Epiloog

 

 

 

‘Abby!’ Matteo was doodernstig. ‘Je hoeft de ketting niet aan hem te geven. Hij was van je moeder.’

‘Maar ik wil dat je grootvader hem krijgt.’

Ze zaten in zijn auto voor de villa van de Di Sione-familie. Abby pakte de ketting uit de doos en hield hem in haar handen. Ze keek naar de verbluffend mooie smaragden, de kleuren waarop zij haar team had gebaseerd. Maar deze ketting was niet haar moeder. Ze had geen juwelen nodig om zich Anette te kunnen herinneren.

‘Ik weet nog wat een ruzie ze hadden,’ zei ze met een wrange glimlach. ‘Niet de ruzie waarbij hij haar deze ketting gaf, maar dat was wel wat mijn vader steeds deed. Hoe mooi deze ketting ook is, mijn moeder had er geen gelukkige associaties mee. Ik weet dat ze dolblij zou zijn dat ik je grootvader gelukkig kan maken. Het betekent duidelijk heel veel voor hem.’

‘Dat is zo,’ zei Matteo. ‘Ik weet eigenlijk niet waarom.’

‘Waarom vraag je het hem niet?’

‘Dat zal ik op een dag doen,’ zei hij. Er waren echter steeds minder dagen over waarop hij dat nog kon doen, dacht hij terwijl Abby de ketting zorgvuldig terug in de doos legde.

‘Kom mee,’ zei Abby.

‘Weet je het heel zeker dat je dit wilt?’ vroeg Matteo. Alleen had hij het dit keer niet over de ketting.

‘Ik weet het zeker.’

Het was twee weken geleden dat ze die verschrikkelijke ruzie hadden waarna ze beiden dachten dat ze alles kwijt waren.

Dit waren andere tijden.

Matteo klopte aan waarna hij de deur opende van het huis waarin hij was opgegroeid. Hij glimlachte naar Alma die hen met een stralend gezicht tegemoetkwam.

‘Je ziet er mooi uit,’ zei ze tegen Abby, en toen keek ze naar Matteo. ‘En je hebt je geschoren!’

‘Inderdaad.’

‘Signor Giovanni zit op jullie te wachten,’ zei Alma. ‘Hij is in de grote zitkamer. Zal ik hem laten weten dat jullie er zijn?’

‘Nee.’ Matteo schudde zijn hoofd. ‘We lopen meteen door.’ Hij was zenuwachtig. Hoe zou zijn grootvader reageren? Niet alleen op de ketting – Abby was de eerste vrouw die hij naar het huis van zijn grootvader had meegenomen.

‘Matteo…’ Giovanni wilde opstaan, maar Matteo zei dat hij zijn energie moest sparen en kwam naar hem toe om hem op beide wangen te kussen.

‘Nonno, dit is Abby.’

‘Abby Ellison,’ zei Giovanni. ‘Eigenaar van de Henley Cup. Gefeliciteerd! Dat was een geweldige overwinning.’

‘Dank u.’ Glimlachend besloot Abby dat ze hem aardig vond.

Nadat Matteo haar had verteld dat Giovanni hem met zijn roekeloze vader had vergeleken, dat hij hem zoveel pijn had gedaan en hem aan zichzelf had doen twijfelen, was ze boos op de oude man geweest. Nu begreep ze echter dat Giovanni zijn best had gedaan om te doen wat hij kon met wat hem in de herfst van zijn leven was toevertrouwd.

Zeven kinderen.

Acht, als je Nate, het onwettige kind van zijn zoon, meetelde.

‘Ik heb de afgelopen weken veel bezoek gehad,’ zei Giovanni.

‘Dat is fijn.’ Matteo ging zitten, en Abby ging rechts van hem zitten waarop Matteo haar hand pakte.

Hij was echt nerveus, besefte Abby toen hij tegen zijn grootvader begon te praten.

‘We hebben goed nieuws voor je.’

Ze wonden er geen doekjes om. Abby overhandigde Giovanni de schitterende juwelendoos en hij slaakte een zachte uitroep toen hij die herkende.

‘Dit is de juwelendoos…’ Alleen dat was al genoeg om Giovanni te ontroeren.

Het walnotenhout glansde, en Giovanni worstelde met de kleine sluiting, zodat Abby hem hielp de doos open te maken waarop hij eindelijk de halsketting te zien kreeg.

‘O…’

Mocht Abby nog enige twijfels hebben gehad – en ze hád getwijfeld of ze de ketting van haar moeder zou weggeven – dan waren die nu voorgoed verdwenen.

Er verschenen tranen in Giovanni’s fletse blauwe ogen en hij nam de halsketting in zijn gerimpelde handen. Hij staarde naar de stenen die nooit dof van ouderdom zouden worden. ‘Je weet niet hoeveel het voor me betekent om dit sieraad weer in mijn handen te kunnen houden.’

‘Dat hoeven we niet te weten,’ zei Abby. ‘Een oude man heeft immers recht op zijn geheimen.’

‘Heeft Matteo je het verhaal verteld?’

‘Ja.

‘Matteo zei tegen mij dat hij het zich niet kon herinneren.’

‘Ik weet dat ik dat heb gezegd,’ zei Matteo. ‘Natuurlijk weet ik het nog.’

Giovanni keek van de ketting naar zijn kleinzoon van wie hij slechts met moeite had kunnen houden. ‘Het was verkeerd van me om je met je vader te vergelijken,’ zei hij.

‘Kunnen we dat onderwerp niet laten rusten?’ vroeg Matteo. Dat was zijn manier om met emotionele onderwerpen om te gaan.

‘We hebben veel dingen onbesproken gelaten,’ antwoordde Giovanni. Alsof hij er kracht aan ontleende om vanuit zijn hart te spreken, keek hij naar de halsketting. ‘Ik kon de schade die mijn zoon aanrichtte nauwelijks verdragen. Toen ik zijn kinderen in mijn huis opnam, wilde ik alles goedmaken, maar ik had zelf erg veel spijt en verdriet.’

‘Dat weet ik.’

‘Uiterlijk lijk je erg op hem,’ vervolgde Giovanni. ‘Je lacht en doet net als hij en ik maakte me zorgen om je.’

‘Dat weet ik ook,’ zei Matteo. ‘Maar dat hoeft niet meer. Ik heb een nieuwe verslaving.’

‘Autoracen.’

‘Of eigenlijk twee,’ zei Matteo, maar Giovanni keek naar de ketting en was weer terug in zijn eigen wereldje.

‘Als ik de halsketting een dag mocht houden,’ zei Giovanni met een blik op Abby. ‘Tijd zou krijgen om aan het verleden terug te denken –’

‘Hij is van u,’ onderbrak Abby hem.

‘Nee.’ Hij schudde zijn hoofd. ‘Hij was van je moeder. Matteo zei dat hij de ketting niet van je af zou nemen. Dat je je team op deze stenen hebt gebaseerd.’

‘Mijn moeder had groene ogen,’ zei ze. ‘Die kan ik me nog goed herinneren. Daar heb ik deze ketting niet voor nodig. Hij is van u. Terug op de plek waar hij hoort.’

Ze keek naar Matteo, want Giovanni huilde en leek erg van streek. Misschien was dit niet het juiste moment om hem de rest van het nieuws te vertellen dat ze met hem wilden delen.

‘Abby zou hem aan haar kinderen moeten geven…’ hield Giovanni vol.

‘Misschien zal ze dat te zijner tijd wel doen,’ zei Matteo. ‘Aangezien de ketting toch in de familie blijft.’

Giovanni fronste.

‘We zijn hier niet alleen om je de ketting te brengen,’ zei Matteo.

‘Jullie tweeën…’ Giovanni had te vaak te horen gekregen dat hij te snel conclusies trok, dus probeerde hij zich nu in te houden. ‘Jullie zijn verloofd.’ Zijn ogen lichtten op toen Abby haar hand uitstak zodat Giovanni de ring kon bewonderen. ‘Wanneer is dit gebeurd?’

‘Twee weken geleden,’ zei Matteo. ‘We gaan trouwen. Over een minuut of tien.’

‘Ik begrijp het niet.’

‘Dat hoeft ook niet,’ zei Matteo. ‘Alma heeft alles in orde gemaakt, de huwelijksambtenaar is er al.’

‘Je broers en zussen…’ Giovanni wilde opstaan om het nieuws met de familie te delen, maar Matteo schudde zijn hoofd.

‘We willen het klein houden,’ legde hij uit. ‘Abby heeft de laatste tijd veel meegemaakt en we willen er geen drukke toestand van maken. Ongetwijfeld komt de pers erachter, maar tegen die tijd is het al lang en breed voorbij. We gaan nu trouwen, bij het meer, met jou en Alma als onze getuigen.’

De gordijnen waren dicht, en Matteo stond op om ze open te maken zodat ze de prachtige zonsondergang konden zien.

Onder de boom waar hij vroeger uit was gevallen stond een boog van witte rozen, en over niet al te lange tijd zouden ze daar staan en hun beloften uitwisselen.

Alma had zich al verkleed, en ze had een kostuum voor Giovanni klaargelegd.

Eerder op de dag had Abby haar haren laten opmaken. Het enige wat ze nog hoefde te doen was de eenvoudige koffiekleurige chiffon jurk aan te trekken, samen met de versierde sandaaltjes die haar favorieten waren geworden.

Het was simpel en mooi.

Nadat Abby opnieuw lippenstift had aangebracht, was ze klaar.

Even later liep de minst zenuwachtige bruid aller tijden langzaam met haar bruidegom en zijn grootvader naar buiten, waar Giovanni op een stoel naast die van Alma ging zitten.

Het was een kleine intieme bruiloft.

Abby had de smaragden halsketting niet omgedaan; vandaag maakten ze hun eigen herinneringen. In plaats daarvan hield Giovanni een van zijn souvenirs d’amour in zijn handen terwijl hij naar zijn eigenzinnige kleinzoon keek die zijn huwelijkse geloften uitsprak.

‘Ik zal altijd voor je zorgen,’ zei Matteo tegen de vrouw van wie hij hield. ‘Dat weet ik. Dankzij jou durf ik lief te hebben, en dat zal ik nooit vergeten. Ik hou van je.’

De belofte van Abby leek veel op die van Matteo. ‘Ik zal er altijd voor je zijn, zoals jij er voor mij bent. Dankzij jou durf ik lief te hebben, en dat zal ik nooit vergeten. Ik hou van je.’

Ze keek in zijn donkerblauwe ogen, en ze had nog nooit zo’n puur geluk, acceptatie en vertrouwen ervaren.

Hij schoof een ring aan haar vinger – een eenvoudige ring was het enige wat ze nodig had om de beeldschone verlovingsring te doen uitkomen.

Daarna schoof Abby een iets dikkere ring om zijn vinger.

Matteo bekeek de ring. Het was een eenvoudige platina ring, maar er was een kleine smaragd in het edelmetaal gezet.

‘Dat is wat opzichtig.’ Matteo glimlachte, want het was de eerste keer dat hij de ring zag, en hij had zich nooit, niet een keer in zijn leven, voorgesteld dat hij ooit een trouwring om zijn vinger zou hebben.

Heel even was er een pauze in de ceremonie, maar dat leek niemand erg te vinden.

‘Dan draag je de steen toch aan de onderkant,’ zei Abby.

En Matteo draaide de ring om.

Deze zou hij nooit meer af doen!

En nu, zei de huwelijksambtenaar, waren ze man en vrouw.

‘We moeten de familie bellen…’ zei Giovanni tegen Alma toen de bruid en bruidegom elkaar kusten. Hij wilde een diner, een feestelijke afsluiting.

Maar hoeveel Matteo ook van zijn grootvader hield, deze avond was voor hem en Abby.

‘We gaan weg,’ zei Matteo met Abby’s hand in de zijne. ‘We wilden alleen deze speciale dag met jullie delen.’ Hij gaf Alma een kus en bedankte haar voor het organiseren van de bruiloft, en daarna omhelsde hij zijn broze grootvader.

‘Wat is er met de andere souvenirs d’amour gebeurd?’ vroeg Abby toen ze afscheid nam.

‘Een andere keer,’ kwam Matteo gehaast tussenbeide. Als Giovanni eenmaal begon te praten zouden ze hier nog uren moeten blijven, en hij had voor die avond andere plannen! ‘We moeten aan onze huwelijksreis beginnen.’

Ze lieten zijn grootvader achter die glimlachend met de ketting in zijn hand over het meer uitkeek.

Ja, ze moesten aan hun huwelijksreis beginnen, maar Matteo liep terug om nog een keer gedag te zeggen. ‘Ik hou van je, grootvader.’

Het was waar.

Het rolde net zo gemakkelijk uit zijn mond als wanneer hij het tegen Abby zei, en Matteo meende het.

‘En ik hou van jou,’ zei Giovanni.

Dat was het.

Ze waren een lange weg gegaan om op deze bestemming te komen, en er was geen reden meer om spijt te hebben.

 

Abby en Matteo reden naar het vliegveld. En zoals voor Matteo in zijn vreemde, op de een of andere manier naadloze wereld normaal was, stond daar een chauffeur klaar om de auto terug naar zijn huis te rijden.

Naar hun huis.

Het duizelde Abby. Vanaf die eerste dag dat ze elkaar hadden ontmoet was ze niet meer terug op aarde gekomen, en eigenlijk betwijfelde ze of dat ooit nog zou gebeuren. In ieder geval zou ze nooit meer terugkeren naar de wereld waaruit hij haar had meegesleept.

‘Waar gaan we naartoe?’ vroeg ze.

Ze zaten in het vliegtuig, en omdat het een privévliegtuig was, waren ze binnen een mum van tijd opgestegen. Zodra ze op kruissnelheid waren, liep het cabinepersoneel naar het slaapgedeelte, en even later klonk de stem van de piloot: ‘Gefeliciteerd met uw huwelijk, Mr. en Mrs. Di Sione. Met de wind mee zal deze vlucht ongeveer zeven uur duren.’

Matteo pakte haar bij de hand en nam haar mee naar de slaapcabine.

Het cabinepersoneel had fantastisch werk geleverd. Er lagen rozenblaadjes op het bed, en er stonden zoveel heerlijkheden tussen de champagne uitgestald dat Abby een moment haar ogen van haar bruidegom afwendde.

Ze pakte een cupcake die eruitzag als een mini-bruidstaart, en toen ze erin hapte, ontdekte ze dat hij met een verrukkelijke chocolademousse was gevuld.

‘Zeven uur vliegen,’ zei Matteo. Hij nam haar in zijn armen. ‘Hoe moeten we al die tijd doorkomen?’

‘Is de bestemming geheim?’

‘Nee.’ Hij schudde zijn hoofd. ‘We gaan naar Parijs, de stad van de romantiek. Ik vind dat het tijd is om alle verloren tijd in te halen. We hebben allebei nooit echt verkering gehad. En dat ga ik nu goedmaken.’

Hij had haar hele wereld goedgemaakt, en Abby deed hetzelfde voor hem.

‘Geen geheimen meer,’ zei Matteo. ‘Dit is het begin van ons eigen gezamenlijke avontuur.’

 

***

 

In het tweede deel van HARTSTOCHT EN JUWELEN gaat Allegra Di Sione voor haar grootvader op zoek naar het verloren Fabergé-juwelenkistje. Tijdens haar zoektocht belandt ze onverhoopt in de slaapkamer van sjeik Rahim Al-Hadi, die op een uiterst ongeschikt moment binnenkomt… Dit verhaal, Verboden schat van Maya Blake (Bouquet 3818) is verkrijgbaar vanaf 21 februari 2017.

 

 

 

 

Volg Harlequin op Facebook

 

www.facebook.com/harlequin.boeken