x
Diepe duisternis. Ook al begon buiten de helderste nacht van de zomer, volkomen, diepe duisternis. Net zo zwart als de duisternis van de kelder in het huis in aanbouw waar haar broers haar ruim dertig jaar geleden opsloten, toen ze vijf jaar oud was. Ze leunde tegen de deur en tastte links en rechts naar een schakelaar, maar vond er geen. Toen ze de deur wilde openen, vond ze geen deurknop. In een kort moment van verwarring ging ze met haar hand op en neer over de deur tot ze besefte dat de oneffenheden die ze steeds weer voelde, hendels waren en de deur aan de andere kant scharnierde. Ze ademde lichter toen het licht door een kier binnenstroomde. Idioot om je zo aan te stellen, dacht ze en ze schudde het onbehaaglijke gevoel van zich af.
Birgitta bekeek de deur en probeerde te ontdekken waarom hij in het slot viel, maar zag niets wat dat kon verklaren, geen dranger of een ander mechanisme dat hem sloot. Ze probeerde hem los te laten en de deur viel onmiddellijk dicht. Het moest een of andere oneffenheid ergens zijn, besloot ze, een bobbel in de vloer of spanning in de scharnieren. De deur viel weer zachtjes dicht terwijl ze een samengevouwen krant pakte van de tafel die tegen de buitenmuur stond. Ze vouwde hem nog eens dubbel, opende de deur op een kier en schoof de krant eronder. Ze liet los. De deur bewoog niet meer en Birgitta ging de kamer weer binnen. Vaag waren het bureau en de computer zichtbaar in het licht dat door de deur naar binnen viel. Ze zocht de muren van boven naar beneden af, maar vond geen schakelaar. Ze begon opnieuw en bekeek de muur aan de andere kant, maar vond niets. Gek. Maar niets aan te doen. Birgitta liep naar het bureau, ging zitten en keek nog even besluiteloos naar de lamp voor ze de computer aanzette.
De computer piepte en ze schrok ervan. Pfff. Ze voelde haar hart kloppen in haar borst en een zweetlucht verbreidde zich door de kamer. Maar goed dat een mens dit niet elke dag doet, dacht ze. De computer zwoegde door de teksten en snelkoppelingen op het scherm en had er duidelijk moeite mee. Birgitta vond dat het oneindig lang duurde, maar probeerde zich te ontspannen, het haalde toch niets uit. Als alles zou gaan als gepland, had ze twee uur, waarschijnlijk zelfs drie of vier uur de tijd, stelde ze zichzelf gerust. Ze kon beter uitgaan van twee uur, voor de zekerheid. Dat zou ook wel genoeg zijn. Haar capaciteiten waren echter maar net toereikend. Ze veegde met haar vingers het zweet van haar voorhoofd en droogde ze af aan de stoel. Haar harde schoenzolen roffelden in een snel, maar ongelijk ritme op het parket, tot ze opeens dacht aan de woning in het souterrain en snel ophield. In plaats daarvan beet ze op haar onderlip. Startte die stomme computer dan nooit op? Wat was dat voor prehistorisch apparaat?
Haar ogen waren inmiddels gewend aan het gedempte licht en ze tuurde om zich heen. Dikke gordijnen waren bijna volledig voor het raam geschoven en daarachter glansde in het donker een rolgordijn, dat helemaal omlaag was getrokken en de heldere zomernacht buitensloot, zodat nergens licht doordrong. Net als bij de andere ramen. Birgitta vroeg zich af of ze ze zou ophalen om meer licht te hebben, maar besloot dat niet te doen, ze kon haar tijd wel beter besteden. Er kon altijd iemand langslopen en naar binnen kijken, misschien wel iemand die deze verdomde gek kende. Ze schudde haar hoofd, veegde haar klamme handen aan haar broekspijpen af en richtte zich weer op de computer, die eindelijk opgestart leek te zijn. Een vage glimlach gleed over Birgitta’s gezicht; ze kon beginnen.
Haar vingers gingen snel over het toetsenbord en alle zenuwen verdwenen als sneeuw voor de zon. Haar concentratie was totaal, haar ogen waren helemaal op het scherm gefocust en ze begon zacht en vals te fluiten zonder dat ze er erg in had, zoals altijd als ze helemaal opging in een spannende opdracht. De schaarse beveiliging die op de computer zat, doorbrak ze met gemak, ze rond eenvoudig wat ze zocht en voerde snel uit wat ze van plan was; ze was dan ook goed voorbereid. Het was bijna te gemakkelijk nu het erop aankwam. Als het zo doorging, zou ze in een halfuurtje klaar zijn. Dat maakte de spanning er echter niet minder op en ze bleef fluiten. Hij had tot nu toe geen aandacht voor haar gehad, de idioot, maar dat zou snel veranderen, want ze kon dan wel zorgvuldig haar sporen uitwissen zodat niets bewezen kon worden, dom was hij niet. Hij zou precies weten wie het gedaan had, als het uitkwam. En dat was goed. Dan drong het misschien tot hem door dat hij niet op deze manier met mensen kon omgaan. Niet met haar.
Birgitta rondde zonder enig probleem af wat ze zich had voorgenomen en keek op haar horloge. Er was nog genoeg tijd over. Misschien goed om van de gelegenheid gebruik te maken, dacht ze, en even naar de mail te kijken. Eens zien wat hij de laatste dagen aan het uitvreten was. De ene mail bleek nog interessanter dan de andere. Er speelde een lachje om haar lippen en haar witte tanden glinsterden in het schijnsel van het scherm. Bijna had ze de mails direct doorgestuurd naar de mensen van wie ze dacht te weten op wie ze betrekking hadden, maar ze weerstond de verleiding en kopieerde ze in plaats daarvan naar een cd. Vervolgens stond ze op, haalde de krant onder de deur vandaan en ging naar buiten, de heldere nacht in, waar de sterren aan de hemel trilden van opwinding of angst, maar Birgitta zag het niet. Ze had genoeg andere dingen aan haar kop. De mails waren een onverwachte bonus en ze was vastbesloten om er zo veel mogelijk uit te halen. Je hoefde geen kenner te zijn om de inhoud te begrijpen en te weten wat er zou gebeuren als ze in de verkeerde – of de goede – handen vielen. Het had echter ook bepaalde voordelen om ze nog even bij zich te houden. Voorlopig althans. Er was geen haast.
“Oké”, zei ze toen ze in de auto stapte, “rijden.”
“Waarheen?” vroeg de chauffeur en hij trok op.
“Terug natuurlijk, idioot, wat dacht je dan?” Ze veranderde op de Lönguhlið van gedachten. “Sla de volgende links af”, zei ze vastbesloten. De chauffeur volgde zwijgend haar aanwijzingen.
Birgitta had de smaak te pakken gekregen. Ze had nog genoeg tijd over om die andere sukkel ook een bezoekje te brengen.