Hoofdstuk 9
Marino arriveerde de volgende ochtend in het mortuarium toen ik net een y-vormige incisie in Cary Harpers lichaam aan het maken was. Ik verwijderde de ribben bij de borst en haalde de organen uit de borstkas terwijl Marino zwijgend toekeek. Er liepen waterstralen in de wasbakken, chirurgische instrumenten kletterden en rinkelden en aan de andere kant van de ruimte was een van mijn assistenten een lang mes op de slijpsteen aan het wetten. We hadden die ochtend vier zaken en alle roestvrijstalen autopsietafels waren bezet. Aangezien Marino niet van plan leek me iets te vertellen, bracht ik het onderwerp zelf maar ter sprake. 'Wat heb je over Jeb Price uitgevonden?' vroeg ik. 'Hij staat nergens in onze computers,' antwoordde hij terwijl hij met een rusteloze blik van me weg keek. 'Nooit eerder gearresteerd, geen uitstaande aanhoudingsbevelen, helemaal niks. En hij doet z'n bek niet open, zelfs niet na dat kunstje dat jij hem hebt geflikt. Voordat ik hier kwam, ben ik even bij Identificatie langsgegaan. Ze waren de film uit zijn camera aan het ontwikkelen. Ik zal een stel afdrukken meenemen als ze klaar zijn.' 'Heb je al wat gezien?' 'De negatieven wel,' antwoordde hij. 'En?' vroeg ik. 'Foto's die hij in die ijskast heeft gemaakt. Van de lichamen van de Harpers,' zei hij. Dat had ik wel verwacht. 'Hij zal toch geen journalist voor zo'n sensatiekrant zijn?' zei ik voor de grap. 'Ja hoor. Ga maar lekker door met dromen.' Ik keek op van mijn werk. Marino was niet in een joviale bui. Hij zag er nog verfomfaaider uit dan gewoonlijk. Hij had zich bij het scheren twee keer in zijn wang gesneden en zijn ogen waren bloeddoorlopen. 'De meeste journalisten die ik ken hebben geen 9 millimeter vol Glaser-patronen bij zich,' zei hij. 'En meestal beginnen ze te zeuren als ze in hun kraag gevat worden, willen een kwartje om de advocaat van hun krant te kunnen bellen en zo. Deze vent geeft geen krimp, hij is een echte prof. Hij moet een slot onder handen genomen hebben om binnen te komen. En hij deed 't op die maandagmiddag, een vrije dag, wanneer het onwaarschijnlijk was dat er iemand op kantoor zou zijn. Zijn auto stond ongeveer drie blokken hiervandaan, op de parkeerplaats van de Farm Fresh. Een huurauto met een ingebouwde telefoon. Hij had genoeg patronen en munitie om een klein leger tegen te houden, plus een Mac Ten-machinegeweer en een Kevlar kogelvrij vest. Die kerel is geen journalist.' 'Maar ik weet ook niet of hij wel echt een prof is,' merkte ik op terwijl ik een nieuw mes in mijn scalpel schoof. 'Het was slordig om een leeg filmdoosje in de koelcel achter te laten. En als hij echt op safe had willen spelen, had hij om twee of drie uur in de ochtend moeten inbreken, en niet op klaarlichte dag.' 'Je hebt gelijk. Dat van dat filmdoosje was inderdaad slordig,' stemde Marino in. 'Maar ik kan wel begrijpen waarom hij juist toen heeft ingebroken. Stel, er komt een begrafenisondernemer of ambulance om een lichaam af te leveren terwijl Price in die koelkast is. Hij is misschien zo'n gladde jongen dat hij midden op de dag best kan doen alsof hij hier werkt, alsof hij een legitieme reden heeft om in de cel te zijn. Maar als hij om, laten we zeggen, twee uur in de nacht wordt betrapt, kan hij nooit een goede verklaring geven waarom hij zich daar op dat tijdstip bevindt.' Hoe dan ook, dacht ik, Jeb Price had serieuze bedoelingen. Glaser Safety Slugs waren de gemeenste patronen die er te krijgen waren. Ze zaten vol hagel die zich bij de inslag door het lichaam verspreidde en vlees en organen als een loden hagelstorm doorboorde. Mac Tens zijn favoriet bij terroristen en drugsbaronnen, omdat die machinegeweren spotgoedkoop wa- ren in Centraal-Amerika, het Midden-Oosten, en mijn geboorteplaats Miami. 'Misschien moet je er eens over denken een slot op die ijskast te zetten,' zei Marino. ik heb de Huishoudelijke Dienst al gewaarschuwd,' zei ik. Dat was een voorzorgsmaatregel die ik jarenlang had uitgesteld. Het personeel van begrafenisondernemingen en ambulances moest ook na kantoortijd in de koelcel kunnen komen. De bewakers zouden sleutels moeten krijgen. De dienstdoende lokale pathologen-anatomen zouden sleutels moeten krijgen. Er zouden protesten komen. Er zouden problemen zijn. Verdomme, ik had genoeg van problemen! Marino was met zijn aandacht nu weer bij Harpers lichaam. Er was geen autopsie voor nodig en je hoefde ook geen genie te zijn om de doodsoorzaak vast te stellen. 'Er zijn verscheidene breuken in zijn schedel en scheuren in het hersenweefsel,' legde ik uit. is zijn keel als laatste doorgesneden, net als bij Beryl?' 'De aderen en slagader in de hals zijn doormidden gesneden, maar zijn organen zien niet echt bleek van het bloedverlies,' antwoordde ik. 'Hij zou binnen een paar minuten zijn doodgebloed als hij nog voldoende bloeddruk had gehad. Met andere woorden, hij heeft niet zoveel gebloed dat dat als doodsoorzaak aangemerkt kan worden. Hij was al gestorven of hij was stervende als gevolg van zijn hoofdwonden toen zijn keel werd doorgesneden.' 'Nog verwondingen omdat hij zich heeft verzet?' vroeg Marino. 'Niet �.' Ik legde mijn scalpel neer om het hem te laten zien, en duwde Harpers onwillige vingers � voor � recht. 'Geen gescheurde nagels, steekwonden of bloeduitstortingen. Hij heeft niet geprobeerd het wapen af te weren.' 'Hij heeft niet geweten wat er gebeurde,' merkte Marino op. 'Hij is in het donker naar huis gereden. Die zak wachtte hem op, had zich waarschijnlijk in de bosjes verstopt. Harper par keerde en stapte uit z'n Rolls. Hij was bezig het portier op slot te draaien toen die kerel achter hem opdook en hem achter op zijn hoofd sloeg�' 'Hij heeft twintig procent vernauwing in zijn linkerkransslaga der,' dacht ik hardop terwijl ik naar mijn potlood zocht. 'Harper stort als een blok in elkaar, en die kerel blijft maar slaan,' vervolgde Marino. 'Dertig procent in zijn rechterkransslagader.' Ik krabbelde wat aantekeningen op een lege verpakking van operatiehandschoe nen. 'Geen littekenweefsel van oude hartinfarcten. Zijn hart was gezond, maar iets vergroot, en zijn aorta is verkalkt, een lichte vorm van atherosclerose.' 'Vervolgens geeft die vent een jaap in Harpers keel. Waar schijnlijk om er zeker van te zijn dat hij dood is.' Ik keek op. 'Wie dit ook heeft gedaan, hij wilde er zeker van zijn dat Harper dood was,' herhaalde Marino. ik weet niet of ik wel zo'n rationele gedachtengang aan de aanvaller toe zou schrijven,' antwoordde ik. 'Kijk eens naar hem, Marino.' Ik had de hoofdhuid aan de achterkant van de schedel omhoog gerold. De schedel was verbrijzeld alsof die een eierschaal was. Ik wees de breuklijnen aan en legde uit: 'Hij is ten minste zeven keer met zo'n kracht op het hoofd geslagen dat hij geen enkele van die wonden had kunnen overleven. Daarna is zijn keel doorgesneden. Dat is overkill. Net als bij Beryl.' 'Ok�Overkill. Dat betwist ik niet,' antwoordde hij. ik zeg alleen maar dat de moordenaar er zeker van wilde zijn dat Beryl en Harper dood waren. Als je iemands hoofd er zowat afsnijdt, kun je er zeker van zijn dat je slachtoffer niet meer tot leven gebracht kan worden om het verhaal na te vertellen.' Marino trok een gezicht toen ik de maaginhoud in een kartonnen doosje begon te legen. 'Doe maar geen moeite. Ik kan je precies vertellen wat hij heeft gegeten. Ik zat er zelf bij. Borrelnootjes. En twee martini's,' zei hij. De pinda's hadden nog maar nauwelijks Harpers maag verlaten Toen hij stierf. Verder was er alleen maar een bruinachtig vocht. Ik kon de alcohol nog ruiken. Ik vroeg Marino: 'Wat heeft hij je verteld?' 'Helemaal niks.' Ik wierp hem een blik toe en plakte een etiket op het doosje. 'Ik zat in dat caf�en tonic met citroen te drinken,' zei hij. ik denk dat het toen ongeveer kwart v�was. Harper kwam pre- cies om vijf uur binnenlopen.' 'Hoe wist je dat hij het was?' Er zaten wat fijne korreltjes in de nieren. Ik legde ze op de weegschaal en noteerde het gewicht. 'Met die bos wit haar kon ik hem niet over het hoofd zien,' antwoordde Marino. 'Hij was precies zoals Poteat hem had beschreven. Ik wist dat hij het was zodra hij binnenkwam. Hij ging alleen aan een tafeltje zitten en zei niets, tegen niemand, bestelde gewoon 'hetzelfde als altijd' en ging terwijl hij wachtte borrelnootjes zitten eten. Ik sloeg hem eerst een tijdje gade en Hing toen naar hem toe, schoof een stoel bij en stelde mezelf voor. Hij zei dat hij niet wist waarmee hij me zou kunnen helpen en dat hij er niet over wilde praten. Ik drong aan, vertelde hem dat Beryl maandenlang bedreigd was, en vroeg hem of hij dat wist. Hij keek ge�iteerd, zei dat hij van niets wist.' 'Denk je dat hij de waarheid sprak?' Ik vroeg me ook af wat de waarheid was over Harpers alcoholgebruik. Hij had een vervette lever. ik zou het je niet kunnen zeggen,' zei Marino terwijl hij de as van zijn sigaret op de vloer tipte. 'Vervolgens vroeg ik hem waar hij was geweest in de nacht toen ze vermoord werd, en hij zei dat hij op de gewone tijd in het caf�as geweest, en dat hij daarna naar huis was gegaan. Toen ik hem vroeg of zijn zuster dat kon bevestigen, zei hij dat ze toen niet thuis was.' Ik keek verbaasd op en hield mijn scalpel opgeheven. 'Waar was ze dan?' 'De stad uit,' zei hij. 'Heeft hij je niet verteld waar ze was?' 'Nee. Hij zei, en ik citeer: "Dat is haar zaak. Dat moet je mij niet vragen.'" Marino keek afkeurend naar de stukken lever waarin ik aan het snijden was. Hij merkte op: 'Vroeger was lever met uien mijn lievelingskostje. Kun je dat geloven? Ik ken geen enkele agent die een autopsie gezien heeft en die nog steeds lever eet�' Toen ik aan het hoofd begon, werden zijn woorden overstemd door het geluid van de zaag. Marino gaf het op en deed een paar stappen naar achteren toen het stof van de botten zich met de doordringende lucht vermengde. Zelfs als lichamen in een goede staat zijn, ruiken ze vies als ze geopend worden. Het visuele aspect van het gebeuren is ook niet echt sprookjesachtig te noemen. Maar ik moest Marino nageven dat hoe vreselijk een zaak ook was, hij altijd naar het mortuarium kwam. Harpers hersens waren zacht en hadden talloze gerafelde scheurtjes. Er waren heel weinig bloedingen, wat bevestigde- dat hij niet lang meer had geleefd nadat hij de wonden had opgelopen. Zijn dood was tenminste vlug geweest. In tegenstel ling tot Beryl had Harper geen tijd gehad om angst of pijn te voelen of om zijn leven te smeken. De moord op hem vertoonde nog een aantal andere verschillen met die op haar. Hij was niet bedreigd - voorzover we wisten tenminste. Er was geen sek suele ondertoon. Hij was doodgeslagen en niet - gestoken, en bij hem waren er geen kledingstukken verdwenen. ik heb honderdachtenzestig dollar in zijn portefeuille geteld,' zei ik tegen Marino. 'En zijn polshorloge en zegelring zijn ook hier, die zijn al ingeschreven.' 'En zijn halsketting?' vroeg hij. Ik had geen idee waar hij het over had. 'Hij had zo'n dikke gouden ketting met een medaillon eraan, een schild, een soort wapen,' legde hij uit. 'Die viel me in het caf�p.' 'Die ketting is niet met het lichaam meegekomen, en ik herinner me niet dat ik op de plaats van het misdrijf heb gezien dat hij zoiets droeg toen ik daar�' Ik wilde zeggen 'gisteravond was'. Maar het was niet gisteravond. Harper was zondagavond vroeg gestorven. En nu was het dinsdag. Ik was mijn hele besef van tijd kwijt. De laatste twee dagen leken onwezenlijk, en als ik Marks boodschap die ochtend niet opnieuw had afgespeeld, zou ik me afvragen of dat telefoontje wel echt geweest was. 'Misschien heeft die kerel hem wel meegenomen. Weer een souvenir,' zei Marino. 'Dat is niet logisch,' antwoordde ik. ik kan begrijpen dat hij bij Beryl een souvenir wilde hebben, dat wil zeggen als haar moord het werk is van een gestoord persoon die door haar geobsedeerd was. Maar waarom zou hij iets van Harper meenemen?' 'Een trofee misschien,' suggereerde Marino. 'Zoals een bontvel na een jachtpartij. Misschien is hij een huurmoordenaar die graag een klein aandenken aan zijn klusjes houdt.' ik zou juist denken dat een huurmoordenaar daar veel te voorzichtig voor zou zijn,' wierp ik tegen. 'Ja, dat zou je wel denken. Net zoals je zou denken dat Jeb Price wel zo voorzichtig zou zijn geen filmdoosje in de koelkast achter te laten,' merkte hij spottend op. Ik deed mijn handschoenen uit en plakte de laatste etiketten op de reageerbuisjes en het andere materiaal dat ik verzameld had. Ik pakte mijn papieren bij elkaar en Marino volgde me naar boven naar mijn kantoor. Rose had de avondkrant op mijn vloeiblok gelegd. De kop op de voorpagina ging over de moord op Harper en de plotselinge dood van zijn zuster. De bijbehorende onderkop bedierf mijn hele dag:
'HOOFD PATHOLOOG-ANATOOM BESCHULDIGD CONTROVERSIEEL MANUSCRIPT 'VERLOREN' TE HEBBEN
Het artikel was geschreven in New York, door een journalist van de Associated Press, en de inleiding werd gevolgd door een verhaal over hoe ik een man met de naam Jeb Price had 'uitgeschakeld' nadat ik hem had betrapt op het 'doorzoeken' van mijn kantoor gistermiddag. De beschuldigingen over het manuscript moesten wel van Sparacino afkomstig zijn, dacht ik boos. Het stukje over Jeb Price kwam natuurlijk uit het politierapport. Toen ik mijn telefoonnotities doorkeek, zag ik dat de meerderheid van de mensen die me gebeld hadden verslaggevers waren. 'Heb je haar computerfloppy's nog nagekeken?' vroeg ik aan Marino terwijl ik de krant naar hem toegooide. 'O, ja,' zei hij. 'Die heb ik bekeken.' 'En heb je dat boek gevonden waar iedereen zo opgewonden over doet?' 'Nee hoor,' mompelde hij terwijl hij de voorpagina doorlas. 'Was het er niet bij?' riep ik teleurgesteld. 'Stond het niet op � van haar floppy's? Hoe kan dat nou, ze was het toch op haar computer aan het schrijven?' 'Dat moet je mij niet vragen,' zei hij. ik weet alleen maar dat ik wel een dozijn floppy's bekeken heb. Er stond niets recents op. Volgens mij was het allemaal oud materiaal, haar romans, weet je wel. Niets over haar zelf, of over Harper. Ik heb wel een paar oude brieven gevonden, waaronder twee zakelijke brieven naar Sparacino. Niets om opgewonden over te raken.' 'Misschien heeft ze de floppies op een veilige plek verborgen voordat ze naar Key West ging,' zei ik. 'Misschien, maar die hebben wij niet gevonden.' Op dat moment kwam Fielding binnen. Zijn orang-oetan-ar men hingen neer uit de korte mouwen van zijn groene dokters- pak en zijn handen waren bedekt met het talkpoeder dat in de rubber handschoenen zat die hij beneden had aan gehad. Fiel ding was zijn eigen kunstwerk. Hij besteedde elke week god weet-hoeveel uur in een fitness-centrum aan het vervolmaken van zijn lichaam. Het was mijn theorie dat zijn obsessie met bodybuilding omgekeerd evenredig was aan zijn obsessie mei zijn werk. Hoewel hij een competent plaatsvervangend hoofd was en pas iets langer dan een jaar tot de staf behoorde, vertoonde hij nu al tekenen van totale uitputting. Hoe gedesillu- sioneerder hij leek, hoe breder hij werd. Ik gaf hem nog twee jaar voordat hij naar de nettere, lucratievere wereld van de zie- kenhuispathologie zou overstappen, of voordat hij de opvolger van de Ongelooflijke Hulk zou worden. 'Ik kan geen definitief oordeel geven over Sterling Harper,' zei hij terwijl hij rusteloos voor mijn bureau heen en weer liep. 'Haar alcoholtest geeft slechts nul-punt-nul-drie aan, en er zit niets in haar maag wat me wat meer aanwijzingen geeft. Geen bloedingen, geen ongewone geur. Het hart is goed, er is niets te zien van eventuele vroegere infarcten en haar kransslagaders zijn schoon. De hersens zien er normaal uit. Maar er was wel iets met haar aan de hand. De lever is vergroot, rond de vijfentwintighonderd gram, en de milt is ongeveer duizend en het kapsel is wat dikker dan normaal. Ook haar lymfeklieren zijn niet helemaal in orde.' 'Zijn er metastases?' vroeg ik. 'Geen die met het blote oog waarneembaar zijn.' 'Leg dan maar een kweekje onder de microscoop,' zei ik. Fielding knikte en liep snel weer weg. Marino keek me vragend aan. 'Kan van alles zijn,' zei ik. 'Leukemie, een gezwel aan een lymfeklier, of � van de vele ziektes aan het collageen, waarvan sommige goedaardig zijn en andere niet. De milt en de lymfeklieren zijn in hun reacties een onderdeel van het immuunsysteem. Met andere woorden, als er sprake is van een bloedziekte, is de milt daar bijna altijd bij betrokken. En wat betreft die vergrote lever - dat maakt het niet gemakkelijker om een diagnose te stellen. Ik weet pas echt iets als ik onder de microscoop naar de histologische veranderingen heb gekeken.' 'Wil je het nu eens in gewone taal zeggen?' Hij stak een sigaret op. 'Vertel me eens in simpele bewoordingen wat dokter Schwarzenegger heeft gevonden.' ' Haar immuunsysteem reageerde ergens op,' zei ik. 'Ze was ziek.' 'Ziek genoeg om op de sofa het hoekje om te gaan?' Zo plotseling?' zei ik. 'Dat betwijfel ik.' 'Kan ze het met een medicijn gedaan hebben?' wilde hij weten. Bijvoorbeeld dat ze al haar pillen heeft ingenomen en het flesje in het vuur heeft gegooid, wat kan verklaren waarom jij datgesmolten plastic in de haard vond en waarom wij geen potjes pillen of iets dergelijks in het huis hebben aangetroffen. Alleen maar drogisterijtroep.' Een overdosis medicijnen stond zeker hoog op mijn lijstje, maar het had geen zin om me daar op dit moment druk over te maken. Ondanks mijn smeekbedes, ondanks beloften dat deze zaak de hoogste prioriteit zou krijgen, zouden de resultaten van het toxicologisch onderzoek nog dagen, misschien zelfs weken op zich laten wachten. En wat betreft haar broer, over hem had ik een theorie, ik denk dat Cary Harper met een zelfgemaakte knots is geslagen, Marino,' zei ik. 'Misschien was het een stuk metalen buis die met ganzenhagel was gevuld om hem zwaar te maken en waarvan de uiteinden dichtgeplakt waren met een soort Silli- putti om de hagel erin te houden. Na een paar slagen is � van de stukjes Silliputti eruit gevlogen, zodat de hagel er ook is uitgevallen.' Hij tikte bedachtzaam de as van zijn sigaret. 'Dat past nou niet bepaald bij die "huurling"-troep die we in de auto van Price gevonden hebben. Het is trouwens ook niet iets wat de Oude Mevrouw Harper verzonnen zou kunnen hebben.' ik neem aan dat je niet een soort Silliputti, boetseerklei of ganzenhagel in haar huis hebt gevonden.' Hij schudde zijn hoofd en zei: 'Jezus, nee.'
De rest van de dag bleef de telefoon maar gaan. Verschillende radiostations hadden verhalen over de rol die ik zogenaamd had gespeeld bij de verdwijning van een 'mysterieus, waardevol manuscript' en gaven overdreven beschrijvingen van de manier waarop ik een 'aanvaller had uitgeschakeld' die in mijn kantoor had ingebroken. Andere verslaggevers probeerden munt te slaan uit het sensationele verhaal. Sommigen slopen rond op de parkeerplaats van de dienst of doken op in de hal met hun microfoons en camera's in de aanslag. E�wel bijzonder brutale dj zei in een uitzending dat ik de enige vrouwelijke hoofd patholoog-anatoom was die 'gouden in plaats van rubber handschoenen' droeg. De hele situatie liep steeds meer uit de hand en ik begon Marks waarschuwing nu serieuzer te nemen. Sparacino was heel goed in staat om me het leven zuur te maken. Als Thomas Ethridge IV me iets te zeggen had, draaide hij mijn rechtstreekse nummer, zodat hij niet eerst Rose aan de lijn kreeg. Ik was niet verbaasd toen hij belde. Ik geloof dat ik zelfs opgelucht was. Het was laat in de middag en we zaten in zijn kantoor. Hij was oud genoeg om mijn vader te kunnen zijn, en was zo'n man die er toen hij jong was heel gewoontjes had uitgezien, maar wiens uiterlijk naarmate hij ouder werd langzamerhand steeds imponerender en karaktervoller werd. Ethridge had een Winston Churchill- gezicht dat in het Engelse Hogerhuis of in een salon vol sigarerook thuishoorde. We hadden altijd uitstekend met elkaar kunnen opschieten. 'Een publiciteitsstunt? Denk je dat het waarschijnlijk is dat iemand dat zal geloven, Kay?' vroeg de procureur-generaal terwijl hij verstrooid de gouden horlogeketting betastte die over zijn vest gedrapeerd hing. ik krijg het gevoel dat jij me niet gelooft,' zei ik. Hij reageerde door een dikke zwarte Mont Blanc-vulpen te pakken en de dop langzaam los te draaien. ik denk dat niemand de kans zal krijgen om te beslissen of ze me wel of niet willen geloven,' merkte ik zwakjes op. 'Mijn vermoedens zijn niet op een concreet feit gegrond, Tom. Als ik zo'n beschuldiging doe om Sparacino tegen te werken, vindt hij dat alleen maar mooi.' 'Je voelt je erg ge�leerd, is 't niet, Kay?' 'Ja, maar ik b�ook ge�leerd, Tom.' 'Situaties als deze gaan vaak een eigen leven leiden,' peinsde hij. 'Het probleem is hoe we dit in de kiem moeten smoren, zonder dat we daardoor alleen maar nog meer aandacht trekken.' Hij wreef in zijn vermoeide ogen achter de bril met de hoornen rand, sloeg een schone bladzijde in zijn notitieblok op en begon � van zijn lijsten te maken. Hij trok een lijn in het midden van het papier en schreef de voordelen aan de ene en de nadelen aan de andere kant - de voor- en de nadelen waarvan, daar had ik geen idee van. Toen hij een half blad vol had geschreven, was de ene kolom beduidend langer dan de andere. Hij leunde achterover, keek op en fronste zijn wenkbrauwen. 'Kay,' zei hij, 'is het je ooit opgevallen dat je meer betrokken lijkt te raken bij je zaken dan je voorgangers?' ik heb mijn voorgangers niet gekend,' antwoordde ik. Hij glimlachte kort. 'Dat is geen antwoord op mijn vraag, mevrouw de advocaat.' 'Daar heb ik eerlijk gezegd nooit over nagedacht,' zei ik. 'Dat had ik ook niet verwacht,' zei hij tot mijn verbazing. 'Dat had ik helemaal niet verwacht, omdat je je helemaal op je werk gooit, Kay. En dat is � van de redenen waarom ik me hard heb gemaakt voor jouw aanstelling hier. De goede kant daarvan is dat jou niets ontgaat. Je bent een verdomd goeie forensisch patholoog en daarnaast ben je ook een prima administrateur. De slechte kant is dat je soms de neiging hebt om jezelf in gevaarlijke situaties te begeven. Die wurgmoorden van een jaar geleden bijvoorbeeld. Als jij er niet was geweest, zouden die misschien nooit zijn opgelost en zouden er misschien nog meer vrouwen zijn gestorven. Maar het heeft je wel bijna je leven gekost. En nu dat incident van gisteren.' Hij zweeg even en schudde toen lachend zijn hoofd, ik moet echter wel toegeven dat ik redelijk onder de indruk was. "Vloerde hem", hoorde ik geloof ik vanmorgen op de radio. Heb je dat �t gedaan?' 'Niet echt,' antwoordde ik, slecht op mijn gemak. 'Weten jullie al wie hij is en wat hij zocht?' 'We weten het niet zeker,' zei ik. 'Maar hij is de koelcel van het mortuarium ingegaan en heeft daar foto's genomen. Foto's van de lichamen van Cary en Sterling Harper. De mappen die hij aan het bekijken was toen ik binnenkwam zeiden me niets.' 'Zijn ze alfabetisch gerubriceerd?' 'Hij keek in de lade met de letters M en N,' zei ik. 'M voor Madison?' 'Misschien,' antwoordde ik. 'Maar het materiaal van haar zaak bevindt zich in het hoofdkantoor achter slot en grendel. Haar papieren zijn niet in mijn archief opgeborgen.' Na een lange stilte tikte hij met zijn wijsvinger op zijn notitieblok en zei: ik heb opgeschreven wat ik over deze recente sterfgevallen weet. Beryl Madison, Cary Harper, Sterling Harper. Alle ingredi�en voor een detectiveroman zijn aanwezig, vind je niet? En nu deze verwikkeling met een vermist manuscript waar de Pathologisch-Anatomische Dienst zogenaamd bij betrokken zou zijn. Ik wil een paar dingen tegen je zeggen, Kay. Ten eerste, als er nog iemand over het manuscript belt, lijkt het me dat het leven voor jou een stuk gemakkelijker wordt als je de ge�eresseerde naar mijn kantoor doorverwijst. Ik verwacht niet anders dan dat hier een opgeklopt proces op volgt. Ik zal mijn staf op de hoogte brengen. Laten we eens kijken of we de bende bij de bergpas tegen kunnen houden. Ten tweede, en hier heb ik uitgebreid over nagedacht, wil ik graag dat jij je gedraagt als een ijsberg.' 'Wat bedoel je daar precies mee?' vroeg ik, slecht op mijn gemak. 'Datgene wat boven de oppervlakte uitsteekt is maar een fractie van wat zich daaronder bevindt,' antwoordde hij. 'Dat moet je niet verwarren met je op de achtergrond houden, hoewel het praktisch is als je je inderdaad op de achtergrond houdt. Zo weinig mogelijk mededelingen aan de pers, zorg dat er zo weinig mogelijk over je gepraat wordt.' Hij begon weer met zijn horlogeketting te spelen. 'Jouw "onzichtbaarheid" moet echter omgekeerd evenredig zijn aan de hoeveelheid werk die je in deze zaak steekt, oftewel aan je betrokkenheid, als je het zo wilt noemen.' 'Mijn betrokkenheid?' protesteerde ik. is dit jouw manier om me te vertellen dat ik mijn werk, en niets dan mijn werk moet doen, en dat ik mijn kantoor uit de schijnwerpers moet houden?' 'Ja en nee. Ja, voor wat betreft je werk. En de Pathologisch- Anatomische Dienst uit de schijnwerpers houden - ik ben bang dat je dat niet in eigen hand hebt.' Hij wachtte even en vouwde zijn handen boven op zijn bureau, ik ken Robert Sparacino vrij goed.' 'Heb je hem dan ontmoet?' vroeg ik. ik heb het onmiskenbare ongeluk gehad hem tijdens mijn rechtenstudie te leren kennen,' zei hij. Ik keek hem ongelovig aan. 'Columbia, de klas van eenenvijftig,' vervolgde Ethridge. 'Een gezette, arrogante jongeman, met ernstige fouten in zijn karakter. Hij was ook erg slim en had als beste van ons jaar kunnen afstuderen en als secretaris van de opperrechter kunnen gaan werken als ik niet plotseling fanatiek was geworden.' Hij zweeg even. ik ging naar Washington en had het voorrecht om voor Hugo Black te werken. Robert bleef in New York.' 'Heeft hij je dat ooit vergeven?' Er begon me nu iets te dagen. 'Ik neem aan dat er flink wat rivaliteit tussen jullie bestond.Heeft hij je ooit vergeven dat je hem hebt verslagen, dat jij als beste afgestudeerd bent?' 'Hij verzuimt nooit me een kerstkaart te sturen,' zei Ethridge op droge toon. 'Met een etiket dat van een computerlijst uitgedraaid is, met een stempel als handtekening en met mijn naam verkeerd gespeld. Net onpersoonlijk genoeg om beledigend te zijn.' Ik begon nu te snappen waarom Ethridge wilde dat alle schermutselingen met Sparacino via het kantoor van de procureur- generaal liepen. 'Je denkt toch niet dat hij die problemen veroorzaakt om via mij, jou te pakken te kunnen nemen?' bracht ik aarzelend naar voren. 'Wat? Dat het vermiste manuscript niet meer dan een truc is en dat hij dat weet? Dat hij in het hele land heibel maakt om mij indirect een blauw oog te slaan en mij allerlei moeilijkheden te bezorgen?' Hij glimlachte grimmig. 'Het lijkt me onwaarschijnlijk dat dat zijn enige motivatie is.' 'Maar het is misschien wel een extra stimulans,' merkte ik op. 'Hij moet weten dat alle juridische stommiteiten of mogelijke processen waarbij mijn dienst betrokken is, door de procureur- generaal behandeld worden. Uit wat jij me verteld hebt, leid ik af dat hij een wraakzuchtig man is.' Ethridge tikte langzaam met zijn vingertoppen tegen elkaar, en zei in de verte starend: 'Laat me je iets vertellen wat ik over Robert Sparacino heb gehoord toen we samen op Columbia zaten. Hij komt uit een onvolledig gezin en woonde bij zijn moeder, terwijl zijn vader, die van hen vervreemd was, veel geld verdiende in Wall Street. Het schijnt dat hij als jongetje zijn vader een paar keer per jaar in New York opzocht, en dal hij als vroegrijp, ontzettend veel lezend kind nogal van het literaire wereldje gecharmeerd was. Tijdens zo'n bezoek haalde hij zijn vader over om met hem in het Algonquin te gaan lunchen op een dag dat Dorothy Parker en haar Ronde Tafel daar ook waren. Robert, die toen niet ouder dan negen of tien was, had alles gepland. Volgens zijn eigen verhaal tenminste, dat hij aan een paar kroegvrienden op Columbia heeft verteld. Hij zou naar Dorothy Parkers tafel lopen, haar een hand geven en zich zelf voorstellen met de woorden: "Mevrouw Parker, het doel me zo'n plezier u te ontmoeten nadat ik daar zoveel moeite voor heb gedaan." Toen hij eenmaal bij haar tafel stond, zei hij echter: "Mevrouw Parker, het is zo'n moeite u te plezieren, nu ik u heb ontmoet." Waarop zij, zoals alleen zij dat kon, spitsvondig antwoordde: "Al veel mannen hebben dat tegen mij gezegd, maar jij bent wel de jongste." Sparacino voelde zich gekwetst en vernederd door het gelach dat daarop volgde. Hij heeft dat nooit vergeten.' Het beeld van dat kleine dikke jongetje dat de schrijfster een zweethandje gaf en dan zoiets zei was zo meelijwekkend dat ik er niet om kon lachen. Als een held uit mijn jeugd mij voor gek had gezet, zou ik dat ook nooit vergeten, ik vertel je dit,' zei Ethridge, 'om je iets duidelijk te maken dat door de huidige gebeurtenissen alleen maar wordt bevestigd, Kay. Toen Sparacino zijn verhaal op Columbia vertelde, was hij dronken en verbitterd en maakte hij duidelijk dat hij wraak zou nemen, dat hij Dorothy Parker en de rest van die elite zou laten zien dat hij zich niet meer zou laten uitlachen. En wat is er gebeurd?' Hij keek me taxerend aan. 'Hij is � van de machtigste literaire advocaten van het land, hij heeft vrije toegang tot redacteuren, agenten en schrijvers, die hem in het geheim misschien allemaal haten, maar die het wel zo verstandig vinden om rekening met hem te houden. Het schijnt dat hij regelmatig in het Algonquin luncht en dat hij erop staat om al zijn film- en boekcontracten daar te tekenen, innerlijk ongetwijfeld Dorothy Parkers geest uitlachend.' Hij zweeg even. 'Klinkt dat vergezocht?' 'Nee. Je hoeft geen psycholoog te zijn om dat te zien,' zei ik. ik wil je het volgende voorstellen,' zei Ethridge terwijl hij me aankeek. 'Laat Sparacino aan mij over. Ik wil dat je, voorzover mogelijk, geen contact met hem hebt. Je moet hem niet onderschatten, Kay. Zelfs als je denkt dat je hem heel weinig hebt verteld, kan hij tussen de regels doorlezen. Hij is een meester in het trekken van conclusies die vaak niet eens zover bezijden de waarheid zijn. Ik weet niet zeker wat zijn werkelijke relatie met Beryl Madison en de Harpers was, of wat hij echt van plan is. Misschien is het een combinatie van verschillende smerige zaakjes. Maar ik wil niet dat hij meer over deze sterfgevallen ie weten komt dan hij nu al weet.''Mij weet al heel veel,' zei ik. 'Neem nou Beryl Madisons politierapport. Vraag me niet hoe hij dat te pakken heeft gekregen�' 'Hij is heel vindingrijk,' onderbrak Ethridge me. ik adviseer je om geen rapporten te laten circuleren en om alleen die mensen een exemplaar te sturen die er echt � nodig hebben. Zorg ervoor dat je personeel aan niemand informatie over deze zaken doorgeeft, tenzij je er absoluut zeker van bent dat de persoon die dat verzoek doet ook inderdaad is wie hij zegt te zijn. Sparacino kan elk kruimeltje informatie in zijn voordeel gebruiken. Het is een spel voor hem. Heel veel mensen zouden daardoor benadeeld kunnen worden, en jij ook. En dan heb ik het nog niet eens over wat er kan gebeuren met deze zaken als ze voor de rechtbank komen. Als hij � van zijn typische publiciteitscampagnes houdt, kunnen we zo'n rechtszaak beter naar Antarctica verleggen.' 'Misschien verwachtte hij al dat je dit zou doen,' zei ik stilletjes. 'Dat ik mezelf zou opwerpen als de staf der wrake? Dat ik zelf in de ring zou stappen in plaats van alles over te laten aan een assistent?' Ik knikte. 'Tja, misschien wel,' antwoordde hij. Ik was er zeker van. Ik was niet de prooi waarop Sparacino jaagde, maar zijn oude tegenstander. Sparacino kon de procureur-generaal niet rechtstreeks te pakken nemen. Hij zou nooit langs de waakhonden, de assistenten, de secretaressen komen. Daarom nam Sparacino in plaats daarvan mij te pakken, en werd daarvoor beloond met het gewenste resultaat. Het idee dat ik op deze manier gebruikt werd, maakte me alleen nog maar bozer en plotseling herinnerde ik me Mark weer. Wat voor rol speelde hij in deze hele affaire? 'Je bent kwaad en dat kan ik je niet kwalijk nemen,' zei Ethridge. 'Maar je moet nu gewoon je trots en je emoties ter zijde schuiven, Kay. Ik heb je hulp nodig.' Ik zei niets en luisterde alleen maar. ik heb het sterke vermoeden dat we uit Sparacino's pretpark kunnen ontsnappen door dat manuscript te vinden waar iedereen zo in ge�eresseerd is. Is er een mogelijkheid dat je dat op kunt sporen?' Ik voelde dat mijn gezicht warm werd. 'Het is nooit bij mij op kantoor geweest, Tom�' 'Kay,' zei hij op vastberaden toon, 'dat vraag ik niet. Er zijn veel dingen die nooit bij jou op kantoor zijn geweest en die dc patholoog-anatoom uiteindelijk toch opspoort. Door de dokter voorgeschreven medicijnen, een klacht over pijn in de borst, wat iemand per ongeluk had gehoord voordat de overledene plotseling dood neerviel, su�dale gedachten waar je op de een of andere manier via een familielid over hoort. Je hebt geen wettelijke dwangmaatregelen tot je beschikking, maar je kunt wel een onderzoek instellen. En soms vind je dan details die de politie nooit te horen had gekregen.' ik wil geen gewone getuige zijn, Tom.' 'Je bent een expert. Natuurlijk wil je geen gewone getuige zijn, dat zou zonde zijn,' zei hij. 'En agenten zijn meestal veel beter in het ondervragen,' vervolgde ik. 'Ze verwachten niet dat mensen de waarheid spreken.' 'Verwacht jij dat dan wel?' 'De gemiddelde vriendelijke arts verwacht dat meestal, verwacht dat mensen hun versie van de waarheid vertellen. Ze doen hun best. De meeste dokters verwachten niet dat hun pati�en liegen.' 'Kay, je spreekt in algemeenheden,' zei hij. ik wil niet in de positie komen te verkeren�' 'Kay, in het wetboek staat dat de patholoog-anatoom de oorzaak van een sterfgeval en de wijze waarop iemand is gestorven moet onderzoeken en dat hij vervolgens zijn bevindingen op schrift moet stellen. Dat is heel algemeen en jij hebt dus alle vrijheid om een onderzoek in te stellen. Het enige wat je niet kunt doen is iemand arresteren. Dat weet jij ook. De politie zal dat manuscript nooit vinden. Jij bent de enige die het kan vinden.' Hij keek me neutraal aan. 'Het is belangrijker voor j�voor jouw goede naam, dan voor hen.' Er was niets wat ik kon doen. Ethridge had Sparacino de oorlog verklaard en ik was voor de strijd opgeroepen. 'Vind dat manuscript, Kay.' De procureur-generaal wierp een blik op zijn horloge, ik ken je. Als jij je ervoor inzet, zul je het ook vinden, of je zult ten minste ontdekken wat ermee is gebeurd. Er zijn drie mensen gestorven. E�daarvan is de winnaar van een Pulitzerprijs wiens boek toevallig � van mijn favoriete werken is. We moeten dit tot op de bodem uitzoeken. Bovendien wil ik dat je alles wat je met betrekking tot Sparacino ontdekt aan mij doorgeeft. Dat wil je toch zeker wel proberen?' 'Ja, goed,' antwoordde ik. 'Natuurlijk zal ik het proberen.'Allereerst ging ik de wetenschappelijke onderzoekers lastig vallen. Een documentenonderzoek is een van de weinige wetenschappelijke processen waarbij men waar je bij staat een antwoord op je vragen kan geven. Het is net zo concreet als papier en zo tastbaar als inkt. Woensdagmiddag waren Will, het afdelingshoofd, Marino en ik uren bezig. Wat we ontdekten, gaf maar weer eens aan dat we er allemaal toe gedreven kunnen worden onze toevlucht tot de drank te nemen. Ik wist niet zeker waar ik eigenlijk op hoopte. Het zou misschien een simpele oplossing geweest zijn als we direct hadden kunnen vaststellen dat mevrouw Harper Beryls vermiste manuscript in de open haard had verbrand. Dan hadden we kunnen concluderen dat Beryl het aan haar vriendin had overgedragen, zodat zij het kon bewaren. Dan hadden we kunnen aannemen dat het werk indiscrete onthullingen bevatte die mevrouw Harper niet door de rest van de wereld had willen laten lezen. Maar het zou dan het belangrijkste geweest zijn dat wc hadden kunnen concluderen dat het manuscript inderdaad niet van de plaats van het misdrijf was verdwenen. Maar de hoeveelheid en het soort papier waar we nu naar keken, pasten niet bij deze mogelijkheid. Er waren maar heel weinig stukjes die niet verbrand waren, en geen daarvan was groter dan een kwartje. Die stukjes waren het dus ook niet waard om onder het infrarode filter te leggen dat op de lens van de video- comparator zat. Technische apparatuur of chemische tests konden ons niet helpen bij het onderzoeken van de rest van de flinterdunne witte askrulletjes. Ze waren zo broos dat we ze niet uit de ondiepe kartonnen doos durfden te halen waarin Marino ze had verzameld. Bovendien hadden we de deur en de luchtopeningen in het documentenlaboratorium gesloten om zo weinig mogelijk lucht in de ruimte toe te laten. Ons werk was frustrerend en vorderde maar moeizaam. We schoven de ultralichte stukjes as opzij met een pincet, hier en daar naar een woord zoekend. Tot dusver wisten we dat mevrouw Harper houtvrijpapier van een 0-gramskwaliteit had verbrand, waarop met een carbonlint letters waren getypt. Er waren verscheidene redenen waarom we dat zeker wisten. Pa pier dat van houtpulp is gemaakt wordt zwart als het wordt verbrand, maar papier waarvoor katoen is gebruikt blijft ook gelooflijk schoon, en geeft witte krulletjes as, zoals we ook in mevrouw Harpers open haard hadden gevonden. De weinige niet-verbrande stukjes die we onderzocht hadden, gaven aan dat het om 0-gramspapier ging. En daarnaast is het zo dat carbon niet verbrandt. Door de hitte waren de getypte letters gekrompen tot ongeveer een 20 punts-grootte. Sommige woorden waren compleet, en staken zwart af tegen de dunne witte as. De rest bestond uit stukjes en beetjes en zat hopeloos onder de vlekken, zodat die deeltjes op met roet besmeurde stukjes papier uit Chinese gelukskoekjes leken. A R R I V,' spelde Will. Zijn ogen achter de ouderwetse zwarte bril waren bloeddoorlopen en zijn jonge gezicht stond vermoeid. Hij had moeite geduldig te blijven. Ik schreef het incomplete woord op het halfvolle blad van mijn notitieblok. 'Arriveerde, arriveert, arriveren,' vervolgde hij met een zucht, ik kan niets anders verzinnen wat het zou kunnen zijn.' 'Gearriveerd, arrivist,' dacht ik hardop. 'Arrivist?' vroeg Marino op zure toon. 'Wat is dat in vredesnaam?' iemand die maatschappelijk geslaagd is,' antwoordde ik. 'Een beetje te diepzinnig voor mij,' zei Will doodernstig. 'Waarschijnlijk te diepzinnig voor de meeste mensen,' gaf ik toe, verlangend naar het buisje aspirines dat beneden in mijn tas zat. Mijn aanhoudende hoofdpijn kwam waarschijnlijk doordat mijn ogen zo moe waren. 'Jezus,' klaagde Marino. 'Woorden, woorden, woorden. Ik heb verdomme in mijn hele leven nog niet zoveel woorden gezien. Van de helft daarvan heb ik trouwens nog nooit gehoord en ik kan niet zeggen dat ik daar rouwig om ben.' Hij leunde achterover in zijn draaistoel en legde zijn voeten op een bureau terwijl hij las wat Wil had ontcijferd van het lint uit Cary Harpers typemachine. Het was geen carbonlint, wat inhield dat de bladzijden die mevrouw Harper verbrand had niet van de typemachine van haar broer afkomstig konden zijn. Het bleek dat de auteur bij vlagen weer bezig was geweest met een nieuw boek. Het grootste deel van de tekst waar Marino nu naar keek, leek niet erg logisch en toen ik de bladzijden zelf doorlas had ik me afgevraagd of Harpers inspiratie niet uit een fles kwam. ik vraag me af of je deze troep zou kunnen verkopen,' zei Marino. Will had een nieuw stukje van een zin uit die vreselijke met roet bedekte troep gevist, en ik leunde naar hem toe om het te bekijken. 'Je weet wel,' vervolgde Marino. 'Als er een beroemde schrijver gestorven is publiceren ze altijd nog wat stukken. Voor het grootste deel rotzooi die zo'n arme kerel eigenlijk nooit had willen publiceren.' 'Ja. Ze zouden het Kruimels van een Literair Drinkgelag kunnen noemen,' mompelde ik. 'Huh?' 'Laat maar. We hebben nog geen tien bladzijden, Marino,' zei ik verstrooid. 'Nogal moeilijk om daar een boek van te maken.' 'Ja. Maar het kan in Esquire, misschien in Playboy gepubliceerd worden. Waarschijnlijk is het dan toch nog flink wat centen waard,' zei Marino. 'Dit woord geeft zonder twijfel een eigennaam van een plaats of een bedrijf of iets dergelijks aan,' zei Will nadenkend, ons gesprek negerend. 'Co heeft een hoofdletter.' Ik zei: interessant. Heel interessant.' Marino stond op om ook even te kijken. 'Let op dat je er niet op ademt,' waarschuwde Will terwijl hij net zo rustig alsof hij een scalpel vast had, met zijn pincet de krullende witte as vasthield. Er stond in minieme lettertjes bor Co op. 'Co�atie, company, county, college,' suggereerde ik. Mijn bloed begon weer snel te stromen, en ik begon weer wat op te leven. 'Ja, maar welk woord eindigt er op bor' vroeg Marino zich af. 'Ann Arbor?' stelde Will voor. 'En een county, een district in Virginia?' vroeg Marino. We konden geen district in Virginia bedenken dat op de letters bor eindigde. 'Harbor,' zei ik. 'Ok�Maar gevolgd door Co?' zei Will twijfelend. 'Misschien iets als Harbor Company,' zei Marino. Ik keek in de telefoongids. Er waren vijf bedrijven waarvan de naam begon met Harbor: Harbor East, Harbor South, Harbor Village, Harbor Imports, en Harbor Square. 'Het klinkt niet alsof we in de goeie richting zitten,' zei Marino. We hadden niet veel m� succes toen ik Inlichtingen belde en vroeg welke bedrijven in en om Williamsburg er Harbor-zus of Harbor-zo heetten. Een appartementencomplex was het enige. Vervolgens belde ik rechercheur Poteat van de politie in Williamsburg, en behalve datzelfde appartementencomplex, kon hij ook niets anders verzinnen. 'Misschien moeten we ons hier niet al te gek door laten maken,' zei Marino ge�iteerd. Will was weer verdiept in de doos met as. Marino keek over mijn schouder mee naar de lijst woorden die we tot dusver hadden gevonden. Jij, jouw, ik, mijn, en wij kwamen veel voor. Andere complete woorden behoorden tot het cement waarmee gewone zinsconstructies aan elkaar geplakt worden: en, is, was, dat, dit, en een. Sommige woorden waren wat specifieker, zoals stad, thuis, weet, alsjeblieft, bang, werk, denken, en missen. Bij de incomplete woorden konden we alleen maar raden wat zij in hun vorige leven waren geweest. Het leek erop dat een vorm van vreselijk talloze keren was gebruikt, want we konden geen ander vaak voorkomend woord verzinnen dat met vrese of vre- sel begon. We zouden echter nooit weten wat de nuances waren in het gebruik hiervan. Had de schrijver vreselijk als bijvoeglijk naamwoord gebruikt, in een zin als 'Het is een vreselijke man'? Of gebruikte de schrijver vreselijk als bijwoord, in zinnen als ik ben vreselijk overstuur' of ik mis je vreselijk'? Of had het woord juist een positieve betekenis, zoals in 'Dat is vreselijk aardig van je'? Het feit dat we verschillende incomplete versies van de naam Sterling en net zoveel versies van de naam Cary aantroffen, leek van belang. ik ben er redelijk zeker van dat ze priv�orrespondentie verbrand heeft,' besloot ik. 'Dat wordt gesuggereerd door het soort papier, door de woorden die gebruikt worden.' Will stemde daarmee in. 'Weet je nog of je briefpapier gevonden hebt in Beryl Madisons huis?' vroeg ik aan Marino.'Computerpapier, typepapier. Maar dat was het wel zo'n beetje. Geen velletje van dat dure houtvrije papier dat jij bedoelt,' zei hij. 'Haar printer gebruikt inktlinten,' bracht Will ons in herinnering terwijl hij een asdeeltje met zijn pincet vastpakte. 'Ik geloof dat we er hier nog � hebben,' voegde hij daaraan toe. Ik bekeek het deeltje. Deze keer was er alleen maar or C te zien. 'Beryl had een Lanier computer en printer,' zei ik tegen Marino. 'Het lijkt me een goed idee om uit te zoeken of ze altijd zulke apparatuur heeft gehad.' ik heb haar rekeningen al bekeken,' zei hij. 'Van hoeveel jaar?' vroeg ik. ik heb alles bekeken wat ze had. Vijf, zes rekeningen,' antwoordde hij. 'Dezelfde computer?' 'Nee,' zei hij. 'Maar dezelfde klote-printer, doe. Een zestienhonderd, met een ronde letterschijf. Ze heeft dus altijd hetzelfde soort lint gebruikt. Ik heb geen idee waar ze voor die tijd mee schreef.' ik snap het.' 'Nou, ik ben blij dat je het snapt,' klaagde Marino, zijn onderrug wrijvend, ik persoonlijk snap er namelijk geen donder van.'