9
Sanne haalde diep adem en sloot zachtjes de deur achter zich. Ze slikte haar verdriet weg en vermande zich.
‘Ik ben thuis’, riep ze zo opgewekt mogelijk.
‘Nu al? Wat ben je vroeg’, hoorde ze haar moeder vanuit de woonkamer antwoorden. De slippers van haar moeder klepperden op het parket en het geluid kwam richting gang. In de deuropening stond ze stil en haar hand zocht naar de lichtknop. ‘Waarom sta je in het donker?’
Het licht sprong aan en snel draaide Sanne haar moeder haar rug toe. Ze mocht niet zien dat ze had gehuild en dat haar kleren vuil waren.
‘Er was niet veel aan’, zei Sanne en ijverig begon ze aan de rits van haar jas te frunniken.
‘O, hoezo?’
‘Er werd vreselijk stomme muziek gedraaid. Van die hiphop…’ Ze trok uiterst langzaam haar jas uit. Geconcentreerd luisterde ze naar elke beweging die haar moeder maakte. Ze stond nog steeds achter haar, ze hoorde haar ademhaling. Waarom ging ze niet weg? Terug naar de woonkamer. Straks zag ze haar rode ogen en de modder op haar broek. ‘Ik heb er hoofdpijn van gekregen’, zei Sanne in een poging om tijd te winnen. ‘Loop toch door, loop door’, prevelde ze zachtjes. Ze liet haar jas expres uit haar handen vallen en pakte hem met een zucht van de grond.
‘Dat is jammer van je avond’, vond haar moeder. ‘Wil je een pilletje voor je hoofdpijn?’ Mevrouw Terwee was in beweging gekomen en liep de gang door, naar de wc.
Opgelucht schoot Sanne de trap op.
‘Nee, laat maar. Ik ga even douchen en dan gelijk naar bed’, riep ze naar beneden. ‘Ik ben moe.’
Het raam in de slaapkamer stond op een kier en de hele avond lag Emma te luisteren naar het verkeer dat op de weg tegenover het huis voorbijraasde.
Binnen een paar seconden stond ze naast haar bed toen ze de Mazda hoorde. Ze knipte het licht aan en gluurde vanachter het gordijn de oprit over. Eindelijk, Sanne werd thuisgebracht. Haar blik vloog naar de alarmklok terwijl ze ongeduldig wachtte totdat de voordeur dichtsloeg. Voetstappen bonkten op de trap en het geluid passeerde haar slaapkamerdeur. Ze vloog naar buiten.
‘Sanne…’ Haar stem stierf weg toen ze het witte gezicht van haar tweelingzus bekeek.
Ze staarden elkaar een tijdlang aan en toen draaide Sanne haar ogen weg.
‘Wat is er gebeurd?’ wilde Emma weten en haar vingers beroerden vluchtig Sannes arm.
‘Niks’, snibde Sanne kortaf. ‘Hoezo?’
‘Hoezo?’ Emma's ogen gleden langs de sweater en bleven op de donkere vlekken rond Sannes knieën hangen. Verleden week had Sanne dolgelukkig haar nieuwe outfit geshowd. Een lila sweater, een spijkerbroek met lila stiksels en bijpassende gympen. Ze had ze gekocht bij haar favoriete boetiek Trendy in Utrecht. Voor Sanne was kleding heel belangrijk, bijna heilig en ze was dan ook altijd netjes en voorzichtig op haar spullen. Zeker als ze nog nieuw waren. Ze zagen er niet meer uit. De sweater was op de naad van de linkerschouder gescheurd en hing verfomfaaid langs haar lichaam. De lichtkleurige spijkerbroek zat onder de bruine vegen en haar gympen waren niet meer lila van kleur. Ze had in alle staten moeten zijn, hysterisch zelfs, maar in plaats daarvan had ze flauwtjes beweerd dat er niets aan de hand was. Er roerde zich iets diep vanbinnen bij Emma. Voor het eerst voelde ze zich buitengesloten. Ze hadden nooit geheimen voor elkaar en nu… Sannes hele houding was afstandelijk, bijna vijandig.
‘Je hebt gehuild’, zag Emma aan de rode kringen onder Sannes ogen. ‘En ik heb over jou gedroomd en het was een vreselijke droom. Er is iets gebeurd.’
‘Er is niks gebeurd. Ik heb overgegeven, ik voel me niet lekker.’ Sanne draaide zich resoluut om en liep haar slaapkamer binnen.
‘Maak dat een ander wijs. Is daarom je kleding gescheurd en zo vuil?’
Emma volgde haar en stelde zich op in de deuropening.
‘Heb je soms ruzie met die neanderthaler gekregen?’
‘Wie bedoel je? O, Stijn?’ Sanne trok met haar mond en schudde toen ontkennend haar hoofd. ‘Welnee. We hebben geblowd en dat is me niet zo best bevallen.’ Een beter excuus kon ze niet zo snel verzinnen.
‘Heb je veel geblowd?’
‘Zachtjes, het hele huis hoeft het niet te weten’, siste Sanne en de irritatie klonk door in haar stem. Emma sloeg haar armen over elkaar, duidelijk niet van plan om zich te laten afschepen met een of ander zwak verhaal. ‘En je kleren…’
‘Laat me nou met rust. Ik wil graag douchen.’ Sanne griste een nachthemd uit de kast en beende haastig langs haar zus de kamer uit. ‘Ik zit niet op jouw gezeur te wachten.’
Met een dreun viel de badkamerdeur dicht en Sanne draaide de sleutel om. Emma staarde ontdaan naar de dichte deur. Wat was dat nou? Zo'n actie was ze echt niet gewend van haar zus. Verbolgen timmerde Emma op de deur. ‘Sanne…’ Het bleef stil. ‘Sanne!’
Sanne negeerde het geklop en haalde diep adem. Het liefst had ze het hele gebeuren met Emma besproken, maar ze was bang voor haar reactie. Die schreeuwde het gelijk van de daken en sleurde iedereen en alles erbij om een dader te vinden. Straks was de hele familie in rep en roer en binnen een week wist de hele straat het, de hele school. En dan kon Sanne met de schande leven. Daar paste ze mooi voor.
‘Bekijk het dan maar’, hoorde ze Emma aan de andere kant brullen. Er volgde een harde klap op de deur en toen werd het stil.
Sanne vermande zich en trok haar kleren uit. Grondig inspecteerde ze haar lichaam. Ze ontdekte twee blauwe plekken op haar rechterbovenbeen en wat schaafwonden op haar linkerborst en bovenarm. In haar onderbroek zaten bloedvlekken. Met heet water en zeep boende ze de sporen in haar onderbroek weg, zodat haar moeder geen vragen zou stellen als ze de vlekken ontdekte. Daarna frommelde ze de natte slip samen met haar spijkerbroek en sweater weg onder in de wasmand. Ze pakte de handspiegel uit de linnenkast en controleerde haar schaamstreek. Die was opgezwollen en blauw. Voorzichtig drukte ze met haar vingers op de zere plek en verbeet de tranen die ze voelde opkomen.
Sanne had een lange tijd onder de hete douche gestaan en haar lichaam grondig met zeep gewassen. Maar na de schoonmaakbeurt voelde ze zich nog steeds vies en gebruikt. Ze trok haar nachthemd aan en wachtte toen een paar minuten voordat ze de badkamerdeur opende. Ze stak haar hoofd om het hoekje en verwachtte dat Emma in de gang op haar stond te wachten. Maar ze had het mis: geen Emma. Zachtjes glipte Sanne de gang door, haar slaapkamer in. Ze kroop in bed en staarde een tijdlang het donker in. Langzaam fladderden er nieuwe beelden door haar hoofd. Ze herinnerde zich de muziek in De Graanschuur en dat ze met moeite Stijn kon verstaan. Maar waar hadden ze het over gehad? Ze wist het echt niet meer. En toen was ze plotseling draaierig en misselijk geworden. Ze waren naar buiten gegaan en… Met een wanhopige zucht sloot ze haar ogen. Het was zo'n verschrikkelijke puinhoop in haar hoofd. Had Stijn haar nu gekust of had ze dat gedroomd? Ze had iets van alcohol te drinken gekregen uit een heel klein flesje. Ze herinnerde zich dat ze zo moe was, zo intens moe. Ze kon met geen mogelijkheid haar ogen nog openhouden. Had Stijn haar gedrogeerd? Het is toch raar dat je zo plotseling onwel wordt? Ze keek naar de alarmklok op het nachtkastje. 02.17 uur. Ze zou Stijn morgen bellen en van hem een verklaring eisen. Rusteloos bewoog ze zich van de ene zij op de andere terwijl de klok de uren langzaam wegtikte.
De volgende ochtend om elf uur was Sanne haar bed uit gekomen. Ze had de hele nacht liggen woelen en weinig geslapen. Ze was moe en de onderkant van haar lichaam deed nog meer pijn dan gisteravond. Ze trok een trainingsbroek aan en diepte haar gsm uit haar schoudertas op. Het telefoonnummer van Stijn stond in het geheugen opgeslagen en ze activeerde het nummer. De kiestoon ging eindeloos over, om op zijn voicemail te eindigen. ‘Stijn, met Sanne. Ik moet je spreken over gisteravond. Bel me terug.’
Ze had verschillende scenario's de revue laten passeren, die allemaal maar één conclusie opleverden: Stijn had haar gedrogeerd en daarna verkracht. Het enige wat ze van hem wilde, was een bevestiging van haar vermoedens. De klootzak! Straks was ze zwanger of had ze een ziekte opgelopen. Een soa of erger nog… aids. Hij moest haar ongerustheid wegnemen en daar een antwoord op geven. En ze wilde wraak, hij moest hiervoor boeten. Zo gemakkelijk kwam hij hier niet mee weg. Ze stopte haar gsm in haar broekzak en liep met kleine stapjes haar kamer uit, de trap af. Elke stap deed pijn, alsof er iemand met een breinaald in haar onderkant prikte. Vanuit de keuken klonken de stemmen van Jop en Paul en even hield ze haar pas in. Ze zag ertegenop om ze onder ogen te komen. Straks merkten ze iets aan haar en gingen ze lastige vragen stellen. Ze had maar weinig nodig om weer in tranen uit te barsten. Maar als ze haar familie ging ontlopen, riep dat alleen maar meer vragen op. Met ingehouden adem liep ze de keuken binnen.
‘Goedemorgen’, riep ze quasi nonchalant en met een neutraal gezicht pakte ze een pak melk uit de koelkast.
‘Hoe is het met je hoofdpijn?’ informeerde haar moeder. ‘Is het over?’
‘Ja. Ik heb wel heel slecht geslapen’, antwoordde Sanne eerlijk. ‘Ik voel me ook een beetje grieperig.’
‘Kind, je ziet spierwit’, merkte haar moeder bezorgd op. ‘Je kunt vandaag beter binnen blijven en het wat rustig aan doen.’
‘Dat was ik ook van plan.’ Sanne schonk haar moeder een aarzelende glimlach en nam een slok melk.
‘Wat hoor ik?’ zei Jop en hij draaide zich in zijn stoel naar haar om. ‘Was het niks gisteravond?’
‘Het was de hele avond alleen maar hiphop’, zuchtte Sanne klaaglijk. ‘Ik werd er gek van.’
Jop trok een misprijzend gezicht. ‘Nee, dat is ook niks.’
‘Neem je wel iets te eten?’ Mevrouw Terwee was opgestaan en stapelde de koffiekopjes in de gootsteen. ‘Wij gaan even weg, maar Emma is in ieder geval thuis. Als er iets is, dan bel je maar. Ik heb mijn gsm aanstaan.’
Sanne knikte. ‘Dat is goed.’
‘Pers een sinaasappeltje uit, dan krijg je wat vitamines binnen’, adviseerde haar moeder. Ze drukte een kus op Sannes voorhoofd en streelde toen liefkozend langs haar wang. Met moeite kon Sanne zich bedwingen om niet in haar moeders armen weg te kruipen en haar alles te vertellen.
‘Ja, dat doe ik. Ga nou maar, het komt wel goed.’ Sanne verbeet haar tranen. Ze moest sterk zijn. ‘Veel plezier’, riep ze met een schorre stem het drietal nog na.
Voorzichtig liet ze zich met een schaaltje yoghurt gemengd met muesli op een stoel zakken en trok een pijnlijk gezicht. Ze roerde wat afwezig door de yoghurt toen de beltoon van haar gsm klonk. Met een zenuwachtige haast trok ze haar gsm uit haar broekzak. Het nummer van Stijn verscheen in beeld.
‘Vuile klootzak!’ viel ze direct tegen hem uit. ‘Wat heb jij geflikt?’
‘Dag liefje’, lachte hij zoetsappig. ‘Wat reageer je agressief! Zo agressief deed je anders gisteravond niet. Toen heb ik je alleen maar horen kreunen.’
‘Kreunen? Dus jij hebt mij verkracht? Je geeft het doodleuk toe?’
‘Nou, verkracht…’ zei hij op een afkeurende toon. ‘Je wilde het zelf maar al te graag.’
‘Hufter’, siste ze met een snik. ‘Denk je dat je daarmee wegkomt? Je hebt me drugs gegeven en me daarna tegen mijn wil geneukt. Ik was nog maagd…’
‘Ja, en het was lekker, joh.’ Hij moest er zelf hard om lachen.
‘Wacht maar’, huilde ze. ‘Ik zit binnen nu en tien minuten bij de politie. Kijken of je dat zo lekker vindt.’ Zijn lach stierf weg.
‘Ik denk niet dat je dat gaat doen’, antwoordde hij nuchter. ‘Ik heb wat leuke fotootjes van jou genomen. Naakt! Het zou toch vervelend zijn als die op het internet terechtkomen? Zeker als je vader directeur van een grote bank is… Dat gaat zijn carrière niet goeddoen.’
Sanne hapte naar lucht. De tranen gleden langs haar wangen en bleven enkele seconden onder aan haar kaak hangen voor ze op haar broek druppelden.
‘Wat?’
‘Je hoort me wel. Aan jou de keus: of op het internet of je kop houden. Zeg het maar.’
Verstijfd zat ze in haar stoel en hoorde zijn dreigementen zwijgend aan.
‘En misschien…’ ging hij genoegzaam verder, ‘misschien vernietig ik de foto's, maar dan moet je daar wel iets voor doen.’ De adem stokte in haar keel en met een iel stemmetje vroeg ze: ‘En dat is?’
‘Nou, wat denk je zelf? Seks, natuurlijk. Ik laat je wel weten wanneer ik daar zin in heb. Doei!’ Hij wilde de verbinding verbreken.
‘Wacht’, riep ze gejaagd door de hoorn. ‘Heb je… heb je een condoom gebruikt?’
‘Denk je dat ik achterlijk ben?’ zei hij honend. ‘Ik heb geen sporen achtergelaten. Je kunt niks bewijzen. Dag liefje.’ En hij verbrak de verbinding.
Verslagen zat Sanne aan de keukentafel en poetste met de palm van haar hand de tranen van haar gezicht. Gelukkig had die hufter wel een voorbehoedsmiddel gebruikt. Ze moest er niet aan denken dat ze ook nog zwanger van hem zou raken. Maar er was een nieuw probleem ontstaan, dat haar nog dieper de ellende in zou zuigen. Een geluid deed haar van schrik omkijken en ze ontdekte Emma in de deuropening. Hoe lang die daar al stond, wist ze niet. Emma zei geen woord, maar keek haar recht in de ogen. Ze ging op de stoel tegenover haar zitten en schonk een glas melk in. Leunend op de ellebogen bleven haar ogen strak op Sanne gericht.
‘Wat is er aan de hand?’ vroeg Emma en ze fronste haar wenkbrauwen. Geen antwoord. ‘Ben je nog steeds niet van plan om mij iets te vertellen? Misschien kan ik je helpen.’ Sanne opende haar mond, maar bedacht zich. Het scheelde weinig of ze had al haar ellende opgebiecht. Ze voelde de afkeurende blikken van de leerlingen uit haar klas al op haar huid branden. En de stomme vragen die ze haar gingen stellen. Deed het pijn? Zei hij nog wat toen hij klaar was met je? De woorden bleven in haar keel steken. Ze kon Emma niet in vertrouwen nemen. Ze frunnikte aan haar nagels, zodat ze haar zus niet hoefde aan te kijken.
Emma begon haar geduld te verliezen en viel geprikkeld uit:
‘Jasses, San. Blijf je nou stommetje spelen? Wat heb je?’ Sanne sprong overeind en beende de keuken uit, de trap op en ze sloot zichzelf voor de rest van de dag in haar slaapkamer op.
‘Gopal, met mij. Wat is er gisteravond in hemelsnaam met mijn zus gebeurd? Ze doet zo raar en ze wil me niets vertellen.’
Emma ijsbeerde met haar gsm door de tuin en stopte om naar het slaapkamerraam van haar zus te kijken. Er was duidelijk iets ernstigs aan de hand, anders reageerde Sanne niet zo opgefokt. Had ze met iemand ruzie gehad? Iemand van de groep? Dat huilen deed ze toch niet voor niks. Toen ze zonet in de deuropening stond, zag ze dat haar zus de tranen van haar gezicht veegde. Emma had te weinig van het telefoongesprek opgevangen om daaruit iets op te maken. Maar de persoon aan de andere kant van de lijn had haar duidelijk gekwetst. En als Sanne niet wilde vertellen wat eraan scheelde, dan verzon Emma een andere manier om erachter te komen. Ze gaf zich zo snel niet gewonnen.
Het viel haar op dat Gopal even wachtte met zijn antwoord, alsof hij zorgvuldig zijn woorden afwoog.
‘Ze voelde zich niet lekker en ze heeft overgegeven. Hoezo, doet ze raar?’
‘Ze huilt constant en als ik vragen stel, dan loopt ze snel weg. Er is veel meer aan de hand dan een simpel griepje. Toen ze naar het feest ging, was ze nog kiplekker. Dan is ze toch wel erg plotseling ziek geworden! Hoe kan dat dan?’
‘Weet ik veel. Ik was er niet bij. Ze was alleen in de tuin toen ik haar vond.’
‘Alleen? Waarom was ze alleen? Waar waren jullie dan?’
‘In de feesttent. Ze is zonder ons naar buiten gegaan.’
‘En die Stijn? Daar had ze toch mee afgesproken? Waar was hij dan?’
‘Voor zover ik weet, was hij er niet.’ Hij zuchtte hoorbaar.
‘Emma, ik denk dat je het beter aan Sanne kunt vragen. Ik weet niks’, zei hij met een lichte irritatie in zijn stem. ‘Ik moet nu ophangen, want mijn vader heeft mijn hulp nodig. Ik zie je morgen.’ Haastig had Gopal het gesprek weggedrukt.
Emma belde Bart en Erik, maar ook die konden haar vragen niet beantwoorden. Er bleef niets anders over dan Sanne constant met vragen te bestoken, zodat ze zwichtte door de druk en uiteindelijk alles zou vertellen.
Gopal koos het nummer van Sanne en hoorde de telefoon overgaan. Hij beet op zijn nagels en wachtte gespannen totdat ze opnam.
‘Hoi…’ antwoordde ze timide.
‘Hoe is-ie?’ Het was even stil.
‘Gaat wel.’ En toen liet ze er plompverloren op volgen: ‘Het was Stijn.’
‘Stijn? Hoe weet je dat?’
‘Ik heb hem gebeld en hij heeft bekend. Hij heeft me wat rotzooi te drinken gegeven en toen…’
‘Heeft hij dat gezegd? De lul! En nou? Wat ga je nou doen?’
‘Niks. Hoe moet ik bewijzen dat het tegen mijn wil is gebeurd? Ik was bewusteloos, ik weet niet eens hoe het is gebeurd. Niemand heeft ons samen gezien. Dacht jij dat hij bij de politie gaat bekennen?’
‘Nee, dat denk ik ook niet.’
‘Hij kan makkelijk zeggen dat hij mij alleen in de tuin achter heeft gelaten en dat iemand anders me daar heeft gevonden. Hij heeft vrienden zat die hem een alibi willen verschaffen. Het is zijn woord tegen dat van mij.’
Er viel weer een stilte.
‘Ik kan het beter vergeten’, relativeerde ze nuchter. ‘Ik moet er gewoon niet meer aan denken. Het is gebeurd… Gelukkig heeft hij nog een condoom gebruikt, dus ik houd er geen enge ziekte aan over.’
Gopal kreunde van ellende.
‘Tegen niemand zeggen, hoor’, waarschuwde ze met klem.
‘Emma heeft me net gebeld’, bekende hij toen met zachte stem. ‘Ze wilde weten wat er was gebeurd. Ze is niet gek…’
‘Nee, dat weet ik. Maar je hebt het beloofd: je houdt je mond. Je vertelt aan niemand iets.’