'Het klinkt anders niet alsof je aangenomen bent,' zei Alex, mijn vriend, zachtjes, en hij speelde met mijn haar terwijl ik na die vreselijke dag mijn pijnlijke hoofd in zijn schoot liet rusten. Ik was na het sollicitatiegesprek rechtstreeks naar zijn flat in Brooklyn gegaan, omdat ik niet nog een nacht bij Lily op de bank wilde slapen en omdat ik hem móést vertellen over alles wat er was gebeurd. 'Ik snap ook eigenlijk niet dat je die baan wilt.' Na een korte stilte kwam hij daarop terug. 'Hoewel, het lijkt me een prachtkans. Ik bedoel, als die Allison is begonnen als Miranda's assistente en nu op de redactie werkt, is dat niet niks. Doe het maar gewoon.'

Hij deed zo zijn best om enthousiast te zijn. We hadden al verkering sinds het eerste jaar op Brown en ik kende iedere stembuiging, iedere blik en ieder signaal. Hij was een paar weken daarvoor begonnen op een school in The Bronx en was zo uitgeput dat hij maar amper kon praten. Ook al waren zijn leerlingen pas negen jaar, hij was teleurgesteld dat ze al zo ongeïnteresseerd en cynisch waren. Tot zijn grote afschuw spraken ze vrijelijk over pijpen, kenden ze tien verschillende woorden voor marihuana en vonden ze het geweldig om op te scheppen over de spullen die ze hadden gestolen of een neefje dat was overgeplaatst naar een strengere gevangenis. 'De bajeskenners,' noemde Alex hen. 'Ze zouden er een boek over kunnen schrijven, maar ze lezen geen woord fatsoenlijk Engels.' En nu probeerde hij een positieve invloed op hen uit te oefenen.

Ik liet mijn hand onder zijn T-shirt glijden en krabde op zijn rug. De arme jongen zag er zo ongelukkig uit dat ik me schuldig begon te voelen dat ik hem lastigviel met het verhaal over mijn sollicitatie, maar ik moest het kwijt. 'Ik weet het. Ik weet dat ik geen redactiewerk mag doen, maar na een paar maanden mag ik vast wel af en toe iets schrijven,' zei ik. 'Vind je het erg zwak van me als ik bij een modetijdschrift ga werken?'

Hij gaf een kneepje in mijn arm en kwam naast me liggen. 'Lieverd, je kunt hartstikke goed schrijven en ik weet zeker dat je het overal fantastisch zult doen. En natuurlijk is het niet zwak. Het is een soort investering. Jij zegt dat je jezelf met een jaar bij Runway drie jaar dom assistentenwerk bij een ander kunt besparen, toch?'

ik knikte. 'Dat zeiden Emily en Allison; het is een soort automatische beloning. Als je een jaar voor Miranda werkt zonder ontslagen te worden, regelt zij met een paar telefoontjes een baan voor je, waar je maar wilt.'

'Hoe kun je dan weigeren? Nee, echt, Andy, als je daar een jaar hebt gewerkt, kun je naar The New Yorker. Dat heb je altijd gewild! En zo te horen gaat het een stuk sneller dan alle andere manieren.'

'Je hebt gelijk. Volkomen gelijk.'

'Trouwens, het garandeert meteen dat je in New York komt wonen, en ik moet zeggen dat ik dat een heel aantrekkelijk vooruitzicht vind.' Hij kuste me; een van die lange, trage zoenen die voelden alsof we ze persoonlijk hadden uitgevonden. 'Maar pieker toch niet zo. Zoals je zelf al zei, je weet niet eens of je die baan wel krijgt. Laten we eerst eens afwachten.'

We maakten iets eenvoudigs te eten en vielen in slaap tijdens Letterman. Ik droomde over kleine, vervelende kinderen van negen die seks hadden in de speeltuin terwijl ze whisky dronken uit de fles en naar mijn lieve schat van een vriendje schreeuwden, toen de telefoon ging.

Alex nam op een hield de hoorn bij zijn oor, maar hij deed zijn ogen niet open en zei niets. Hij gooide de hoorn al snel naar me toe. Ik wist niet of ik wel genoeg fut had om hem te pakken.

'Hallo?' mompelde ik, en toen ik op de klok keek, zag ik dat het kwart over zeven was. Wie belde er verdomme zo vroeg in de ochtend?

'Met mij,' snauwde Lily. Zo te horen was ze woest.

'Hé, er is toch niks aan de hand?'

'Dacht je dat ik zou bellen als er niks aan de hand was? Ik heb zo'n enorme kater dat ik het liefst dood zou willen, en toen ik eindelijk lang genoeg niet hoefde te kotsen om in slaap te vallen, werd ik wakker gebeld door een angstaanjagend fris mens van de personeelsafdeling van Elias-Clark. Ze moest jou hebben. Om kwart over zeven 's morgens! Bel haar terug en zeg dat ze mijn nummer weggooit.'

'Sorry, Lil. Ik heb jouw nummer gegeven omdat ik nog geen mobiel heb. Dat ze zo vroeg heeft gebeld! Zou dat goed of slecht nieuws zijn?' Ik sloop met de snoerloze telefoon de slaapkamer uit en deed zachtjes de deur achter me dicht.

'Geen idee. Succes ermee. Laat me maar weten hoe het afloopt, maar de komende vier uur nog niet, oké?'

'Doe ik. Bedankt. En het spijt me.'

Ik keek nog een keer op mijn horloge en kon niet geloven dat ik op het punt stond een zakelijk gesprek te voeren. Ik zette de koffie aan, en pas toen hij klaar was ging ik met een beker op de bank zitten. Tijd om te bellen, ik had geen keus.

'Hallo, met Andrea Sachs,' zei ik ferm, hoewel mijn zware, schorre, net-wakker-stem me verried.

'Andrea, goedemorgen! Ik hoop dat ik niet te vroeg heb gebeld,' zei Sharon opgewekt, haar stem een en al zonneschijn. 'Vast niet, want binnenkort hoor je zelf ook bij de vroege vogels! Ik heb heel goed nieuws voor je. Miranda was erg onder de indruk van je en ze verheugt zich erop met je samen te werken. Is het niet fantastisch? Gefeliciteerd, liefje. Hoe voelt het om de nieuwe assistente van Miranda Priestly te zijn? Ik kan me voorstellen dat je...'

Mijn hoofd tolde. Ik probeerde mezelf van de bank te hijsen om nog een kop koffie te halen, of water, iets waar mijn hoofd helder genoeg van zou worden om haar woorden om te zetten in Engels, maar ik zakte alleen maar dieper weg in de kussens. Vroeg ze nou of ik die baan wilde? Of deed ze me een officieel aanbod? Ik had er niks van begrepen, behalve dat Miranda Priestly van me onder de indruk was.

'... dolblij bent met dit nieuws. Wie zou dat niet zijn, hè? Eens kijken, je kunt maandag beginnen, toch? Kom eerst maar bij mij langs, dan kan ik je even wegwijs maken voordat we naar het kantoor van Miranda gaan. Ze is zelf in Parijs voor de shows, maar dat is een prima moment om te beginnen. Dan heb je even de tijd om de andere meiden te leren kennen. O, het zijn allemaal zulke schatten!' Wegwijs? Wat? Maandag beginnen? Schatten? Mijn versufte brein kon het niet bevatten. Ik haalde er één zin uit die ik had begrepen en reageerde daar maar op.

'Nou eh, ik geloof niet dat ik maandag kan beginnen,' zei ik zachtjes, in de stille hoop dat het eruit kwam als een begrijpelijke zin. De woorden schudden me min of meer wakker. Een dag eerder was ik voor het eerst van mijn leven bij Elias-Clark binnen geweest, en nu was ik gewekt uit een diepe slaap om te luisteren naar iemand die me vertelde dat ik er binnen drie dagen moest komen werken. Het was vrijdag - zeven uur 's morgens, nota bene - en ze wilden dat ik maandag zou beginnen? Ik kreeg het gevoel dat de zaak uit de hand begon te lopen. Vanwaar die idiote haast? Was dat mens zo belangrijk, dat ze me zo hard nodig had? En waarom klonk Sharon alsof ze zelf doodsbenauwd was voor Miranda?

Maandag beginnen was onmogelijk. Ik had geen huis. Mijn thuisbasis was bij mijn ouders in Avon, de plek waar ik na mijn afstuderen met tegenzin weer was gaan wonen en waar al mijn spullen waren achtergebleven toen ik die zomer op reis was. Mijn sollicitatiekleding lag op een hoop bij Lily op de bank. Ik had geprobeerd af te wassen, haar asbakken te legen en grote bekers Haagen-Dasz te kopen zodat ze geen al te grote hekel aan me kreeg, maar ik vond het wel zo netjes om haar af en toe een welverdiende periode zonder mijn aanwezigheid te gunnen, dus sliep ik in het weekend bij Alex. Daardoor lagen mijn uitgaanskleding en make-up bij Alex in Brooklyn, mijn laptop en semi-broekpakken bij Lily in Harlem en de rest van mijn leven bij mijn ouders in Avon. Ik had geen woonruimte in New York en ik begreep niet eens dat iedereen scheen te weten dat de huisnummers op Madison Avenue op- en die op Broadway afliepen - van waaruit gezien ook alweer? En dan wilde ze dat ik maandag begon?

'Eh, maandag lukt niet, want ik woon op het moment niet in New York,' legde ik snel uit, met de telefoon stevig in mijn hand geklemd. 'Ik heb een paar dagen nodig om een flat te zoeken, meubels te kopen en te verhuizen.'

'Nou, dan moeten we maar tot woensdag wachten,' zei ze minzaam.

Na een paar minuten onderhandelen kwamen we uit op maandag over een week, 17 november. Ik had dus minder dan acht dagen om een huis te vinden en in te richten, op een van de meest overspannen huizenmarkten ter wereld.

Toen ik had opgehangen, plofte ik weer op de bank. Mijn handen trilden en ik liet de telefoon vallen. Een week. Ik had een week voordat ik zou beginnen aan een baan als assistente van Miranda Priestly, een baan die ik zojuist had aangenomen. Maar wacht even! Dat was wat me dwarszat: Ik had de baan niet aangenomen, want hij was me niet officieel aangeboden. Sharon had niet eens hoeven zeggen: 'We wilden je het volgende voorstel doen...', omdat ze gewoon aannam dat iemand die ook maar een paar hersencellen bezat de baan natuurlijk zou accepteren. Ik lachte bijna hardop. Was dit soms een of andere oorlogstactiek die ze tot in de puntjes verfijnd hadden? Wacht tot het slachtoffer midden in haar REM-slaap is na een buitengewoon korte, rusteloze nacht en stort dan het grote nieuws over haar uit. Of was ze er gewoon van uitgegaan dat het verspilde tijd en moeite was om zoiets banaals te doen als me de baan officieel aanbieden, puur omdat het om Runway ging? Sharon had natuurlijk als vanzelfsprekend aangenomen dat ik dolblij zou zijn, zielsgelukkig met deze buitenkans. En zoals altijd het geval was bij Elias-Clark: ze had gelijk. Het was allemaal zo snel gegaan, zo hectisch, dat ik geen tijd had gehad om te wikken en te wegen zoals ik anders deed. Maar ik had het gevoel dat dit inderdaad een buitenkans was en dat ik wel gek zou zijn als ik die afsloeg, dat dit de eerste grote stap was in de richting van The New Yorker. Ik moest het proberen. Ik mocht blij zijn.

Met hernieuwde energie goot ik de rest van mijn koffie naar binnen, zette nieuwe voor Alex en nam een lange, warme douche. Toen ik terugkwam in zijn slaapkamer, ging hij net rechtop in bed zitten.

'Ben je al aangekleed?' vroeg hij, en hij tastte naar zijn brilletje met het stalen montuur; zonder bril was hij stekeblind. 'Belde er nou vanmorgen iemand of heb ik dat gedroomd?'

'Nee, het was geen droom,' zei ik, en ik kroop weer onder het dekbed, ook al had ik mijn spijkerbroek en een coltrui aan. Ik zorgde er wel voor dat mijn natte haar de kussens niet doorweekte. 'Dat was Lily. De vrouw van Personeelszaken van Elias-Clark had haar gebeld, want ik heb hun haar nummer gegeven. En wat denk je?'

'Heb je die baan gekregen?'

'Ja!'

'O, kom eens hier!' zei hij, en hij pakte me stevig vast. 'Ik ben zo trots op je. Dat is geweldig nieuws.'

'Dus jij vindt dat ik het moet doen? Ik weet dat we het erover hebben gehad, maar ik kreeg niet eens de kans om een beslissing te nemen. Ze ging er gewoon van uit dat ik de baan wilde.'

'Het is een prachtkans. Mode is heus niet het ergste wat er is, hoor. Misschien is het zelfs wel interessant.'

Ik sloeg mijn ogen ten hemel.

'Oké, dat gaat misschien een beetje ver. Maar met Runway op je cv en een brief van die Miranda, en misschien zelfs een paar artikeltjes tegen de tijd dat je daar weggaat, kun je verdorie alles bereiken. The New Yorker klopt straks vanzelf bij je aan.'

'Ik hoop dat je gelijk hebt. Echt, ik hoop het.' Ik sprong uit bed en gooide mijn spullen in mijn rugzak. 'Ik mocht je auto toch lenen, hè? Hoe eerder ik naar huis ga, hoe eerder ik weer terug ben. Niet dat het nu nog wat uitmaakt, want ik ga in New York wonen! Het is nu officieel!'

Omdat Alex twee keer per week in Westchester op zijn kleine broertje ging passen als zijn moeder tot laat moest werken, had hij van haar een oude auto gekregen. Maar die had hij pas dinsdag weer nodig, en dan zou ik alweer terug zijn. Ik ging dat weekend naar mijn ouders, en nu had ik goed nieuws voor hen.

'Ja, hoor. Prima. Hij staat hier halverwege de straat, richting Grand Street. De sleutels liggen op de keukentafel. Bel je me als je er bent?'

'Doe ik. Weet je zeker dat je niet meegaat? Het eten is altijd lekker - je weet dat mijn moeder alleen naar de beste afhaalrestaurants gaat.'

'Klinkt verleidelijk. Ik zou wel willen, maar ik heb met een paar van de jongere docenten afgesproken om morgen naar het happy hour te gaan. Misschien draagt dat bij aan de teamvorming. Ik moet er echt naartoe.'

'Wat ben je toch een wereldverbeteraar. Altijd goed werk verrichten en de stemming verbeteren. Ik zou de pest aan je hebben als ik niet zoveel van je hield.' Ik bukte en kuste hem.

'Ja ja, jij altijd met je grote mond. Veel plezier dit weekend.'

'Jij ook. Dag.'

Ik vond zijn groene Jetta vrijwel meteen, en het kostte me maar twintig minuten om de juiste snelweg te vinden, waar het lekker rustig was. Het was een ijskoude dag voor november; de temperatuur was iets boven het vriespunt en op de kleinere wegen waren nog flinke stukken bevroren. Maar de zon scheen en gaf van dat felle winterlicht waar je tranen van in je ogen krijgt als je er niet aan gewend bent, en de lucht voelde schoon en fris in mijn longen. Ik reed het hele eind met het raampje open en de soundtrack van Almost Famous op 'repeat'. Met één hand deed ik mijn nog natte haar in een paardenstaart om te voorkomen dat het in mijn ogen waaide en ik moest mijn handen warmblazen, of in ieder geval warm genoeg om het stuur te kunnen vasthouden. Pas zes maanden van school en mijn leven stond op het punt om helemaal los te barsten. Miranda Priestly, tot gisteren een volslagen vreemde maar beslist een sterke, invloedrijke vrouw, had mij eigenhandig uitgekozen om bij haar tijdschrift te komen werken. Nu had ik een concrete aanleiding om weg te gaan uit Connecticut en - helemaal alleen, als een echte volwassene - naar Manhattan te verhuizen, om er mijn thuis van te maken. Toen ik de oprit van mijn ouders op reed, maakte pure vreugde zich van me meester. Mijn wangen waren in de binnenspiegel rood van de wind en mijn haar piekte wild alle kanten op. ik had geen make-up op en de pijpen van mijn spijkerbroek waren van onderen vies van de modder in de stad. Maar op dat moment voelde ik me mooi. Puur natuur, koud, schoon en fris zwaaide ik de voordeur open en riep ik mijn moeder. Het was de laatste keer in mijn leven dat ik me zo onbezorgd voelde.

'Een week? Lieverd, ik snap niet hoe je over een week al kunt beginnen,' zei mijn moeder, terwijl ze in haar thee roerde. We zaten aan de keukentafel op onze vaste plek, mijn moeder met haar gebruikelijke cafeïnevrije thee met zoetjes en ik met mijn kop English Breakfast met suiker. Ik mocht dan al vier jaar niet meer thuis wonen, door die grote mokken thee uit de magnetron en de chocola met pinda's leek het alsof ik nooit weg was geweest.

'ik zal wel moeten, en eerlijk gezegd mag ik al blij zijn met die week. Je had moeten horen hoe star dat mens aan de telefoon was,' zei ik. Mijn moeder keek me uitdrukkingsloos aan. 'Maar ik kan me er niet druk om maken. Ik heb een baan gekregen bij een heel beroemd tijdschrift, bij een van de machtigste vrouwen in dat wereldje. Een baan waar miljoenen meisjes een moord voor zouden doen.'

We glimlachten naar elkaar, maar mijn moeders lach had iets droevigs. 'Ik ben blij voor je,' zei ze. 'Wat heb ik toch een mooie, volwassen dochter. Lieverd, ik weet zeker dat dit het begin is van een prachtige tijd. O, ik weet nog goed dat ik net van school kwam en in New York ging wonen. Helemaal alleen in die grote, doorgedraaide stad. Eng, maar ook zo verschrikkelijk spannend. Ik wil dat je van iedere minuut geniet, en van het theater en de films, de mensen, de winkels en de boeken. Dit wordt de mooiste tijd van je leven, zeker weten.' Ze legde haar hand op de mijne, iets wat ze niet gauw deed. 'Ik ben zo trots op je.'

'Dank je wel, mama. Betekent dat datje trots genoeg op me bent om een flat, meubels en een compleet nieuwe garderobe voor me te kopen?'

'Ja, hoor,' zei ze sarcastisch, en ze sloeg me met een opgerold tijdschrift op mijn hoofd, op weg naar de magnetron om nog twee koppen water warm te maken. Ze had geen nee gezegd, maar ik zag haar ook niet bepaald met een cheque zwaaien.

De rest van de avond stuurde ik iedereen die ik kende een mailtje met de vraag of ze misschien een huisgenote zochten of iemand kenden die ruimte overhad. Ik plaatste online een oproep en belde mensen die ik al maanden niet had gesproken. Helaas. Toen besloot ik dat ik geen andere keus had - behalve voorgoed bij Lily op de bank slapen en daarmee onvermijdelijk onze vriendschip verpesten, of bij Alex gaan wonen, terwijl we daar geen van beiden aan toe waren - dan tijdelijk een kamer te huren, totdat ik iets anders had gevonden. En dan het liefst een kamer die al gemeubileerd was, zodat ik me daar voorlopig niet druk om hoefde te maken.

Even na middernacht ging de telefoon, en ik dook er zo gretig op af dat ik bijna van het eenpersoons bedje viel. Een ingelijste, gesigneerde foto van Chris Evert, mijn jeugdidool, glimlachte naar me vanaf de muur, onder het prikbord waar nog altijd knipsels hingen van Kirk Cameron, die ik als kind het einde vond. Ik glimlachte in de hoorn.

'Hé kanjer, met Alex,' zei hij, en ik hoorde aan zijn stem dat er iets aan de hand was. Ik kon alleen absoluut niet zeggen of het goed of slecht nieuws was. 'Ik kreeg net e-mail van ene Tracy McMakin, die op zoek is naar een huisgenote. Ze studeert aan Princeton. Ik geloof dat ik haar wel eens heb gezien. Ze had toen iets met Andrew en ze is volkomen normaal. Lijkt het je wat?'

'Ja, waarom niet. Heb je haar nummer?'

'Nee, alleen haar e-mailadres, maar ik stuur het berichtje wel door, dan kun je contact met haar opnemen. Volgens mij is het wel wat.'

Ik mailde Tracy al terwijl ik het gesprek met Alex afrondde en ging toen eindelijk weer eens in mijn eigen bed slapen. Misschien, heel misschien zou dit wat worden.

Tracy McMakin: niet veel soeps. Haar flat was donker en somber en lag midden in Heli's Kitchen, en toen ik er aankwam, lag er een junkie in het portiek. De anderen waren niet veel beter. Er was een stel bij dat een kamer wilde verhuren en liet doorschemeren dat ik me niets moest aantrekken van hun drukke, luidruchtige seksleven; een kunstenares van begin vijftig met vier katten en de vurige wens om er nog meer in huis te nemen; een slaapkamer aan het einde van een lange, donkere gang, zonder ramen of kasten, en een homo van twintig die van zichzelf zei dat hij in zijn 'slettebakfase' zat. Ieder armzalig kamertje dat ik te zien kreeg zou me meer dan duizend dollar per maand kosten, en mijn salaris bedroeg maar liefst 32.500 dollar. En hoewel wiskunde nooit mijn sterkste kant is geweest, hoefde je geen genie te zijn om uit te rekenen dat de huur 12.000 dollar zou bedragen. O ja, en mijn ouders namen mijn creditcard- voor-noodgevallen in, omdat ik nu 'volwassen' was. Fijn.

Na drie dagen vol teleurstellingen vond Lily iets voor me. Aangezien zij er belang bij had me voorgoed van haar bank af te krijgen, had ze iedereen die ze kende gemaild. De baas van een vriendin van een jaargenote van haar van Columbia kende twee meisjes die een huisgenote zochten. Ik belde meteen, en een heel aardig meisje dat Shanti heette, vertelde me dat zij en haar vriendin Kendra een derde bewoner zochten voor hun flat in de Upper East Side. De kamer was piepklein maar had een raam, een kast en zelfs een onbewerkte bakstenen muur. Voor 800 dollar per maand. Ik vroeg of de flat een badkamer en keuken had. Dat was het geval (geen vaatwasser, ligbad of lift, uiteraard, maar je kunt moeilijk verwachten dat je de eerste keer meteen iets luxueus treft). Bingo. Shanti en Kendra bleken twee hele lieve en rustige Indiase meisjes te zijn die pas afgestudeerd waren aan Duke en gruwelijk lange dagen maakten bij een beleggingsmaatschappij. En vanaf die eerste dag en iedere dag daarna kon ik ze op geen enkele manier uit elkaar houden. Ik had mijn thuis gevonden.