LEVEN EN DOOD

Die avond vertelde ik Logan in details wat ik met Fanny had besproken. Hij zat aan de keukentafel en luisterde, met zijn blik strak gericht op een waterglas dat hij in zijn handen bleef ronddraaien. Ik sprak snel en met nadruk, want ik besefte dat de discussie voor ons beiden pijnlijk was. Hij protesteerde niet één keer en stelde geen enkele vraag. Toen ik uitgesproken was, slaakte hij een diepe zucht en leunde achterover.

'Heaven,' zei hij, 'ik wil niet meer naar Winnerow zonder jou. Ik mis je te veel. Kunnen we daar niet een huis kopen? Een huis dat zo groot is dat het hele dorp erover praat. Ik moetje bij me hebben, Heaven.'

'Wat mankeert er aan de hut?' vroeg ik. 'Dat is altijd mijn thuis geweest. Waarom hebben we een huis nodig?'

'Vind je niet dat de eigenaars en managers van een fabriek die de grootste onderneming van het hele dorp zal worden, een eigen huis moeten hebben, het soort huis waar ze belangrijke gasten kunnen uitnodigen, diners en parties geven? We kunnen de hut houden als weekendhuis.' Hij stond op. ' Ik geloof gewoon dat we hier een nieuw begin moeten maken, Heaven, terwille van ons allebei.'

Ik dacht erover na. De hut was bezoedeld door Fanny's daad. Als we ergens anders gingen wonen zouden we dat incident als afgedaan kunnen beschouwen. Bovendien wist ik dat het kopen van een luxueus huis iels was waar zijn moeder voortdurend op had aangedrongen sinds Logan en ik getrouwd waren. Geld en macht waren niet belangrijk zolang we onze tijd in de Willies doorbrachten. In de hut in de bergen wonen, omringd door arme mensen, was vernederend in het oog vair zijn moeder en van de andere dorpelingen. Het bracht de mensen op het idee dat ik hem naar mijn wereld had overgehaald, in plaats van hij mij naar de zijne.

Macht en geld waren bezig Logan te veranderen. Hij ging nooit meer ergens naar toe zonder een pak aan te trekken met een das. Hij kocht een heel duur horloge en een diamanten pinkring, hij liet de baard die hij kort geleden had laten staan om de dag bijknippen en liet zelfs zijn nagels manicuren. Toen ik hem ernaar vroeg, legde hij uit: 'Een man die uit een Rolls-Royce stapt moet eruitzien of hij erin thuishoort.'

Ik wist dat de ware reden voor mijn irritatie te maken had met wat er tussen hem en Fanny was gebeurd. Ik vond het geen prettig idee dat hij in de afgelegen hut woonde, de omgeving waarin hij met Fanny had gevrijd. En ik dacht dat Fanny misschien wel gelijk had toen ze me verweet dat ik niet voldoende tijd met Logan doorbracht in Winnerow. Als we daar ons eigen huis hadden, zou ik meer reden hebben om met hem mee te gaan.

'Waarschijnlijk heb je gelijk,' zei ik. 'Wat dacht je, een huis bouwen of kopen?'

'Kopen.' Hij boog zich naar voren, legde zijn handen op tafel en glimlachte voldaan.

'Je hebt al rondgekeken, hè?'

'Eh, eh.' Er lag een ondeugende blik in zijn blauwe ogen.

'Nou? Welk huis dan?'

'Hasbrouck House.' antwoordde hij.

'Wat? Dat meen je niet!'

Hij schudde zijn hoofd. 'Het staat te koop.'

Hasbrouck House was een mooi huis in koloniale stijl, een kilometer ten oosten van het fabrieksterrein. De eigenaar was Anthony Hasbrouck, die gold als "oud geld"; zijn familie ging terug tot vóór de Burgeroorlog.

ik geloof nooit dat Anthony Hasbrouck zijn huis wil verkopen.'

'Hij heeft verliezen geleden op de beurs en hij zit te springen om geld.' Logan scheen goed op de hoogte te zijn van de financiële positie van Anthony Hasbrouck.

'O.' Ik veronderstelde dat Logan, die nu met alle machtige mensen in Winnerow en omgeving omging, achter dit soort dingen kon komen. Te oordelen naar de manier waarop hij glimlachte, had hij Hasbrouck waarschijnlijk al een aanvaardbaar bod gedaan voor het huis.

Ik kon mijn opwinding niet verbergen; ik kende het huis. Tom en ik hadden er vaak langs gelopen toen we kinderen waren. We vonden het precies een van die landhuizen die in romans worden beschreven, met het uitgestrekte, prachtig onderhouden park en de hoge pilaren. Het had een enorme gebeeldhouwde dubbele deur, die eruitzag of er een reus van een butler voor nodig was om hem open te maken. Je kon je gemakkelijk de schitterende diners en parties voorstellen die je in dat huis kon geven. Er konden allerlei romantische avonturen plaatshebben achter die grote eikehouten deur.

We fantaseerden vroeger dat we erin woonden. Iedereen zou zijn of haar eigen kamer hebben. Als oudste dochter zou ik me kleden als een zuidelijke schoonheid en bezoekers meenemen naar het terras om mint juleps te drinken...

Tom droomde van zijn eigen stal racepaarden. Ik glimlachte toen ik dacht aan onze dwaze, kinderlijke dromen, die plotseling een soort profetie leken. O, Tom, Tom, ik miste hem nog steeds. Mijn intelligente, dromerige broer. En nu kwam elke droom, de een na de ander, uit, maar nooit op de manier waarop we het ons hadden voorgesteld, nooit helemaal zo schitterend en stralend als de droom het had voorgespiegeld. Logan zag mijn weemoedige glimlach en zijn gezicht klaarde op.

ik hoopte datje het ermee eens zou zijn,' zei hij. ik ben erop vooruitgelopen en heb een afspraak gemaakt om het huis morgenochtend te gaan bezichtigen. Vind je dat goed?'

'Ja,' zei ik, een beetje teleurgesteld dat hij niet eerst met mij erover had gesproken. Het deed me te veel denken aan de manier waarop Tony te werk ging. Logan stond te veel onder Tony's invloed, hij wilde hem te graag in alle opzichten evenaren. En al was ik onder de indruk van het feit dat Logan zo snel een leidinggevend en zelfverzekerd zakenman werd, toch was ik verliefd geworden op de lieve, zorgzame jonge Logan, en die had ik nodig en die miste ik.

Tony Hasbrouck, een man die me geen blik waardig keurde toen ik als jong meisje in de Willies woonde en die Tom en mij een keer van hel hek had weggejaagd, legde de volgende ochtend de rode loper voor me uit toen hij ons een rondleiding gaf door het huis. Hij droeg een zwartfluwelen huisjasje, een zwarte broek en fluwelen pantoffels en sprak met een stroperig zuidelijk accent, en noemde me "Heavenly" in plaats van "Heaven".

'Bedankt voor de bezichtiging van het huis, meneer Hasbrouck,' zei ik.

'Noem me Sonny, zo noemen al mijn vrienden me.'

'Sonny, dus,' zei ik, me naar Logan omdraaiend. 'Als we dit huis nemen,' fluisterde ik, luid genoeg dat Tony Hasbrouck het kon verstaan, 'zullen we alles opnieuw moeten laten schilderen en behangen. Het is erg verwaarloosd.' Ik vond het leuk om erop door te gaan hoe fantastisch het huis zou worden als ik er de scepter zou zwaaien, en dat die oude keuken absoluut onmogelijk was. Ik schepte zelden op over mijn rijkdom, maar tegenover mensen als Tony Hasbrouck, mensen die hadden neergekeken op ons, Casteels, en die mijn lieve Tom hadden weggejaagd, vond ik het heerlijk.

'En in de eerste plaats,' zei ik, Logan een arm gevend toen we door het park wandelden, 'moeten we veel meer personeel en tuinlieden hebben - het is niet te geloven wat er met dat oude landgoed is gebeurd.'

Hasbrouck werd vuurrood. Tandenknarsend bleef hij aan zijn snor draaien. Ik wist dat hij het verschrikkelijk vond zijn huis aan een Casteel te moeten verkopen, maar, zoals Logan me verzekerde, hij had het geld nodig.

'Sonny,' zei ik, met een stralende glimlach en zo charmant mogelijk, 'het huis bevalt me, maar ik ben bang dat de prijs iets te hoog is voor wat we daarvoor krijgen.' Met gefronste wenkbrauwen keek ik om me heen.

Logan was verbijsterd. Hij draaide zich met een ruk om. 'Maar, Heaven, schat -'

ik vrees dat uw knappe vrouwtje gelijk heeft,' zei Hasbrouck. Zijn gezicht zag zo rood als een kreeft. 'Heavenly, je bent een harde onderhandelaarster.'

Zodra we in de auto zaten nam Logan me in zijn armen. 'Niet alleen heb ik de mooiste vrouw in het dorp, maar ook de slimste. Ik popel van verlangen om terug te gaan naar Farthy, en Tony te vertellen hoe je dat hebt aangepakt. '

Drie dagen later, toen Tony Logan en mij in zijn kantoor uitnodigde voor een welkom-thuis-drankje, kondigde Logan het nieuws aan. 'Tony,' begon hij, met ogen die glinsterden van trots en opwinding, 'Heaven en ik hebben de eerste grote stap genomen in ons huwelijk. We hebben ons eigen huis gekocht.'

Eerst kon ik Tony's reactie nauwelijks peilen. Het was een mengeling van stomme verbazing, droefheid, eenzaamheid. En toen keek hij alleen nog maar somber.

Hij zei helemaal niets, maar ik voelde dat hij het vreselijk vond dat we Hasbrouck House hadden gekocht. Het was te veel een thuis buiten het thuis, en de realiteit dat we een eigen leven hadden, apart van ons leven in Farthy, viel hem koud op zijn dak. Ik had medelijden met hem, want ik wist dat hij bang was voor de eenzaamheid, vooral nu Jillian er niet meer was.

De weken gingen voorbij, en terwijl ik druk bezig had moeten zijn met het bestellen van behang en gordijnen, kleden en meubels, en personeel aannemen, had ik de grootste moeite om uit bed te komen. Vermoeidheid was mijn constante metgezel geworden, en soms voelde ik me heel vreemd, alsof ik eigenlijk niet wist wie ik was of wat ik wilde. Was het verkeerd geweest om het huis te kopen? Waarom voelde ik me zo verward, zo lusteloos? Ik ging een paar keer naar Boston, naar de dure warenhuizen, om dingen te bestellen voor ons nieuwe huis, en keerde dan uitgeput terug naar Farthy.

'Heaven,' zei Logan een keer na het eten, toen ik hem vertelde dat ik vroeg naar bed ging, 'je lijkt zo moe tegenwoordig. Is er iets? Ik hoop dat de verhuizing niet te veel van je vergt.'

'Het gaat best, schat,' mompelde ik.

'Ik wil dat je morgen naar de dokter gaat, Heaven. Dit is niets voor jou.'

De conclusie van de dokter maakte me sprakeloos.

'Zwanger?'

'Geen twijfel aan,' zei hij glimlachend.

Dat was fantastisch! Waarom had ik het zelf niet vermoed? Ik moest even giechelen. Natuurlijk, dat verklaarde alles! Een baby! Ik had er altijd van gedroomd mijn eigen gezin te hebben, en nu kwam die droom uit. O, ik was zo gelukkig! Ik zou mijn eigen baby kunnen koesteren en liefhebben en beschermen! Ze zou nooit iets meemaken van het verdriet en de pijn die ik en mijn broers en zusters hadden verdragen. Hoewel Logan en ik het niet hadden gepland, leek dit het perfecte moment om ons eerste kind te krijgen. We zouden de nieuwe fabriek hebben, het nieuwe huis in Winnerow en een nieuwe baby. Het vaderschap, dacht ik, zou me de opgetogen, jongensachtige Logan teruggeven met wie ik was getrouwd, het zou hem weer met beide benen op de grond brengen, hem van zijn zakelijke voetstuk stoten.

'Mevrouw Stonewall,' zei de dokter, die me weer in de werkelijkheid terugbracht, 'ik zal u onderzoeken, zodat we precies kunnen vaststellen hoe lang u al zwanger bent.'

Mijn hart stond even stil.

'Het is belangrijk dat we dat weten, zodat we ons goed kunnen voorbereiden op de komst van de baby.'

De arts onderzocht me grondig en zorgvuldig.

'Kleedt u zich aan en komt u dan naar mijn kantoor,' zei hij, toen hij klaar was. 'Dan kunnen we alles bespreken.'

Ik beefde. 'Dr. Grossman, kunt u me zeggen hoe lang ik al zwanger ben?'

Hij vertelde het me.

Ik voelde het bloed uit mijn wangen wegtrekken. Twee maanden. Twee maanden geleden had ik Troy bezocht in zijn bungalow. O, mijn God! Wiens baby was het? Van Logan... of van Troy?

'Mevrouw Stonewall, mevrouw Stonewall,' hoorde ik vaag de stem van de dokter. 'Voelt u zich goed?'

'O, neem me niet kwalijk, dokter,' zei ik, terwijl ik probeerde me te beheersen. 'Ik voelde me een beetje duizelig. Het is zulk verheugend nieuws, zo onverwacht. Ik begrijp niet dat ik het niet vermoed heb. Waarom ik er niet op gelet heb. Er is zoveel...'

Mijn stem stierf weg toen hij me naar de deur bracht. Ik was blij dat ik alleen achterin de auto zat, want diezelfde angst bleef door mijn hoofd dreunen. Wiens baby was het? Van Logan of van Troy? En erger nog, en God mocht me straffen, ik wist niet van wie ik wilde dat het was.

Toen we stopten voor het hek van Farthy wist ik dat het me niet kon schelen - ik hield van allebei. En in mijn hart wist ik dat Logan dol op ons kind zou zijn en dat er geen betere vader bestond. Ik mocht dan niet hebben geweten wie mijn echte vader was, maar de vader die me opvoedde, Luke, hield niet van me zoals ik dat zo graag had gewild. Moest ik Logan de waarheid vertellen, hem zeggen dat het kind van Troy kon zijn en het risico lopen dat hij kwaad en verbitterd zou worden, net als Luke, en de baby behandelen zoals ik was behandeld? Nee, dat mocht niet, dat kon ik mijn baby niet aandoen. Als ik hem de waarheid vertelde, en we konden niet beslissen wiens baby het was als het kind werd geboren, zou hij altijd blijven twijfelen en zou hij minder van het kind houden. Het was niet eerlijk tegenover Logan. Bovendien kon het ook van hem zijn, het kon gemakkelijk van hem zijn! Nee, besloot ik, dit zou een van de verzegelde geheimen blijven.

Logan was in Tony's kantoor aan het telefoneren toen ik terugkwam.

'Kun je alsjeblieft naar onze suite komen, Logan? Ik moetje iets vertellen.'

Hij bedekte de microfoon met zijn hand.' Kan het nog een halfuur wachten, Heaven? Ik ben midden in een belangrijke onderhandeling.'

'Logan Stonewall. Je zorgt dat je over twee minuten in onze suite bent!' beval ik. 'Je staat op het punt het grootste bezit van je leven te verwerven!' Ik draaide me om en liep haastig de kamer uit. Ik wilde niet dat hij de waarheid zou lezen in mijn welsprekende ogen.

Een paar minuten later stond Logan in de deuropening van onze suite, met over elkaar geslagen armen. Hij keek een beetje verstoord over mijn interruptie, ik hoop niet dat je me voor niets hebt laten komen, Heaven,' waarschuwde hij.

Ik liep naar hem toe, sloeg mijn armen om zijn hals en keek hem diep in de ogen. 'Je wordt vader,' kondigde ik aan.

Zijn gezicht werd rood van opwinding; zijn ogen lichtten op als de ochtendlucht op een heldere zomerdag, en zijn glimlach spleet zijn gezicht in tweeën.

'Heaven,' zei hij,' hoe kun je daar zo kalm blijven staan terwijl je me dat vertelt?' Hij hield me op een afstandje en zijn ogen namen me van onder tot boven op, zochten naar een bewijs dat ik veranderd was. Toen lachte hij, maakte een jongensachtige sprong en omhelsde me opnieuw. 'Wat een fantastisch nieuws! We moeten het aan Tony vertellen! En aan mijn ouders! Dit moeten we vieren! Laten we vanavond met z'n allen ergens lekker gaan eten! Ik ga het aan Tony vertellen en zeg meteen tegen Rye dat we vanavond niet thuis eten. O, ik ben zo blij dat we dat grote huis hebben gekocht! Ik zal de aannemers meteen opdracht geven een kinderkamer in te richten, en we nemen een verpleegster om je te helpen als je in Winnerow bent, en hier ook.'

Hij sloeg zijn handen ineen en hief ze boven zijn hoofd. Hij zag eruit of hij een van opa's dansjes zou gaan uitvoeren.

'Als de baby geboren is, geven we twee grote feesten - een hier in Farthy voor al onze vrienden in Boston, en een in Winnerow. Jij wordt moeder en ik word vader!' riep hij uit. 'Heaven, je ziet er zo mooi, zo stralend uit. Wat een fantastische verrassing. Dank je, dank je,' zei hij, en hij omhelsde me weer, liet zich op zijn knieën vallen en drukte zijn hoofd tegen mijn buik. Plotseling barstte hij in tranen uit. Hij kon niet meer ophouden, terwijl ik hem voortdurend over zijn hoofd streek.

'Heaven,' snikte hij. 'Ik ben de gelukkigste man ter wereld, ik ben - ' met betraande ogen en vochtige wangen keek hij naar me op. 'Ik verdien dit geluk niet,' zei hij. "Vergeef me.'

Ik wilde net zo gelukkig zijn als hij en zijn opwinding delen, maar hoe enthousiaster hij werd, hoe meer ik me afvroeg of ik hem met het kind van een ander opzadelde. Het leek bedrog, maar ik kon niets zeggen. Het werd trouwens tijd dat er wat geluk kwam in dit huis, dacht ik. Het werd tijd voor een nieuw begin. Ik wilde niets doen om daar een domper op te zetten, zeker niet nu we het allemaal zo hard nodig hadden.

Hij was zo opgetogen dat hij halfgekleed de suite uitrende. Ik lachte hem uit en zette mijn sombere gedachten en voorgevoelens van me af. Ik wilde even opgewonden en gelukkig zijn als hij. Even later verscheen Tony in de deuropening naast hem.

'Waar heeft Logan het over? Ik sta op het punt overgrootvader te worden? ' vroeg Tony, met een stralende en trotse blik.

'Het ziet ernaar uit,' zei ik.

'Gefeliciteerd, Heaven,' zei hij, en hij kwam naar voren om me te omhelzen. 'Je had het niet beter kunnen timen. Het is een bron van nieuwe energie en hoop, een godsgeschenk.'

'We gaan naar het Cape Cod House,' kondigde Logan aan. 'Ik heb al gereserveerd. Champagne, kreeft, alles erop en eraan, hè, Tony?'

'Natuurlijk.' Hij glimlachte, alsof Logan opeen briljant idee was gekomen. 'We moeten het vieren. Het is heerlijk om voor de verandering eens goed nieuws te horen. En wat fantastisch zal het zijn om weer een baby te horen lachen en huilen in Farthy. Het Tatterton-geslacht zal worden voortgezet. '

'Ja,' zei ik, met angst in het hart. Misschien werd het geslacht van de Tattertons wel letterlijker voortgezet dan hij vermoedde. Maar ik zette de gedachte van me af en liet me meeslepen door Logans enthousiasme en energie. We kleedden ons allemaal piekfijn aan, stapten in de limousine en gingen op weg om de komst van mijn nieuwe baby te vieren. We waren allemaal al een beetje dronken van geluk voor we onze eerste glazen champagne ophieven om te drinken op de toekomst.

We hadden een verrukkelijke tijd in het restaurant. Tony en Logan dronken anderhalve fles champagne. Telkens als ik mijn glas wilde pakken zei een van hen: 'Je moet voorzichtig zijn met wat je eet en drinkt... moedertje.' Om de een of andere reden was alleen het zeggen ervan al voldoende om ze allebei in een hysterische schaterlach te laten uitbarsten. Het duurde niet lang of iedereen in het restaurant keek naar ons.

Die uitgelaten stemming bleef de hele avond en tijdens de hele weg naar huis. We hadden de gelegenheid tot geluk aangegrepen en gebruikt als een balsem om de littekens te helen. We raakten in een discussie over namen voor de baby, en Tony klaagde dat moderne ouders geen nette namen meer kozen voor hun kinderen.

'Ze noemen ze naar alles tegenwoordig, van soap-opera-figuren tot renpaarden. Als het een jongen is zou ik het prachtig vinden als je hem Wilfred of Horace zou noemen, naar mijn over-overgrootvader en overgrootvader. Hij hoort een keurige middelste naam te hebben... bijvoorbeeld Theodore of...'

'Of Anthony,' viel ik hem in de rede.

'Dat zou helemaal niet zo gek zijn,' gaf Tony glimlachend toe. Logan lachte nerveus.

'Als het een meisje is, wil ik haar naar mijn oma noemen - Annie,' zei

ik.

'Annie? Zou je haar niet liever Ann noemen?' vroeg Tony. Logan knikte. Hij zou het op dit moment met alles eens zijn, dacht ik. De champagne was hem naar het hoofd gestegen.

'Nee, ik vind Annie perfect,' verklaarde ik nadrukkelijk.

'Nou ja, zolang je haar maar niet "Late for Dinner" noemt,' zei Tony, en hij en Logan kregen weer een lachstuip.

We waren nog in feeststemming toen we in Farthinggale terugkwamen. Maar het gezicht van Curtis deed ons plotseling weer ernstig worden. Hij begroette ons met een formeel knikje en een triest hoofdschudden.

'Wat is er, Curtis?' vroeg Tony bezorgd.

'Er is een telegram voor u, meneer, en korte tijd later kwam er een telefoontje van een zekere heer' - hij keek in zijn notitieboekje - 'J. Arthur Steine, een advocaat die Luke Casteel vertegenwoordigt.'

'Luke Casteel!' Ik keek verbijsterd naar Tony. Zijn gezicht verbleekte toen hij naar voren liep om het telegram van Curtis aan te nemen. Wat had dit te betekenen? Waarom zou pa's advocaat een telegram sturen aan Tony? Logan pakte mijn hand vast. Tony scheurde de envelop open en las

de inhoud. Alle kleur trok weg uit zijn gezicht tot het een wit masker leek.

'Mijn God,' zei hij zachtjes en gaf me het telegram. Het was geadresseerd aan Anthony Tatterton. De inhoud luidde:

VERSCHRIKKELIJK AUTO-ONGELUK STOP LUKE EN STACIE CASTEEL DODELIJK VERONGELUKT STOP BIJZONDERHEDEN VOLGEN STOP J. ARTHUR STEINE

'Wat is er?' vroeg Logan. Zonder iets te zeggen overhandigde ik hem het telegram.

'O, mijn God,' zei hij. Hij sloeg zijn arm om me heen. 'Heaven...'

Ik slak mijn hand op om te beduiden dat ik me goed voelde en holde naar de zitkamer. Het leek of mijn hart had opgehouden met kloppen en mijn bloed bevroren was. Ik kon de grond niet meer onder mijn voeten voelen.

'Curtis, breng mevrouw Stonewall een glas water,' beval Logan. Hij volgde me naar binnen en Tony ging naar zijn kantoor om J. Arthur Steine te bellen. Ik ging op de bank zitten en leunde met gesloten ogen achterover. Logan zat naast me en hield mijn hand vast.

ik weet dat het verschrikkelijk nieuws is,' zei Logan. 'Maar je moet nu aan je eigen gezondheid en die van de baby denken.'

'Het is zo over, Logan,' fluisterde ik. 'Laat me maar even.'

Pa. Luke Casteel. De man naar wiens liefde ik had gehunkerd, zonder die ooit te krijgen. Maar nu herinnerde ik me alleen maar prettige en gelukkige momenten. Ik zag hem voor onze hut een baseball gooien naar Tom, terwijl Tom zwaaide met zijn bat, het enige stuk speelgoed dat van Lukes eigen jeugd was overgebleven. Ik zag hem buiten op het erf op een warme zomerdag, met zijn glanzende, zwarte haar. Hij was knap genoeg om een filmster te zijn als hij goed geschoren en netjes gekleed was. Alle vrouwen draaiden zich naar hem om! Ik herinnerde me hoe ik er naar verlangd had dat hij vriendelijk en teder naar me zou kijken, en hoe opgewonden en gelukkig ik me voelde als ik hem soms erop betrapte dal hij naar me zat te staren - en waarschijnljk zijn geliefde Angel Leigh in mij zag.

Pa, de knappe, onbereikbare man, die ik liefhad en haatte. Hij was nu voorgoed buiten mijn bereik, zonder de kans elkaar op een dag nog eens te ontmoeten om elkaar onze haat en liefde te vergeven, alles uit te leggen en te begrijpen, de dingen bij te leggen en wonden te helen, zonder een kans op lieve woordjes.

Hoe vaak had ik die scène in gedachten gerepeteerd.

Luke zou me aankijken en ik hem, en we zouden weten dat de tijd was gekomen om vrede te sluiten. We zouden samen weggaan, ik en de vader die ik nooit had gehad, en we zouden eerst zwijgend naast elkaar lopen. Dan zou Luke beginnen. Hij zou me vertellen hoe slecht hij was toen we allemaal samen in de Willies woonden. Hij zou zijn zonden opbiechten en zich verontschuldigen voor het feit dat hij ons had verwaarloosd. Hij zou eerlijk met me praten, en tenslotte zou hij erkennen dat het onrechtvaardig van hem was geweest een hekel aan me te hebben alleen omdat ik was geboren. Hij zou mij om vergiffenis vragen en ik hem.

Ik zou hem smeken me mijn krankzinnige verlangen naar wraak te vergeven - te vergeven dat ik geprobeerd had op Angel Leigh te lijken en in zijn circus was komen spoken. En ik zou hem vertellen dat Toms dood niet zijn schuld was... maar de mijne.

En dan zouden we elkaar troosten en omhelzen, terwijl de zon wegzakte achter de horizon, en ik zou zo blij zijn dat ik hardop zou kunnen zingen. Hand in hand zouden we als herboren mensen teruggaan.

En nu zouden die woorden nooit worden uitgesproken.

De tranen rolden stilletjes over mijn wangen. Logan drukte me dichter legen zich aan en we bleven rustig zitten. Curtis bracht me wat water en toen kwam Tony terug. Ik veegde mijn gezicht af en keek naar hem op. Hij schudde zijn hoofd en ging in de stoel met de hoge mg tegenover ons zitten.

'Het was een frontale botsing. Een dronken bestuurder stak de snelweg over en reed recht op hen in. Ze waren op weg naar huis van hel circusterrein even buiten Atlanta. Volgens de advocaat blijkt uit het politierapport dat ze niet beseft kunnen hebben wat er gebeurde. De andere auto moet minstens honderdveertig hebben gereden.

'O, God,' zei ik. Mijn maag maakte rare bewegingen. Het was of tientallen vlinders binnen in mijn lichaam plotseling uit hun cocon te voorschijn kwamen en met hun vleugels sloegen. 'En Drake?' vroeg ik.

'God zij dank was hij er niet bij. Ze hadden een inwonende kinderoppas, mevrouw Cotton. Zij is nu bij het kind. Lukes vrouw had geen broers of zusters. Alleen haar moeder leeft nog, maar die is in een verpleeginrichting.

'Ik moet onmiddellijk naar Atlanta,' zei ik. 'Ik moet de begrafenis regelen en Drake halen. Hij moet nu bij ons komen wonen,' zei ik, naar Logan kijkend. Hij protesteerde niet.

'Natuurlijk,' zei hij. 'Ik ga met je mee.'

ik heb de begrafenis al geregeld,' zei Tony. 'Via zijn advocaat.'

Ik staarde hem even aan. Tientallen vragen tolden door mijn hoofd, onder meer waarom het telegram naar hem was gestuurd en niet naar mij, maar ik had nu geen zin om vragen te stellen. Ik wilde onmiddellijk naar Atlanta om Drake te gaan halen.

ik moet Keith en Jane waarschuwen en... en Fanny,' zei ik. 'Wanneer is de begrafenis?'

'Onder deze omstandigheden leek het me beter die maar zo gauw mogelijk te laten plaatsvinden,' zei Tony. 'Overmorgen. Dat moet ons voldoende tijd geven om eventuele zakelijke problemen te behandelen en...'

ik zal morgen met die advocaat spreken,' zei ik. 'En doen wat er gedaan moet worden.'

Tony staarde me even aan een richtte toen snel zijn blik op Logan.

'Vind je niet dat je, gezien je omstandigheden, dit beter aan ons kunt overlaten? Ik vlieg naar Atlanta en - '

ik ben zwanger, Tony,' viel ik hem in de rede, 'niet ziek of hulpeloos. Het is mijn plicht, mijn verantwoordelijkheid,' hield ik vol. ik wil alles

doen wat ik kan voor Drake en... voor Luke. Ik wil het doen,' herhaalde ik, met fonkelende ogen.

Tony knikte slechts. 'Goed. Ik ben er als je me nodig hebt. Je hoeft maar te bellen.'

'Dank je,' zei ik. 'Ik zal mijn broer en zusters gaan bellen. Logan, wil jij alsjeblieft de reis in orde maken?'

'Natuurlijk,' antwoordde hij.

'Je kunt mijn kantoor gebruiken als je wilt,' bood Tony aan. Ik knikte en ging erheen om mijn telefoontjes af te handelen.

Keith en Jane vatten het zo kalm op als ik verwacht had. Per slot hadden ze Luke nooit echt gekend. Ze wilden weten of ik het nodig vond dat ze naar Atlanta kwamen om de begrafenis bij te wonen, maar ik vond het overbodig. Wat betekende Luke helemaal voor hen? Een man die hen had verkocht toen ze klein waren. Ze konden beter in hun nieuwe leven blijven, dat beter was dan iets dat Luke hun ooit had kunnen of willen geven. Ze waren kennelijk opgelucht toen ik het zei.

Fanny reageerde emotioneler.

'Is pa dood?' vroeg ze toen ik haar de bijzonderheden had verteld. Ze leek geschokt, alsof ze het hele verhaal nog een keer wilde horen voor ze het zou kunnen geloven. 'Hoe weetje dat hij echt dood is? Misschien is hij niet dood, Heaven,' hield ze vol. 'Misschien is hij alleen maar zwaar gewond. Misschien -'

'Nee, Fanny, hij is dood. Het heeft geen zin om valse hoop te koesteren.'

'Pa... O, Jezus.' Ik hoorde haar snikken, ik had hem binnenkort willen opzoeken, hem vertellen hoe goed het me gaat.'

'De begrafenis is overmorgen,' zei ik. ik ga er vanavond heen om voor Drake te zorgen.'

'Drake,' zei ze. 'Arme, kleine Drake. Hij zal nu een nieuwe mammie nodig hebben.'

ik zal voor alles zorgen, Fanny,' zei ik.

'O, ja,' zei ze, plotseling weer verbitterd. 'Heaven Leigh Stonewall, de Tatterton Speelgoedkoningin. Jij kunt voor alles zorgen.'

'Fanny -'

'Zie je op de begrafenis, Heaven.'

De verbinding was verbroken, en ik zat nog met de hoorn in mijn hand toen Logan in de deuropening verscheen.

'Als we opschieten kunnen we het volgende vliegtuig van Boston naar Atlanta nog halen,' merkte hij op. ik heb Miles gezegd dat hij de auto voor moet rijden.'

Ik holde naar boven om in te pakken wat ik nodig had voor de begrafenis. Logan deed hetzelfde en nog geen twintig minuten later zaten we weer in de limousine die ons naar de luchthaven in Boston reed.

Hoe broos, kortstondig en onvoorspelbaar is het leven, dacht ik. Het ene moment zijn we allemaal gelukkig en uitgelaten, en het volgende zijn we in rouw, bedroefd en bevreesd. 'Het leven is net als de seizoenen, kindlief,' had oma eens tegen me gezegd.' Het heeft een voorjaar en een zomer, en je

moet elk moment van het voorjaar koesteren, want niets blijft altijd fris en jong, kind, niets. De vorst komt in de mensen, zoals hij in de grond komt.'

De vorst was nu in mij gekomen. Ik voelde me koud en leeg - zelfs nu ik een nieuw leven in me droeg! Ik huiverde, nestelde me tegen Logan aan en sliep het grootste deel van de rit naar de luchthaven en tijdens de vlucht. Toen we bij Lukes huis in Atlanta arriveerden begon het al ochtend te worden. Maar mevrouw Cotton was op en wachtte op ons.

Ze was een grote, gezette vrouw met grove, bijna mannelijke trekken. Ze zag eruit als iemand die het merendeel van haar leven zware handenarbeid had verricht, een vrouw die er ouder uitzag door alle ontberingen. Ze had doffe bruine ogen en donkerroze, volle lippen. Ze had een oude sprei om haar schouders geslagen toen ze naar de deur liep.

'Ik ben Heaven Stonewall en dit is mijn man, Logan,' zei ik. Ze knikte en deed een stap achteruit. 'We zijn zo gauw mogelijk gekomen. Meneer Casteel was mijn... mijn vader,' zei ik. Het leek me de gemakkelijkste manier om de dingen te verklaren.

'Ik weet het,' zei ze. 'Meneer Steine heeft me gebeld en alles over u verteld. U kunt de logeerkamer gebruiken. Vlak naast de keuken.'

'Hoe gaat het met Drake?' vroeg ik.

'Hij slaapt. Hij weet nog niets,' zei ze. 'Ik vond het niet nodig hem wakker te maken om hem het afgrijselijke nieuws te vertellen. Hij zou toch te moe zijn om het te beseffen.'

'Daar hebt u goed aan gedaan,' zei ik. Maar ze scheen mijn goedkeuring niet nodig te hebben. Ze haalde haar schouders op en maakte aanstalten om weg te gaan.

'Ik moet zelf wat slaap hebben,' zei ze. 'De jongen staat 's morgens heel vroeg op.'

'O, ik zorg wel voor hem,' zei ik.

'Zoals u wilt.'

'Trouwens,' ging ik verder, want ik begon haar steeds minder aardig te vinden, 'u kunt morgen zo gauw u wilt vertrekken. Laat me alleen even weten wat Luke u schuldig is en -'

'Dat is allemaal al geregeld.' 'O?'

'Door meneer Steine,' zei ze. 'Ik ga in de middag weg. Ik word gehaald.'

'Oké.' Ze liet er geen gras over groeien, dacht ik.

'Vlak naast de keuken,' zei ze weer en verdween naar haar kamer.

'Wat een schat van een mens,' zei Logan hoofdschuddend.

'Moet je je dat voorstellen als kindermeisje,' zei ik. Logan bracht onze spulletjes naar de logeerkamer en ik ging even bij Drake kijken. Het was jaren geleden sinds ik hem had gezien, maar zelfs toen hij nog maar een jaar was, vond ik dat hij sprekend op Luke leek met zijn grote bruine ogen en dikke zwarte wimpers.

Ik liep op mijn tenen naar de kant van het donkere houten bed en keek naar het smalle gezichtje. Hij was iets ouder dan vijf jaar en had Lukes gitzwarte haar en gebruinde huid, de huid die Lukes Indiaanse afkomst verried. Ik streek een paar lokken haar van zijn wangetjes. Hij smakte met zijn lippen en kreunde zachtjes, maar hij werd niet wakker. Mijn hart ging naar hem uit toen ik dacht aan het verdriet dat hij morgen zou hebben. In één dag je vader en je moeder verliezen moest een enorme klap zijn, een waar je nooit helemaal overheen kwam. Ik dacht dat ik het kon weten, want zelfs al had ik mijn echte moeder nooit gekend, ik had altijd naar haar verlangd en haar gemist. En pa, de enige vader die ik had gekend, was een echte vader geweest voor de kleine Drake. Vanaf morgen zou hij nooit meer dezelfde zijn, maar ik was vastbesloten al mijn rijkdom en macht te gebruiken om zijn leven zo comfortabel en gelukkig mogelijk te maken.

Logan en ik konden nog een paar uur slapen voordat Drake 's morgens wakker werd. Ik hoorde hem beneden in de gang en even daarna hoorde ik mevrouw Cotton het ontbijt klaarmaken. Ze had hem niet verteld waar we waren. Ik hoorde hem vragen: 'Waar is mammie?'

'Je mammie is er niet,' zei ze. Ik trok zo snel mogelijk mijn ochtendjas aan. Ik vond die vrouw niet geschikt om een kind slecht nieuws te vertellen.

'Waar is ze?' informeerde Drake. 'Slaapt ze?'

'O, ja, ze slaapt. Ze is - '

'Goeiemorgen,' viel ik haar snel in de rede. Drake draaide zich abrupt om en keek me met zijn grote bruine ogen nieuwsgierig aan. Ik dacht bij mezelf dat hij net zo knap en mannelijk zou worden als zijn vader. Hij had nu al sterke schouders voor een jonge jongen, en zijn gezicht had dezelfde krachtige trekken als Luke. 'Ik ben Heaven,' zei ik, 'je oudere stiefzusje. Je herinnert je mij niet, maar ik ben hier jaren geleden geweest, toen je nog een kleine baby was. Toen heb ik je speelgoed gegeven.'

Hij staarde me alleen maar aan. Mevrouw Cotton haalde haar schouders op en ging verder met het ontbijt.

'Ik heb geen nieuw speelgoed,' zei hij. Hij was zo lief dat ik voor hem neerknielde en hem omhelsde.

'O, Drake, Drake, arme kleine Drake. Je zult zoveel speelgoed hebben als je maar wilt, klein speelgoed, groot speelgoed, speelgoed met motoren, speelgoed waarop je kunt rijden, en je zult een heel groot huis hebben om in te spelen.'

Mijn emotionele uitbarsting maakte hem bang. Hij trok zich terug en keek langs me heen de gang in.

'Waar is mijn mammie?' vroeg hij, ongerust nu. 'En pappie?'

Logan verscheen in de gang en Drake sperde zijn ogen nog verder open.

'Dat is Logan,' zei ik. 'Hij is mijn man.'

'Ik wil mijn mammie,' zei hij. Hij stond op van zijn stoel en wilde langs me heen lopen. Ik kon hem niet tegenhouden. Ik keek naar Logan en schudde mijn hoofd. Voor kleine kinderen was verdriet als een grote wilde vogel in een kooi. Te groot om in die kooi te kunnen leven.

Drake deed de deur van de slaapkamer van zijn ouders open en staarde naar het lege, onaangeroerde bed. Ik kwam naast hem staan. Hij draaide zich om en keek me met angstige ogen aan. Op dat moment deed hij me denken aan Keith, toen Keith zo oud was als hij. Keith had ook zo'n uitdrukking in zijn ogen. Ik nam hem in mijn armen en hield hem dicht tegen me aan, kuste zijn wangetjes, zoals ik vroeger de tranen had weggekust op Keiths gezichtje.

ik moet je iets vertellen, Drake,' zei ik. 'En je moet een grote jongen zijn en goed naar me luisteren, oké?'

Hij bracht zijn gebalde vuist naar zijn oog en wreef het begin van tranen weg. Ik wist zeker dat hij Lukes innerlijke kracht had geërfd. Hij was pas zes, maar hij weigerde zijn angst en verdriet te tonen. Ik ging op het bed zitten, nog steeds met mijn armen om hem heengeslagen.

'Weetje wat het betekent als mensen dood gaan en naar de hemel gaan?' zei ik. Hij keek me bevreemd aan en ik begreep zijn verwarring. 'Ja, ik heet Heaven, en dat betekent hemel, maar er is ook een plaats die Heaven heet, de hemel, een plaats waar mensen voor altijd naar toe gaan. Heb je daar wel eens over gehoord?' Hij schudde zijn hoofd. 'Die plaats bestaat, en soms gaan mensen er eerder naar toe dan ze verwachten,' zei ik.

Logan verscheen op de drempel en keek naar ons. Drake nam hem behoedzaam op en Logan glimlachte zo teder als hij kon. Toen keek Drake weer naar mij, verlangend om de rest van mijn verhaal te horen. Ik zag dat hij het opvatte als een verhaal, en ik vermoedde dat Stacie vaak zo met hem had gezeten en hem had voorgelezen of sprookjes verteld. Alleen mocht hij dit niet als een sprookje beschouwen, dacht ik. Op de een of andere manier moest ik het hem duidelijk maken.

'Weetje, gisteravond heeft God je mammie en pappie bij zich geroepen in de hemel, en ze moesten gaan. Ze wilden je niet alleen laten,' zei ik snel, 'maar ze hadden geen keus. Ze moesten gaan.'

'Wanneer komen ze terug?' vroeg Drake, die al iets heel verontrustends vermoedde.

'Ze komen nooit meer terug, Drake. Ze kunnen niet terugkomen, zelfs al zouden ze dat willen. Als God je roept, moet je gaan en kom je nooit meer terug.'

'Ik wil er ook naar toe,' zei hij. Hij begon te worstelen om los te komen.

'Nee, Drake, lieverd. Je kunt er niet naar toe, omdat God je nog niet heeft geroepen. Jij moet nog op de aarde blijven. Je gaat met mij mee en je gaat in een groot huis wonen en je zult zoveel mooie dingen hebben dat je niet weet waar je hel eerst mee moet spelen of wat je het eerst moet doen.'

'Nee!' riep hij. ik wil met mammie en pappie mee.'

'Dat kan niet, schat, maar ze willen dal je gelukkig bent en dat je opgroeit tot een flinke jongeman, en dat zul je toch voor ze doen, hè?'

Hij kneep zijn ogen halfdicht. Ik voelde zijn armen verstrakken en zijn woede opkomen. Zijn wangen werden rood. Hij had Lukes temperament, dat stond vast. Toen ik in zijn ogen keek, was het of ik terugblikte in de tijd, en Luke naar me zag staren.

'Je moet me niet haten omdat ik je die dingen vertel, Drake. Ik wil van je houden en ik wil dat jij van mij houdt.'

'Ik wil mijn pappie!' gilde hij. ik wil naar het circus! Laat me los! Laat me los!' Hij worstelde in mijn armen tot ik hem losliet. Onmiddellijk holde hij de kamer uit.

'Er is tijd voor nodig, Heaven,' troostte Logan me. 'Zelfs voor zo'n kleine jongen.'

'Ik weet het.' Ik schudde mijn hoofd en keek om me heen in de slaapkamer. Op het kleine nachttafeltje stond een foto van Luke en Stacie voor het huis, terwijl ze elkaar omhelsden. Luke zag er zo jong en gelukkig uit. Zo heel anders dan de man die ik kende als mijn pa in de Willies. Was het leven toen maar gelukkig geweest voor hem, dan zou het voor ons allemaal gelukkig zijn geweest.

'We moeten ontbijten en ons aankleden, schat,' zei Logan. 'Je moet naar die advocaat en daarna naar de rouwkamer.'

Ik knikte en stond langzaam op van het bed waarop Luke en zijn bruid met elkaar hadden gevrijd en elkaar eeuwig trouw hadden gezworen. Nu zouden ze naast elkaar in de koude, donkere aarde komen te liggen.

Ik hoopte dat ik gelijk had; ik hoopte dat wat ik de kleine Drake had verteld waar was. Ik hoopte dat ze naar een gelukkiger plaats waren geroepen, een echte hemel.