Van Markus Heitz zijn verschenen-.
De Dwergen
1 De Dwergen
2 De Strijd van de Dwergen
3 De Wraak van de Dwergen
4 Het Lot van de Dwergen
De Donkere Tijd
1 Schaduwen boven Ulldart
2 De Orde van het Zwaard
3 Het Teken van de Duistere God
Ritus Sanctum
Eerste druk april 2008 Vijfde druk januari 2009
© 2005 Piper Verlag GmbH, München All rights reserved © 2008, 2009 Nederlandse vertaling Uitgeverij Luitingh ~ Sijthoff B. V., Amsterdam Alle rechten voorbehouden Oorspronkelijke titel: Die Hache der Zwerge Vertaling: Gérard van Buuren Omslagontwerp: Karei van Laar Omslagillustratie: Didier Graffet / Bragelonne
ISBN 978 90 245 2640 6 (paperback)
ISBN 978 90 245 2634 5 (GEBONDEN) NUR 334
www. boekenwereld. com www. dromen-demonen. nl
'De buitengewone lengte van een levend wezen of van ledematen is niet alles. Dat zie je bij de elfen. Ik zeg altijd maar: wie lang is, vormt een makkelijk doelwit!1
Boïndil 'Woestling' Dubbelkling uit de clan der Bijlzwaaiers
Af en toe kan men mensen boosaardige schimpscheuten op dwergen horen maken. Ze zijn klein van stuk, tegendraads, uiten hun vreugde bij voorkeur op de meest vreemde manieren, drinken uitsluitend pikzwart bier en vinden gezang pas te genieten wanneer het uit minstens honderd kelen schalt. Bovendien zullen ze liever sneuvelen dan voor een vijand wijken. Voorwaar ik zeg u: wie ooit het voorrecht heeft genoten in hun majesteitelijke zalen te gast te zijn geweest, zoals ik, die kan met recht zeggen: dat klopt allemaal.
Laten we dus niet om hen lachen alsof het koddige kinderen met lange baarden zijn, maar laten we hun uitzonderlijke plichtsbetrachting prijzen die ons voor de ondergang heeft behoed. En dat meer dan eens. '
Fragment uit de tiendelige cyclus Mijn leven en unieke heldendaden. Herinneringen aan de Ongeëvenaarde Rodario.
'Ik vroeg ene dwerk als wat hy - behalve als dwerk - graeg geboren soude syn. Hy mocht kiezen uit enen machtigen dra eek, een alweetende magas en syn eygen god Vraccas.Hy keek me verbaest aan, schudde thooft en seggede: de machtige draeck was reeds door de dwerken overwonnen, vandaer dat die er niet meer waeren. En een alweetende magus? Ook die werden reeds door de dwerken overwonnen, aengezien ze er niet meer waeren. En Vraceas wilde hy ook niet wesen, omdat hy niets beters zou kunnen scheppen dan de dwerken, als hy in diens plaets was. '
Ontleend aan: Magister Folkloricum M. A. Het, Aenteekeningen over de volkeren van het Veilige Land met hunne zonderlinge en karakteristieke zeeden en gewoonten, opgetekend door Tanduweyt, in het jaar van de 4299e zonnecyclus, Rijksarchief te Viransiénsis.
Wie had dat gedacht: een derde deel over Tungdil en zijn vrienden!
Ik gun de dwergen hun succes en verheug me er bijzonder over dat die kleine wezens zoveel weerklank hebben gevonden en nog steeds vinden. Uiteindelijk hebben ze ook een droom van mij werkelijkheid laten worden: ze hebben mij in staat gesteld mij uitsluitend aan het schrijven te wijden. Kleine wezens, grote gevolgen.
Naar men zegt, moet je op het hoogtepunt ophouden.
In dit geval gaat dat ook werkelijk gebeuren.
Waarom?
Ik wil - in aansluiting op de roman - het Veilige Land de tijd gunnen alle aangelegenheden tussen de volkeren onderling te regelen. Zonder dat iemand hen op de vingers kijkt.
We zullen afwachten wat dat over een aantal jaren zal hebben opgeleverd. Misschien dat ik de poort naar het Veilige Land op een dag weer open en wie zal zeggen hoe het er daar dan uit zal zien en welk lot de helden heeft getroffen?
Ik trek momenteel weer door Ulldart, mijn andere fantasy-continent en sticht daar vrede en onrust.
Mijn dank geldt de vele dwergenvrienden die met Tungdil en zijn kornuiten hebben gelachen en geleden. En natuurlijk aan het beproefde proeflezersclubje met Nicole Schuhmacher, Sonja en Jan Rüther, alsmede Tanja Karmann. En niet te vergeten dr. Patrick Miiller en Meike Sewering voor wat ze in het verleden hebben gedaan.
Veel lof en dank ook aan redactrice Angela Kuepper die de dwergen de afgelopen drie jaar met mij onder haar hoede heeft gehad.
Markus Heitz, juli 2005
De dwergenstammen
DE EERSTEN
Xamtys II de Stijfkop, uit de clan der Stijfkoppen van de stam der Eersten, Borengar, ook gewoon 'de Eersten' genoemd, koningin.
Balyndis IJzervingeruit de clan der IJzervingers, meestersmid.
Glaïmbar Scherpklinguit de clan der lJzerbuigers, krijger en koning van de Vijfden.
Beldobin Aambeeldkrachtuit de clan der IJzernagels, bode.
Ginsgar Opperkrachtuit de clan der Nagelsmeden van de stam der Eersten, Borengar.
Bilandal Bliksemhameruit de clan der Hamerkoppen.
Bendelbar Gloei-ijzeruit de clan der Gloei-ijzers.
Gondagar Bittervuistuit de clan der Bittervuisten.
DE TWEEDEN
Balendilín Eenarm uit de clan der Sterkvingers, van de stam der Tweeden, Beroïn, ook gewoon 'de 'Tweeden' genoemd, koning van de 'Tweeden.
Boïndil Dubbelkling,ook bekend onder de naam Woestling, uit de clan der Bijlzwaaiers, krijger.
Fidelgar Slagkracht.
Baigar Vierhand.
Gremdulin IJzerkaakuit de clan der Ijzer kaken.
Saphira IJzerkaakuit de clan der IJzerkaken.
Balba Steenhamer uit de clan der Steenstrelers
DE DERDEN
Tungdil Goudhand,krijger en geleerde.
Balodil, zijn zoon.
Goda Vuurmoed,krijgsvrouw.
Manon Dreunstapuit de clan der Doodsbijlen.
Malbalor Witoog uit de clan der Bottenbrekers van de stam der
Derden, koning van de Derden.
Diemo Doodsbijluit de clan der Doodsbijlen, commandant van de lijfwacht.
Veltaga en Bandilor, dwergenhaters.
DE VIERDEN
Gandogar Zilverbaarduit de clan der Zilverbaarden van de stam der Vierden, Goïmdil, ook gewoon 'de Vierden' genoemd, koning van de Vierden en grootvorst van de dwergenstammen.
Bylanta Smalvingeruit de clan der Zilverbaarden, zuster van Gandogar.
Ingbar Onyxoog uit de clan der Steendraaiers, hijsmeester.
Glaïmbli Karbonkelooguit de clan der Karbonkelogen.
Tandibur Fierschachtuit de clan der Fierschachten.
Sigdal Robijnrooduit de clan der Fraaistenen.
Feldolin Slijperssteenuit de clan der Amethistvinders
DE VRIJE DWERGEN
Bramdal Meesterkling,scherprechter.
Gordislan Hamervuist,koning van Goudschat.
De mensen
De OngeëvenaardeRodario,toneelspeler.
Furgas, magister in de werktuigbouwkunde.
Nolik, rijkaard.
Tassia, zijn vrouw.
Gesa, een indrukwekkende matrone.
Reimar, arbeider.
Lambus, smid uit Mifurdania.
Gilspan, herbergier.
Ilgar, knecht.
Lia, schattenroofster.
Franek, schattenrover.
Deifrich, koopman.
Kea, arbeidster.
Tamas, bouwmeester.
Ove, bouwmeester.
Meinart, kapitein van de koninklijke Urgoonse lijfgarde.
Hakulana, speerjonkvrouw, aanvoerster van de verkenningspatrouille in Idoslân.
Torant, verkenner.
Kordin, gezagvoerder van de Gevleugelde Golf.
Retar en Algin, vissers uit Weyurn.
Flira, visserskind.
Ormardin, visserskind.
Talena, vissersvrouw.
Mendar, kapitein van een sloep.
Risava, famula (vrouwelijke tovenaarsleerling).
Dergard, famulus (tovenaarsleerling).
Lomostin, famulus.
Prins Mallen van Ido, heerser over het koninkrijk Idoslân.
Koning Ortger, heerser over het koninkrijk Urgon.
Koning Bruron, heerser over het koninkrijk Gauragar.
Koningin Umilante, heerseres over het koninkrijk Sangrem.
Koningin Wey IV, heerseres over het koninkrijk Weyurn.
Koningin Isika, heerseres over het koninkrijk Ran Ribastur.
Koning Nate, heerser over het koninkrijk Tabaîn.
Liútasil, vorst van het elfenrijk Âlandur.
Rejalín, afgezant van het elfenrijk.
Eldrur, afgezant van het elfenrijk.
Irdosíl, afgezant van het elfenrijk.
Antamar, afgezant van het elfenrijk.
Vilanoîl en Tiwalún, elfen uit Âlandur.
Esdalân, baron van Jilsbon uit Âlandur.
Limasar, ellenkrijger.
Itemara, elfenkrijgsvrouw. Hui, waakhond.
Gronsha, orc.
Kamdra, krijgsvrouw van de Ubari. Flagur, vorst van de Ubari