Hoofdstuk 3

 

 

 

Abby had een rusteloze nacht en was al vroeg wakker.

Hun gesprek over geld had haar moeten geruststellen, maar ze wist dat ze tegen Matteo had gelogen. Ze hadden niet echt een kans om op de vijfde plaats te eindigen.

Maar ze moesten wel.

En niet alleen omdat Matteo dan in hun team zou investeren.

Haar ontbijt werd gebracht, en Abby besloot in bed te eten en het nieuws op haar laptop te lezen.

Het sportnieuws, natuurlijk.

Het Boucher-team werd nauwelijks genoemd.

Het Carter-team was goed in vorm, las ze, en ook het Lachance-team kreeg flink wat aandacht.

Of liever gezegd, Hunter.

Ze keek naar een foto van hem in zijn bekende gele leren pak en met die arrogante glimlach op zijn gezicht, en als er zoiets als pure haat bestond, was dat wat Abby nu voelde.

Ze was niet meer bang voor hem. Die afschuwelijke avond was inmiddels negen jaar geleden en nu was ze niet meer bang, maar woedend. Het was een onvervalste withete woede die haar vanbinnen verteerde, een woede die om wraak riep.

Hunter was nu vierendertig, en in de afgelopen tien jaar had hij negen keer de Henley Cup gewonnen. De enige keer dat hij had verloren was de avond dat Abby had besloten een eind aan hun korte relatie te maken. Misschien een dom moment, maar ze was naar Monte Carlo gekomen en had in een hotelkamer gezeten en geweten dat hun tijd samen voorbij was.

Ze gingen pas vier weken met elkaar om, maar Hunter wilde dat hun relatie serieuzer werd. Daarom had hij haar uitgenodigd om naar Monte Carlo te komen. Hij had haar verzekerd dat ze ieder een eigen hotelkamer zouden hebben, want hij had ruimte nodig voor de race. Abby wist echter heel goed wat er daarna zou gebeuren.

Ze was aan de pil gegaan, maar onderweg in het vliegtuig wist ze al dat de nervositeit die ze voelde niet hoorde bij het gevoel dat je zou moeten hebben als je op het punt stond je maagdelijkheid op te geven.

Hunter maakte haar zenuwachtig, en ze begreep niet waarom.

In het begin hadden ze zich tot elkaar aangetrokken gevoeld omdat ze hun liefde voor raceauto’s gemeen hadden, maar het had niet lang geduurd voordat ze wist dat hij geen discussies wilde.

Hunter praatte en zij moest luisteren.

Alles wat ze over auto’s had gezegd had hij van tafel geveegd.

Ach, welk meisje zou zich op haar achttiende niet gestreeld hebben gevoeld dat ze met een ster uitging die haar met zijn privévliegtuig meenam naar Monte Carlo?

Maar de glans was er toen al af.

Abby had niet willen gaan, maar haar vader had geschokt gereageerd toen ze hem vertelde dat ze het wilde afzeggen. Hunters vliegtuig was al onderweg!

Dus was Abby toch gegaan. Tijdens de race had ze zich met een paar drankjes moed ingedronken, en in het hotel had ze er nog een paar genomen terwijl Hunter na zijn onverwachte verlies de pers te woord stond.

Hij had haar gebeld toen hij terug was in het hotel, waarna Abby de lift naar zijn kamer had genomen en hem had verteld dat ze niet meer met hem uit wilde en dat ze ook niet bij hem in het hotel wilde blijven. In feite had ze al een ticket geboekt en zou ze diezelfde avond nog terugvliegen naar New York.

Zoals haar vader later had gezegd: ‘Je vertelt een man die net een cup heeft verloren niet dat je hem niet meer wilt zien.’

Nou én, had Abby die avond gedacht. Ze wilde niet met hem naar bed, en ze wist dat Hunter verwachtte dat de avond zo zou eindigen als ze bij hem bleef.

Haar vader had er ook aan toegevoegd dat Hunters advocaten gehakt van haar zouden maken, aangezien ze wel naar zijn hotelkamer was gegaan.

Dronken.

‘Niet dronken, pap, ik was gewoon…’

Maar ze was niet in staat geweest uit te leggen hoe ze er dan wel aan toe was geweest toen ze die avond op de deur van Hunters hotelkamer had geklopt.

Ze kon zich simpelweg niet herinneren wie de vrouw was die de hotelkamer van een man was binnengekomen en had verwacht dat ze kon zeggen wat ze voelde en wilde.

Want dat had ze gedaan. Het was voorbij tussen hen, had ze tegen hem gezegd.

‘Nog niet helemaal,’ was Hunters reactie geweest.

Volgens haar vader had ze niet genoeg tegenstand geboden. Hunter had immers niet één krasje opgelopen.

Toen hij haar had vastgegrepen, was Abby in eerste instantie verstijfd van angst. En toen ze had geprobeerd weg te rennen, had ze maar een paar stappen kunnen doen voordat hij haar de badkamer in duwde.

En toen het voorbij was, toen ze op de koude badkamervloer lag en dacht dat ze vanbinnen en van buiten niet erger geschonden kon zijn, had Hunter over haar heen geürineerd.

Voor de zekerheid.

Ja, hij had haar geest gebroken.

Maar dat was voorbij.

‘Ik ga die cup van je afpakken,’ zei Abby tegen zijn foto op het beeldscherm. ‘Iedereen zal je zien als de verliezer die je echt bent.’

Matteo had gelijk, het ging om het psychologische spel.

Vandaag zouden Hunter en de andere teams erachter komen dat Matteo Di Sione overwoog zich bij haar aan te sluiten.

Daar zouden ze flink van schrikken.

Het Di Sione-concern genoot enorm ontzag – van scheepsvaart tot computers, ze hadden overal een vinger in de pap, en hun geld in heel veel bedrijven en projecten geïnvesteerd.

En ze moest ook zelfvertrouwen uitstralen, geen angst, daar had Matteo ook gelijk in.

Alleen… wat moest ze aantrekken? Omdat ze zich zorgen over de hotelrekening maakte, was dit misschien niet het juiste moment om geld aan kleren uit te geven, maar ze had maar weinig in haar kast hangen. Ze had één jurk bij zich die ze de vorige avond bij het eten had kunnen dragen, maar die was niet geschikt voor een gala.

En dan was er nog de jurk die ze aan wilde doen als ze ooit op het podium zou komen te staan. Hij was sexy; zilverachtig met een lichtgroene schakering, en voor vandaag veel te opvallend.

Om eerlijk te zijn kon Abby zich niet voorstellen dat ze zich ooit zeker genoeg zou voelen om die jurk te dragen – ongeacht welke plaats ze zouden behalen.

Ze wist dat ze voor vandaag iets moest kopen.

Toen ze op haar bankrekening inlogde, knipperde ze verbaasd met haar ogen toen ze het saldo zag.

O, lieve hemel!

Matteo had geen grapje gemaakt toen hij zei dat hij alles zou doen om ervoor te zorgen dat ze konden winnen.

Zenuwachtig, opgewonden en ongelooflijk opgelucht stelde Abby het moment om te gaan winkelen nog even uit. Eerst moesten er belangrijker zaken afgehandeld worden.

De hotelreceptie werkte gelukkig aan alle kanten mee, en zodra ze alles met hen doorgesproken had, belde ze Pedro.

‘Hoi,’ zei ze toen hij de telefoon beantwoordde.

‘Abby, ik heb geen tijd om te praten.’ Pedro’s stem klonk kortaf. ‘Ik sta op het punt om naar het zwembad te gaan en daarna ga ik naar de fitnesszaal.’

‘Daar wilde ik het net over hebben,’ zei Abby. ‘Pedro, ik heb zojuist de receptie gebeld, en je verhuist naar een suite met eigen zwembad en fitnessruimte.’

‘Wat?’ Hij was er even stil van. ‘Dat meen je niet!’

‘Ja, dat meen ik wel. Er is al iemand onderweg om je spullen over te brengen.’

‘Wauw, bedankt, Abby!’ Zelfs door de telefoon kon ze zijn opluchting horen. ‘Dit zal mijn training echt goed doen.’

‘Mooi.’

Het leek een onnodige luxe, maar Abby wist dat het dat niet was. De faciliteiten in Dubai waren fantastisch, en ze wist maar al te goed dat de andere teams er gebruik van maakten. Pedro zou in de middaghitte gaan hardlopen. Hij zou alles doen wat hij kon om zijn lichaam op de race voor te bereiden, daarom was het heel fijn om hem dit te kunnen geven.

En nú kon ze zich eindelijk op zichzelf concentreren.

In Dubai scheen je ook fantastisch te kunnen winkelen, maar ze had geen tijd meer om uitgebreid op ontdekkingstocht te gaan. Op de begane grond van het hotel bevonden zich een aantal boetieks, waarvan eentje haar aandacht had weten te trekken bij het inchecken. De kledingcollectie die ze aanboden, droeg niet het label van de beroemde internationale ontwerpers, maar dat van een lokale ontwerper.

Een beetje aarzelend stapte Abby naar binnen.

De collectie zag er heel aantrekkelijk uit, en toen de verkoopster erachter kwam waar ze die dag naartoe ging, nam ze Abby meteen onder haar hoede.

Abby had een jaar mode gestudeerd. Ze was weliswaar op aandringen van haar vader aan de opleiding begonnen, maar ze had het echt leuk gevonden. In gedachten kon ze iedereen kleden, behalve zichzelf. Maar ze wist wel wat ze mooi vond. Ze hield van bescheiden elegante kleding!

‘Deze,’ zei de verkoopster die een jurk in licht koraalrood omhooghield. De stof was nogal doorschijnend, en het was een erg vrouwelijke, luchtige jurk. Niet bepaald wat Abby voor zichzelf zou uitkiezen.

‘Misschien deze,’ stelde Abby voor. Ze hield een lichtgrijze jurk op die er veel op leek, maar de verkoopster schudde haar hoofd.

‘Probeer de koraalrode.’

O, ze had hier zo’n hekel aan.

Het leek alsof ze zich voor een familieportret moest omkleden, dacht ze toen ze de grote kleedkamer in ging. Maar dit had alles te maken met zaken, bracht ze zichzelf in herinnering terwijl ze de jurk aantrok. Háár zaken.

‘U ziet er bijzonder elegant in uit,’ zei de verkoopster toen Abby schuchter tevoorschijn kwam.

‘Hij is wel erg opvallend,’ vond Abby. ‘En als ik alleen al denk aan de hoge hakken die ik erbij moet dragen…’ Ze schudde haar hoofd.

Maar de verkoopster had veel meer ervaring met dit soort dingen. Ze verdween om even later terug te komen met een paar platte sandaaltjes. De bandjes waren smal en met sprankelende steentjes versierd. Toch waren ze tegelijkertijd heel elegant.

Abby trok de sandaaltjes aan, en tot haar verrassing zag ze dat de verkoopster gelijk had. Met deze combinatie zag ze er veel chiquer uit dan dat ze met hoge hakken zou hebben gedaan.

‘Ja, zo is het wel mooi,’ gaf ze toe.

‘U moet uw haren glad laten stylen, en dan naar achteren binden,’ adviseerde de verkoopster. ‘Dat zou u fantastisch staan.’

‘Nee, nee, ik heb echt geen tijd meer om naar de kapper te gaan,’ wimpelde Abby af.

‘Ik kan de salon wel even bellen als u weinig tijd hebt,’ drong de verkoopster aan. ‘Ze werken echt heel snel.’

‘Ik… Nou, ja, vooruit dan maar.’ Abby glimlachte enigszins gespannen terwijl ze afrekende.

Waar was ze in hemelsnaam aan begonnen?

 

Dankzij al het gehaast had ze geen tijd gehad om zenuwachtig te zijn, maar toen ze – te laat natuurlijk – bij Matteo’s hotel arriveerde en zag dat hij in de foyer op haar stond te wachten, sloegen de zenuwen alsnog toe.

‘Wauw!’ zei hij, terwijl hij haar van top tot teen bekeek. ‘Je bent het wachten wel waard, zeg!’

Abby glimlachte verlegen. Op de een of andere manier wist hij haar welkom te heten en haar tegelijkertijd een standje te geven omdat ze hem had laten wachten. Hij had waarschijnlijk geen enkel idee hoeveel moeite ze had moeten doen om er zo uit te zien. En stiekem vond ze dat ook wel leuk.

Terwijl ze aan zijn arm naar een klaarstaande taxi liep, merkte ze dat ze niet zozeer zenuwachtig was omdat ze er anders dan anders uitzag, maar omdat ze zich heel erg bewust was van de man die naast haar liep.

Ongelooflijk bewust.

Dat was de beste manier waarop ze het kon omschrijven.

De warmte van zijn hand op haar arm deed haar huid tintelen, en ze kon nauwelijks meer denken door de druk van zijn dij tegen de hare toen hij naast haar op de achterbank ging zitten en zijn benen voor zich uitstrekte.

‘Heb je hoofdpijn?’ vroeg ze, bezorgd toekijkend hoe hij een paar pijnstillers tevoorschijn haalde en die zonder water doorslikte. Het verwonderde haar niet. Waarschijnlijk was hij gisteravond nadat hij haar had afgezet nog het nachtleven van Dubai ingedoken.

‘Mijn schouder,’ zei Matteo.

‘O.’ Geen kater dus. ‘Je had je mitella om moeten doen.’

‘Ik weet het.’

Hij haalde achteloos zijn schouders op, wat duidelijk pijn deed, want hij grimaste even. Maar meteen daarna begon hij over zaken terwijl de auto door de imposante straten van Dubai reed.

‘Hoe gaat het met Pedro?’ vroeg hij.

‘Die wordt op dit moment naar een andere suite verhuisd,’ vertelde Abby. ‘Hij is nu een stuk gelukkiger dan hij gisteren om deze tijd was.’

‘En als Pedro gelukkig is, zijn we allemaal gelukkig.’

‘Dank je wel,’ zei Abby. ‘Of het nu wel of geen verschil maakt –’

‘O, het maakt echt wel verschil,’ onderbrak Matteo haar, maar hij bond onmiddellijk in toen hij zag dat ze ongerust haar blik afwendde. Vermoedelijk maakte ze zich zorgen over wat er zou gebeuren als het team haar belofte om op zijn minst als vijfde te eindigen, niet zou waarmaken.

Hij knikte haar geruststellend toe. ‘Geniet nou maar gewoon van de tijd voorafgaand aan de race,’ zei hij. ‘We zien wel wat er bij de wedstrijd gebeurt, en daarna praten we verder.’

 

Het liefdadigheidsgala dat Matteo’s zus had georganiseerd was een gigantisch evenement, en er moest heel veel werk aan vooraf zijn gegaan om het tot dit succes te maken.

De aanwezige gasten zagen er stuk voor stuk prachtig uit, en Abby was de verkoopster heel dankbaar voor haar advies om de koraalrode jurk te nemen. De grijze japon zou in deze omgeving van pracht en praal beslist uit de toon zijn gevallen.

De koraalrode kleur paste perfect bij de sfeer van deze zwoele zomerse dag, dacht ze terwijl ze naast Matteo liep, op zoek naar zijn zus.

‘Wat is ze voor iemand?’ vroeg ze nieuwsgierig.

‘Bedoel je Allegra?’ vroeg Matteo. Hij rolde met zijn ogen. ‘Ze is heel erg braaf. Zeg maar niet tegen haar dat ik mijn schouder heb geblesseerd.’

‘Waarom niet?’

‘Omdat ze zich dan zorgen om me maakt,’ antwoordde hij. ‘Kijk, daar is ze.’

Hij riep iets en zwaaide met zijn goede arm, waarop er een aantrekkelijke vrouw naar hen toe kwam. Ze begroette haar broer met een kus op de wang.

‘Dit is Abby,’ zei Matteo. ‘Mijn laatste project.’

‘Matteo!’ riep Allegra bestraffend uit.

‘Mijn laatste zákelijke project.’ Hij grijnsde. ‘Hoe is het?’

‘Druk,’ gaf Allegra toe. ‘Wat is er met je oog gebeurd?’

‘O, gewoon. Tegen een deur gelopen.’

‘Ik geloof er niets van,’ zei Allegra. ‘En ik vind het heel erg dat je hier al een paar dagen bent zonder mij op te zoeken.’

‘Jij had het toch veel te druk met organiseren.’

‘Het was inderdaad een gekkenhuis…’ begon Allegra, maar ze maakte haar zin niet af. Iemand probeerde haar aandacht te trekken, en ze schonk Matteo en Abby een verontschuldigende glimlach. ‘Ik zou echt willen blijven praten, maar ik denk dat dat pas later op de dag gaat lukken.’

‘Allegra, we moeten over grootvader praten,’ zei Matteo.

‘En dat kan niet wachten?’

Hij schudde zijn hoofd, en Abby zag dat er een ernstige uitdrukking op zijn gezicht lag. ‘Het gaat niet zo goed met hem.

‘Dat weet ik,’ zei Allegra. ‘Bianca en ik hebben al met hem gepraat.’

‘Ik vind dat je tijd moet vrijmaken en hem moet gaan opzoeken,’ zei Matteo.

Allegra sloot haar ogen. Ze was duidelijk van streek.

‘Ik weet dat hij ziek is, maar –’

‘Kom mee,’ zei Matteo tegen zijn zus. Hij pakte haar bij de elleboog. ‘Ik ben zo terug,’ zei hij tegen Abby, waarop hij met Allegra een stukje verderop ging staan zodat hij onder vier ogen met haar kon praten.

Abby probeerde niet te kijken, maar ze gluurde toch stiekem in hun richting. Ze zag dat Allegra een hand op Matteo’s schouder legde en er een kneepje in gaf. Zijn zere schouder.

O, die arme Matteo!

Maar Matteo liet niet merken dat het pijn deed. Hij pakte slechts Allegra’s hand vast en haalde die voorzichtig van zijn schouder.

Ze waren niet overdreven familiair met elkaar, maar Abby kon zelfs op deze afstand zien dat het gespreksonderwerp hun na aan het hart lag.

Heel anders dan haar eigen familie.

Annabel en Abby spraken elkaar soms maanden niet, en wat Abby en haar vader betrof…

Misschien moest ze toch maar eens een verzoeningspoging doen, dacht ze. Ja, hij had haar diep gekwetst toen ze hem over Hunters aanval had verteld, en haar probleem niet goed aangepakt. Maar zíj had er nooit bij stilgestaan dat hij zelf op dat moment ook pijn leed, dat hij waarschijnlijk nog steeds treurde om de dood van zijn vrouw. Nooit eerder had Abby haar moeder zo nodig gehad als op die afschuwelijke dag, maar Annette was toen al drie jaar dood.

Misschien werd het tijd om elkaar weer te zien en te proberen een familie te zijn?

Ze schrok op toen Matteo plotseling weer naast haar stond.

‘Sorry,’ zei Matteo. ‘Allegra weet al dat mijn grootvader ziek is, maar ik denk niet dat ze weet hoe slecht het precies met hem gaat.’

‘Is hij heel erg ziek?’

Matteo knikte. Een kort moment keek hij Abby aan en vroeg hij zich af of hij haar over de halsketting kon vertellen en de echte reden dat hij contact met haar had gezocht.

Het voelde bijna alsof het mogelijk was.

Maar toen herinnerde hij zich de kribbige vrouw die hij gisteren had ontmoet en besloot dat het veel te riskant was. Hij was hier voor het team – dat meende hij echt. Het was niet nodig om de zaken overhoop te halen door nu al over de ketting te vertellen. Dat kon allemaal wachten.

‘Kom mee,’ zei hij.

‘Waar naartoe?’

‘De lucht in.’

Er werden helikopterrondvluchten aangeboden, en hij trok haar lachend mee naar het platform. Abby, die tijdens haar verblijf in Dubai behalve het circuit slechts één restaurant en één boetiek had gezien, werd nu op een panoramisch uitzicht getrakteerd.

Ze vlogen over de kunstmatig aangelegde Palmeilanden en maakten een rondje over de stad. Nog nooit had Abby zoiets moois gezien. Dubai leek wel een en al glinsterend goud en zilver. Tot haar verrassing vlogen ze ook over het circuit waar het eerste deel van de race om de Henley Cup werd gehouden. Volgende week om deze tijd zou ze daar zijn, dacht Abby met vlinders in haar buik van de zenuwen en opwinding.

Nadat ze uit de helikopter waren gestapt, had Abby iets langer nodig dan Matteo om weer stevig met haar benen op de aarde te staan.

‘Om duizelig van te worden, hè?’ zei Matteo. ‘Laten we kijken of er iets te eten is.’

Ze hoefden niet lang te zoeken. Er was meer dan genoeg om uit te kiezen, maar het werd een snelle lunch, want Matteo, die nieuwsgierig door het glanzende programmaboekje bladerde, besloot ineens dat hij naar de renpaarden wilde kijken die werden getoond.

‘O, kijk die daar…’ zei Abby. Ze wees naar een prachtige volbloed Arabische hengst. Hij zag er zo gespannen uit dat het leek alsof hij er elk moment vandoor kon gaan.

‘Schoft!’ zei Matteo, maar hij kreeg niet de kans om uit te leggen wat hij bedoelde omdat iemand hem op de schouder tikte.

Op zijn pijnlijke schouder.

Matteo draaide zich verstoord om, maar begon te grijnzen toen hij zag wie het was. ‘Abby, dit is Kedah. We hebben een tijdje samen in New York gestudeerd.’

‘Totdat jij ermee ophield.’

‘Ik ben toch nog goed terechtgekomen,’ zei Matteo. ‘En dit is Abby, eigenaar en manager van het Boucher-raceteam.’

‘Het is me een genoegen je te ontmoeten,’ zei sjeik Kedah.

Abby vond hem er prachtig uitzien in zijn goudkleurige gewaad en met een keffiyeh die kunstig om zijn hoofd was gedrapeerd. De sjeik was een knappe man, en hij had dezelfde rebelse glinstering in zijn ogen als Matteo. Samen vormden ze een ontzettend aantrekkelijk paar. Ze kon zich maar al te goed voorstellen welke problemen deze twee zich op de hals haalden.

‘Jouw coureur heeft het hier vorig jaar goed gedaan. Vijfde plaats, als ik het me goed herinner?’ merkte de sjeik op.

Verbaasd knikte ze. Niet alleen omdat hij dat wist, maar ze was ook plezierig verrast dat de sjeik er niet aan toevoegde dat Pedro zich na die race nergens anders meer had geplaatst.

Kedah wendde zich tot Matteo. ‘Hoe gaat het met je schouder?’

‘Nog steeds pijnlijk.’ Matteo glimlachte. ‘Bont en blauw.’

‘De arts zei al dat je blauwe plekken zou krijgen.’ Kedah knikte. ‘Wil je hem nog steeds, ook al heeft hij je afgeworpen?’

‘Jazeker,’ zei Matteo. Hij keek naar de hengst. ‘Abby en ik stonden hem juist te bewonderen.’

Abby fronste haar voorhoofd. Dus het paard waar Matteo van af was gevallen was een volbloed renpaard geweest? Waarom was hij in vredesnaam op zo’n temperamentvol dier geklommen?

Maar lang dacht ze er niet over na, want ineens werd ze overvallen door een vreemd verlangen.

Ze wilde zijn blote schouder zien.

Abby, die alle gedachten aan seks wegdrukte, die letterlijk misselijk werd als ze aan intimiteit dacht, wilde plotseling naar het hotel en zijn overhemd afrukken om zijn naakte huid aan te raken.

Met haar mond.

‘Gaat het goed met je?’ vroeg Matteo die merkte dat ze plotseling gespannen was.

‘Sorry?’

‘Kedah zei dat hij graag naar de race wil komen kijken.’

‘O!’

‘Maar we mogen op de dag van de race niet tegen Abby praten,’ waarschuwde Matteo zijn vriend.

‘Ik zou er graag bij zijn,’ zei Kedah tegen Abby. Daarna wendde hij zich weer tot Matteo. ‘Als het Boucher-team op het podium komt te staan, krijg jij dat paard van mij cadeau.’

‘Weddenschap aangenomen,’ zei Matteo, en de twee vrienden schudden elkaar plechtig de hand.

‘Wed jij op alles?’ vroeg Abby toen Kedah was weggelopen.

‘Niet op alles,’ bekende Matteo. Hij keek in Abby’s groene ogen, en besloot de rest van zijn gedachten voor zich te houden: dat hij echt nooit ingezet zou hebben op een weddenschap die stelde dat hij vandaag een leuke dag zou hebben.

Normaal gesproken zou hij zich nu verschrikkelijk moeten vervelen en niet meer weten waar hij over moest praten.

Normaal gesproken zou hij nu op zijn horloge moeten kijken en zich afvragen of ze al terug konden naar het hotel om het bed in te duiken, waarna hij haar ergens zou afzetten zodat hij met Kedah de stad in kon.

Normaal gesproken zou hij zijn zus hebben begroet en hoogstwaarschijnlijk al na een halfuurtje weer afscheid hebben genomen…

In plaats daarvan had hij nog nooit zo’n leuke dag gehad – en daar was maar één reden voor.

‘Waarom ben je in hemelsnaam op dat paard gaan zitten?’ vroeg Abby. Met moeite wist ze haar blik van hem af te wenden en weer op de indrukwekkende hengst te richten. ‘Kun je zo goed paardrijden?’

‘Niet echt,’ gaf Matteo toe.

‘Wat bedoel je precies als je zegt “niet echt”?’ wilde Abby weten.

‘Nee.’

‘Jeetje, je had wel dood kunnen zijn,’ zei ze geschrokken. En ze maakte geen grapje. Dit dier zou een ervaren ruiter nog tot het uiterste op de proef stellen. ‘Waarom neem je zo’n risico?’

‘Zeg je dat ook tegen Pedro als hij vol gas rijdt?’

‘Pedro is deskundig en ervaren,’ kaatste Abby terug. ‘Jij bent een beetje te lang om een professionele ruiter te kunnen zijn.’

Haar wangen kleurden ineens roze, zag Matteo, en hij wist zeker dat het niets met de zon te maken had. Hij wilde haar naar zich toe draaien en haar in het oor fluisteren dat hij echt een gewéldige ruiter was. En dat hij haar dat graag zou willen bewijzen, maar dat een openbare gelegenheid daar niet de juiste plaats voor was.

En dan…

‘Kom mee,’ zei hij hardop. ‘De modeshow gaat beginnen. Je hebt toch –’ Hij aarzelde. Verdorie, het was haar váder die hem had verteld dat ze een opleiding in die richting had gedaan.

‘Wat heb ik?’

‘Ik dacht ergens gelezen te hebben dat je een modeopleiding hebt gevolgd.’

‘Dat klopt,’ zei ze. ‘Lang geleden. Waar heb je dat nieuwsfeit opgeduikeld?’

‘Geen idee.’ Hij haalde zijn schouders op. ‘Ik moet het ergens tegen zijn gekomen toen ik onderzoek deed naar het team.’

 

Hij had gelogen. Matteo zat naast haar bij de modeshow en wist dat hij had gelogen, alleen niet zoals hij tegen zijn zus had gelogen – dat had hij gedaan omdat hij Allegra had willen beschermen.

Nu had hij gelogen om zichzelf te beschermen.

Het maakte niet uit, zei hij tegen zichzelf. Hij en Abby zouden toch niets met elkaar krijgen. Zelfs als ze met elkaar naar bed gingen – wat niet onwaarschijnlijk was gezien de duidelijk wederzijdse aantrekkingskracht tussen hen – dan nog zou het niet lang duren. Dat wist hij zeker. Hij zou zich nooit aan iemand binden.

Het viel Abby niet op dat hij stil was. Ze vond het eigenlijk heerlijk om niet bij auto’s in de buurt te zijn, en dat had ze nooit eerder gevoeld. Auto’s maakten deel uit van haar werk en haar hobby, maar het was gewoon fijn om eens een dagje vrij te zijn. Belangrijker nog, ze wist dat het door Matteo kwam.

Ze keken naar de modeshow en bij elk tweede model dat over de catwalk liep, zei Matteo: ‘Kijk, dat zou jou ook heel goed staan.’

Maar toen de lingerie aan de beurt was, maakte hij geen enkele opmerking meer. Niet één. Ze deden beiden ongelooflijk hun best om zich te gedragen, iets wat – in ieder geval bij Abby – niet zo vaak voorkwam.

Zodra de modeshow was afgelopen, besloten ze te vertrekken.

‘Ik wil alleen Allegra nog gedag zeggen…’ zei Matteo.

‘Natuurlijk,’ zei Abby meteen.

‘Dank je wel.’

Hij waardeerde het.

Ze wilde niet voortdurend aandacht, en dat beviel hem wel.

Zíj beviel hem.

In de auto, onderweg naar haar hotel, liet hij haar op zijn telefoon een foto van hen samen zien die blijkbaar gemaakt was door iemand van de pers. Zij en Matteo keken naar de modeshow en ze lachten allebei. Ze zagen er heel zorgeloos uit.

ZAKEN OF ROMANTIEK? stond erbij.

‘O, nee,’ jammerde Abby. ‘Waarom trekken ze die conclusie?’

‘Maak je er maar niet druk om.’ Matteo haalde zijn schouders op.

‘Maar we willen niet dat ze denken –’

‘O, ze denken altijd van alles,’ zei hij.

De auto stopte voor Abby’s hotel, en eigenlijk verwachtte ze dat hij haar zou uitnodigen om samen iets te gaan eten. Ze wist alleen niet zeker of ze dat nu wel of niet wilde.

Maar Matteo was en bleef Matteo, dus sloeg hij het voorgerecht, hoofdgerecht en het dessert over. Na zo’n leuke dag samen was de afloop immers onvermijdelijk? ‘We kunnen natuurlijk naar mijn hotel gaan,’ zei hij.

Zijn heerlijk sexy mond bewoog zich naar haar toe, en wat Abby nog het vreemdste vond, was dat ze eigenlijk wilde toegeven, dat ze haar ogen dicht wilde doen om zich aan de gelukzaligheid over te geven die hij haar aanbood. Maar ze wendde haar hoofd abrupt af. ‘Ik neem aan dat we het niet over het restaurant in jouw hotel hebben?’

‘Inderdaad.’ Voor Matteo was seks volkomen normaal en ongecompliceerd.

‘Ik dacht anders dat we dit strikt zakelijk zouden houden!’ zei Abby snibbig.

‘O, maar het één sluit het ander niet uit, hoor.’ Hij keek in haar groene ogen die de hele dag ontspannen en vrolijk waren geweest, maar nu ijskoude spleetjes waren.

‘Ik zie je wel op de dag van de race – als je tenminste nog steeds belangstelling hebt om sponsor te zijn.’ Abby’s stem klonk kil. Hij voelde de woede en verontwaardiging van haar af stralen en Matteo, die alleen met gewillige vrouwen plezier maakte, trok zich onmiddellijk terug. Ze wachtte niet tot de chauffeur het portier voor haar openmaakte, en nadat ze was uitgestapt, sloeg ze het portier met een klap voor zijn neus dicht.

Oké, je bent hier niet om haar te verleiden, bracht Matteo zichzelf in herinnering terwijl de chauffeur zijn zelden eerder afgewezen passagier terug naar zijn hotel bracht. Matteo vergiste zich nooit in de signalen. De sensuele hitte die ze vandaag beiden hadden uitgestraald, was bijna net zo heet als de zon in Dubai.

Maar het was beter zo, moest hij toegeven terwijl hij uitstapte en naar zijn luxueuze suite slenterde. Als hij ooit blij was geweest dat hij Abby niet had verteld waarom ze elkaar hadden ontmoet, dan was het nu wel. Want hij was echt in het Boucher-team geïnteresseerd geraakt.

En, wat Matteo behoorlijk vreemd vond, hij was ook echt in Abby geïnteresseerd geraakt.

Voor een doorgewinterde vrijgezel als hij was dat beslist zorgwekkend.

Dus ja… hij was hij ontzettend blij dat Abby nee had gezegd.