Hoofdstuk 12

 

 

 

Het plezierige gevoel dat ze had – door het warme bad, haar seksueel bevredigde lichaam, het afgelopen weekend – verdween als sneeuw voor de zon.

Mark. Waarom? ‘Wat is er? Is er iets mis?’

‘Marnie…’

‘Wat: Marnie?’

‘Ik… Hoe gaat het met je?’

‘Vertel me waar dit telefoontje over gaat, anders hang ik op.’

‘Het is… niets.’

‘Niets. Zeg je me nu dat je me voor niets belt? Dat er niemand dood is? Niemand in het ziekenhuis ligt? Geen gewonden, geen brand? Niets?’

‘Ik… Het is gewoon… Ik mis je, weet je. Als ik ’s avonds thuiskom is het huis zo leeg. Dat wil ik niet. Ik wil –’

‘Hou op. Het spijt me dat je ongelukkig bent, maar dat is niet mijn schuld.’

‘Dat weet ik. Ik weet dat dat zo is. Ik wil alleen weten of het goed met je gaat.’

Ze liet haar adem langzaam ontsnappen en prentte zich in dat ze afstand moest houden. Het had geen zin om hierop in te gaan. Dat wisten ze allebei, hij net zo goed als zij.

Toch deed het verlangen in zijn stem haar wel iets. Het deed pijn. Het deed ongelooflijk veel pijn dat hij verdriet had. Ze moest haar keel schrapen om haar toon zo gewoon mogelijk te houden. ‘Luister, ik heb je gevraagd me niet te bellen, en je hebt me beloofd me met rust te laten.’

‘Dat weet ik. Vijf minuten, meer vraag ik niet.’

‘Mark.’

‘Drie, goed? Drie.’

Ze haalde diep adem. ‘Oké, ga je gang, zeg wat je te zeggen hebt.’

‘Marnie, ik denk dat ik een grote vergissing heb gemaakt. Ik zie nu in wat een idioot ik ben geweest.’

Ze had kunnen gaan lachen als ze niet het gevoel had gehad dat ze moest huilen. Een idioot. Hij gaf toe dat hij een idioot was. En dat terwijl ze tegenover Jericho bij hoog en laag had volgehouden dat hij dat niet was. ‘Je zei dat het niet werkte tussen ons, weet je nog wel? Dat je niet gelukkig was. Dat ik niet was wat jij wilde, dat we niet dezelfde dingen wilden. En dat je je zorgen om me maakte. Dat je bang was dat ik mijn echte ik was kwijtgeraakt, mijn wilde kant.’

‘Ik wist niet waar ik het over had.’

‘Ja, dat wist je wel. En je had gelijk.’

‘Het was een zware tijd op het werk.’ Mark werkte bij Santa Barbara’s grootste reclamebureau. Hij was een ambitieuze man. Het was altijd zwaar op zijn werk omdat hij de beste wilde zijn. ‘Ik raakte het contact met de werkelijkheid een beetje kwijt en heb dingen gezegd die ik niet had moeten zeggen.’

‘Nee, dat heb je niet. Je hebt gezegd wat je moest zeggen. En daar dank ik je voor.’

‘Hoe bedoel je, daar dank je me voor?’

‘Kom nou toch. Het is te laat. Dat moet je zelf toch ook wel inzien?’

‘Nee, Marnie, dat doe ik niet. Dat doe ik helemaal niet. Luister, ik weet wat je wilt, ik weet wat je altijd al hebt gewild. En daar ben ik nu klaar voor. Ik zweer het je. Marnie, laten we gaan tr –’

‘Nee.’ Ze kapte hem af voor hij het kon zeggen. ‘Waag het niet, Mark Drury. Daar is het te laat voor, en dat weet je. Als je je daar rot over voelt, nou, zet je er dan maar overheen en ga verder met je leven. Vind iemand die bij je past.’

‘Marnie, ik smeek je. Luister, ik –’

‘Ik moet nu weg, Mark. Ik hang op. Bel me niet meer.’

‘Marnie…’

Ze verbrak de verbinding. Zijn stem die haar naam riep echode nog na in haar oor. Met een woedende kreet smeet ze de telefoon tegen de muur. Zo hard dat het toestel waarschijnlijk kapot was. Nou, mooi zo. Tenslotte had Mark hem voor haar gekocht en was het nog steeds zijn telefoon.

Ze zou er wel een voor zichzelf kopen.

 

Marnie liet de telefoon daar de hele nacht liggen. De volgende ochtend, toen ze hem weg wilde gooien, merkte ze dat hij niet kapot was, er zat zelfs niet eens een krasje op.

Toch gooide ze hem in de vuilnisbak.

Tijdens de lunchpauze kocht ze een nieuwe telefoon. Vervolgens belde ze Tessa, haar vader en moeder en haar grootvader om ze te vertellen dat ze een nieuw nummer had.

Het was geen verrassing dat haar grootvader met haar wilde praten. Ze vertelde hem over haar tijdelijke baan bij San Antonio Choppers en hoe leuk ze het daar vond en dat ze had geleerd op een chopper te rijden.

‘Misschien blijf je wel in Texas wonen,’ schreeuwde hij.

In Texas blijven? Nou… dat was best wel een aantrekkelijk idee. Ze zou de rest van haar leven bij San Antonio Choppers kunnen werken zonder verveeld te raken. En dat met Jericho…

Ach, ze wist dat het niet eeuwig zou duren, maar ze zou er helemaal geen bezwaar tegen hebben als het langer zou duren dan de drie weken die ze nog had voor Desiree weer terug zou komen.

Maar nee, ze was een Californisch meisje in hart en nieren. Als Desiree terugkwam, zou ze naar huis gaan, de brokstukken oprapen en gaan uitzoeken wat ze met de rest van haar leven wilde.

‘O, opa, ik ben hier alleen maar voor even. Natuurlijk ga ik weer naar huis.’

Hij ging verder alsof ze niets had gezegd, zoals hij altijd deed. ‘Tessa zou het heerlijk vinden als je in San Antonio zou blijven,’ schreeuwde hij. Ze hield de telefoon een stukje van haar oor om gehoorbeschadiging te voorkomen. ‘Ik bedoel, met die baby die eraan komt en zo, dan heeft een vrouw haar familie nodig. En zo te horen gaat het goed met je daar.’

‘Opa, ik –’

‘Zeg nooit nooit.’

Ze beloofde dat ze nooit nooit zou zeggen, waarna hij haar op de hoogte bracht van de laatste ontwikkelingen van de familie in North Magdalene.

Omdat de familie nogal uitgebreid was en hij maar doorging, onderbrak ze hem. ‘Opa, ik –’

‘…en toen zei Gina tegen me dat ik meer geduld moest hebben met de jongens en zei ik: “Praat me niet van geduld. Als Brady en Craig zich niet gaan gedragen, ben ik niet verantwoordelijk voor wat” –’

‘Opa!’

‘Eh… Wat? Zei je wat?’

‘Opa, ik moet weer aan het werk.’

‘Wat? Werk? Waarom heb je dat niet eerder gezegd? Nou goed dan. Pas goed op jezelf en je zusje en dan spreken we elkaar later.’ Hij zei haar gedag en hing op.

Glimlachend bedacht ze dat haar grootvader uren en uren kon praten, maar dat afscheid nemen bij hem altijd razendsnel ging.

Ze was ruim op tijd terug bij San Antonio Choppers. Het eerste wat ze daar deed, was haar telefoonnummer invoeren in het bestand. En toen Gus eraan kwam, schreef ze het nummer voor hem op, zodat hij haar kon bereiken als hij wilde.

Daarna belde ze Jericho in zijn werkplaats. Hij nam niet op. Waarschijnlijk stond hij te lassen en had hij harde muziek opstaan. Ze liet een bericht achter.

Hij belde haar vijf minuten later. ‘Alleen om te kijken of je nieuwe nummer werkt. Wat dacht je van vanavond? Om zes uur? Dan kunnen we een uur of twee rijden.’

Ze zei al ja voor hij uitgepraat was.

Ze reden tot acht uur. In de invallende duisternis reed hij achter haar aan naar het gastenverblijf. Ze maakte een snelle maaltijd en daarna gingen ze naar bed.

Het voelde zo goed, die grote handen op haar lichaam. Wanneer hij haar aanraakte, vergat ze alles om zich heen: Marks wanhopige, eenzame stem aan de telefoon, haar op handen zijnde terugkeer naar Californië, en het feit dat ze geen idee had wat ze daar zou gaan doen.

Alles vervaagde gewoon. Er was alleen hartstocht, tederheid en genot.

Daarna moest ze in slaap zijn gevallen, want ze werd wakker terwijl ze droomde dat ze Mark aan zijn verstand probeerde te brengen dat het toch echt over was tussen hen en ze hem niet meer wilde zien.

Toen ze haar ogen opende, zag ze dat Jericho zich stond aan te kleden. Zijn spijkerbroek had hij al aan, zijn T-shirt had hij nog in zijn handen. ‘Ga je weg?’ fluisterde ze. Ze wilde niet treurig klinken, maar waarschijnlijk deed ze dat wel.

Nadat hij op de rand van het bed was gaan zitten, begon hij te vloeken. Het T-shirt gooide hij op de grond.

Ze ging zitten en legde haar hand tussen zijn schouderbladen, op de plek waar hij een prachtige tatoeage van een arend had. ‘Wat is er? Wat is er aan de hand?’

Hij keek haar aan. ‘Denk je de laatste tijd vaak aan Mark?’

Ze knipperde verwoed met haar ogen. Ze wist dat ze knalrood was geworden en hoopte maar dat hij dat niet kon zien in het donker.

‘Vanavond was de tweede keer dat je zijn naam zei in je slaap.’

Ze kreunde. ‘O, God. In het huisje…’

Hij knikte. ‘Ik begrijp het wel, alleen… het is een beetje een afknapper als je aan een andere vent denkt terwijl je met mij in bed ligt.’

‘Maar dat doe ik niet. Dat zweer ik je. Als jij me aanraakt, is er niemand anders dan jij.’

Hij lachte ironisch. ‘Marnie, in je slaap noem je zijn naam.’

Ze sloeg de dekens opzij en slingerde haar benen over de rand van het bed, zodat ze naast hem kwam te zitten. ‘Ik ken Mark al sinds mijn negende.’

‘Ja en? Maakt dat het goed?’

‘Nee. Nee, natuurlijk niet. Maar hij was er het grootste deel van mijn leven, weet je. In het huisje droomde ik van toen we kinderen waren, van iets wat echt gebeurd was. Mark gleed van een met gifsumak bedekte heuvel af en kreeg vreselijke huiduitslag. In de droom probeerde ik hem te waarschuwen.’

‘Wat zou daar de diepere betekenis nou van zijn?’

‘Ik weet het niet. Ik weet alleen dat ik nooit terugga naar Mark, dat het niet goed zat tussen ons.’

Is dat echt zo, vroeg een stemmetje in haar hoofd. Weet je echt zeker dat je nooit meer teruggaat?

Ze negeerde het stemmetje.

‘En vanavond?’ vroeg Jericho. ‘Waar droomde je vanavond over?’

‘Dat weet ik niet precies. Mark stond tegen me te schreeuwen en ik smeekte hem me met rust te laten.’

‘En deed hij dat ook?’

‘Het was allemaal nogal warrig. Toen ik wakker werd, was er niets opgelost, zoals meestal in een droom.’

‘Kom op, Marnie, wees eerlijk tegen me.’

Op dat moment realiseerde ze zich dat ze Marks telefoontje niet zomaar kon vergeten. Het zou niet juist zijn om Jericho in het ongewisse te laten. Hoewel hun relatie maar van korte duur zou zijn, vond ze dat toch belangrijk. Híj was belangrijk. Heel belangrijk. ‘Oké,’ zei ze. ‘Ik weet niet waarom ik over hem gedroomd heb toen we in het huisje waren, maar wat vanavond betreft… Hij belde me gisteren, nadat je me had afgezet en vroeg ik of het weer met hem wilde proberen.’

Jericho trok zijn hand, die ze had vastgepakt, los. ‘En wat heb je gezegd?’

‘Ik heb nee gezegd. En ik heb tegen hem gezegd dat hij me met rust moest laten. Luid en duidelijk. En daarna heb ik opgehangen.’

‘Geloofde hij je?’

‘Geef me je hand terug, verdomme,’ zei ze met opeengeklemde kaken.

Ze schrok zich een ongeluk toen hij het nog deed ook. ‘Ik heb geen idee wat Mark gelooft. Hij zei dat hij spijt had, dat hij het moeilijk vindt om te accepteren dat het echt over is tussen ons, dat hij…’ Ze aarzelde. Het was echter beter om het er allemaal maar uit te gooien. ‘…dat hij met me wilde trouwen.’

Het was even stil. En toen vroeg hij somber: ‘Een huwelijk?’

‘Ja, wat hoogst merkwaardig is. Toen we nog samen waren, was ik degene die wilde trouwen, en hij degene die het afhield.’

‘Misschien heeft hij het licht gezien.’

‘Ja hoor.’

‘Misschien gelooft hij niet dat je het echt meent dat je het met hem hebt gehad.’

‘Maar ik meen het wel. En dat heb ik hem een paar keer gezegd ook. Daarna heb ik opgehangen. Ik weet niet hoe ik het hem nóg duidelijk had kunnen maken.’ Ze drukte zijn hand tegen haar buik. ‘Zo. Kunnen we Mark nu dan vergeten?’

‘Ik wel. Van jou weet ik het niet.’ Hij zei het op effen toon, maar toen hij zich naar haar toe draaide, zag ze een flauw glimlachje om zijn mond spelen.

‘Wat ik wel weet,’ fluisterde ze, ‘waar ik nul komma nul twijfel over heb, is dat er geen man ter wereld is bij wie ik liever ben dan bij jou. Geen man doet voor me wat jij voor me doet. Geen man heeft me ooit zoveel genot bezorgd. Zoveel plezier. Zoveel… oprechtheid. En zo’n verdomd goede tijd. Iedere minuut met jou is de beste minuut die ik ooit heb beleefd.’ Ik wou dat het eeuwig zo door kon gaan, dacht ze, maar dat durfde ze niet hardop te zeggen.

‘Je klinkt alsof je het meent.’

‘Dat doe ik ook.’

Hij legde zijn vrije hand om haar nek en trok haar naar zich toe. ‘Ik denk dat ik hier nog wel even kan blijven.’

‘Zo mag ik het horen,’ wist ze nog net voor hij zijn mond met de hare bedekte uit te brengen.

 

Nadat Marnie hem had verteld van het telefoontje van haar ex, dat die vent haar had gesmeekt hem terug te nemen, wist Jericho dat het slechts een kwestie van tijd zou zijn voor Mark Drury zijn opwachting in San Antonio zou maken.

Het Einde zat er veel te snel aan te komen.

Jericho bedacht dat ze er misschien maar mee op moesten houden, dat ze waarschijnlijk wel een paar avonden zonder hem in haar bed kon gebruiken en zo de tijd had om uit te vissen wat ze nu echt wilde. Tijd om een antwoord klaar te hebben als haar ex kwam opdagen om zijn zaak te bepleiten.

Ja, daar zat Jericho aan te denken.

Maar hij maakte het niet uit met haar. Die ex kon de pot op. Hij had nog drie weken met haar en hij zou niet één dag vrijwillig opgeven. Nee, dat zou Marnie zelf moeten doen.

Dat deed ze echter niet. Zoals altijd kwam ze dinsdag naar haar werk en lag hij dinsdagavond in haar bed. Nog twee keer die week maakten ze na het werk een lange tocht op de choppers. Hij had de tijd van zijn leven, en zij leek zich ook geweldig te vermaken.

Op zaterdagochtend brachten Gus en hij de chopper naar het vijfsterrenhotel waar het liefdadigheidsbal werd gehouden.

Zijn moeder bleek er ook te zijn als vertegenwoordigster van de sponsor, BravoCorp. Ze zag hem gelijk toen hij binnenkwam en liep naar hem toe, op de voet gevolgd door zijn zuster Zoe en een paar Blue Hairs, vrijwilligsters die werkten voor de liefdadigheid. Zoe was erbij om een diashow van de chopper te vertonen.

Zijn moeder omhelsde eerst hem en vervolgens Gus en stelde hen voor aan de Blue Hairs. Daarna droeg ze hen over aan Zoe, die hen liet zien waar ze de chopper, het belangrijkste veilingstuk, neer konden zetten.

Met Marnie en Ash had hij weliswaar grapjes lopen maken over het bedrag dat de chopper op zou leveren, nu kreeg hij het wel een beetje benauwd. Stel je voor dat er nauwelijks op geboden werd… Nou ja, het was een beetje laat om zich daar nu zorgen over te maken. Dus zette hij de motor neer, omhelsde zijn zus en ging er samen met Gus weer snel vandoor.

 

Ash had een limousine besteld omdat ze met zijn zessen naar het feest zouden gaan: Ash, Tessa, Jericho, Marnie, Gus en Gabriella Santiago, de kunstenares die de airbrushtekening op de motor had aangebracht.

De limo stond al klaar toen Jericho, Gus en Gabriella gezamenlijk aan kwamen rijden bij Ash’ huis, maar Ash, die de voordeur voor hen opende, zei dat Tessa en Marnie nog niet klaar waren en stelde voor eerst nog even een glaasje te drinken in zijn werkkamer.

Nadat Jericho een slok had genomen van zijn drankje zette hij zijn glas neer en zei: ‘Ik ga even bij Marnie kijken hoe het gaat.’

Hij zag haar op het pad naast het zwembad lopen toen hij de achterdeur uit kwam. Ze droeg een rode jurk die prachtig om haar slanke lichaam sloot. Ze had haar haar opgestoken. Toen ze hem zag, glimlachte ze en draaide met haar rok in haar handen een rondje.

Hij liep naar haar toe.

Ze floot en bekeek hem van top tot teen. ‘Je ziet er sexy uit. Ik zou het hier bij het zwembad zo met je willen doen.’

‘Weet je, dat dacht ik nou ook over jou.’

Nadat ze een kus op zijn mond had gedrukt, bood hij haar zijn arm aan en liepen ze gearmd naar de achterdeur.

Net op het moment dat ze de hal in liepen, kwam Tessa in een groene fluwelen jurk de trap af lopen. Jericho vond haar bijna net zo mooi als Marnie. Ash kwam de werkkamer uit lopen, kuste Tessa en fluisterde haar iets in het oor. Ze bloosde en lachte gelukkig.

‘Volgens mij kunnen we gaan,’ zei Tessa.

Ash knikte. ‘De limo staat voor.’

 

Ze zaten aan de drie grote tafels die voor de familie gereserveerd waren, vlak bij het podium.

Na het nagerecht werden de lichten gedimd en werden er aan de muren schermen neergelaten. Het was tijd voor Zoes diashow.

Hoewel, diashow, Zoe had een heuse documentaire gemaakt over San Antonio Choppers en de bouw van de speciale motor, een goede film, met veel informatie en passende muziek.

Terwijl de film draaide, keek Jericho naar zijn vader en moeder aan de overkant van de tafel, en vervolgens keek hij nog een keer en nog een keer, niet in staat zijn ogen te geloven.

Er glinsterden tranen in de ogen van zijn vader.

Jericho knipperde met zijn ogen om er echt zeker van te zijn dat hij het wel goed had gezien.

En ja, het was echt zo. Eerst probeerde zijn vader nog weg te kijken om zijn emoties te verbergen, maar op een gegeven moment gaf hij het op en knikte hij naar Jericho.

En toen begreep Jericho dat het toch allemaal nog goed was gekomen tussen hen. Dat hij Davis Bravos respect had.

Belangrijker was echter nog dat hij zichzelf leerde respecteren.

Zoes film was afgelopen, en de lichten gingen aan. Jericho sloeg zijn arm om Marnie heen. Ze leunde dicht tegen hem aan en fluisterde in zijn oor: ‘Dat was echt een prima film. Ik denk dat die motor toch echt wel een bedrag van zes cijfers gaat opleveren.’

Hij grinnikte. ‘Ik hoop het.’

Er werd niet hardop geboden. In plaats daarvan schreven de mensen hun bod op een vel papier – daartoe aangemoedigd door een senator die voor de gelegenheid veilingmeester speelde – en legden dat bij de verschillende veilingstukken.

Ondertussen werd er ook gedanst. Jericho, die met Marnie over de dansvloer zwierde, bedacht hoe snel hij die rode jurk uit zou kunnen trekken zodra ze terug waren bij het gastenverblijf.

Het bieden stopte om één uur. Om half twee beklom de senator het podium en begon van laag naar hoog op te noemen wat elk stuk had opgebracht.

Het duurde lang. Te lang, vond Jericho, die zenuwachtiger en zenuwachtiger werd. Toch was het een immense opluchting dat de motor als laatste aan de beurt kwam, dat betekende dat hij in ieder geval het meest had opgebracht.

‘Het topstuk van de avond is de chopper van Jericho Bravo van San Antonio Choppers en airbrushkunstenares Gabriella Santiago,’ riep de senator door de microfoon. ‘Dax Girard van het tijdschrift Great Escapes wordt voor het fabelachtige bedrag van honderdvijftigduizend dollar eigenaar van dit staaltje vakmanschap. Ja, mensen, dat horen jullie goed, honderdvijftigduizend dollar! Een daverend applaus graag voor San Antonio Choppers en Mr. Dax Girard!’