26

Zeven/Marina

 

‘Weet je zeker dat je het aankunt?’

Ella knikt terwijl we samen naar de collegezaal lopen. Ze ziet bleek en ze heeft donkere wallen onder haar grote ogen, alsof ze net een akelige ziekte te boven is gekomen. Ze heeft de afgelopen nacht zonder nachtmerries en gegil overleefd, maar ze ziet er nog altijd uitgewrongen uit.

‘Ik ben er klaar voor,’ antwoordt ze terwijl ze haar rug recht.

‘Want niemand zal het je kwalijk nemen als je even niet meedoet,’ stel ik haar gerust.

‘Je hoeft me niet te ontzien, hoor,’ geeft ze me te verstaan. ‘Ik kan net zo trainen als jullie.’

Ik knik en laat het daarbij. Misschien is een beetje fysieke inspanning wel goed voor haar. Het zal haar op zijn minst genoeg uitputten om eindelijk eens goed te kunnen slapen.

We zijn de laatsten die de collegezaal betreden. Iedereen heeft zich in sportkleren in het midden van de zaal opgesteld. Malcolm zit achter het controlepaneel op de Katheder en tuurt door zijn brillenglazen naar de oplichtende knoppen en hendeltjes.

Negen klapt in zijn handen als hij ons ziet binnenkomen. ‘Oké! Laten we beginnen! Tijd om de vlag te veroveren, meisje! De ultieme test waar het gaat om samenwerking en, eh, een pak slaag uitdelen.’

Zes rolt met haar ogen en Vijf onderdrukt een verzuchting. Ik sta naast Acht, die me snel een glimlach toewerpt. Ik hoop dat we in hetzelfde team belanden.

‘De spelregels zijn eenvoudig,’ legt Negen uit en hij gebaart naar de twee van Chicago Bulls-T-shirts gemaakte vlaggen die links en rechts achter in de zaal zijn opgehangen. ‘Het eerste team dat de vlag van de tegenstander weet te bemachtigen en op de eigen helft weet te krijgen, is de winnaar. Je moet de vlag met je handen bemachtigen en vasthouden, dus geen telekinese. En je mag hem ook niet naar je eigen helft teleporteren… Luister je, Acht?’

Acht grijnst. ‘Geen probleem. Ik hou wel van een uitdaging.’

Op de vloer liggen vier Mogadoorse kanongeweren op een hoop die ik bij ons vertrek uit Arkansas heb buitgemaakt. Ik dacht, misschien komen ze voor dit soort trainingen van pas. Ik merk dat Sam ze angstvallig bekijkt. ‘Wat is daarvan de bedoeling?’

‘Elk team krijgt twee geweren,’ legt John uit. ‘Malcolm heeft ze gemodificeerd zodat ze niet langer dodelijk zijn. Als stroomstootwapens, zeg maar. Als we met de Mogs in gevecht zijn, verslaan we hen altijd met hun eigen wapens. Het leek me dus een goede oefening.’

‘Bovendien willen we de niet-Gardes een eerlijke kans geven,’ voegt Negen er met een blik naar Sam en Sarah aan toe.

Malcolm stapt weg vanachter de Katheder en loopt met de handen op de rug naar het groepje toe. ‘Ik zal met de collegezaalsystemen wat obstakels genereren. Onthoud dat als je gewond raakt je gewoon om een time-out kunt roepen zodat Marina of John je kan oplappen.’

Negen slaakt een geërgerde zucht. ‘In de praktijk bestaan er geen time-outs, dus laten we het piepen tot een minimum beperken, ja?’

John kijkt om zich heen en kleedt het wat subtieler in. ‘Onthoud dat dit gewoon een oefening is. We zijn er dus niet op uit om elkaar echt om te leggen.’

 

Sam

John en Negen zijn de aanvoerders en ze verdelen ons in twee teams. John kiest eerst Zes, en Negen kiest Acht. Dan kiest John Vijf en Negen Marina. Johns derde keus is Bernie Kosar, waarna Negen iedereen verrast door Sarah te kiezen. Ik ga ervan uit dat ik als laatste word gekozen; wat geen schande is aangezien de anderen superkrachten in hun achterzak hebben. John kiest mij, waarschijnlijk opdat beide teams nu over een mens beschikken, waarna Ella zich ten slotte bij het team van Negen aansluit.

In ons hoekje steken we de koppen bij elkaar.

‘Ik word meteen onzichtbaar,’ stelt Zes voor. ‘Als jullie hen kunnen afleiden, moet ik zonder problemen bij hun vlag kunnen komen.’

John knikt. ‘Ik ben het meest beducht voor Acht. Hij zal waarschijnlijk meteen naar onze helft teleporteren en onze vlag proberen mee te grissen. Sam, ik wil dat jij samen met Bernie Kosar de wacht houdt.’

Ik geef Bernie wat klopjes op zijn kop. Zijn beaglevacht transformeert onder mijn vingers tot de gladde vacht van een tijger. ‘Eh, ja. Voor de bakker.’

‘Vijf, wij zijn de aanvallers. Hou ze bezig terwijl Zes op die vlag afstormt.’

Vijf kijkt even over zijn schouder naar de tegenstanders, die zich aan de andere kant van de zaal bijeen hebben geschaard. ‘Ik wil Negen voor mijn rekening nemen.’

Met de confrontatie van gisteren nog vers in het geheugen kijken John en ik elkaar even aan. Het gebeurt niet elke dag dat iemand vrijwillig het duel aangaat met de vechtgrage gek van de Gardes. John haalt zijn schouders op. ‘Geen probleem. Ik dek je wel. Maar ontzie hem vandaag een beetje, oké?’

Vijf glimlacht en ik zie een hooghartige blik. ‘Ik kan niks beloven,’ zegt hij.

We stappen uit elkaar en ik glimlach naar Zes. ‘Succes. Ze zullen je geen moment zien komen.’

Zo flauw. Pwah, lekker bezig, Sam. Zes glimlacht snel terug, pakt een van de Mog-kanonnen en werpt hem naar me. ‘Dank je, Sam. Ik reken erop dat jij me dekt, oké?’

 

Marina

‘Ik teleporteer naar hun helft, grijp die vlag en kom als een speer terug,’ zegt Acht met een vingerknip. ‘Komt geen zweetdruppeltje bij te pas.’

Negen schudt zijn hoofd. ‘Dat is precies waar ze van uitgaan. Dus vooral doen. Maar het moet gewoon een afleidingsmanoeuvre zijn.’

Sarah steekt een hand op. ‘Sorry, Negen, maar ik moet het gewoon even vragen: waarom heb je mij gekozen?’

Negen kijkt haar grijnzend aan. ‘Jij bent mijn geheime wapen, schat. John slaat nog geen deuk in een pakje boter als jij hem op jouw kusmondje trakteert.’

‘Kusmondje?’ herhaalt ze kalmpjes terwijl ze het Mog-kanongeweer doorlaadt. ‘Wil jij dood?’

‘Ik heb haar aan het werk gezien. Reken maar dat ze raak schiet,’ zeg ik. Ik heb haar bezig gezien en ik ben jaloers op haar richtkunst. Zo snel als zij de kunst heeft opgepikt, is dat mij niet gelukt. Ik word alleen maar nerveus van wapens.

‘Dat weet ik,’ zegt Negen, nu serieus. ‘Daarom zal ze Zes in de gaten houden.’

‘Je weet dat Zes zich onzichtbaar zal maken,’ zegt Acht. ‘Hoe kunnen we daar een stokje voor steken?’

‘Daar hebben we Ella voor,’ antwoordt Negen. Bij het horen van haar naam kijkt Ella verschrikt op van het kanongeweer waar ze wat mee rommelt. Volgens mij is ze een beetje pissig dat ze als laatste is gekozen.

‘Ik?’ vraagt ze ongelovig.

‘Jij, ja. Nou en of,’ antwoordt Negen. ‘Jij gaat met jouw telepathische magie haarfijn inzoomen op de onzichtbare Zes. Daarna zetten jij en Sarah haar in het zonnetje.’

‘Eh, ik weet niet of ik dat kan.’

‘Je wist haar anders wél mooi te vinden in een gigacomplex in New Mexico. Dit is maar één ruimte.’ Negen schudt Ella bemoedigend bij de schouder. ‘Doe het voor mij, oké?’

‘En wat moet ik doen?’ vraag ik.

Op Negens gezicht verschijnt die trotse blik – ‘kamerbreed’ noemt John hem, geloof ik – als hij weer eens denkt dat hij iets écht vets heeft bedacht. ‘Jij, Marina, bent mijn échte geheime wapen.’

 

John

‘Zijn beide teams klaar?’ roept Malcolm vanachter de Katheder.

De twee teams staan tegenover elkaar, met zo’n tien meter tussenruimte, bijna halverwege de zaal. Ik kijk om me heen. Mijn hele team oogt vastberaden. Sam zweet al een beetje terwijl zijn vingers voortdurend zoeken naar de beste greep om zijn kanongeweer. Tegenover me werpt Sarah me een onschuldige glimlach toe terwijl ze met haar eigen kanongeweer zwaait. Mijn hart slaat zowaar een tel over, maar ik probeer mijn serieuze blik in de plooi te houden.

‘Klaar!’ roep ik naar Malcolm.

‘Knallen met die hap!’ roept Negen.

Malcolm drukt een paar knoppen in. De zaal komt tot leven. Delen van de vloer rijzen op en creëren obstakels waarachter mensen zich kunnen verschansen. Een paar zware medicijnballen zwaaien aan hun plafondketting omlaag. Buisjes verschijnen uit de muren en braken rooksalvo’s uit.

‘Start!’ roept Malcolm.

Even gebeurt er niets. Opeens komt mijn armband tintelend tot leven. Mijn rode schild ontvouwt zich net op tijd om een vuursalvo van een kanongeweer af te weren. Ik kijk voor me en zie Sarah aan de andere kant van de zaal naar me grijnzen terwijl de rook uit de loop van haar kanongeweer opkringelt.

‘Sorry, schat!’ roept ze terwijl ze achter een obstakel wegduikt.

Aan mijn ene kant zie ik Zes in het niets verdwijnen. Aan mijn andere kant trekt Sam zich terug naar onze vlag. Iedereen vliegt heen en weer en opeens is het net een echte strijd. Een en al chaos.

En daar is Negen. Hij komt recht op me af.

Hij is zo snel dat ik nauwelijks tijd heb om mijn Lumen te activeren en hem met een kleine vuurbol te bestoken. Hij springt eroverheen en belandt boven op me. Ik val achterover, met mijn schild tussen ons in terwijl hij me tegen de grond duwt. Met al zijn kracht beukt Negen tegen mijn schild. Er verschijnen deuken in het rode materiaal, maar geen barsten. Gefrustreerd springt hij van me af en mijn schild schiet onmiddellijk terug in mijn armband. Zo snel als ik kan vlieg ik overeind, maar ondanks mijn schild moet ik na Negens tackle even naar lucht happen. Ik reageer trager dan zou moeten.

‘Jij en die stomme juwelen van je, Johnny,’ gromt Negen. ‘Sinds ons laatste gevecht laat dat ding me niet meer los. Ik kreeg een schok toen ik hem van je pols probeerde te rukken, dus ik zou weleens willen weten wat er gebeurt als…’

Ik voel zijn telekinese. Het is te laat om er iets tegen te doen. Hij rukt de armband pardoes los en werpt hem weg.

‘Ha!’ roept Negen opgetogen. ‘En nu?’

Op het moment dat Negen wil toeslaan, glibbert Vijf zijn elastieken arm om zijn middel. Negen wordt weggeworpen maar springt meteen weer overeind. Vijf staat tegenover hem terwijl hij de rubberen stuiterbal en de chroomstalen kogellager in zijn palm laat rollen. Zijn huid transformeert van rubber naar staal.

‘Klaar voor de volgende ronde?’ vraagt hij.

‘Reken maar van yes,’ gromt Negen.

 

Sam

Het gebeurt precies zoals John al had voorspeld. Ik heb me nog niet verschanst bij onze vlag of Acht teleporteert naar onze helft. Wetend dat het volgens de spelregels verboden is om de vlag naar zijn eigen helft terug te teleporteren, wacht ik het moment af waarop Acht de vlag van de muur zal grissen. Zodra hij dat doet, geef ik hem met mijn kanongeweer de volle lading.

Acht slaakt een verschrikte kreet als ik hem in zijn rug raak en hij onderuitgaat. Hij rolt weg. ‘Verdomme, Sam! Een vent in z’n rug schieten? Niet cool.’

Ik richt mijn kanongeweer op hem. ‘Laat die vlag vallen!’

‘Ik dacht het niet,’ zegt hij en hij krabbelt snel overeind. Ik vuur nog een paar keer, maar Acht weet de schoten soepel te ontwijken en danst weg achter een obstakel. Toch heb ik hem in een hoek gedreven en dat weet hij. Hij heeft geen schijn van kans om met onze vlag terug op eigen helft te komen.

‘Oké, Sam, kom maar op!’ roept hij. Hij stopt de vlag in zijn mond en transformeert in een of ander tienarmig leeuwenmonster. Dan stapt hij over het obstakel, komt dreigend op me af en slaat met één paar klauwen het kanongeweer uit mijn hand.

‘Pak hem, BK!’ roep ik.

Voordat Acht iets kan uitrichten, duikt Bernie Kosar boven op hem. Ook BK heeft zichzelf getransformeerd, nu tot een reusachtige boa constrictor. Hij wikkelt zijn slangenlijf om Acht en fixeert Achts armen langs diens lichaam. Terwijl Acht naar lucht hapt, glijdt de vlag uit zijn mond. Ik pak hem op en bevestig hem weer aan onze muur.

 

Marina

Ik kijk naar Sarah en Ella die zich vlak bij onze vlag hebben verschanst achter een obstakel. Ze zwaaien met hun kanongeweren heen en weer, zoekend naar een doelwit dat ze niet kunnen zien.

‘Kom op, Ella,’ moedigt Sarah haar aan. ‘Je kunt het.’

Met een verkrampt gezicht probeert Ella zich zo diep mogelijk te concentreren om Zes telepathisch te lokaliseren. Ik hoop dat het voor haar niet te inspannend is, gezien de beproeving van gisteren. Opeens klaart haar gezicht op.

‘Daar!’ roept ze en ze vuurt in het niets naar rechts. Sarah volgt haar voorbeeld, zonder echt te richten maar om dezelfde plek te bestrijken als Ella.

De meeste salvo’s slaan zonder schade aan te richten in de muur. Maar een paar schoten lijkt een van de ontladingen ergens in de lucht te eindigen. Daar knettert het even en ik zie de omtrek van Zes’ skelet bijna als op een röntgenfoto opdoemen en tegen de grond ploffen. Zes wordt weer zichtbaar en verbaasd en verward dat ze is ontmaskerd, kijkt ze wat om zich heen. Ze moet snel achterwaarts krabbelen om een volgende salvo van Sarah en Ella te ontwijken.

‘Goed gedaan!’ roep ik. De twee meiden high fiven elkaar en richten hun wapens weer op Zes.

Ik sluip langs de muur en sla de strijd vanaf de zijlijn gade. Niemand die op me let en dat is precies waar ons team op uit is.

In het midden van de zaal duikt Negen ineen terwijl hij Vijfs stalen vuist ontwijkt en terwijl de vuist rakelings over zijn hoofd vliegt, grijpt hij Vijfs arm, klemt hem tegen diens rug en begint tussen de vingers te wroeten.

‘Je mag dan van metaal zijn,’ hoor ik Negen snauwen, ‘maar dat maakt je nog steeds niet sterker dan ik.’

Negen wrikt Vijfs hand open. Ik hoor de harde tik nu de stalen kogellager de vloer raakt. Meteen wordt Vijfs huid weer normaal. Negen duwt hem weg, precies in de baan van een van de medicijnballen. Die raakt Vijf vol in het gezicht en hij knalt achterover. Kreunend grijpt hij naar zijn hoofd.

‘Oeps,’ reageert Negen. ‘Ik geloof dat iemand geen ballen meer heeft.’

Afgeleid door het gevecht trap ik bijna per ongeluk op de armband die Negen van Johns pols heeft gerukt. Met de gedachte dat het ding weleens van pas kan komen, pak ik hem op en ik klik hem om mijn eigen pols. Het ijskoude gevoel trekt door mijn arm. Het verrast me zo dat ik het ding bijna weer van mijn pols ruk. Ik dwing mezelf te focussen, sluip verder langs de muur en hou mezelf uit het zicht.

‘Hé!’ roept John. Het duurt even voordat ik besef dat hij het tegen mij heeft. ‘Jij hebt daar iets wat van mij is!’

Allebei zijn vuisten staan in vuur en vlam en hij schiet twee brandende bollen ter grootte van een basketbal op me af.

 

John

Ik zou nooit twee zulke heftige vuurbollen op Marina hebben afgeschoten als ik niet zeker wist dat de armband ze kon tegenhouden. Het schild ontvouwt zich in een oogwenk om het vuur te absorberen, maar toch komt het hard genoeg aan om haar achterwaarts tegen de muur te werpen. Vraag me niet wat ze van plan was, zo sluipend langs de zijlijn, maar het is vast onderdeel van een strategie.

Ik werp een blik over mijn schouder naar Vijf, die achterwaarts probeert weg te kruipen terwijl Negen op hem af komt. Ziet er niet goed uit. Ik werp een vuurbol naar Negen en hij duikt weg. Het biedt Vijf de kans weer overeind te komen en wat afstand tussen hen te creëren. Maar Vijf staat nog niet op eigen benen of een salvo van Sarahs kanongeweer haalt hem natuurlijk meteen weer onderuit. Ook al rekent ze flink af met mijn team, toch geeft het me een kick om te zien hoe goed ze zich staande weet te houden.

Vijf zal zichzelf nu even moeten zien te redden. Ik moet uitvinden wat Marina in haar schild voert en ik wil mijn armband terug. Net als ze zichzelf wegduwt van de muur ren ik op haar af. Met verbaasde ogen ziet ze me aan komen stormen en ze haalt uit met een schop tegen mijn benen. Ik wijk uit, druk haar tegen de muur en probeer de armband los te wurmen.

‘Wat was je van plan, Marina?’

‘Van mij hoor je niks!’ roept ze fanatiek terwijl ze me een kopstoot probeert te verkopen. Iemand hier heeft duidelijk wat valse trucjes van Negen geleerd.

‘John!’ hoor ik Sam vanaf de andere kant van de zaal roepen. ‘Kijk uit!’

Ik weet al meteen wat er gebeurt, maar ik kan hoe dan ook niets uithalen. Acht teleporteert naast mij, haalt uit met een kaakstoot waardoor ik achterover val, weg van Marina. Als ik me naar hem omdraai, teleporteert hij achter me en schopt me met beide voeten voor mijn achterste. Ik val op een knie. Hoe kan ik in hemelsnaam een teleporteur verslaan?

 

Sam

Ik probeer Acht op de korrel te nemen, maar hij is te snel. Hij teleporteert razendsnel om John heen, telkens uithalend en weer verdwijnend voordat John ook maar kan terugslaan. Naast me heeft Bernie Kosar nog altijd zijn boagedaante nadat Acht zichzelf uit zijn wurggreep heeft geteleporteerd.

‘BK, ga John helpen! Ik hou de boel wel in de gaten.’

Hij transformeert zich tot een reusachtige havik en vliegt op om John te hulp te schieten. Nu ben ik de enige die over de vlag moet waken.

Zes is nog steeds onze beste kans op de overwinning. Ze heeft dekking gezocht terwijl Ella en Sarah haar met salvo’s op haar plek gevangen houden. Vanaf mijn positie kan ik haar goed zien. Ze zit gehurkt en concentreert zich. Een briesje waait door haar donkere haar.

Ho even. Waar komt dat briesje vandaan?

Opeens voel ik de luchtdruk in de zaal veranderen. Zes duikt op vanachter haar obstakel en haar handen schieten naar Sarah en Ella. Ella vliegt achterover en maakt een salto tegen de muur. Ook Sarah valt achterover en ze verliest haar kanongeweer.

Voordat ze neerploffen, sprint Zes al op hen af. Sarah reikt naar haar gevallen kanongeweer, maar met haar telekinese geeft Zes het wapen als het ware een schop over de vloer, weg van Sarah. Zes springt overeind, grist de vlag van de muur en maakt aanstalten om weer naar onze helft terug te stormen. ‘Gáán, Zes!’ roep ik vol trots. Niemand die dit onderscheid zou maken, maar toch beschouw ik John, Zes en mezelf als de oudgedienden tegen de nieuwelingen. En wij zijn aan het winnen!

Terwijl Zes terugrent naar onze helft van de collegezaal hou ik mijn kanongeweer in de aanslag, klaar om dekking te geven.

Acht heeft het veel te druk met zowel John als BK van zich af te schudden om te merken dat Zes ervandoor gaat, maar Negen ziet het. Hij werpt de moegestreden Vijf opzij om Zes in het midden van de zaal te kunnen onderscheppen. In gedachten hoop ik dat Zes zichzelf onzichtbaar zal maken, nu Negen op haar afkomt. Dat doet ze niet. Het lijkt er zelfs op dat ze de confrontatie met Negen zoekt.

Negen haalt het eerst uit met een harde bovenhandse rechtse die Zes gemakkelijk ontwijkt. Snel schopt ze hem met beide benen in de zij en probeert zijn benen onderuit te halen. Als Zes haar palm tegen zijn neus wil beuken, duikt Negen naar haar been en hij grijpt haar pols. Met zijn vrije hand haalt hij naar haar uit, maar Zes weert hem af en zet zijn arm klem. Zo worstelen ze verder waarbij ze beiden een van elkaars armen gevangen hebben. Zes probeert zich kronkelend los te wurmen, maar ik kan wel zien dat Negen op het punt staat haar te overmeesteren.

Een moment lang kijk ik gefixeerd toe. Waarschijnlijk doe ik dat als vanzelf wanneer de Gardes de strijd aangaan, of het nu tegen de Mogadoren of tegen elkaar is. Opeens besef ik dat ik Negen volledig in het vizier heb. Zijn brede rug is voor mij een perfect doelwit. Ik zou hier en nu met hem kunnen afrekenen. Ik hoef de trekker maar over te halen en hij zal ter aarde storten en dan zal Zes niets meer in de weg staan om onze helft weer te bereiken.

Ik richt en ik vuur.

Vraag me niet hoe hij het voor elkaar krijgt. Misschien is het gewoon mijn domme pech. Op het moment dat ik vuur, draait Negen Zes met een ruk mijn kant op. Mijn schot raakt haar in de rug en sidderend ploft ze neer. De vlag rolt weg en Negen grist hem van de vloer.

‘Zes!’ roep ik verschrikt. ‘Het spijt me!’

Ik zie Marina niet eens naderbij komen.

 

Marina

Dit is je kans, Marina. Nu!

Terwijl Sam wordt afgeleid, ren ik langs hem en gris ik hun vlag van de muur. Als ik dicht langs de muur wil terugrennen, ziet hij me. Hij probeert zijn kanongeweer op me te richten, maar met mijn telekinese ruk ik het ding uit zijn handen. Hij vormt nu geen gevaar meer. Vijf ligt een paar meter verderop, volkomen uitgeteld na de worsteling met Negen. Ook hij zal geen gevaar meer vormen.

Het zijn nu John en Bernie Kosar met wie ik rekening moet houden.

Als ze me met de vlag zien wegstuiven, rennen ze weg van Acht. Die teleporteert snel naar BK, onderschept hem en teleporteert hem naar het andere eind van de zaal. Blijft over John.

Negen probeert hem te onderscheppen, maar ondanks het feit dat Zes de impact van het kanongeweer nog maar net te boven is, lukt het haar om Negen te laten struikelen, waardoor voor John de weg vrij is om naar mij te rennen. Ik heb de armband nog altijd om, dus zal hij weten dat het geen zin heeft om mij met vuurbollen te bestoken. In plaats daarvan zet hij het op een lopen om me de weg af te snijden.

Het voelt desoriënterend om de Erfgave van de antizwaartekracht te gebruiken die Negen bij het begin van het spel op mij heeft overgedragen. Het voelt vreemd om alles opzij te zien draaien nu ik tegen de muur op ren en mijn voeten een onmogelijke weg beschrijven. John spurt zo snel achter me aan dat hij niet kan bijsturen en pardoes tegen de muur onder me knalt.

Ik ren over het plafond naar onze eigen muur, laat me op de grond vallen en steek de vlag omhoog. Ik kan het bijna niet geloven, zelfs niet nu Malcolm het fluitsignaal geeft ten teken dat het spel voorbij is. Ik heb het hem geflikt. We hebben gewonnen!

 

John

‘Verdomme,’ zeg ik terwijl ik over de zere plek op mijn hoofd wrijf die zo-even tegen de muur knalde. ‘Dat zag ik niet aankomen.’

Ik moet onwillekeurig glimlachen nu ik Marina zie jubelen. Acht teleporteert naar haar toe en omhelst haar, waarna Ella komt aangerend om hetzelfde te doen. Negen strompelt naar me toe en reikt me de hand.

‘Goed gespeeld, baas,’ zegt hij.

‘Ja, jij ook,’ zeg ik terwijl ik hem stevig de hand druk. Een paar weken geleden zou de gedachte om van Negen te verliezen me bijna gek hebben gemaakt. Nu lijkt het me echter niet zoveel te doen. Waar het om gaat is dat beide teams onderling goed hebben samengewerkt. De Erfgaven die in de strijd werden geworpen, de vechttechnieken, het dekking geven; het is maar een spel, ik weet het, en toch overtuigt het me ervan dat we alles aankunnen.

Negen loopt weg om Vijf overeind te helpen. Vijf ziet er behoorlijk gehavend uit: de ene helft van zijn gezicht zit onder de blauwe plekken en een van zijn armen bungelt slap langs zijn lichaam. Negen klopt hem overdreven aandachtig af.

‘Even goede vrienden,’ zegt hij met een grijns.

‘Ja, tuurlijk,’ reageert Vijf stuurs.

Ik kijk naar Sam die naast Zes hurkt. Ze siddert nog na van de elektrische schok van het kanongeweer. Ik kan wel zien dat Sam zich schuldig voelt.

‘Zes,’ begint hij. ‘Het spijt me. Het was niet mijn bedoeling.’

Zes wuift het weg. ‘Laat zitten, Sam. Het was een ongelukje.’

‘Niet helemaal,’ komt Negen tussenbeide terwijl hij naar Zes strompelt. ‘Ella waarschuwde me telepathisch. Daarom kon ik jou meteen als schild voor me houden en me omdraaien.’

Allemaal kijken we Ella aan. Haar gezicht is hoogrood van opwinding. Ze ziet er een stuk gezonder uit dan toen we begonnen. En een stuk wakkerder.

Terwijl de anderen naderbij komen om Marina te feliciteren en zichzelf te laten genezen, beent Malcolm naar me toen en hij geeft me een schouderklopje.

‘Goed werk.’

‘Nou, niet echt. Wij hebben verloren.’

Malcolm schudt zijn hoofd. ‘Dat bedoel ik niet. Goed werk dat je dit allemaal hebt geregeld. Weet je wat ik zag toen ik hiernaar zat te kijken, John?’

Ik kijk Malcolm aan en wacht op zijn antwoord.

‘Een leger dat zijn mannetje staat.’