Hoofdstuk 14

De maandag bracht een deken van onheilspellend grijs-gemarmerde wolken boven de Blue Ridge-heuvels, Valhalla aan het gezicht onttrekkend. De wind gierde om Marino's auto en toen hij bij het ziekenhuis parkeerde, vielen er sneeuwvlokjes op de voorruit. 'Shit,' zei hij klagend terwijl we uitstapten. 'Dat konden we er nou net nog bij hebben.' 'Volgens de voorspelling zet het niet echt door,' stelde ik hem Berust. Ik huiverde toen de ijskoude vlokken op mijn wangen vielen. In ijzig stilzwijgen haastten we ons met gebogen hoofd legen de wind in naar de ingang toe. I)r. Masterson stond al in de hal op ons te wachten. Zijn gezicht was keihard onder de geforceerde glimlach. Toen de twee mannen elkaar een hand gaven, namen ze elkaar als vijandige katten op en ik maakte geen aanstalten om die spanning te doorbreken. Ik was de spelletjes van de psychiater eerlijk gezegd meer dun zat. Hij bezat informatie die wij nodig hadden, en daarvan moest hij ons nu uit vrije wil of met behulp van een gerechtelijk dwangbevel zonder omwegen en volledig op de hoogte stellen, l lij kon zelf kiezen. We liepen zonder dralen naar zijn kantoor in deze keer deed hij de deur wel dicht. 'Nou, waarmee kan ik u van dienst zijn?' kwam hij gelijk ter zake terwijl hij zijn stoel aanschoof. 'Met meer informatie,' antwoordde ik. 'Natuurlijk. Maar ik moet u wel vertellen, dr. Scarpetta,' vervolgde hij, alsof Marino niet in de kamer was, 'dat ik niet weet wat ik u nog meer over AI Hunt kan vertellen wat in uw moordzaken van belang kan zijn. U hebt zijn dossier ingezien, en ik heb u verteld wat ik me kan herinneren�' Marino onderbrak hem. 'Ja, wij zijn hier om uw geheugen een beetje op te frissen,' zei hij, zijn sigaretten te voorschijn halend. En het is niet Al Hunt in wie we ge�eresseerd zijn.' Dut begrijp ik niet.' 'We zijn meer in zijn kameraad ge�eresseerd,' zei Marino. 'W�e kameraad?' Dr. Masterson nam hem koeltjes op. 'Komt de naam Frankie u bekend voor? Dr. Masterson begon zijn bril schoon te maken en ik concludeerde dat dit � van zijn favoriete tactieken was om tijd te winnen en na te denken. 'Toen Al Hunt in Valhalla behandeld werd, was er hier een knul met de naam Frankie,' vervolgde Marino. 'Ik ben bang dat ik niet weet wie u bedoelt.' 'U kunt bang zijn zoveel u wilt, doe. Vertel ons nou maar gewoon wie Frankie is,' zei Marino. 'We hebben altijd driehonderd pati�en in Valhalla, inspecteur,' antwoordde hij. 'Ik kan me onmogelijk iedereen die hier geweest is herinneren, vooral niet de pati�en wier verblijf hier een kortstondig karakter had.' 'Bedoelt u te zeggen dat die Frankie hier niet erg lang is geweest?' vroeg Marino. Dr. Masterson pakte zijn pijp. Hij had zich versproken en ik kon aan zijn ogen zien dat hij woedend was. 'Ik bedoel niets van dien aard te zeggen, inspecteur.' Hij begon langzaam wal tabak in de kop van zijn pijp te stoppen. 'Maar als u me wal meer gegevens over deze pati� kunt geven, over deze jongeman die u Frankie noemt, krijg ik misschien een idee wie u bedoelt. Kunt u me nog iets anders over hem vertellen dan dal hij een "knul" was?' Ik kwam tussenbeide. 'Het schijnt dat Al Hunt een vriend had toen hij hier was, iemand die hij Frankie noemde. Al heeft hel met mij over hem gehad. We denken dat deze persoon toen hij hier werd opgenomen eerst in Backhall heeft gezeten, en dal hij vervolgens naar een andere verdieping is overgeplaatst, waar hij Al waarschijnlijk heeft ontmoet. Frankie is mij beschreven als lang, donker en slank. Hij vond het leuk om te breien, een hobby die niet vaak voorkomt bij mannelijke pa ti�en, lijkt me.' 'Dat heeft Al Hunt u verteld?' vroeg dr. Masterson terloops. 'Daarnaast was Frankie dwangmatig netjes,' zei ik, de vraag omzeilend. 'Ik ben bang dat het plezier dat een pati� aan breien beleeft niet iets is wat gewoonlijk onder mijn aandacht wordt ge bracht,' merkte hij op terwijl hij zijn pijp opstak. 'Het is ook mogelijk dat hij de neiging had te gaan stotteren als hij onder spanning verkeerde,' ging ik verder, proberend mijn ongeduld in bedwang te houden. 'Hmmm. Misschien iemand bij wie bij de opname spastische dysfonie is geconstateerd. Dat is wellicht een begin�' 'Stopt u om te beginnen eerst maar eens met alle onzin,' zei Marino lomp. 'Inspecteur,' dr. Masterson gaf hem een neerbuigend glimlachje, 'uw vijandige houding is werkelijk ongegrond.' 'Ja, ja, dat valt nog te bezien. Ik zou trouwens best zo meteen de gegronde neiging kunnen krijgen om u met een arrestatiebevel om de oren te slaan en u als de sodemieter af te voeren voor medeplichtigheid aan moord. Wat vindt u daarvan?' Marino wierp hem een vuile blik toe. ik vind dat uw onbeschaamde opmerkingen nu wel genoeg zijn geweest,' antwoordde hij op een irritant kalme toon. ik reageer niet goed op dreigementen, inspecteur.' 'En ik reageer niet goed als iemand me probeert te naaien,' wierp Marino hem voor de voeten. 'Wie is Frankie?' probeerde ik opnieuw, ik verzeker u dat ik dat niet uit mijn hoofd kan zeggen,' antwoordde dr. Masterson. 'Maar als u misschien een paar minuten heeft, zal ik kijken wat er in onze computer te vinden is.' 'Dank u,' zei ik. 'Wij wachten hier wel.' De psychiater was de deur nog niet uit of Marino begon al te foeteren. 'Wat een vuilak.' 'Marino,' zei ik vermoeid. 'Deze tent zit nou niet bepaald vol met kinderen. Ik durf te wedden dat vijfenzeventig procent van de pati�en hier boven de zestig is. Jonge mensen zouden je dan toch moeten bijblijven, niet? Hij weet verdomde goed wie Frankie is. Waarschijnlijk kan hij ons zelfs vertellen wat voor maat schoenen die zak heeft.' 'Misschien.' 'Helemaal niet misschien. Ik zeg je dat die kerel ons zit te belazeren.' 'En dat zal hij blijven doen zolang jij hem blijft ergeren, Marino.' 'Shit.' Hij stond op en liep naar het raam achter dr. Mastersons bureau, waar hij de gordijnen openschoof en naar de grijze ochtend staarde, ik heb er de pest aan als iemand tegen me liegt. Ik zweer bij God dat ik hem in de boeien zal slaan als dat moet, ik lap hem erbij. Dat heb je met zieleknijpers en daar baal ik van. Ook al hebben ze Jack the Ripper als pati�, hel maakt ze niks uit. Ze blijven tegen je liegen en stoppen zo'n beest lekker in bed en voeren hem lepeltjes kippesoep, alsof hij Joris Goedbloed in eigen persoon is.' Hij zweeg even en mom pelde toen de niet ter zake doende opmerking: 'Het is tenminste opgehouden met sneeuwen.' Ik wachtte tot hij weer zat en zei toen: 'Het lijkt me dat dal dreigement om hem van medeplichtigheid aan moord te In- schuldigen een beetje overdreven was.' 'Dat hield hem anders wel bij de les, of niet soms?' 'Geef hem de kans zijn gezicht te redden, Marino.' Hij rookte zijn sigaret en staarde nors naar de gordijnen voor het raam. ik denk dat hij nu wel beseft dat het in zijn eigen belang is om ons te helpen,' zei ik. 'Ja, hoe dan ook, het is niet in mijn belang om hier een beetje kat en muis met die vent te spelen. Terwijl wij hier zitten te praten, loopt Frankie de Mafkees in alle vrijheid zijn zieke gedachten te denken, als een bom die elk moment af kan gaan.' Ik dacht aan mijn rustige huis in mijn rustige buurt, aan Cary Harpers ketting aan de klink van mijn achterdeur, en aan de fluisterstem op mijn antwoordapparaat. Is blondje natuurlijke haarkleur, of blondeer je het� Vreemd. Ik ging na wat hel belang van die vraag kon zijn. Wat kon hem dat schelen? 'Als Frankie onze moordenaar is,' zei ik stilletjes terwijl ik diep inademde, 'zie ik niet wat voor verband er is tussen Sparacino en die moorden.' 'Dat merken we nog wel,' mompelde hij, nog een sigaret op stekend. Hij staarde met een zuur gezicht naar de deur. 'Wat bedoel je met "dat merken we nog wel"?' ik ben er altijd weer verbaasd over hoe van het ene het andere komt,' antwoordde hij geheimzinnig. 'Wat? Van wat komt wat, Marino?' Hij wierp een blik op zijn horloge en vloekte. 'Waar blijft hij trouwens in vredesnaam? Is hij soms gaan lunchen?' 'Hopelijk is hij op zoek naar Frankies dossier.' 'Ja. Hopelijk.' 'Wat leidt tot wat?' vroeg ik opnieuw. 'Waar heb je het over? Kun je alsjeblieft wat preciezer zijn?' 'Laat ik het zo zeggen,' zei Marino, ik heb heel sterk het gevoel dat als dat verdomde boek er niet was geweest, Beryl nog in leven zou zijn, dat ze allemaal nog in leven zouden zijn. Zelfs Hunt zou waarschijnlijk nog leven.' 'Dat zou ik niet met zekerheid zo kunnen stellen.' 'Natuurlijk kun je dat niet. Jij bent altijd zo verdomde objectief. Daarom stel ik het zo, ok� Hij keek me aan en wreef in zijn vermoeide ogen. Zijn gezicht was rood. ik heb dus dat gevoel, ok�En dat gevoel zegt me dat Sparacino, dat het boek de verbindende factor is. Daardoor kwam de moordenaar in eerste instantie op Beryl af en toen kwam van het ene het andere. Vervolgens heeft die vent Harper koud gemaakt. Daarna nam mevrouw Harper zoveel pillen in dat je er een paard mee had kunnen vellen, om maar niet alleen in dat grote huis van haar te hoeven ronddwalen terwijl de kanker haar wegvrat waar ze bij stond. En vervolgens hing Hunt in zijn onderbroek aan de hanebalken te bengelen.' De oranje vezel met die eigenaardige vorm van een klavertjedrie kwam in mijn gedachten, en het manuscript van Beryl, en Sparacino, Jeb Price, senator Partins filmster-zoon, mevrouw McTigue, en Mark. Zij vormden de ledematen en gewrichtsbanden van een lichaam dat ik maar niet tot � geheel kon vormen. Op de een of andere onverklaarbare manier waren zij verantwoordelijk voor een proces waardoor mensen en gebeurtenissen die niets met elkaar te maken hadden in de persoon van Frankie bijeenkwamen. Marino had gelijk. Van het ene kwam het andere. Moord kwam nooit zomaar, zonder voorgeschiedenis uit een vacu�t gebeurde nooit met het kwaad. 'Heb je een theorie over wat dat verband precies zou kunnen zijn?' vroeg ik aan Marino. ik heb niks, helemaal niks,' antwoordde hij geeuwend. Precies op dat moment kwam dr. Masterson het kantoor binnen en deed de deur weer dicht. Tevreden zag ik dat hij een stapel dossiers bij zich had. 'Nou,' zei hij koeltjes, zonder ons � van beiden aan te kijken, 'ik heb niemand gevonden met de naam Frankie, en ik neem dus aan dat dat een bijnaam was. Daarom heb ik geselecteerd op de datum van behandeling, leeftijd en huidkleur. Dit zijn de dossiers van zes blanke mannen die hier pati� waren in de periode waarin u ge�eresseerd bent. Al Hunt zit daar niet bij. Ze zijn tussen de dertien en vierentwintig jaar oud.' 'Wat vindt u ervan als wij die dossiers doornemen terwijl u rustig een pijpje gaat zitten roken?' Marino was nu wel iets minder agressief, hoewel niet veel minder. 'Ik geef er de voorkeur aan u alleen hun ziektegeschiedenis te geven omdat een en ander vertrouwelijk is, inspecteur. Als � van hen zeer interessant blijkt, kunnen we dat dossier gedetailleerder bekijken. Is dat acceptabel?' 'Dat is acceptabel,' zei ik voordat Marino daar bezwaar tegen kon maken. 'Het eerste geval,' zei dr. Masterson terwijl hij de bovenste dossiermap opensloeg, 'is dat van een negentienjarige jongen uit Highland Park in Illinois. Hij is hier in december 9/8 opgenomen en had een voorgeschiedenis van drugsgebruik. Van hero�, om precies te zijn.' Hij sloeg een bladzijde om. 'Hij was � meter drie�eventig, woog zesenzeventigeneenhalve kilo, had bruine ogen, bruin haar. Zijn behandeling heeft driemaanden geduurd.' 'Al Hunt werd pas in april van het daaropvolgende jaar opgenomen,' bracht ik de psychiater in herinnering. 'Ze zijn hier dus niet tegelijkertijd in behandeling geweest.' 'Ja, ik geloof dat u gelijk hebt. Dat heb ik over het hoofd gezien. Hem kunnen we dus schrappen.' Terwijl hij het dossier op zijn vloeiblad legde, wierp ik Marino een waarschuwende blik toe. Zijn gezicht was knalrood en ik wist dat hij op hel punt stond in woede uit te barsten. Dr. Masterson sloeg een tweede dossier open en vervolgde: 'Dan hebben we hier een veertienjarige jongen, blond, met blauwe ogen, � meter zestig, twee�ijftig kilo. Hij werd in februari 9/9 opgenomen en is zes maanden later ontslagen. Hij zonderde zich af en leed aan fragmentarische waanidee� De diagnose was dat hij een vorm van chaotische of hebefre nische schizofrenie had.' 'Wilt u even uitleggen wat dat in vredesnaam betekent?' vroeg Marino. 'Deze ziekte uit zich in onsamenhangendheid, bizarre gewoon tes, verregaande sociale teruggetrokkenheid en ander vreemd gedrag.' Hij zweeg even en bekeek een bladzijde. 'Hij ging 's ochtends bijvoorbeeld op weg naar de bushalte, maar kwam dan nooit op school aan en � keer werd hij onder een boom aangetroffen terwijl hij eigenaardige, onzinnige tekeningen in zijn schrift zat te maken.' 'Juist. En nu is hij een beroemd kunstenaar in New York,' mompelde Marino sarcastisch. 'Heet hij Frank, Franklin, of begint zijn naam met een F?' 'Nee. Zijn naam lijkt daar zelfs niet op.' 'Goed. Wie is de volgende?' 'De volgende is een twee�wintigjarige man uit Delaware. Rood haar, grijze ogen, eh, � meter achtenzeventig, zeven- enzestigeneenhalve kilo. Hij werd in maart 9/9 opgenomen en is in juni weer ontslagen. De diagnose was dat hij aan organische wanen leed. Dit werd mede veroorzaakt door temporale epilepsie en een voorgeschiedenis van cannabisgebruik. Complicaties waren onder andere zijn dysforische gemoedstoestand en zijn pogingen om zichzelf in reactie op een waan te castreren.' 'Wat betekent dysforisch' vroeg Marino. 'Angstig, rusteloos, depressief.' 'Was dat voor- of nadat hij zichzelf in een sopraan wilde veranderen?' Dr. Masterson begon tekenen van irritatie te vertonen en dat kon ik hem niet kwalijk nemen. 'De volgende,' zei Marino op de toon van een exercitie-sergeant. 'Het vierde geval is dat van een achttienjarige man, zwart haar, bruine ogen, � meter vijfenzeventig, vierenzestig kilo. Hij werd in mei 9/9 opgenomen en de diagnose was dat hij aan parano� schizofrenie leed. Hij vertoonde' - hij sloeg een bladzijde om en pakte zijn pijp - 'ongerichte woede en angst, twijfels over zijn seksuele identiteit en een hevige vrees om als homofiel gezien te worden. Zijn psychose is blijkbaar ontstaan doordat hij in een herentoilet door een homofiel is benaderd�' 'Wacht daar eens even.' Als Marino hem niet had laten stoppen, had ik dat wel gedaan. 'Hier moeten we over praten. Hoe lang is hij in Valhalla geweest?' Dr. Masterson stak zijn pijp op. Hij nam ruim de tijd om het dossier te bekijken en antwoordde toen: 'Tien weken.' 'Dat is dus de periode waarin Hunt ook hier was,' zei Marino. 'Dat is juist.''Hij werd dus benaderd in een herentoilet en raakte de kluts kwijt? Wat is er toen gebeurd? Wat voor psychose?' vroeg Marino. Dr. Masterson sloeg een paar bladzijden om. Hij duwde zijn bril recht en antwoordde: 'Er was een periode waarin hij waan denkbeelden had met een hoogdravend karakter. Hij geloofde- dat God hem vroeg bepaalde dingen te doen.' 'Wat voor dingen?' vroeg Marino, in zijn stoel naar voren leu nend. 'Er staat hier niets specifieks, behalve dat hij nogal bizarre uitspraken deed.' 'En hij was parano� schizofreen?' vroeg Marino. 'Ja.' 'Kunt u dat specificeren? Wat zijn bijvoorbeeld de andere symptomen?' in een klassiek geval,' antwoordde dr. Masterson, 'zijn er bij komende verschijnselen zoals hoogdravende wanen of hallucinaties met een hoogdravend karakter. Verder kunnen er jaloer se waandenkbeelden voorkomen, een extreme intensiteit in relaties met andere mensen, de neiging om ruzie te zoeken, en in sommige gevallen ook geweld.' 'Waar kwam hij vandaan?' vroeg ik. 'Maryland.' 'Shit,' mompelde Marino. 'Woonde hij bij zijn ouders?' 'Hij woonde bij zijn vader.' Ik zei: 'Bent u er zeker van dat hij aan parano� schizofrenie en niet aan catatone schizofrenie leed?' Dat onderscheid was belangrijk. Catatone schizofrenen verto nen vaak een bijzonder chaotisch gedrag. Over het algemeen hebben zij niet het vermogen om een misdaad te bedenken en een arrestatie te ontlopen. De man naar wie wij zochten was zo georganiseerd dat hij zijn misdaden met succes kon plannen en uitvoeren en dat hij ervoor kon zorgen dat hij niet werd gepakt. 'Daar ben ik zeker van,' antwoordde dr. Masterson. Na een ogenblik stilte voegde hij daar koeltjes aan toe: 'Interessant genoeg is de voornaam van de pati� Frank.' Vervolgens over handigde hij het dossier aan mij. Marino en ik keken het vluch tig door. Ik kon alleen maar vaststellen dat Frank Ethan Aims, oftewel Frank E., en dus 'Frankie' eind juli 9/9 uit Valhalla was vertrokken. Volgens een notitie die dr. Masterson indertijd had gemaakt was Aims kort daarna in Maryland van huis weggelopen. 'Hoe weet u dat hij van huis is weggelopen?' vroeg Marino, de psychiater aankijkend. 'Hoe weet u wat er met hem is gebeurd nadat hij uit deze tent is weggegaan?' 'Zijn vader belde me. Hij was erg overstuur,' zei dr. Masterson. 'En toen?' ik ben bang dat noch ik, noch iemand anders iets kon doen. Frankie was meerderjarig, inspecteur.' 'Kunt u zich herinneren of iemand hem ooit aansprak als "Frankie"?' vroeg ik. Hij schudde zijn hoofd. 'En Jim Barnes? Was hij Frank Aims' maatschappelijk werker?' vroeg ik. 'Ja,' zei dr. Masterson met tegenzin. 'Heeft Frank Aims een slechte ervaring met Jim Barnes gehad?' vroeg ik. Hij aarzelde. 'Dat schijnt zo.' 'Wat voor slechte ervaring?' 'Naar het schijnt een seksuele ervaring, dr. Scarpetta. En in Jezusnaam, ik probeer u te helpen. Ik hoop dat u dat in gedachten houdt.' 'H� zei Marino, 'dat houden we in gedachten, ok�Ik bedoel, we zijn echt niet van plan om een persbericht uit te sturen.' 'Frank kende Al Hunt dus,' zei ik. Dr. Masterson aarzelde weer. Hij had een strakke trek op zijn gezicht. 'Ja. Al was degene die de beschuldigingen naar voren heeft gebracht.' 'Bingo,' mompelde Marino. 'Wat bedoelt u als u zegt dat Al Hunt de beschuldigingen naar voren bracht?' vroeg ik. ik bedoel dat hij bij � van onze therapeuten klaagde,' antwoordde dr. Masterson, nu met een verdedigende toon in zijn stem. 'Tijdens � van onze sessies heeft hij ook iets tegen mij gezegd. Frank is toen ondervraagd, maar hij weigerde erover te praten. Hij was een erg kwade, teruggetrokken jongeman. Ik kon niets met Als beweringen doen. Zonder Franks medewerking waren die niet meer dan beschuldigingen uit de tweede hand.'Marino en ik zwegen. 'Het spijt me,' zei dr. Masterson, die nu erg nerveus was. 'Ik kan u niet aan informatie over Franks verblijfplaats helpen. Ik weet verder nergens van. Het moet zeven, acht jaar geleden zijn dat ik voor het laatst met zijn vader gesproken heb.' 'Wat was de aanleiding voor dat gesprek?' wilde ik weten. 'Meneer Aims belde me.' 'Wat was daar de reden voor?' 'Hij vroeg zich af of ik iets van Frank had gehoord.' 'En had u iets gehoord?' vroeg Marino. 'Nee,' antwoordde dr. Masterson. 'Het spijt me te moeten zeggen dat ik nooit meer enig bericht van Frank heb ontvangen.' 'Waarom wilde meneer Aims weten of u iets van Frank had gehoord?' stelde ik de cruciale vraag. 'Hij wilde hem vinden, hij hoopte dat ik misschien een idee- had waar hij was. Omdat zijn moeder was gestorven. Franks moeder, bedoel ik.' 'Waar is ze gestorven en hoe is het gebeurd?' vroeg ik. in Freeport, Maine. Ik weet niet precies wat de omstandigheden waren.' 'Een natuurlijke dood?' vroeg ik. 'Nee,' zei dr. Masterson, weigerend ons aan te kijken, ik ben er vrij zeker van dat dat niet het geval was.' Marino had niet lang nodig om de zaak uit te zoeken. Hij belde de politie van Freeport, Maine. Volgens hun gegevens was me vrouw Wilma Aims op 5 januari 98 laat in de middag dood geslagen door een 'inbreker' die zich blijkbaar in haar huis bevond toen ze terugkwam van het boodschappen doen. Ze was twee�eertig toen ze stierf, een kleine, tengere vrouw mei blauwe ogen en geblondeerd haar. De zaak was nooit opgelost.

Ik twijfelde er niet aan wie die zogenaamde inbreker was geweest, en Marino ook niet. Hij zei: 'Hunt was dus misschien echt helderziende, h�Hij wist dat Frank zijn moeder te pakken had genomen. Dat gebeurde in ieder geval een hele tijd nadat die twee gekken samen in het gesticht zaten.' We zaten zomaar wat naar Sammy de Eekhoorn te kijken ter wijl die zijn acrobatische toeren op het vogelhuisje uitvoerde Nadat Marino me uit het ziekenhuis had teruggereden en bij mijn huis had afgezet, had ik hem voor een kop koffie binnen gevraagd. 'Weet je zeker dat Frankie niet ergens in de afgelopen jaren een tijdje in Hunts autowasserette heeft gewerkt?' vroeg ik. ik kan me niet herinneren dat ik een Frank of Frankie Aims in hun boeken heb zien staan,' zei hij. 'Het is heel goed mogelijk dat hij zijn naam veranderd heeft,' zei ik. 'Dat is waarschijnlijk, als hij z'n moe inderdaad heeft koud gemaakt. Hij had natuurlijk wel door dat de politie naar hem op zoek zou kunnen gaan.' Hij pakte zijn kop koffie. 'Het probleem is dat we geen recente beschrijving van hem hebben, en bij tenten als Masterwash is het meestal net een duiventil. Die jongens daar komen en gaan. Ze werken een paar dagen, een week, een maand. Heb je enig idee hoeveel blanke mannen lang en dun zijn en donker haar hebben? Ik ben bezig alle namen na te gaan, maar ik heb nog niets gevonden.' We waren zo dicht bij de oplossing, maar tegelijkertijd ook zo ver ervandaan. Het was om gek van te worden. 'Die vezels passen bij een autowasserette,' zei ik gefrustreerd. 'Hunt werkte in de autowasserette waar Beryl altijd heen ging, en het is mogelijk dat hij haar moordenaar kende. Hoor je wat ik zeg, Marino? Hunt wist dat Frankie zijn moeder had vermoord, omdat Hunt en Frankie misschien na Valhalla nog contact hebben gehad. Frankie kan in Hunts autowasserette gewerkt hebben, misschien zelfs recentelijk. Het is mogelijk dat Frankie door Beryl geobsedeerd raakte toen ze haar auto daar schoon kwam laten maken.' 'Ze hebben zesendertig werknemers. Op elf na zijn die allemaal zwart, doe, en bij die elf bleekscheten zitten zes vrouwen. Dan zijn er hoeveel over? Vijf? Drie daarvan zijn onder de twintig, wat betekent dat ze acht, negen jaar waren toen Frankie in Valhalla zat. We weten dus dat dat niets is. De andere twee kunnen het ook niet zijn, vanwege verschillende andere redenen.' 'Welke andere redenen?' vroeg ik. 'Dat ze pas in de laatste paar maanden zijn aangenomen bijvoorbeeld, dat ze er nog niet eens werkten toen Beryl haar karretje daarheen bracht. Om nog maar te zwijgen over het feit, dat hun uiterlijk zelfs niet bij dat van Frank in de buurt komt. E�vent heeft r"od haar- en een andere is een kleintje, ongeveer even lang 'Dank je.' ik ga gewoon i�OT met zoeken,' zei hij terwijl hij zijn blik van het vogelhuisje afwendde. Sammy de Eekhoorn keek ons met roze-omrande oogjes 'En wat ga jij doen?' 'Wat ga ik doen?' 'Weet je kantoor wel dat je daar nog steeds werkt?' vroeg Marino. Hij keek me aan met een vreemde blik in zijn ogen. ik heb alles onder controle,' zei ik. 'Daar ben ik niet zo zeker van, doc.' 'Ik ben daar heel zeker van' ik persoonlijk' ~ Marino liet het er niet bij zitten - 'denk dat je er niet z"best aan toe bent.' 'Ik ga nog een paar dagen niet naar kantoor,' legde ik op vastberaden toon uit. Ik moet Beryls manuscript zien te achterhalen. Ethridge blijft daar maar over zeuren. En we moeten uitvinden wat er in staat. Misschien wel die verbindende schakel waar jij het over had.' 'Zolang je mijn regels maar in de gaten houdt.' Hij duwde zijn stoel van de tafek weg ik ben echt voorzichtig verzekerde ik hem. 'En niets meer van hem gehoord, h� 'Dat klopt,' z^i ik. 'Geen telefoontjes. Geen teken van hem. Niets.' 'Tja, ik wil je er alleen maar aan herinneren dat het ook niet zijn stijl was om Beryl elke dag te bellen.' Daar hoefde ik niet aan herinnerd te worden. Ik wilde niet dat hij weer helemaal opnieuw begon. 'Als hij belt, zegt ik gewoon: "Hallo, Frankie wat wil je?'" 'H�Het is geen grapje.' Hij stopte in de hal en draaide zich om. 'Je maakte toch een grapje, of niet?' 'Natuurlijk.' ik glimlachte en klopte hem op zijn rug. ik meen het, doc Zoiets moet je niet doen. Als je hem op je antwoordapparaat hoort, neem die verdomde telefoon dan niet op�' Marino bleef verstijfd staan toen ik de deur opendeed, en zijn ogen werden groot van angst. 'Jezus minaa� HIJ beende mijn veranda op, tastte driftig naar zijn revolver en begon als een idioot heen en weer te springen. Ik was te verbijsterd om iets te zeggen en keek langs hem heen naar de hete vlammen, die kraakten en raasden in de winterlucht. Marino's LTD was een vuurzee in de zwarte nacht. De vlammen dansten en lekten naar de halve maan. Ik greep Marino's mouw en trok hem terug het huis in op het moment dat in de verte een sirene naderde en de benzinetank ontplofte. De ramen van de huiskamer werden verlicht door een bal van vuur die de lucht inschoot, de kleine kornoeljestruiken aan de rand van mijn tuin in brand stekend. 'O, God,' riep ik toen de elektriciteit het begaf. Marino liep in het donker als een grote schaduw heen en weer, vloekend en aan zijn draagbare radio morrelend. Hij (eek op een woedende stier die op het punt stond aan te vallen. 'Die verdomde klootzak! Die verdomde klootzak!'

Ik stuurde Marino weg kort nadat de verkoolde resten van zijn geliefde nieuwe auto met een trailer waren weggehaald. Hij had erop gestaan die nacht bij me te blijven. Ik had erop gestaan dat de verschillende patrouilleauto's die mijn huis in de gaten hielden voldoende waren. Hij had erop gestaan dat ik in een hotel ging logeren, en ik had geweigerd om toe te geven. Hij had zijn schade om zich druk over te maken en ik had de mijne. Mijn straat en tuin waren veranderd in een met roet besmeurde woestenij en mijn benedenverdieping hing vol smerig-ruikende rook. De brievenbus aan het eind van mijn oprit zag eruit als een geblakerd lucifershoutje en ik was ten minste een half dozijn kornoeljestruiken en evenveel bomen kwijt. En wat belangrijker was, hoewel ik Marino's bezorgdheid wel op prijs stelde, wilde ik toch graag alleen zijn. liet was na middernacht en ik stond me bij kaarslicht uit te kleden toen de telefoon ging. Frankie's stem drong als een kwade damp mijn slaapkamer binnen, vergiftigde de lucht die ik inademde, en bevuilde de beslotenheid van mijn huis, mijn toevluchtsoord. Ik zat op de rand van mijn bed en staarde nietsziend naar het antwoordapparaat. Ik proefde gal in mijn keel en mijn hart bonsde neurotisch tegen mijn ribben. '�Ik wilde dat ik het had gezien. Was het in-in-drukwekkend, Kay? Dat was me wat, h�Ik hou er niet van dat je andere ma-mannen in je huis laat. Dat weet je nu. Dat weet je nu.' Het antwoordapparaat stopte en het lampje begon te knippe ren. Ik deed mijn ogen dicht en ademde langzaam en diep in. Mijn hart bonkte, de vlam van de kaars wierp stille schaduwen op de muren. Hoe was het mogelijk dat dit mij overkwam? Ik wist wat ik moest doen. Hetzelfde als Beryl Madison had gedaan. Ik vroeg me af of ik dezelfde angst voelde als zij had gevoeld toen ze uit de autowasserette was weggevlucht, toen ze het gerafelde hart op haar autoportier had zien staan. Mijn handen trilden hevig toen ik het laatje in mijn nachtkastje open trok en de Gouden Gids eruit nam. Nadat ik had gereserveerd, belde ik Benton Wesley. 'Dat zou ik je niet aanraden, Kay,' zei hij, opeens klaarwakker. 'Nee. In geen geval. Luister naar me, Kay�' 'Ik heb geen keus, Benton. Ik wil alleen maar dat iemand hel weet. Je kunt het aan Marino vertellen als je dat wilt. Maar bemoei je er niet mee. Alsjeblieft. Het manuscript�' 'Kay�' ik moet het vinden. Ik denk dat het daar is.' 'Kay! Je denkt niet goed na!' 'Kijk.' Mijn stem ging omhoog. 'Wat moet ik dan doen? Hier wachten totdat die klootzak besluit mijn deur in te trappen of mijn auto op te blazen? Als ik hier blijf, ben ik dood. Heb je dat nu nog niet begrepen, Benton?' 'Je hebt een alarminstallatie. Je hebt een revolver. Hij kan je auto niet opblazen met jou erin. Eh, Marino heeft me gebeld. Hij heeft me verteld wat er is gebeurd. Ze zijn er vrij zeker van dat iemand een in petroleumether gedoopt lapje in de benzinetank heeft gestopt. Ze hebben sporen gevonden van een breek ijzer. Hij heeft de�' 'Jezus, Benton. Je luistert niet eens naar me.' 'Luister. Luister jij nu eens. Luister alsjeblieft naar me, Kay. Ik zal bescherming voor je regelen, zorgen dat iemand bij je intrekt, ok�E�van onze vrouwelijk agenten�' 'Welterusten, Benton.' 'Kay!' Ik hing op en nam de telefoon niet op toen hij onmiddellijk daarna terugbelde. Onbewogen luisterde ik naar zijn bezwaren op het antwoordapparaat. Het bloed klopte in mijn hals terwijl de beelden me weer aanvlogen, de beelden van Marino's auto, sissend onder vlammen die uitvielen naar de bogen water uit de gezwollen, over mijn straat kronkelende brandslangen. Toen ik het zwartgeblakerde lijkje aan het eind van mijn oprit had ontdekt, was er iets in mij geknapt. De benzinetank in Marino's auto moest ontploft zijn op het moment dat Sammy de Eekhoorn wild over de elektriciteitslijn springend, zich razendsnel in veiligheid had proberen te stellen. Gedurende � seconde hadden zijn pootjes tegelijkertijd contact gemaakt met de geaarde transformator en de primaire spanningskabel. Er was twintigduizend volt door zijn kleine lijfje gegaan, zodat hij in een verbrand stukje kool veranderde en de stop doorsloeg. Ik had hem in een schoenendoos gelegd en in mijn rozentuin begraven. Het idee zijn geblakerde lichaampje in het ochtendlicht te moeten zien was meer dan ik kon verdragen. Toen ik klaar was met pakken, werkte de elektriciteit nog steeds niet. Ik ging naar beneden, nam wat cognac en rookte totdat ik ophield met beven. Mijn Ruger boven op de bar glansde in het licht van de stormlantaarns. Ik ging niet naar bed. Toen ik de deur uit vluchtte, keek ik niet naar mijn verwoeste tuin. Mijn koffer bonkte tegen mijn been en smerig water spatte tegen mijn enkels toen ik naar mijn auto rende. Ik zag geen enkele patrouillewagen toen ik snel mijn stille straat uitreed. Even na vijf uur 's ochtends kwam ik op het vliegveld aan. Ik ging regelrecht naar het damestoilet en pakte mijn revolver uit mijn handtas. Ik haalde de patronen eruit en stopte hem in mijn koffer.