11
Sevilla, Restaurante La Raza
De Ronde van Andalusië.
We zitten samen aan één koffietafel met Johnny en de mythische coureur Johan van der Velde. Twee levende legendes, die elkaar pas na hun actieve carrière hebben leren kennen, toevallig, als liefhebbers in een fietsende vriendenploeg, Sterrenfietsen. En sterren zijn ze. In hun tijd, op hun vakgebied, waren Johnny en Johan de besten ter wereld. Om vervolgens met een enorme klap van de sociale ladder naar beneden te tuimelen. Beiden leerden de zelfkant van het leven kennen. Ieder op zijn manier. En niet zo’n klein beetje ook. Waar Johnny zijn alcoholisch getinte levenswandel moest bekopen met twee echtscheidingen en een hoop financiële sores, eindigde Van der Velde in de gevangenis na een jarenlange amfetamineverslaving. Het waren zijn donkerste dagen, zegt hij.
We zitten in Parque de Maria Luisa, op een steenworp van Plaza de España. En, nog veel belangrijker, vlak bij de finish van de eerste etappe van de Ronde van Andalusië, ook wel de Ruta del Sol genoemd. Johan van der Velde is sinds kort weer helemaal terug in het wielrennen, als chauffeur van de Roompot-bus, door Johnny steevast ‘de Roompotjes’ genoemd. En omdat Johnny toch in de buurt was, kon een ontmoeting niet uitblijven.
‘Ik wilde graag weer wat gaan doen in het wielrennen,’ vertelt Van der Velde. ‘Niet als ploegleider hoor of zo, maar gewoon... Het maakte mij niet uit wat. Toen vroegen ze bij Roompot of ik een grootrijbewijs had. Nou, dat heb ik. En prompt werd ik aangesteld als buschauffeur. Dat was in het begin best even wennen, zo’n groot gevaarte de boot naar Mallorca op draaien bijvoorbeeld, maar tegenwoordig dender ik probleemloos door heel Europa.’
Hij komt recent uit de haven, zegt Van der Velde. Daar was hij gaan werken nadat hij was afgekickt. Vroeg opstaan, hard werken en net genoeg verdienen om in zijn levensonderhoud te kunnen voorzien. Daar was niks mis mee, aldus Van der Velde. Maar hij kon het als kleine zelfstandige steeds moeilijker bolwerken. Met de komst van werknemers uit veelal Oost-Europese landen kelderde z’n uurprijs onder de dertig euro en daar wilde Van der Velde zich niet langer voor laten afbeulen. Hij vertelt het hele verhaal open en clean, zoals hij is. Wars van enige opsmuk. Hoe zeggen de Engelsen dat ook alweer? What you see is what you get. Van der Velde draagt een vale spijkerbroek, een T-shirt met daarover een trainingsjack van de Roompotjes.
Johan van der Velde is nooit van het uiterlijk vertoon geweest. Johnny zelf heeft speciaal voor de gelegenheid, zo aan het einde van de Spaanse winter, een korte broek aangetrokken.
Hier zitten twee mannen, die allebei net geen wereldkampioen zijn geworden, zegt ‘Willem-Alexander’. Rep corrigeert onmiddellijk. ‘Ho, ho, volgens mij hebben we met Ajax in 1972 de wereldbeker gewonnen hoor, van Independiente.’
Die wedstrijd betekende zijn grote doorbraak. Johnny scoorde tweemaal. Van der Velde werd nooit wereldkampioen, dat klopt. Maar Joop Zoetemelk wel. En dat was dan weer door toedoen van Johan van der Velde. Of hij destijds nog iets speciaals heeft gekregen van Zoetemelk, vraag ik, voor die uitzonderlijke prestatie? ‘Ja,’ zegt Van der Velde. ‘Een hand.’
Ze hebben elkaar vijf jaar geleden leren kennen, als ploeggenoten van het Sterrenfietsenteam, Johnny en Johan. ‘Het klikte eigenlijk meteen tussen ons,’ zegt Johnny.
Van der Velde: ‘Ik ben een echte voetbalfan. Johnny was een van mijn helden, naast Cruijff, Neeskens en Krol. Hoe apart is het dan om nu samen mooie wielertochten te maken? Over de Mont Ventoux en de Stelvio, erg leuke ritten zijn dat. Maastricht-Leuven-Maastricht was de laatste koers die we samen hebben gereden, allemaal voor het goede doel. Steeds als het even omhoog ging, keek Johnny me vragend aan. Met plezier heb ik hem op die momenten een duwtje gegeven.’
Johnny: ‘Via Johan heb ik mannen als Jan Janssen en Joop Zoetemelk leren kennen, hartstikke gave gasten. En voor de manier waarop Johan zijn leven nu weer heeft opgepakt, kan ik alleen maar veel bewondering hebben. Moet je toch eens kijken! Hij ziet eruit om door een ringetje te halen.’
Van der Velde slaat een laatste slok frisdrank achterover, zegt dat hij zijn haar nog altijd niet verft (een inside-grap tussen de twee volkshelden) en verontschuldigt zich. De chauffeur moet naar zijn bus. Straks komen de renners en dan moet hij ‘open’ zijn. ‘Wil je nog even aan de finish gaan kijken, of zullen we hier blijven zitten,’ vraagt Johnny. We lopen naar de finish.
‘Ik denk dat die Roompotjes het kunnen shaken vandaag,’ zegt Johnny, vooraanstaand wielerkenner.