Hij was er vreselijk trots op. Hij vond het geweldig om mensen rond te leiden en te laten zien...
Ja, hoe ik al zo gauw dat bureau[193] voor hem had gevonden. Wel, dat was ongeveer het eerste en toen... maar hij was eraan vast gekluisterd... en, oh, de televisierondleiding door het Witte Huis...[194] hij zat er de hele tijd naar te kijken. Hij was zo lief, hij was zo trots op me. En de gids, dat was iets anders. Je begreep direct dat je nooit voldoende geld zou krijgen [voor de restauratie]. Weet je, mensen gingen geen goede meubelstukken weggeven, of je dronk negenennegentig kopjes thee met een oude dame en dan gaf ze je vijftig dollar. Dus heb ik steeds geprobeerd die gids te schrijven. Maar de conservator ging nooit eens rustig zitten om daaraan te werken... Mrs. Pearce. Ze dronk het liefst thee met andere conservatoren. Het ging heel moeizaam, maar we kregen het op papier. Maar toen kwam Jack McNally in Jacks... een soort blije kleine Ier met als taak om mensen door het Witte Huis rond te leiden en de rondleidingen... hij zei dat het absoluut wanstaltig was en het symbool van onze natie... je weet wel, het Witte Huis... zou ontheiligen als je daarvoor geld vroeg en zo. Veel mensen zeiden dat je daar geen gids kon verkopen. Ik zei dat dat wel kon omdat het er een zou worden van hoge kwaliteit. En dus, toen ik dat aan Jack vertelde, weet je, had hij eigenlijk meer zin om te zeggen dat ik het niet moest doen, maar hij luisterde naar me en zei: ‘Goed, doe dan maar.’ Wat heel aardig van hem was en toen bleek het goed af te lopen.
Klonk er ooit enige kritiek op de dingen die jij in die jaren in het Witte Huis hebt gedaan?
Nooit... Nee, alleen onvoorstelbare belangstelling. Toen begonnen de rondleidingen en iedere avond kwam hij thuis en zei hij: ‘We hadden vandaag meer mensen’... dat was dan nadat ik de Monroe pier table [wandtafel] of zoiets had gevonden... ‘dan de Eisenhowers hadden in hun eerste twee jaar.’ En heel vaak... ook al omdat de gids zo goed verkocht... plaagde hij McNally ermee. Hij was er gewoon trots op. Ik was zo blij dat ik... dat ik iets kon doen waardoor hij trots op me was. Want ik zal je iets wonderlijks over hem vertellen... Ik was nooit anders toen ik eenmaal in het Witte Huis woonde dan daarvoor, maar de pers maakte je anders. Plotseling was alles wat daarvoor een soort risico was geweest... je haar, dat je Frans sprak, dat je campagne voeren niet alleen maar leuk vond en dat je niet met het meel op je armen je eigen brood bakte... weet je, iedereen vond me nu een snob die politiek haatte. Wel, Jack heeft me nooit het idee gegeven dat ik een risico voor hem was, maar dat was ik wel. Daarna kreeg ik een baby en kon ik geen campagne voeren. Toen we in het Witte Huis kwamen, werd alles wat ik gedaan had, plotseling geweldig omdat iedereen struikelt over wat de first lady ook doet dat anders is... en ik was zo blij voor Jack, vooral omdat het toen nog maar drie jaar was dat hij trots op me kon zijn.[195] Want het maakte hem zo gelukkig... het maakte mij zo gelukkig. Dat waren dus onze gelukkigste jaren.
==
De president en Jacqueline Kennedy in het Witte Huis