan drieënzestigduizend schapen.’

Ze kwamen vanuit het ravijn op een heuvelachtig maar minder onherbergzaam terrein. Mikael hoorde plotseling schoten. Hij zag schapenkadavers, grote vuren en een twaalftal schapenboeren. Ze leken allemaal een jachtgeweer in hun hand te hebben. Er werden blijkbaar schapen geslacht.

Onwillekeurig associeerde Mikael het tafereel met Bijbelse offerlammeren.

Toen zag hij een vrouw in een spijkerbroek en een rood-wit geruit hemd en met kort blond haar. Jeff parkeerde een paar meter bij haar vandaan.

‘Hi, boss. We got a tourist,’ zei hij.

Mikael klom uit de jeep en keek haar aan. Ze keek met vragende ogen terug.

‘Dag, Harriët. Dat is lang geleden,’ zei Mikael in het Zweeds.

Geen van de mannen die voor Anita Cochran werkten, begreep wat hij zei, maar ze konden haar reactie van haar gezicht aflezen. Ze deed een stap naar achteren en keek verschrikt. Anita Cochrans mannen hadden een beschermende houding tegenover hun baas. Ze stopten met grijnzen en strekten zich uit, bereid om in te grijpen tegen deze eigenaardige vreemdeling, die de boss blijkbaar ongerief bezorgde. Jeffs vriendelijkheid was plotseling verdwenen toen hij een stap dichter naar Mikael toe zette.

Mikael werd zich ervan bewust dat hij zich in een ontoegankelijk gebied bevond aan de andere kant van de aardbol, omringd door een stel bezwete schapenboeren met hagelgeweren in hun handen. Eén woord van Anita Cochran en ze zouden hem in stukken kunnen scheuren.

Toen was het ogenblik voorbij. Harriët Vanger zwaaide afwerend met haar hand en de mannen deden een stap achteruit. Ze liep naar Mikael toe en keek hem aan. Ze was bezweet en haar gezicht was vuil. Mikael merkte op dat haar blonde haar een donkere uitgroei had. Ze was ouder en magerder in haar gezicht, maar had zich precies ontwikkeld tot de mooie vrouw die de communiefoto had beloofd.

‘Hebben wij elkaar eerder gezien?’ vroeg Harriët Vanger.

‘Ja. Mijn naam is Mikael Blomkvist. Jij hebt op mij gepast in de zomer dat ik drie jaar oud was. Jij was twaalf of dertien.’

Het duurde een paar seconden voordat haar blik opklaarde en Mikael zag dat ze zich hem plotseling herinnerde. Ze keek verbijsterd.

‘Wat wil je?’

‘Harriët, ik ben geen vijand. Ik ben niet hier om je pijn te doen. Maar we moeten praten.’

Ze wendde zich tot Jeff en zei dat hij het over moest nemen, en gebaarde naar Mikael om mee te gaan. Ze wandelden ongeveer 200 meter naar een groep witte canvastenten bij wat bomen. Ze wees op een tentstoel naast een wankel tafeltje, goot water in een wasbak en spoelde haar gezicht af. Daarna droogde ze zich af, ging de tent in en trok een ander shirt aan. Ze haalde twee biertjes uit een koeltas en ging tegenover Mikael zitten.

‘Oké. Steek maar van wal.’

‘Waarom schieten jullie die schapen dood?’

‘Er heerst een epidemie. De meeste van deze schapen zijn vermoedelijk volstrekt gezond, maar we kunnen niet riskeren dat het zich verspreidt. We zullen deze week meer dan zeshonderd schapen moeten afmaken. Dus ik ben niet in een goed humeur.’

Mikael knikte.

‘Je broer heeft zich een paar dagen geleden doodgereden.’

‘Ik heb het gehoord.’

‘Van Anita Vanger, toen ze je belde.’

Ze keek hem een hele tijd onderzoekend aan. Toen knikte ze. Ze zag in dat het zinloos was om vanzelfsprekendheden te ontkennen.

‘Hoe heb je mij gevonden?’

‘We hebben Anita’s telefoon afgetapt.’ Mikael vond ook dat er geen redenen waren om te liegen. ‘Ik heb je broer een paar minuten voordat hij stierf nog gezien.’

Harriët Vanger fronste haar wenkbrauwen. Ze keken elkaar aan. Vervolgens trok hij de idiote sjaal die hij om had weg, vouwde hij zijn kraag omlaag en toonde hij de streep van de strop. Het was rood ontstoken en hij zou vermoedelijk een blijvende herinnering aan Martin Vanger houden.

‘Je broer had mij in een strop gehangen toen mijn partner opdook en hem alle kanten van de kelder heeft laten zien.’

Er vonkte iets in Harriëts ogen.

‘Ik denk dat het het beste is als je het hele verhaal vanaf het begin vertelt.’

Dat duurde meer dan een uur. Mikael vertelde eerst wie hij was en wat hij deed. Hij vertelde hoe hij de opdracht van Henrik Vanger had gekregen en waarom het hem goed uitkwam in Hedeby te gaan wonen. Hij vatte samen hoe het politieonderzoek was vastgelopen en hij vertelde dat Henrik al die jaren privéonderzoek had gedaan, ervan overtuigd dat iemand van de familie Harriët had vermoord. Hij startte zijn computer en verklaarde hoe hij de foto’s van de Järnvägsgatan gevonden had en hoe Lisbeth en hij een seriemoordenaar op het spoor waren gekomen, die twee personen bleek te zijn.

Terwijl hij sprak, viel de schemering. Voor de mannen eindigde de werkdag, er werden vuren ontstoken en in potten en pannen begon het te pruttelen. Mikael noteerde dat Jeff in de buurt van de boss bleef en Mikael in de gaten hield. De kok serveerde Harriët en Mikael eten. Ze maakten allebei nog een biertje open. Toen Mikael klaar was met zijn verhaal, zat Harriët er een tijdje zwijgend bij.

‘Godallemachtig,’ zei ze.

‘Je hebt de moord in Uppsala gemist.’

‘Daar heb ik niet eens naar gekeken. Ik was zo blij dat mijn vader dood was en dat het geweld voorbij was. Het is nooit bij me opgekomen dat Martin ...’ Ze zweeg. ‘Ik ben blij dat hij dood is.’

‘Dat kan ik begrijpen.’

‘Maar jouw verhaal verklaart niet hoe jullie begrepen hadden dat ik nog in leven was.’

‘Toen we hadden uitgevonden wat er gebeurd was, was het niet zo moeilijk om de rest uit te vissen. Om te kunnen verdwijnen, moest je hulp hebben gehad. Anita Vanger was jouw vertrouwelinge, de enige die in aanmerking kon komen. Jullie waren vriendinnen geworden en ze had de zomer met jou doorgebracht. Jullie hadden in het huis van Gottfried gelogeerd. Als er iemand was die jij in vertrouwen had genomen, dan was zij het wel ... En ze had net haar rijbewijs.’

Harriët Vanger keek hem met een neutraal gezicht aan.

‘En wat ga je doen nu je weet dat ik leef?’

‘Ik ga het aan Henrik vertellen. Hij verdient het om het te weten.’

‘En dan? Je bent journalist.’

‘Harriët, ik ben niet van plan je te ontmaskeren. Ik heb in deze zaak al zoveel ambtsovertredingen begaan dat de Vereniging van Journalisten mij vermoedelijk zou royeren als ze die kenden.’ Hij probeerde grappig te zijn. ‘Eén meer of minder maakt nu ook niet meer uit en ik wil mijn oude oppas niet ergeren.’

Ze kon het niet op prijs stellen.

‘Hoeveel mensen kennen de waarheid?’

‘Dat jij leeft? Momenteel alleen jij en ik, Anita en mijn partner Lisbeth. Dirch Frode kent ongeveer twee derde van het verhaal, maar hij denkt nog steeds dat jij in de jaren zestig bent overleden.’

Harriët Vanger leek even na te denken. Ze keek het donker in. Mikael kreeg weer het onbehaaglijke gevoel dat hij zich in een gevaarlijke situatie bevond en herinnerde zich dat Harriët Vanger een hagelgeweer tegen het tentdoek had staan, een halve meter bij haar vandaan. Toen schudde hij het van zich af en stopte hij met fantaseren. Hij ging over op een ander gespreksonderwerp.

‘Maar hoe ben je schapenhouder in Australië geworden? Ik heb al begrepen dat Anita Vanger je van het Hedeby-eiland heeft gesmokkeld, vermoedelijk in de bagageruimte van haar auto toen de brug de dag na het ongeluk weer openging.’

‘Ik lag gewoon op de grond voor de achterbank met een deken over me heen. Maar er was niemand die kwam kijken. Ik ben naar Anita gegaan toen ze naar het eiland kwam en heb verteld dat ik moest vluchten. Je had gelijk dat ik haar in vertrouwen had genomen. Ze heeft me geholpen en is al die jaren een loyale vriendin gebleven.’

‘Hoe ben je in Australië beland?’

‘Eerst heb ik een paar weken in Anita’s studentenkamer in Stockholm gelogeerd voordat ik Zweden verliet. Anita had eigen geld, dat ze me vrijgevig leende. Ik kreeg ook haar paspoort. We leken ontzettend veel op elkaar en alles wat ik hoefde te doen was mijn haar blond verven. Ik heb vier jaar in een klooster in Italië gewoond. Ik was geen non, maar er zijn kloosters waar je voordelig een kamer kunt huren, waar je met rust wordt gelaten en waar je kunt nadenken. Toen ontmoette ik Spencer Cochran. Hij was een paar jaar ouder dan ik, was net klaar met zijn examen in Engeland en reisde op de bonnefooi door Europa. Ik werd verliefd. Hij ook. Zo simpel was dat. “Anita” Vanger is in 1971 met hem getrouwd. Ik heb nooit spijt gehad. Hij was een geweldige man. Helaas is hij acht jaar geleden overleden en was ik opeens eigenaar van de farm.’

‘Maar dat paspoort ... Iemand moet toch hebben ontdekt dat er twee Anita Vangers waren?’

‘Nee, waarom? Een Zweedse die Anita Vanger heet en getrouwd is met Spencer Cochran. Of ze nu in Londen of in Australië woont maakt helemaal niet uit. In Londen is ze Spencer Cochrans ex-vrouw. In Australië is ze gewoon zijn vrouw. De databestanden van Canberra en Londen worden niet naast elkaar gelegd. Bovendien kreeg ik al snel een Australisch paspoort op de naam Cochran. Het arrangement werkt uitstekend. Het enige wat lastig zou zijn geweest, was als Anita zelf had willen trouwen. Mijn huwelijk staat geregistreerd in het Zweedse bevolkingsregister.’

‘En dat heeft ze nooit gewild?’

‘Ze beweert dat ze nooit iemand gevonden heeft. Maar ik weet dat ze het voor mij niet doet. Ze is een echte vriendin.’

‘Wat deed ze in jouw kamer?’

‘Ik was die dag niet erg rationeel. Ik was bang voor Martin, maar zolang hij in Uppsala was, kon ik het probleem van me afschuiven. En toen stond hij daar gewoon op straat in Hedestad en zag ik in dat ik nooit in mijn leven meer veilig zou kunnen zijn. Ik wist niet of ik het nu aan Henrik moest vertellen of moest vluchten. Toen Henrik geen tijd had, liep ik rusteloos in het dorp rond. Ik begrijp natuurlijk wel dat dat ongeluk voor hen alles overschaduwde, maar voor mij niet. Ik had mijn eigen problemen en was me amper bewust van het ongeluk. Alles was zo onwerkelijk. Toen kwam ik Anita tegen, die in een klein gastenverblijf op het terrein van Gerda en Alexander logeerde. Op dat moment heb ik een beslissing genomen en haar gevraagd me te helpen. Ik ben de hele tijd bij haar gebleven en durfde niet eens naar buiten te gaan. Maar er was één ding dat ik mee wilde nemen ... Ik had alles wat er gebeurd was opgeschreven in een dagboek en ik moest wat kleren hebben. Anita heeft dat voor mij gehaald.’

‘Ik neem aan dat ze de verleiding niet kon weerstaan om het raam open te doen om naar de plaats des onheils te kijken.’ Mikael dacht even na. ‘Wat ik niet begrijp, is dat je niet naar Henrik bent gegaan, precies zoals je van plan was.’

‘Wat denk je?’

‘Ik weet het niet. Ik ben ervan overtuigd dat Henrik je geholpen zou hebben. Martin zou onmiddellijk onschadelijk zijn gemaakt en Henrik zou jou natuurlijk niet voor schut hebben gezet. Hij zou het geheel discreet hebben afgehandeld met een of andere vorm van therapie of behandeling.’

‘Je hebt niet begrepen wat er gebeurd is.’

Tot die tijd had Mikael alleen Gottfrieds seksuele misbruik van Martin genoemd, maar had hij de rol van Harriët onbesproken gelaten.

‘Gottfried vergreep zich aan Martin,’ zei Mikael voorzichtig. ‘En ik denk dat hij zich ook aan jou vergreep.’

Harriët Vanger vertrok geen spier. Toen haalde ze diep adem en begroef ze haar gezicht in haar handen. Het duurde slechts drie seconden voor Jeff bij haar was en vroeg of alles all right was. Harriët Vanger keek hem aan en schonk hem een zwak glimlachje. Vervolgens verraste ze Mikael door op te staan en haar Studs Manager te omhelzen en hem een kus op zijn wang te geven. Ze keerde zich om naar Mikael, met haar arm om de schouder van Jeff geslagen.

‘Jeff, dit is Mikael, een oude ... vriend van vroeger. Hij komt met problemen en slecht nieuws, maar we zullen de boodschapper er niet de schuld van geven. Mikael, dit is Jeff Cochran. Mijn oudste zoon. Ik heb nog een zoon en een dochter.’

Mikael knikte. Jeff was in de dertig; Harriët Vanger moest vrij snel zwanger zijn geworden nadat ze met Spencer Cochran was getrouwd. Hij stond op en stak zijn hand uit naar Jeff, en zei dat het hem speet dat hij zijn moeder overstuur had gemaakt, maar dat dat helaas noodzakelijk was. Harriët wisselde enkele woorden met Jeff en stuurde hem toen weg. Ze ging weer bij Mikael zitten en leek een beslissing te nemen.

‘Geen leugens meer. Ik neem aan dat het over is. Op de een of andere manier heb ik sinds 1966 op deze dag gewacht. Jarenlang was het mijn grote angst dat iemand zoals jij naar me toe zou komen en mijn naam zou noemen. En weet je – het maakt me opeens niet meer uit. Mijn misdrijf is verjaard. En het kan me geen moer schelen wat mensen van me vinden.’

‘Misdrijf?’ vroeg Mikael.

Ze keek hem sommerend aan, maar hij begreep nog steeds niet waar ze het over had.

‘Ik was zestien jaar. Ik was bang. Ik schaamde me. Ik was wanhopig en ik was alleen. De enigen die de waarheid wisten, waren Anita en Martin. Ik had Anita verteld over de seksuele intimidaties, maar ik had niet kunnen vertellen dat mijn vader ook een gestoorde vrouwenmoordenaar was. Dat heeft Anita nooit geweten. Ik heb haar daarentegen verteld over een misdrijf dat ik zelf had gepleegd en dat zo vreselijk was dat ik het, toen puntje bij paaltje kwam, niet aan Henrik durfde te vertellen. Ik vroeg aan God me te vergeven en heb me jarenlang verstopt in een klooster.’

‘Harriët, jouw vader was een verkrachter en een moordenaar. Daar had jij geen schuld aan.’

‘Dat weet ik. Mijn vader heeft mij een jaar lang misbruikt. Ik heb alles gedaan om te voorkomen dat ... Maar hij was mijn vader en ik kon niet plotseling zeggen dat ik niets meer met hem te maken wilde hebben zonder uit te leggen waarom. Dus ik lachte, speelde een spelletje en probeerde te doen alsof alles in orde was. Ik zorgde ervoor dat er anderen in de buurt waren als ik hem zag. Mijn moeder wist natuurlijk wat hij deed, maar dat kon haar niet schelen.’

‘Isabella wist ervan?’ riep Mikael ontsteld uit.

Harriët Vangers stem kreeg een nieuwe hardheid.

‘Natuurlijk wist ze ervan. Er was niets in ons gezin wat Isabella niet wist. Maar ze deed altijd alsof er niets aan de hand was als er iets onaangenaams was of iets wat haar in een kwaad daglicht stelde. Mijn vader zou me in de woonkamer voor haar ogen hebben kunnen verkrachten zonder dat ze het gezien zou hebben. Ze was niet in staat te erkennen dat er in mijn of haar leven iets fout was.’

‘Ik heb haar ontmoet. Ze is een echte tang.’

‘Dat is ze haar hele leven geweest. Ik heb vaak lopen piekeren over de relatie tussen mijn ouders. Ik heb begrepen dat ze na mijn geboorte maar zelden seks met elkaar hadden. Mijn vader had vrouwen bij de vleet, maar op de een of andere wonderlijke manier was hij bang voor Isabella. Hij onttrok zich aan haar, maar hij kon niet scheiden.’

‘Er wordt niet gescheiden binnen de familie Vanger.’

Voor het eerst lachte ze.

‘Nee, dat klopt. Maar feit is dat ik het gewoon niet kon vertellen. Dan zou de hele wereld het weten. Mijn klasgenoten, iedereen in de familie ...’

Mikael legde een hand op de hare. ‘Harriët, het spijt me enorm.’

‘Ik was veertien toen hij me voor het eerst verkrachtte. En in het jaar daarna nam hij me telkens mee naar zijn huis. Martin was er meerdere keren bij. Hij dwong Martin en mij om dingen met hem te doen. En hij hield mijn armen vast terwijl Martin ... in mij moest klaarkomen. En toen mijn vader stierf, stond Martin klaar om zijn rol over te nemen. Hij verwachtte dat ik zijn minnares zou worden en hij vond het vanzelfsprekend dat ik me zou onderwerpen. En in die tijd had ik geen keuze meer. Ik moest wel doen wat Martin zei. Ik was van de ene kwelgeest af, maar viel direct daarna in de klauwen van de volgende. Alles wat ik kon doen was ervoor zorgen dat ik nooit alleen met hem was.’

‘Henrik zou ...’

‘Je begrijpt het nog steeds niet.’

Ze begon harder te praten. Mikael zag enkelen van de manschappen in de tenten ernaast naar hen kijken. Ze dempte haar stem weer en boog zich naar hem toe.

‘Alles ligt op tafel. Jij mag de rest uitrekenen.’

Ze stond op en haalde nog twee biertjes. Toen ze terugkwam zei Mikael één woord tegen haar.

‘Gottfried?’

Ze knikte.

‘Op 7 augustus 1965 had mijn vader me gedwongen naar zijn huis te komen. Henrik was op reis. Mijn vader zoop en probeerde zich aan me te vergrijpen. Hij kreeg hem niet eens omhoog en had bijna een delirium tremens. Hij was altijd ... grof en gewelddadig tegen me als we alleen waren, maar deze keer ging hij te ver. Hij urineerde over me heen. Vervolgens vertelde hij me wat hij met me zou willen doen. Die avond vertelde hij over de vrouwen die hij vermoord had. Hij schepte erover op. Hij citeerde de Bijbel. Dat ging urenlang zo door. Ik begreep niet de helft van wat hij zei, maar ik begreep wel dat hij volledig gestoord moest zijn.’

Ze nam een slok bier.

‘Ergens tegen middernacht kreeg hij een uitbarsting. Hij werd volkomen waanzinnig. We waren op de slaapzolder. Hij legde een T-shirt om mijn nek en trok dat zo hard als hij kon aan. Het werd zwart voor mijn ogen. Ik twijfel er niet aan of hij probeerde me echt te vermoorden, en voor het eerst die nacht slaagde hij erin de verkrachting te voltooien.’

Harriët Vanger keek Mikael aan. Haar ogen stonden smekend.

‘Maar hij was zo dronken dat ik me wist los te rukken. Ik sprong van de zolder op de grond en ben in paniek gevlucht. Ik was naakt en rende zonder na te denken naar buiten, en kwam bij de steiger bij het water. Hij kwam achter me aan wankelen.’

Mikael wenste opeens dat ze niet verder zou vertellen.

‘Ik was sterk genoeg om een dronkenlap in het water te duwen. Ik gebruikte een roeispaan om hem onder water te houden tot hij niet meer spartelde. Dat duurde maar een paar seconden.’

De stilte was plotseling oorverdovend toen ze pauzeerde.

‘En toen ik opkeek, stond Martin daar. Hij keek verschrikt, maar grijnsde ook. Ik weet niet hoe lang hij buiten het huisje ons had staan bespioneren. Vanaf dat moment was ik overgeleverd aan zijn wil. Hij kwam naar me toe, pakte me bij mijn haar, en leidde me het huis in, terug naar de zolder, naar het bed van Gottfried. Hij bond me vast en verkrachtte me terwijl mijn vader nog in het water bij de steiger dreef, en ik kon niet eens weerstand bieden.’

Mikael sloot zijn ogen. Hij schaamde zich plotseling en wenste dat hij Harriët Vanger met rust gelaten had. Maar haar stem had nieuwe kracht gekregen.

‘Vanaf die dag was ik in zijn macht. Ik deed wat hij zei. Ik was verlamd en dat ik niet gek ben geworden, komt doordat Isabella vond dat Martin na mijn vaders tragische overlijden een andere omgeving nodig had, en hem naar Uppsala stuurde. Dat was natuurlijk omdat ze wist wat hij met mij deed, en dat was haar manier om het probleem op te lossen. Je kunt je wel voorstellen dat Martin teleurgesteld was.’

Mikael knikte.

‘Het jaar daarna was hij alleen maar thuis in de kerstvakantie, en slaagde ik erin uit zijn buurt te blijven. Ik ben tussen kerst en oud en nieuw met Henrik meegegaan naar Kopenhagen. En toen het zomervakantie werd, was Anita er. Ik nam haar in vertrouwen en ze is de hele tijd bij me gebleven en heeft ervoor gezorgd dat hij niet bij me in de buurt kwam.’

‘Je zag hem op de Järnvägsgatan.’

Ze knikte.

‘Ik had gehoord dat hij niet naar de familiebijeenkomst zou komen en in Uppsala zou blijven. Maar hij had zijn plannen blijkbaar gewijzigd en stond me opeens aan de andere kant van de straat aan te staren. Hij glimlachte naar me. Het voelde als een boze droom. Ik had mijn vader vermoord en ik begreep dat ik nooit van mijn broer af zou komen. Tot die tijd had ik met het plan rondgelopen zelfmoord te plegen. Ik koos ervoor te vluchten.’

Ze keek Mikael met een haast geamuseerde blik aan.

‘Het is een prettig gevoel om de waarheid te vertellen. Nu weet je het. Wat ben je van plan met die kennis te doen?’

Millennium 1 - Mannen Die Vrouwen Haten
titlepage.xhtml
09-0721_awb_-_mannen_die_haten_9e_druk_split_0.xhtml
09-0721_awb_-_mannen_die_haten_9e_druk_split_1.xhtml
09-0721_awb_-_mannen_die_haten_9e_druk_split_2.xhtml
09-0721_awb_-_mannen_die_haten_9e_druk_split_3.xhtml
09-0721_awb_-_mannen_die_haten_9e_druk_split_4.xhtml
09-0721_awb_-_mannen_die_haten_9e_druk_split_5.xhtml
09-0721_awb_-_mannen_die_haten_9e_druk_split_6.xhtml
09-0721_awb_-_mannen_die_haten_9e_druk_split_7.xhtml
09-0721_awb_-_mannen_die_haten_9e_druk_split_8.xhtml
09-0721_awb_-_mannen_die_haten_9e_druk_split_9.xhtml
09-0721_awb_-_mannen_die_haten_9e_druk_split_10.xhtml
09-0721_awb_-_mannen_die_haten_9e_druk_split_11.xhtml
09-0721_awb_-_mannen_die_haten_9e_druk_split_12.xhtml
09-0721_awb_-_mannen_die_haten_9e_druk_split_13.xhtml
09-0721_awb_-_mannen_die_haten_9e_druk_split_14.xhtml
09-0721_awb_-_mannen_die_haten_9e_druk_split_15.xhtml
09-0721_awb_-_mannen_die_haten_9e_druk_split_16.xhtml
09-0721_awb_-_mannen_die_haten_9e_druk_split_17.xhtml
09-0721_awb_-_mannen_die_haten_9e_druk_split_18.xhtml
09-0721_awb_-_mannen_die_haten_9e_druk_split_19.xhtml
09-0721_awb_-_mannen_die_haten_9e_druk_split_20.xhtml
09-0721_awb_-_mannen_die_haten_9e_druk_split_21.xhtml
09-0721_awb_-_mannen_die_haten_9e_druk_split_22.xhtml
09-0721_awb_-_mannen_die_haten_9e_druk_split_23.xhtml
09-0721_awb_-_mannen_die_haten_9e_druk_split_24.xhtml
09-0721_awb_-_mannen_die_haten_9e_druk_split_25.xhtml
09-0721_awb_-_mannen_die_haten_9e_druk_split_26.xhtml
09-0721_awb_-_mannen_die_haten_9e_druk_split_27.xhtml
09-0721_awb_-_mannen_die_haten_9e_druk_split_28.xhtml
09-0721_awb_-_mannen_die_haten_9e_druk_split_29.xhtml
09-0721_awb_-_mannen_die_haten_9e_druk_split_30.xhtml
09-0721_awb_-_mannen_die_haten_9e_druk_split_31.xhtml
09-0721_awb_-_mannen_die_haten_9e_druk_split_32.xhtml
09-0721_awb_-_mannen_die_haten_9e_druk_split_33.xhtml
09-0721_awb_-_mannen_die_haten_9e_druk_split_34.xhtml
09-0721_awb_-_mannen_die_haten_9e_druk_split_35.xhtml
09-0721_awb_-_mannen_die_haten_9e_druk_split_36.xhtml
09-0721_awb_-_mannen_die_haten_9e_druk_split_37.xhtml
09-0721_awb_-_mannen_die_haten_9e_druk_split_38.xhtml
09-0721_awb_-_mannen_die_haten_9e_druk_split_39.xhtml
09-0721_awb_-_mannen_die_haten_9e_druk_split_40.xhtml
09-0721_awb_-_mannen_die_haten_9e_druk_split_41.xhtml
09-0721_awb_-_mannen_die_haten_9e_druk_split_42.xhtml