21
‘Moet ik nu opeens helderziend zijn? Ik heb echt geen idee wat er achter steekt,’ zei Art die tussen de hapjes van zijn sandwich door van zijn zoete thee nipte. Hij had geluisterd naar het paniekerige telefoontje dat ik buiten voor het federale gebouw had gepleegd, en had beloofd me te treffen voor een lunch in Calhoun’s On the River, dat zichzelf aanprees als het beste grillrestaurant van de stad.
‘Ook al heb je geen idee, je kunt toch minstens even meedenken over de mogelijkheden?’ drong ik aan.
‘Oké, vertel jij dan maar wat de mogelijkheden zijn,’ antwoordde hij. ‘Dan geef ik je mijn weloverwogen mening.’
‘Scenario A,’ begon ik.
Hij onderbrak me. ‘We zijn nu al van mogelijkheden bij scenario’s beland?’
Geërgerd keek ik hem aan. ‘Scenario A: Williams is naar de fbi gestapt, omdat hij weet dat de sheriff de hanengevechten, het gokken en de drugshandel toestaat, zoals Price vertelde.’ Art kauwde peinzend op zijn varkensreepjes. ‘B: Williams zocht contact omdat hij vermoedt dat de sheriff iets verbergt of iemand dekt in een moordzaak.’ Art peinsde nog wat verder. ‘C: de fbi liet Williams langskomen omdat ze denken dat hij bij iets illegaals betrokken is en hem onder druk willen zetten om mee te werken.’ Art streek langzaam over zijn kin. Ik probeerde zijn reactie af te wachten, maar ik was te ongeduldig. ‘Dus, A, B of C?’
‘Zou je ze kunnen herhalen voor me?’ Hij nam nog een hap.
‘Kom op, Art, ik maak me zorgen.’
‘Nou, ik weet niet of ik A of B wel zie zitten,’ antwoordde hij met volle mond. ‘Het feit dat Williams Waylon die dag misschien heeft geholpen om jou te ontvoeren, roept bij mij de vraag op voor wie de hulpsheriff eigenlijk werkt. C is mogelijk, denk ik, hoewel ik me afvraag waarom de fbi het zou riskeren om een meewerkende getuige helemaal naar Knoxville te laten komen – hoe moet hij een halve dag afwezigheid verklaren? En dan zijn er natuurlijk nog scenario’s D en E om je over te buigen.’
‘D en E, hoe luiden die?’ vroeg ik.
‘D: Williams denkt dat jíj de rechtsgang belemmert, en hij is gekomen om over jou uit de school te klappen.’
‘Over míj? Hoe kan ik nou de rechtsgang belemmeren?’
‘Door Jim O’Conner de hand boven het hoofd te houden.’
‘Wat? Ik hou Jim O’Conner helemaal niet de hand boven het hoofd! Ik wijs alleen op een paar dingen die misschien op zijn onschuld kunnen duiden; dingen waarvan ze niets willen weten omdat ze de pest aan hem hebben, of omdat hij een mooie zondebok is. Ik O’Conner de hand boven het hoofd houden? Ik kan niet geloven dat je daarmee aankomt, zeg.’
‘Hé, rustig nou maar,’ maande Art. ‘Ik ben niet degene die jou aan het verlinken is.’
‘Je denkt echt dat Williams daarmee bezig is?’
‘Nee, niet echt. Ik wil alleen geen enkele mogelijkheid over het hoofd zien.’
‘Fijn. Je wordt bedankt. En E? Ik kan nauwelijks wachten.’
‘E behelst “niets van het bovenstaande”. Misschien dat Williams er zijn eigen agenda op na houdt. Wie weet, wil hij zelf sheriff worden. Dat zal een stuk gemakkelijker worden als Kitchings achter de tralies belandt. Ik wil alleen maar zeggen, we kunnen absoluut niet achterhalen wat hij ze vertelt, of waarom. En dus moet je gewoon doorgaan met waar je mee bezig bent: probeer zo veel mogelijk te weten te komen, vertel de waarheid, kijk achterom. En vertrouw niemand.’
‘Jou ook niet?’
‘Voorál mij niet.’ Hij liet zijn kin op zijn borst zakken, trok de boord van zijn overhemd open en sprak op luide toon, alsof hij er zeker van wilde zijn dat zijn woorden werden opgevangen door een klein microfoontje dat op zijn borst was geplakt: ‘Inderdaad, doctor Bill Brockton, voorál mij niet.’