HARIGE VRIENDEN
De noodzaak om je kinderen een perfecte jeugd te bieden, drukt zwaar, veel zwaarder dan bij je ouders het geval was. Is dat omdat vrouwen zo hard werken? Is het omdat vrouwen zoveel meer moeten doen in zo weinig tijd? We voelen ons allemaal de slaaf van onze kinderen en hun kinderjaren. En erg genoeg wil elk kind een huisdier en menen wij dat dat goed is voor hun emotionele ontwikkeling, dus komt er een huisdier. Als kind verlangde ik naar een hond als Lassie, maar alles wat ik kreeg was een schildpad die de hele winter in een doos op zolder sliep en de rest van het jaar beneden saai was. Mijn ouders waren niet achterlijk. Wie wil er nu hamsterkooitjes schoonmaken? Een spoor van zaagsel door het hele huis is niet de grootste wens van een huisvrouw. Ik ben de tel kwijtgeraakt van hoeveel dieren we van onze dochters hebben moeten kopen tijdens hun puppy- en ponyjaren, die overigens oneindig lang leken te duren. Het helpt ook niet echt dat er honderden kinderboeken in de winkel liggen over kinderen met hun eigen pony, hun eigen paard—Black Beauty—hun eigen hond. En ben je verstandig genoeg om de aanschaf van een puppy te weigeren en die van een pony helemaal niet aan de orde komt, dan ben je veroordeeld tot de konijnen en knaagdieren.
Toen ik voor het eerst bezweek voor een huisdier en we gezamenlijk naar de dierenwinkel gingen, vroeg ik de puistige verkoper met een overdaad aan lichaamsgeur wat een geschikt huisdier zou zijn voor mijn vijf- en negenjarige dochters. Hij overtuigde me dat een rat verreweg de beste keus zou zijn. Hij vertelde dat het de intelligentste dieren zijn en ideale huisdieren voor kleine kinderen. En ze kosten maar anderhalve euro per stuk. De meisjes legden meteen hun zakgeld op de toonbank. Natuurlijk moet je er twee kopen, zodat ze niet eenzaam worden. Dan verzamel je in de winkel alle rotzooi die hoort bij de levende have: de kooi, zaagsel, voedsel, waterbakjes en dan alle dingen waar de ratjes zich mee moeten vermaken, zoals een tredmolen, allerlei buisjes en huisjes—hun eigen pretpark (want—net als bij kinderen—ze mogen zich natuurlijk niet vervelen). Het hele gedoe bij elkaar kostte toch nog tweehonderd euro. Wat Puistenkop in de winkel er niet bij verteld had, is dat ratten—intelligent als ze zijn—de slimste boeien-koningen zijn die je je kunt voorstellen. We moesten de eerste dag al de hele slaapkamer leeghalen omdat eentje zich verstopt had in het matras. Uiteindelijk hebben we het dier met een stanleymes uit het matras moeten halen. Het paar was elke week wel een keer zoek. Ze verstopten zich achter een radiator en uiteindelijk haalden we niet meer de hele kamer leeg, maar keken we door de ramen naar binnen om ergens een staartje te zien bungelen. Niet dat ik ooit zo'n beest oppakte, of het moet met rubberen huishoudhandschoenen of een paar ovenwanten geweest zijn. Vreselijke dieren. Ik heb het mijn moeder nooit verteld als er een losgebroken was, ze zou een hartaanval krijgen.
Uiteindelijk werden ze naar het tuinhuisje verbannen toen de meiden hun interesse in de beestjes begonnen te verliezen, daar heb je geen last van het zaagsel. Toen wist een van de schatjes zich een weg uit het huisje te knagen en belandde in de ruimte tussen het tuinhuisje en de schutting. Knorrepot en ik hebben bij toerbeurt de wacht gehouden op een stoeltje bij de sleuf, net zolang tot het rotbeest zich eindelijk liet zien. We gebruikten allerlei lokaas—eten, chocolade, kaas—en we hebben uren in regen en zonneschijn met een net in de aanslag zitten wachten, klaar om het beest te vangen voor onze snikkende meisjes, die bang waren dat het ratje het misschien wel koud zou hebben of zich eenzaam zou voelen. Uiteindelijk hebben we het beestje met een tuinslang achter het schuurtje weggejaagd en teruggezet in z'n gevangenis. De meisjes hadden toen al volstrekt geen interesse meer, zoals dat gaat, en een van de ratjes wist zichzelf te bevrijden om zich op zolder dood te eten aan de kerstdecoraties—waar ik me halfdood van schrok toen ik hem een week voor Kerstmis vond. Ik viel bijna van de zoldertrap.
Huisdieren zijn een beetje als drugs: heb je eenmaal ratten gehad, dan moet je een stap omhoog in de voedselketen—hamsters, cavia's en uiteindelijk konijnen, katten en honden. Dus nu gaven we toe aan de cavia's. Nieuwe kooitjes en pretparken en natuurlijk gebeurt ook nu weer het onvermijdelijke. Je komt op een ochtend beneden en je vindt ineens elf cavia's waar de avond ervoor alleen maar twee 'vrouwtjes' waren. De meisjes gingen dus cavia's fokken en verkochten ze aan dierenwinkels, wat ik eigenlijk wel een mooi voorbeeld van 'vrij ondernemerschap' vond. Maar op een gegeven moment hadden we in het tuinhuis een complete kraamkliniek met kooien vol cavia's in elke levensfase. Toen vond ik een kooi die helemaal versierd was met lint, bloemen en stukken net en ik hoorde dat dit de bruidssuite was. Overduidelijk werden de cavia's die moesten paren eerst getrouwd in een speciale ceremonie en vervolgens in de bruidssuite gestopt waar mijn dochters (en soms nog enkele vriendjes) de 'huwelijksnacht' konden aanschouwen. Inderdaad, dat was hun manier om uit te vinden hoe het reproductieproces plaatsvindt. Caviaporno.
We leven op het platteland, dus op een gegeven dag kwamen de meiden op het briljante idee om een paar lammetjes als huisdier te houden. Ik ontmoette een plaatselijke boer tijdens een feestje en zomaar ineens kwamen we thuis met een paar lammetjes—weesjes die tijdens de geboorte hun moeder hadden verloren en nu met de fles gevoed moesten worden. De boer was ze liever kwijt dan rijk. Vervolgens moest ik naar de Boerenbond voor flessen en melk, wat een studie op zich is. De winkel staat vol afgrijselijke dingen, zoals ontstoppers om koeien te helpen bevallen, en allerlei martelwerktuigen waarmee van alles gedaan zal moeten worden waar ik niets van wil weten. Ze hebben ook veel rattengif (had ik deze winkel maar ontdekt toen we de twee ratjes nog hadden). De lammetjesmelk is alleen verkrijgbaar in een verpakking zo groot als kolenzakken en de flessen zijn enorm—de meisjes konden ze nauwelijks dragen. Drie keer raden wie de melk mocht mengen en de flessen mocht steriliseren. Net een extra taak waar je op zit te wachten, om zes uur ‘s-morgens. En het stinkt, het stinkt echt naar ranzige melk. Toch zijn de eerste twee ochtenden leuk: je maakt wat foto's, haalt de videocamera tevoorschijn en de meisjes dartelen wat rond met de lammetjes in een veldje vol narcissen. De derde ochtend moet je ze eraan herinneren dat de lammetjes gevoerd moeten worden en na de vierde ochtend doe je alles zelf. Het is erger dan baby's. Ze moeten niet alleen driemaal per dag hun voeding hebben, je moet er ook nog voor in je ochtendjas en een paar rubberlaarzen door de kou en de regen naar het tuinhuis.
Op de tiende dag begon mijn humeur eronder te lijden en in plaats van de lammetjes te voeren voor ik naar bed ging, vertrok ik met Knorrepot naar de kroeg. We kwamen een beetje aangeschoten weer thuis en worstelden ons een weg door het tuinhuisje om de lammetjes te voeren, maar die waren verdwenen. Een gapende open deur die ze hadden weten los te werken, waarschijnlijk door de honger gedreven. De kinderen waren al ingestopt, dus daar liepen we met onze zaklampen. En maar roepen: 'Lammetjes, lammetjes' in een veld vol andere lammetjes met hun moeders. Nadat we ons de droevige gezichten van de kindertjes de volgende ochtend voorstelden hebben we zelfs overwogen om een paar lammetjes te jatten. We zochten overal en toen, ongeveer om twee uur 's nachts, ging Knorrepot nog naar één laatste veldje bij de weg, gewapend met een zaklamp en de flessen melk om de lammetjes te lokken. We hoorden hun kleine belletjes in de verte, dus hij haalde ze op en stopte ze in de auto, waardoor de achterbank een vreselijk puinzooi werd, maar de lammetjes waren weer veilig in hun tuinhuisje. Allemaal erg leuk. Maar de lammetjes werden schapen. Binnen enkele maanden. Verrekte grote schapen met heel veel keutels, samengeklit in hun vacht. Schapen willen niet spelen of met linten om hun nek poseren voor een foto. De meiden hadden natuurlijk alle belangstelling voor de schapen verloren en uiteindelijk stuurden we de schapen terug naar de boer 'op vakantie' en wij vierden onze eigen vrijheidsfeestje. Ik stelde natuurlijk geen vragen waarvan ik het antwoord eigenlijk liever niet wilde horen.
De volgende stap omhoog in de voedselketen was een kat, omdat dat een stap dichter is bij de lang gewenste puppy.
Katten zijn zo'n beetje de beste huisdieren, wat in mijn ogen nog steeds niet zo best is. Je hoeft ze alleen maar wat Whiskas te geven en ze zorgen verder wel voor zichzelf. Al hebben ze geen enkele interesse in iets of iemand anders dan zichzelf. Je kunt ze niet op schoot nemen en ze houden er niet van als je ze aait of aanhaalt. En ze houden er zeker niet van om aangekleed te worden in poppenkleertjes en rondgereden te worden in kinderwagentjes, wat mijn dochters in gedachten hadden.
Katten interesseren zich nergens voor, katten vreten zich vol en draaien je dan de rug toe, wat niet echt aardig is. Ze poepen niet buiten, ze poepen binnen in een kattenbak die door alleenstaande vrouwen liefdevol wordt verschoond. Misschien is dat het enige substituut voor het verschonen van een luier, maar mij trekt het niet.
—India Knight
Onvermijdelijk wordt de puppy-druk opgevoerd. De meisjes deden wat ze konden—ze zamelden geld in door shows te geven in de voorkamer en in de pauze verkochten ze ons de chocolade-ijsjes terug die ze zojuist van ons gekregen hadden. Ze voerden postercampagnes door het hele huis en ik vond smeekbrieven in de brievenbus. Dus gaven we toe. Iedereen ondertekent een contract waarin precies staat wie wat doet elke dag, wie de hond wanneer uitlaat, en dan ga je een hond zoeken. Met de puppy op schoot thuiskomen is de mooiste dag in hun leven. Ze houden van hun puppy. In elk geval de eerste maanden. Maar dampende drollen in de gang en puppytraining is niet leuk en raad eens wie er op haar knieën mag om de rotzooi op te ruimen? Puppytraining is heel iets anders. De vrouw waarbij wij cursus hadden, deed dat vanuit een caravan in haar achtertuin, vol met medailles en trofeeën, terwijl kleine meisjes al hun geld uitgeven aan prullen voor hun lieve puppy's. Ze was een fors manwijf en de caravan stonk naar alcohol en zweet, maar ze verrichtte liefdadigheid hier, door puppy's te leren buiten te poepen in plaats van in de woonkamer. Uren hebben we in de auto gezeten op weg naar haar caravan, onze hele zaterdagochtend stond in het teken van deze training.
Je dacht dat cavia's of ratten een plaag waren, maar die waren de meeste tijd tenminste nog in een kooi. Mijn slechtste puppy-ervaring—en dat waren er vele—was toen ik een nieuwe auto ging ophalen in de garage. Een spiksplinternieuwe prachtige auto, met schitterende vlekkeloze bekleding en mooie beige stoelen. Ik legde alle boodschappen op de achterbank met de puppy ernaast. Het was maar een klein stukje rijden. Ik was halverwege de heuvel op weg naar mijn huis toen de puppy op de achterbank wat geagiteerd werd. Ik hoorde dat hij wat zat rond te draaien maar door de rij auto's achter me kon ik mijn auto niet even aan de kant zetten. Toen wierp ik een korte blik in de achteruitkijkspiegel en ja hoor, puppy deed een hoopje op de sprankelend nieuwe achterbank. Daarover worden geen leuke puppyboeken geschreven. Het was nog niet zo erg geweest, maar toen ik stopte begroette puppy me met een enthousiasme alsof ze me nog nooit van haar leven gezien had—zoals honden dat doen—en sprong dartelend rond op het hoopje, zodat alle boodschappen onder zaten en de achterbank, de voorstoelen en de vloer. Ik was anderhalf uur bezig met het schoonmaken van de boodschappen, redden wat te redden viel, met luchtverfrissers en tapijtreinigers. Ik had de moed niet om het Knorrepot te vertellen. Hij wilde de puppy überhaupt niet hebben. Hij gaf vaak commentaar dat de auto niet zo lekker rook als de andere nieuwe auto's die we gehad hadden. En waar zijn de kinderen als dit soort rampen zich voltrekken? Op school, waar anders.
Honden poepen gewoon te veel. Voordat ik een hond had, dacht ik dat ze het één keer per dag deden, net als mensen. Maar elke keer dat je ze voert, moeten ze poepen. De drollen van onze hond—een labrador—zijn zo groot dat ik naar de huisarts zou gaan als ik er zelf een geproduceerd had. Terwijl mensen vier keer zo groot zijn als honden. Voer je ze tweemaal per dag, dan poepen ze tweemaal per dag zo'n hoeveelheid. Driemaal per dag voeren: driemaal zo'n hoop om in een zakje mee naar huis te nemen, die je van de oprit moet schrapen en die je in de kliko moet gooien. Ik vertel dit zo gedetailleerd omdat iemand die dit boek leest misschien net zelf overweegt om een hond te nemen. Denk er nog eens goed over na.
Mijn zus heeft een erg valse hond—Charlie. Als hij een hoop heeft gedaan, doet ze een Edah-groentezakje om haar hand, dan bukt ze en pakt de stront op. Ze doet het zakje in een ander plastic zakje en dat verdwijnt in de jaszak van haar anorak. Ik zweer dat ze vergeet het zakje uit haar jaszak te halen. Ze draagt de jas misschien pas weer over drie weken en wat zit er dan in haar jaszak? Ze heeft drie weken oude hondenstront in haar jas zitten, echt.
—Jenny Eclair
Er is gewoon een grote behoefte aan hondentoiletten, met spoeling en toiletpapier en een slot op de deur.
Als ik naar het park hier in de buurt ga zie ik allemaal vrouwen rondlopen met binnenstebuiten gekeerde plastic zakjes. Ze pakken de poep op en heel vaak als de zak lek is of zo laten ze het achter bij een lantaarnpaal of in zo'n vreselijke vuilnisbak speciaal voor hondenpoep, waar ik absoluut niet in zou durven kijken. Stel je de arme sloeber voor die zulke bakken moet schoonmaken. Zo'n baan gun je je ergste vijand niet, toch?
—Sheila Hancock
Het andere grote nadeel van honden is dat ze een stuk langer leven dan cavia's, dus je laat ze nog steeds uit als je kinderen allang een breed op de universiteit zitten. Ze vertrekken allemaal en sturen jou e–mailtjes waarin ze vragen hoe het met Lady gaat, terwijl ze er eigenlijk helemaal geen belangstelling meer voor hebben.
Dan zijn er nog de sterfgevallen waarmee je te maken krijgt. Onze tuin ligt vol met kleine bergjes dode cavia's, hamsters en konijnen, met kruisjes en zelfgemaakte gedenkstenen. Ik denk dat de meiden meer tranen hebben geplengd om het verlies van een goudvis dan tijdens de begrafenis van opa. Het is maar goed dat ze niet weten dat de kat de goudvis heeft opgegeten en dat de hond de hamster heeft opgegraven die je samen met je kinderen het weekend ervoor hebt begraven. Met een liefdevol zelfgemaakt kruisje erop: 'Slaap zacht, lieve Hammie'. Want dat het ene huisdier het andere eet is moeilijk uit te leggen.
EEN DAG UIT HET LEVEN VAN…
In de laatste paar hoofdstukken heb ik mijn hart gelucht over een aantal onderwerpen. Als je besloten hebt dat ik niets meer ben dan een oververhitte teef die een klap voor haar kop verdient, dan heb je misschien wel gelijk, maar vergeet niet dat je slechts een glimp hebt meegekregen van hoe vreselijk ergerlijk ik alles vind en hoe enorm irritant het is om mij te zijn. Laat me dus een aantal van de gewone irritaties van een gemiddelde dag nietje delen. Niets bijzonders, niets dat extra stress oplevert, niets ongewoons, want dat zou het beeld vertekenen. Ik wil alleen een indruk geven van de hoeveelheid ergernissen die ik elke dag weer tegenkom.
Als de wekker gaat, is het halfzeven ‘s-ochtends. Ik ben meestal al wakker want nu ik officieel oud ben, kan ik niet meer lekker slapen. Een 'volwassene' adviseerde jongeren onlangs om zo veel mogelijk seks te hebben zolang je het kunt. Nou, mijn advies is om zo veel mogelijk te slapen zolang je het kunt. Ik dacht dat je minder slaap nodig hebt naarmate je ouder wordt, dus eigenlijk ben ik nog niet zo oud. Het is niet dat ik wakker lig van de zorgen, maar eerder dat het zo veel langer duurt om alles te verwerken nu ik wat ouder ben. Wat bedoelde hij met die e–mail? Waarom keek ze me zo aan bij de kapper? Het blijft allemaal maar gisten in mijn hoofd en het verstopt de hele boel. Zo kom ik er ook nooit vanaf.
Wat me ook wakker houdt is die stomme elektronische agenda waar ik 500 euro voor heb neergeteld en waar ik een hele dag voor nodig heb gehad om het ding te leren gebruiken en te programmeren. Als ik een hele dag zeg, dan bedoel ik ook een hele dag. Het is een blueberry of zoiets. De afgelopen week ging midden in de nacht het alarm af en dat is geen bescheiden piepje maar een geluid waar ik boven wakker van word als het ding beneden ligt. Het alarm duurt ongeveer een minuut en net als ik weer bijna slaap begint het weer. Dit gaat elke tien minuten zo tot ik het bed uit ga, het licht aan doe en naar beneden ga om het kolereding af te zetten. Maar halverwege realiseer ik me dat me dat niet gaat lukken zonder mijn leesbril, dus ga ik weer naar boven om die te halen. Uiteindelijk ontdek ik dat het ding me probeert te vertellen dat tante Doortje over drie dagen jarig is. Of dat de Van den Broekjes over twee weken komen eten. Alle herinneringen en verjaardagen en trouwdagen die ik erin heb gezet, laten het alarm om drie uur 's nachts afgaan in plaats van drie uur 's middags. Weer zo'n voorbeeld van de boosaardigheid van technologie. Zelfs als ik het ding midden in de nacht helemaal uit zet, gaat het alarm toch door. Een troostrijke gedachte…als we ooit een atoomaanval te verduren krijgen en ik ergens in een bunker moet blijven, zal ik nog altijd weten wanneer oom Harry jarig is. Ik heb helaas de verjaardagskalender uit de Libelle weggegooid waarvan ik alle verjaardagen had overgenomen, dus zou ik de hele familie moeten bellen om al die gegevens weer terug te krijgen. Dus moet ik maar wennen aan dat stomme stuk techniek dat me om de paar nachten wekt. Ik zou natuurlijk ook de handleiding kunnen lezen of de helpdesk kunnen bellen waar ongetwijfeld nog een aantal wachtenden voor mij zijn. Dus kies ik er maar voor om me te laten wekken.
Al die technologie betekent maar één ding: er kan zoveel meer mis gaan. En we moeten zoveel meer redderen en moeite doen om het allemaal uit te vinden. Tegenwoordig heb je een digitale wekker met een alarm en zeven verschillende tijdzones terwijl je vroeger gewoon een klokje had met een bel en een knopje erbovenop. Zelfs in een hotel moet je nog een halfuur spenderen aan het ontdekken van de werking van het alarm en dan word je nog om drie uur 's nachts gewekt. Mag ik alsjeblieft de receptie vragen om me wakker te bellen alsjeblieft?