.10.

Hannah zou zich de zes weken die volgden herinneren als een oase waarin ze niet terugkeek en ook niet vooruit, maar alleen voor de donderdagen en de weekenden leefde. Donderdagavond leek net zo belangrijk als het weekend, want die avond overbrugde de eenzame dagen die volgden op zondagavond, als hij haar op de metro zette, tot het moment dat hij omstreeks halfacht op donderdagavond zelfde deur van zijn appartement voor haar opendeed. Ze hadden slechts één keer samen geluncht, en dat was de week nadat ze voor het eerst met elkaar naar bed waren geweest. Ze had het stadium bereikt dat het haar niet meer kon schelen of Humphrey haar escapades zou ontdekken of niet; maar op de avond dat hij in een jolige bui thuis was gekomen en haar begon te plagen met haar dubbelgangster, wist ze dat ze de gedachte niet kon verdragen dat hij erachter zou komen dat ze een relatie had met David. Hij had zijn jas nog niet uitgedaan of hij priemde al met een vinger in haar gezicht en had gezegd: 'Aha! Wat heb ik nu gehoord? Een mooi meisje dat aan het lunchen is met een knappe man. Zou het mevrouw Drayton kunnen zijn? Nee, nee, natuurlijk niet, zei ik tegen Brown. Nou, dan was het haar dubbelgangster, zei hij.' Nu schudde hij zijn hoofd naar haar. 'je zat in een bekend restaurant helemaal opgetut. Heel stijlvol» zei hij. En ik moet zeggen,' - hij schudde nog steeds zijn hoofd - 'dat je dubbelgangster vrij belangrijk moet zijn, want de eigenaar kwam tevoorschijn om met haar en haar afspraakje te praten, en er was een speciaal hoekje voor hen gereserveerd. Hij zag hen ook weggaan. Het enige verschil tussen jou en je dubbelgangster was volgens hem dat ze iets langer was, maar hij had nog nooit twee mensen gezien die zo op elkaar lijken. Hij zou gezworen hebben dat ze je tweelingzus was. Dat was natuurlijk aanleiding voor veel gekscherende opmerkingen. Je weet hoe ze zijn op het werk, maar dat heb ik direct in de kiem gesmoord: ik zei tegen ze dat jij het had kunnen zijn omdat je met je uitgever aan het lunchen was.' Zijn hoofd ging nu heel heftig heen en weer. 'Dat veranderde de boel. De uitgever van mijn vrouw. Ach, ach! Wordt haar boek uitgeven? Jazeker. Ze wisten niet dat mijn vrouw schrijfster was. Ik zei dat er natuurlijk veel dingen waren die ze niet van mijn vrouw wisten. Een van die dingen was dat ze haute couture kon dragen als de situatie dat vereiste.' Ze kon er niets aan doen dat ze zei: 'Vroegen ze zich niet af waar ik het geld vandaan haalde om Franse designkleding te kopen? Of schreven ze dat toe aan jouw vrijgevigheid?' Zijn gezichtsuitdrukking veranderde, net als zijn stem toen hij zei: 'Kom, kom! Je weet dat ik het me niet kan veroorloven om je op die manier te kleden. En jij als schrijfster verdient bovendien je eigen geld.'
'Met een simpel kinderboekje, want dat is het toch, Humphrey?'
'Niet zo gemeen doen, Hannah. Ik dacht dat je hier de humor wel van zou kunnen inzien.'
'Om je de waarheid te zeggen, zie ik er de humor helemaal niet van in, Humphrey. Ik ben alleen maar jaloers op een vrouw die op mij lijkt en er chic uitziet in een mooie outfit. Dat zet me aan het denken.' En het zette Humphrey ook aan het denken, want hij keek haar na toen ze naar de keuken marcheerde. Ze marcheerde met haar hoofd omhoog, een rechte rug en vastberaden, zelfs luidruchtige passen op het parket. Wat was er de laatste tijd met haar aan de hand? Ze had zich wat vreemd gedragen, maar nu... Hij knipperde snel met zijn ogen, wreef ruw met zijn wijsvinger over zijn lippen en zei tegen zichzelf: 'Daar is ze inmiddels wel aan gewend. Dat kan het niet zijn.' Eind september kreeg Hannah een heel verrassend telefoontje. 'Hallo! Hallo?'
'Spreek ik met de jonge mevrouw Drayton?' Hannah deinsde even achteruit. Ze had de stem herkend en het duurde een paar seconden voordat ze zei: 'Ja, u spreekt met mevrouw Drayto...'
'O, goedemorgen, Hannah.'
'Goedemorgen, mevrouw Drayton.' Ze stond op het punt om te vragen wat er aan de hand was, toen Humphreys tante zei: 'Je bent ongetwijfeld verbaasd dat ik je bel.'
'Tja, het is inderdaad vrij bijzonder.'
'Ja, dat zou je wel kunnen zeggen, maar het is belangrijk voor mij en mijn man. We willen een aantal zaken onderzoeken.'
'Zaken?'
'Ja, zaken.' Het was maar goed dat mevrouw Drayton Hannahs gezichtsuitdrukking niet kon zien, want die dacht: nu zullen we het krijgen, en nadat ik tegen haar heb gezegd dat ze zich met haar eigen zaken moet bemoeien, zal ik haar vertellen hoe ik echt over haar en haar lieve jongen denk. 'Hannah, ben je daar nog?'
'Ja, mevrouw Drayton, ik ben er nog.' Ze schrok van mevrouw Draytons volgende vraag. 'Heb je enig idee waar Humphrey vanochtend uithangt, Hannah?' Hannahs gezicht was uitdrukkingsloos toen ze antwoordde: 'Ik kan alleen maar zeggen dat ik verwacht dat hij is waar hij elke zaterdag en zondag is en soms ook op vrijdag. Hij zou al bij u moeten zijn.' Haar toon was inmiddels scherp. Nu stond Hannah op haar beurt op het punt om te vragen: 'Bent u daar nog?' toen ze mevrouw Draytons stem weer hoorde. Die was veranderd en klonk vrij kleintjes, een mengeling tussen gefluister en gejammer. 'Dus je bedoelt te zeggen, Hannah, dat jij denkt dat je echtgenoot de meeste weekenden bij ons doorbrengt?'
'Niet de meeste weekenden, mevrouw Drayton, maar alle weekenden. Dat is al jaren zo.' Er volgde een korte stilte. 'En wat doe jij dan al die tijd?' Opnieuw tikten er een paar seconden weg voordat ze antwoord gaf. 'Ik heb mijn weekenden gevuld met schrijven en winkelen, en ik heb vaak genoeg de tijd verdreven met etalages kijken. Op zaterdag tenminste, op zondag slaap ik uit. Soms ga ik daarna bij mijn zus lunchen. Niet al te vaak, want ik zie zondag als hun gezinsdag. Het is de enige dag dat mijn zwager vrij is. Ik pas ook wel eens op voor hen. Dat is dan meestal op zaterdagavond. Maar goed, mevrouw Drayton, u hebt ongetwijfeld mijn verbazing opgemerkt toen u me vroeg waar ik denk dat mijn man is. Ik ging er uiteraard van uit dat hij bij u was. En ik zal u eerlijk zeggen dat ik soms verbitterd ben geweest als ik alleen thuis werd gelaten. Niet slechts een paar weken of maanden, maar de afgelopen tweeënhalf jaar, omdat u en uw man al zijn aandacht opeisten. Ik weet dat u hem hebt opgevoed, maar ik heb altijd gevonden dat hij, en ook ik, wel een heel hoge prijs moet betalen om u en uw echtgenoot daarvoor te bedanken.' Toen het stil bleef aan de andere kant van de lijn dacht Hannah een beetje in paniek: o, lieve god. Ik heb te veel gezegd, en ze is een oude vrouw. Is ze eigenlijk wel zo oud? Hoe oud is ze eigenlijk? Zeventig? Nou, dat is tegenwoordig niet meer zo oud. 'Mevrouw Drayton?'
'Ja, Hannah?' Haar stem klonk nog steeds kleintjes. 'Het... het spijt me als ik u van streek heb gemaakt.'
'Nee, nee, Hannah, je hebt me niet van streek gemaakt. Ik bedoel: ik ben niet van streek vanwege jou. Ik heb zelfs het gevoel dat ik je mijn excuses zou moeten aanbieden, zowel ik als mijn echtgenoot. Op dit moment zijn we in een verpleeghuis. Het been van mijn man moet continu verzorgd worden dus we hebben hier een aantal kamers. Ik... ik zou graag nog wat langer met je praten. Zou je hier volgende week langs kunnen komen? Graag zo snel als mogelijk is.'
'Ja. Ja, mevrouw Drayton. Ik zou bij u langs kunnen komen.'
'Ik zou je nog iets willen vragen. Zou je onder geen beding. .. onder géén beding,' herhaalde ze, 'tegen je man willen zeggen dat ik gebeld heb?' Het viel Hannah op dat ze nu niet 'die lieve Humphrey' zei en ze antwoordde: 'Dat is goed, mevrouw Drayton. En ik wil graag met u praten, want ik denk dat er iets opgehelderd moet worden.'
'Ja, dat is zeker zo, Hannah. Nou en of.' Haar stem was niet langer zwakjes of als die van een oude vrouw. De stem klonk krachtig en verbitterd. 'Kunt u me het adres geven? En hoe laat verwacht u me? Ik heb mijn notitieboekje voor me.' Terwijl ze naar de stem aan de telefoon luisterde, was het net alsof er iemand anders praatte, want er was geen spoor meer te bekennen van het aarzelende oude vrouwtje. Nadat ze het adres had opgeschreven, herhaalde ze het: 'Verpleeghuis Pine, maandag om elf uur.'
'Dank je, Hannah. Ik kijk uit naar je komst. Nogmaals bedankt. Tot ziens.'
'Tot ziens, mevrouw Drayton.' Hannah liet zich naar achteren vallen in de stoel. Het was een understatement om te zeggen dat ze verbaasd was. Kon ze mevrouw Drayton zeggen waar Humphrey die ochtend was? Lieve god! Ze stond op en ijsbeerde door de gang. Al die jaren dat zij alleen sliep terwijl hij zich vermaakte - want er was geen andere verklaring voor - met iemand anders. Wat zou hij anders kunnen uitvoeren? Ze wilde maar dat het al maandag was. Ze wilde ook David graag zien en dat zou pas om elf uur zijn. Ze had haar jas al aangehad om naar buiten te gaan en als er vijf minuten later was gebeld, was ze al weg geweest en had ze het telefoontje gemist. Maar de oude mevrouw Drayton was zo van streek dat ze haar ongetwijfeld vroeg of laat te pakken had gekregen. Om kwart over elf zat ze met David op de bank in zijn appartement en hij zei: 'Kom op, vertel me wat je me buiten niet kon zeggen.'
'Nou,' - ze slikte moeizaam - 'ik was bang dat ik zou gaan schreeuwen als ik het je vertelde.'
'Schreeuwen? Van plezier of...'
'Nee, zeker niet nu. Ik weet er het fijne nog niet van. Ik hoor maandag meer, en ik ben benieuwd.' Hij legde zijn handen op haar schouders en zei: 'Heb je wel even tijd om me te kussen?' Ze lachte bibberig en sloeg haar armen om hem heen. Nadat ze gezoend hadden, duwde ze hem weg. 'Humphreys tante heeft me gebeld.'
'Zijn tante? De oude dame bij wie hij elk weekend op bezoek gaat?'
'De enige echte, bij haar en haar man.'
'Nou, ga door.' En ze vertelde hem wat er aan de telefoon was voorgevallen. En toen ze klaar was, zei hij: 'Ik moet je dit zeggen: ik heb altijd diep in mijn hart geweten dat het voor een gezonde man onmogelijk was om in de kamer naast jou te liggen, terwijl hij het recht heeft om bij je in bed te kruipen, tenzij hij... Hoe zullen we het noemen? Zijn genot buitenshuis zoekt.'
'Ik ben woest vanbinnen, David.'
'Dat kan ik wel begrijpen, ja, want ik heb niets anders over hem gehoord sinds we elkaar hebben ontmoet, dan hoe lief en zorgzaam hij is en dat we hem geen pijn mogen doen.'
'Hem pijn doen! Als hij hier op dit moment zou zijn, zou ik buiten zinnen zijn, echt waar. Ik zou de verleiding niet kunnen weerstaan hem met iets te slaan wat een spoor zou achterlaten. Hij heeft zijn sporen op mij achtergelaten.' De verbittering in haar stem verdween en ze fluisterde bijna: 'Ie hebt geen idee hoe het is om afgewezen te worden, David. Ik heb geen idee hoe ik al die weekenden heb gevuld; ik weet alleen dat het me begon op te breken. Ik voelde me oud en op een bepaalde manier onbeduidend, omdat ik een echtgenoot had die me niet wilde.'
'Ach, lieverd.' David trok haar weer in zijn armen. 'Het komt misschien vreemd op jou over, en ik denk niet graag meer aan die eenzame jaren die ik had kunnen vullen, maar ik ben blij dat hij zich zo heeft gedragen. Anders zou je hier namelijk niet zijn. Maar als ik hem nu te pakken krijg, vloer ik hem. Had je je boek maar veel eerder bij Gillyman gebracht. Alhoewel ik lieve vrienden heb, onder wie Gilly en Natasha en natuurlijk Peter en wat kennissen zoals Micky, heb ik me de afgelopen jaren ook verveeld. Ik heb verschillende vrouwen leren kennen, maar die kwamen en gingen. Ik ontmoette ze op een feestje of zo, we gingen een paar keer uit eten en daar- na scheidden onze wegen weer. Soms voelde ik me een beetje een bruut omdat het aardige vrouwen waren, maar het leek wel alsof ik op iemand wachtte. Ik wist niet op wie totdat er op donderdag 17 augustus een jonge vrouw met een kinderboek bij Gilly langskwam om te vragen of het gepubliceerd kon worden. De onrust vlamde meteen op en ik kon die niet meer van me afschudden. En vervolgens keek ik terug en vroeg ik me af of het de eerste keer ook zo was gegaan. Het antwoord was een overtuigend nee! Je zou kunnen zeggen dat ik die keer letterlijk op een paard het huwelijk in was gereden. Niet echt letterlijk, maar wel bijna, want het was een gekke familie. Echt gek, ja. Van haar kant tenminste; de jongens waren anders. We noemen ze nog steeds jongens, ook al zijn het inmiddels mannen. De vader en de drie broers woonden zo'n beetje in de stallen, en zij ook. Wat paarden betreft was zij gekker dan de rest.' Hij draaide zijn hoofd weg en zei: 'En wat haar betreft bedoel ik echt gestoord gek, Hannah. Dat kan ik nu zeggen, maar op dat moment wist ik niets over de gestoordheid in hun familie. Dat feit werd geheimgehouden totdat we een paar weken getrouwd waren en ze een aanval kreeg in een hotel. De schade liep in de honderden ponden. Toen kwam ik erachter dat ze een zus had die in een psychiatrisch ziekenhuis zat in Wales. Ze zat daar ongeveer vanaf haar vijfde en was nu in de dertig. Van haar moeder wist ik dat ze heel gevoelig was en dat ze lange periodes in een verpleeghuis doorbracht. Zo noemden ze de particuliere psychiatrische inrichting, alleen zou niemand dat normaal gesproken vermoeden, dus ik kan het mezelf eigenlijk ook niet kwalijk nemen. Maar toch ook weer wel, want Peter heeft geprobeerd om me te waarschuwen. Ik weet nog dat hij me hints probeerde te geven, maar dat ik die heb genegeerd. Nadat mijn vader was overleden, heeft de familie van mijn vrouw hem in dienst genomen en namen ze mij ook in huis. Ze waren heel aardig, heel vrolijk en gastvrij, dat kun je je niet voorstellen. Maar als ik nu terugkijk, weet ik dat ze zich wat mij betreft heel gedegen hebben voorbereid, want ze hebben Carrie in mijn richting geduwd. Het idee was, denk ik, om een deel van de verantwoordelijkheid voor haar, die op de schouders van Tony en Max terecht was gekomen, op mij af te schuiven. Alex zat in Frankrijk zoals Pilly al zei. En op dat moment had ik heel weinig geld, alleen het geld dat ik verdiende met lesgeven. Ik kon geen eigen huis betalen, dus woonde ik op de Manor. Het eerste jaar bleef het rustig, met uitzondering van die woedeaanval in het hotel en een scène met een taxichauffeur. Maar daarna werd ik haar doelwit. En ze was een flinke meid, een grote vrouw, en vaak liep het uit op een worstelwedstrijd waar een van haar broers me uit probeerde te bevrijden. O...' Hij hield zijn hoofd schuin en schudde het langzaam heen en weer. 'Niemand weet, niemand heeft ook maar enig idee hoe mijn leven er de drie jaar die volgden uitzag. Als Tony en Max er niet waren geweest, had ik denk ik ook in een inrichting gezeten. Ik stortte in elk geval in. Ik had gezegd dat ik wilde scheiden, maar ze dreigde me neer te schieten als ik haar zou vernederen door een scheiding aan te vragen, en ze zei dat soort dingen als ze even helder was. Toen ik uiteindelijk ziek werd, zeiden mijn dokter en mijn advocaat allebei dat we uit elkaar moesten gaan. Haar broers hebben tegen Carrie gezegd dat als ze hier niet mee akkoord zou gaan ik haar voor het gerecht zou slepen en van haar zou scheiden, dus na vier jaar had ik min of meer mijn vrijheid terug. Tijdens die periode was ik echt ziek en kwamen mijn astma-aanvallen terug, maar het lukte me om weer les te gaan geven. Dankzij Gilly's zoon kreeg ik weer zin om te leven, omdat ik erachter kwam dat er ook nog andere mensen op de wereld waren, zelfs mensen die niet van paarden hielden.' Hij glimlachte. 'Mensen als Gilly en Natasha die hun leven lang dankbaar blijven voor kleine dingen. Dit is mijn verhaal. Het leven ging door en het was draaglijk, soms maar net, tot zoals ik je heb verteld, 17 augustus.' Hannah sloeg haar armen om hem heen en legde zijn hoofd op haar schouder. Met zachte stem zei ze: 'En dan klaag ik over mijn leven.'
'Je hebt zeker recht om te klagen over die vent,' zei hij snel. 'Hij is een sadist en dan druk ik me nog mild uit.' Ze vroeg op haar beurt: 'Heb je haar nog gezien nadat jullie uit elkaar zijn gegaan?'
'Eén keer maar. Ik stond op het punt om in de trein te stappen op Gare du Nord in Parijs. Blijkbaar stonden zij en Alex op de aankomst van een paar vrienden te wachten toen ze me zag, en iemand die haar helemaal niet kende zou gedacht hebben dat ze de gezondste en charmantste vrouw ter wereld was. Ze begroette me met: "Ach, lieverd! Wat heerlijk om je weer te zien. Kom je net aan of moet je nog vertrekken?" En toen ik zei dat ik wegging, zei ze: "O, kun je het niet een paar dagen uitstellen? Het zou heerlijk zijn als je zou kunnen blijven. We wachten op de Parkinsons... Die ken je wel. Zou het niet fijn zijn als hij zou blijven, Alex?" En Alex zei heel zachtjes tegen me: "Hallo, David." En toen ik antwoordde: "Hallo, Alex," riep ze tegen haar broer: "Zorg ervoor dat hij blijft! Het is eeuwen geleden dat we elkaar hebben gesproken. Wat denk je ervan? Kom op. Kom op, David." Ze pakte mijn arm en ik herinner me dat ik zacht zei: "De trein staat op het punt te vertrekken, Carrie. Ik moet gaan." En hierop veranderde haar charmante houding totaal, schoot haar stem omhoog en gilde ze bijna: "Heb je weer een van je buien? Wanneer heb je ooit iets voor mij gedaan?" Het was maar goed dat Alex haar op dat moment al stevig vasthad, want toen ik in de wagon wilde stappen schreeuwde ze: "Lafaard! Sadist! Ik krijg je nog wel voor alles wat je me aangedaan hebt." fe kunt je wel voorstellen dat de hele wagon geïnteresseerd meeluisterde. Ik had een lange reis voor de boeg en ik heb bijna de hele tijd op het balkon doorgebracht.'
'Ze... ze is zo te horen gevaarlijk.'
'Dat is ze ook. Als haar broers er niet waren geweest, had ze allang in een psychiatrische inrichting gezeten, net als haar zus. Als ze normaal is, kun je je geen aardiger mens voorstellen; het probleem was dat je nooit wist wanneer ze normaal was. Een verkeerde opmerking of iets heel kleins kon een van haar zogenaamde aanvallen triggeren.'
'Hoe lang geleden was die ontmoeting in Parijs?'
'Vier jaar en ik hoop dat het nog vier jaar of veertien jaar duurt voordat ik haar weer zie. Maar,'- hij pakte haar handen vast - 'ik begrijp van jou dat jij morgen een scheiding kunt aanvragen, want je voelt je toch niet meer bezwaard om je van hem te laten scheiden?'
'O, nee. Ik voel me absoluut niet bezwaard! Ik zou het graag morgen in gang zetten.'
'Nou, in dat geval zal ik ook zo dapper moeten zijn om het tegen de elementen op te nemen en een scheiding aan te vragen. Het feit dat we al zo lang uit elkaar zijn, zal het ongetwijfeld makkelijk maken, en het zal niet nodig zijn om haar gekte aan te voeren als reden voor een scheiding, want ik wil de familie niet onnodig pijn doen.' Hij trok haar naar zich toe en hield haar stevig vast. 'Denk je eens in, rond deze tijd volgend jaar zouden we samen kunnen zijn; geen korte weekenden meer, geen gestolen uurtjes op donderdagavond. We zouden voor altijd samen kunnen zijn en zelf onze dag kunnen indelen. We zouden kunnen doen wat we willen.' Haar blik was naar beneden gericht en hoe hard zo ook haar best deed, het lukte haar niet om zich dit voor te stellen. Maar ze kon hen wel samen zien, ook al was het vooralsnog alleen in deze kamer... in dit appartement. Haar innerlijke stem hield zich nu even stil. Opeens verborg ze haar gezicht in zijn nek en toen ze mompelde: 'Ik hou van je, hou van je, hou van je,' legde hij als antwoord liefdevol zijn hand op haar hoofd en zei: 'En ik van jou en van elke blonde haar op je hoofd.'