23
Londen
‘Kate,’ zei Richard.
Ik trok steeds dezelfde woorden over tijdens de vergadering, ik maakte de gaatjes in de letters zwart, en ik tekende een paar hartjes en bloemetjes om de boel op te vullen. Na de nachtvlucht had ik een verschrikkelijke jetlag en de letters zweefden voor mijn ogen. Ik kon me totaal niet concentreren op de vergadering die eindeloos om hetzelfde punt leek te draaien, rond en rond en rond, al zeker meer dan een kwartier.
‘Kate,’ zei Richard nog eens. Sarah gaf me een por met haar elleboog waar ik erg van schrok.
Iedereen keek me vol verwachting aan. Shit. Richard was al langer dan een maand in een vreselijke bui. Ik lag niet zo heel veel onder vuur omdat ik elke week een paar dagen in Singapore was, maar ik was gewaarschuwd door de e-mails van de zaak dat hij maar beter niet onaangenaam verrast kon worden. In de afgelopen twee weken waren vijftien personen hun baan kwijtgeraakt, en iedereen was nerveus.
‘Richard,’ zei ik kwiek. Het was me opgevallen dat hij ongeduldig met zijn vingers op tafel roffelde, en de aanval is de beste verdediging. ‘Kun je je vraag nog eens verduidelijken? Ik ben bang dat ik de vraag verkeerd kan hebben begrepen.’
Kwaad keek Richard me aan. Hij roffelde niet meer.
Ik lachte naar hem.
‘Ik kan mijn vraag zeker verduidelijken, Kate, want ik vroeg of je verdomme wel luisterde.’
O. Daar viel niet aan te ontkomen. Dean van Talent meesmuilde tevreden om me. Hij was vast blij dat iemand anders de toorn van Richard over zich had afgeroepen sinds Leila een illegale deal te veel had gedaan en uit Hitz was getrapt. Mijn aardiger collega’s keken solidair weg. Maar Richard keek me strak aan.
‘Ja, Richard,’ zei ik, en ik deed mijn best niet met mijn ogen te knipperen. ‘Het spijt me dat het erop leek dat ik niet goed luisterde. Ik dacht aan een paar dingen voor in Singapore. Ik werd afgeleid door, eh… Door het budget.’
‘O ja?’ Richard reikte over de tafel heen en griste de aantekeningen uit mijn hand. Ik probeerde ze terug te grissen, maar dat lukte niet. Toen hij ze door zijn bril met metalen montuur bestudeerde, verscheen er een hoogst onaangename glimlach op zijn gezicht. ‘Wat schattig. Mevrouw Kate Martell. Mevrouw K. Martell. Kate Martell. Mevrouw Martell.’
Een opgetogen kreetje ontsnapte Dean per ongeluk, maar zodra ik mijn blik op hem richtte, sloeg hij zijn ogen neer, al schokten zijn schouders nog. Richard schoof het papier terug naar mij, met een spottende uitdrukking op zijn gezicht. En dat was de man die op mijn bruiloft dronken tranen had gehuild, en die had gezegd dat het zien van Matt en mij samen hem had doen geloven in ware liefde.
‘Nou, mevrouw Martell,’ sneerde Richard. Ondertussen vouwde ik het papier steeds kleiner, alsof de namen op die manier uit de herinnering van alle aanwezigen konden worden gewist. ‘Denk je dat je dat lieftallige pasgetrouwde hoofdje weer op de zaken kunt richten? Want ik wil weten hoeveel dagen je onzalige team en jij nog nodig hebben voor de voorbereidingen in Singapore.’
Ik moest op mijn lip bijten om te voorkomen dat ik iets snauwerigs zei. Ik had net vierentwintig uur gewerkt, ik had zo vaak de halve wereld over gevlogen dat ik de meeste stewardessen van Singapore Airlines van naam kende, ik zag mijn nieuwe echtgenoot nauwelijks, en Richard zette me waar iedereen bij was voor gek vanwege een ogenblik van onoplettendheid. Ik werkte niet zo hard om me als een halvegare te laten wegzetten.
‘Tien dagen aan voorbereidingen, Richard,’ zei ik voorzichtig om mijn stem vast te doen klinken. De persoon die zijn geduld verliest is de verliezer. ‘Na de vergadering kan ik je de spreadsheet forwarden. Het plaatselijke team is bezig met de voorbereidende werkzaamheden, we moeten een week hebben met alleen een uitgeklede ploeg en dan drie dagen met het voltallige team, en dan is het voor elkaar.’
‘Hoe uitgekleed moet die ploeg zijn?’ vroeg Richard met een frons. Voor hem lag een vel vol getallen, met gele en roze markeerstift extra aangegeven. Geen iPad voor Richard, hij was van de oude school, zoals hij ons vaak trots mededeelde. Akoestisch, niet digitaal, alsof dat hem meer authentiek maakte in plaats van ouderwets. Ongeduldig liet hij zijn pen heen en weer gaan, zodat het een waas werd.
‘Nou, in eerste instantie waarschijnlijk alleen Sarah, Kirsty en ik,’ antwoordde ik. ‘Met het plaatselijke team erbij zijn dat er elf.’
‘En het voltallige team?’ Over zijn bril heen tuurde hij naar me.
‘Nou,’ zei ik terwijl ik me de aantallen probeerde te herinneren. ‘Ongeveer dertig, geloof ik. Na de vergadering kan ik je het juiste aantal sturen.’
Richard hief het bovenste vel vol getallen en streepte iets aan op het vel eronder. Toen keek hij op.
‘Heb je echt iedereen daar drie dagen lang nodig? Kan het niet in twee?’
Met een zucht wreef ik in mijn roodomrande ogen, totdat het tot me doordrong dat ik waarschijnlijk de mascara over mijn gezicht verspreidde. Niet dat het zou opvallen met onder mijn ogen die donkere wallen die steeds groter werden.
Je zou bijna gaan denken dat ik Richard om vrije dagen had gevraagd in plaats van te smeken nog eens als een gek duizenden mijlen te mogen vliegen, ver weg van mijn thuis en mijn man. Iedereen wilde de klus graag klaren en naar huis, snapte Richard dat dan niet?
‘Richard, elke keer dat ik terugkom uit Singapore, heb je de parameters weer veranderd. Dat is allemaal extra werk voor ons. Eerst was het vijf dagen met het volledige team, toen werden het er drie, en nu wil je er weer iets af hebben? Wil je dat dit evenement goed wordt geregeld, of op een koopje?’ Ik legde mijn handen plat op tafel. ‘Ik kan het allebei, maar niet tegelijk. Dat is onmogelijk.’
Richard keek boos. ‘Het is je werk, mevrouw Martell, om het goed te regelen en terwijl je dat doet, niet met het geld van Hitz te strooien. Vind je dat onmogelijk? Want er zijn vast zat mensen die zouden opspringen om de kans te krijgen te doen wat jij onmogelijk vindt.’
Ik wist precies over wie hij het had. Als hij dacht dat hij kon lunchen met Jennifer Heston zonder dat ik het wist, had hij verkeerd gedacht. Een afspraak met de voormalige manager Productie van MTV bij Delauney was net zo subtiel als een tafeltje voor twee neerzetten naast de balie van Lindsey bij de receptie. Ik wist niet of Jennifer uit was op werk als freelancer, of dat hij haar binnen probeerde te lokken, maar hoe dan ook maakte het me nog onrustiger dan ik al was als gevolg van de jetlag en de stress.
Ik schoof het plastic bekertje met oude vergaderkoffie van me af. Ik dacht dat de koffie me wakker zou houden, maar ik werd er alleen maar bibberig en paranoïde van.
‘Wanneer heb ik het budget overschreden?’ vroeg ik op hoge toon, in de hoop dat hij zich niet meer zou herinneren hoeveel contant geld ik aan omkopen had uitgegeven in Lagos. Ik wist zeker dat ik het bedrag zo goed had verdonkeremaand dat hij het niet meteen zou kunnen ophoesten. ‘Je weet dat ik kan doen wat je wilt voor precies het bedrag dat nodig is. Ik word helemaal gék van een budget dat om de vijf minuten verandert.’
‘Iedereen moet bereid zijn tot compromissen, Kate,’ snauwde Richard. Hij gooide zijn pen zo hard op tafel dat iedereen ervan schrok. ‘Iedereen. En als ik ertoe bereid ben, moet jij dat ook zijn. Begrepen?’
Er waren rode vlekken op zijn gezicht verschenen, alsof al zijn bloedvaten naar de oppervlakte waren gekomen om hun solidariteit te betuigen door met vlaggetjes te zwaaien. Langs zijn nek puilde een ader vervaarlijk uit, en die klopte alsof hij uit Richards huid wilde breken om te ontsnappen naar ergens waar het rustiger was.
‘Ja, Richard,’ zei ik, en ik neeg gehoorzaam mijn hoofd. Ik wilde niet verantwoordelijk zijn voor zijn hartaanval. ‘Sorry.’
‘Goed zo,’ zei Richard, en hij zag iets minder rood. Hij haalde even een vinger langs zijn kraag, alsof hij niet voldoende lucht kreeg. ‘Doe het goed. Ik wil niet dat Bailey met de Ballen een Gecastreerde Bailey wordt. Is dat duidelijk?’
‘Ja,’ zei ik braaf. Ik vond het niet het juiste moment om hem te wijzen op mijn nieuwe achternaam, die hij toch een paar minuten eerder vier keer onder elkaar had zien staan.
Toen ik thuiskwam, zat Matt al op de bank met zijn ellebogen op de knieën naar zijn laptop te staren. Een halfleeg bierflesje stond op het lage tafeltje naast hem, en op zijn gezicht had hij een blauwe gloed terwijl hij met zijn neus slechts een paar centimeter van het scherm ergens naar fronste.
Hij had de oude grijze trui en de pyjamabroek al aangetrokken die hij na een zware dag op kantoor altijd droeg. Ik plaagde hem vaak dat die zijn ranzige weerwoord waren op het kamerjasje van
Hugh Hefner; de kledij van een man met vrije tijd. En ik kan niet ontkennen dat ik die trui zelf weleens heb aangetrokken als hij te lang op reis was, gewoon om hem een beetje bij me te hebben.
‘Straks word je nog blind,’ zei ik in de deuropening.
Hij draaide zijn hoofd en lachte vermoeid naar me. Hij had bijna net zulke wallen onder zijn ogen als ik. ‘Je wordt toch blind van masturberen?’
‘Zit je weer naar porno te kijken?’ vroeg ik plagerig. Ik leunde tegen de deurpost. ‘Hou je handen waar ik ze kan zien.’
‘O ja? Ga dan maar op mijn schoot zitten met je billen, Bailey met de Ballen,’ zei Matt, en hij leunde achterover en klopte op zijn bovenbenen. Zijn trouwring blonk aan zijn linkerhand. Ik was er nog steeds niet aan gewend. Matt Martell, mijn echtgenoot.
Ik bleef bij de deur staan. Ik had mijn jas nog niet uitgetrokken en ik voelde me vies na de nachtvlucht en het naar huis forenzen.
‘Kom op, vrouw van me,’ zei hij terwijl hij zijn hand uitstak en me naar zich toe wuifde. ‘Kom hier en maak je man gelukkig.’
Slepend met mijn voeten liep ik naar hem toe, en ik liet mijn tas van mijn schouder vallen. Matts donkere haar stond in plukjes omhoog. Hij draaide het alleen maar zo als hij gestrest was. Hij besefte zelf niet dat hij dat deed, maar het was me als een van zijn hebbelijkheidjes opgevallen. Wanneer zijn haar zo zat, kon je maar beter oppassen. Nadat ik een vluchtige blik op het scherm had geworpen, ging ik op zijn schoot zitten. Hij keek niet naar porno, maar naar alweer een spreadsheet. De laatste tijd zag ik spreadsheets voor me voordat ik in slaap sukkelde. Ik zag kolommen cijfers die over een hek springen, zoals anderen schapen zien. Hitz was in de problemen en daar hadden we allemaal onder te lijden.
Matt maakte een niet erg beleefd oef-geluid toen ik tegen hem aan leunde.
‘Matt Martell, wil je soms beweren dat ik niet licht als een veertje ben?’ vroeg ik verontwaardigd.
‘O nee,’ reageerde Matt op ernstige toon. ‘Zit je al? Ik voel niks.’
‘Da’s beter,’ zei ik terwijl ik mijn armen om zijn nek sloeg.
‘Omdat ik geen gevoel meer in mijn benen heb,’ zei hij met een grimas. ‘Misschien komt het gevoel wel nooit meer terug. Nee, niet opstaan, blijf. Ik heb je toet gemist.’
Ik liet mijn hoofd tegen zijn schouder rusten en haalde diep adem. Matt had geen aftershave op, maar ik was dol op de gemengde geuren van zijn scheerzeep, de moisturiser waarvan hij zei dat het eigenlijk een heel mannelijke ‘gezichtsbeschermer’ was, en iets ondefinieerbaars dat gewoon Matt was. Zijn haar, zijn huid. Ik ging met het puntje van mijn neus over zijn oor.
‘Ik heb jou ook gemist.’
‘Waarom ben je zo laat thuis?’ vroeg hij.
‘Het is pas acht uur,’ antwoordde ik. ‘Ik ben even iets gaan drinken met Sarah. Richard is tegenwoordig een enorme klojo, en we moesten allebei stoom afblazen.’
‘Jullie wilden je bezuipen, bedoel je,’ zei Matt, en hij deed of hij mijn adem opsnoof.
‘Ik heb één glaasje wijn gehad, Matt,’ zei ik waarschuwend, en ik keek even naar zijn open bierflesje. ‘En toen liet ik de anderen begaan.’
Ik vertel Matt niet dat ik flink op mijn kop kreeg omdat ik al zo vroeg wegging. Jay was naar de Crown and Two Chairmen gekomen om Sarah te zien, samen met Danny en Chris, die er zin in hadden. Ze waren vooral teleurgesteld dat ik wegging omdat ik de Hitz-creditcard meenam waar meestal een paar rondjes mee werden betaald. Maar de laatste tijd werd ons op het hart gedrukt zuinig te zijn, en ik durfde de creditcard niet te gebruiken voor iets anders dan wat met werk te maken had. Dus betaalde ik met mijn eigen geld voor een rondje – heel tactisch, want ze zouden alle drie over een paar weken naar Singapore komen – en liet hen begaan. En ik lette niet op hun uitspraken over geketend aan huis zitten.
‘Ja, ja, het was hard werken zeker.’ Matt lachte. ‘Je had helemaal geen lol, het was een verschrikkelijk gedoe, een ware marteling, om die wijn te drinken.’
‘Hou je kop! Waarom ben jíj eigenlijk nog aan het werk?’ vroeg ik met een blik op de laptop die zacht gloeiend op het lage tafeltje stond, een onwelkome indringer die mijn thuiskomst verstoorde. Ik had niet verwacht dat ik bij mijn thuiskomst Matt zou aantreffen met een schort voor en dat hij een ovenschotel tevoorschijn zou toveren, tenzij hij een persoonlijkheidstransplantatie had ondergaan terwijl ik in Singapore zat. Maar wanneer ik naar huis verlangde, verlangde ik naar meer dan een gestreste echtgenoot en zijn computer.
Matt boog naar voren, waardoor ik om niet te vallen me aan hem moest vastklampen. Hij klapte de laptop dicht. ‘Ik ben niet aan het werk,’ zei hij terwijl hij mij ook fijn drukte. ‘Ik ga de avond doorbrengen met mijn mooie echtgenote.’
Toen kuste hij me, en met zijn hand streelde hij mijn billen. ‘Die billen heb ik gemist,’ zei hij. Ik deed mijn best hem verleidelijk aan te kijken, maar net op dat moment rommelde mijn maag en barstte hij in lachen uit. ‘Honger?’
‘Ja,’ zei ik.
‘Naar mij,’ zei Matt, en hij kuste me weer.
‘Naar jou, maar ik ben ook uitgehongerd, Matt. Sorry. Kunnen we eerst iets eten?’
‘Tuurlijk,’ zei Matt, en hij pakte de mobiel op die naast hem op de bank lag. ‘Waar heb je zin in, dan bestel ik wel.’
Ik pakte de mobiel af en zette hem uit. ‘Ik heb geen zin in afhaaleten.’
Matt leek in verwarring gebracht. ‘Misschien is het een beetje laat, maar we zouden ook ergens een pizza kunnen gaan eten.’
Ik schudde mijn hoofd, en mijn haar viel uit het staartje waarin ik het had gedaan toen ik uit het vliegtuig stapte. ‘Matt, ik heb al een week geen gewoon eten thuis gehad. Ik wil iets waar niet mee is gehannest, wat niet is opgewarmd in het vliegtuig, iets wat niet is gegarneerd met twee gekruiste sprietjes bieslook en een kumquat. Wat ligt er in de ijskast?’
Matt trok een gezicht dat me duidelijk maakte dat ik niet te veel moest verwachten. Ook al hadden we een fortuin uitgegeven aan een ijskast in Amerikaanse stijl, met twee deuren en van roestvrij staal, lag er niet vaak iets behoorlijks in. Meestal een paar biertjes, een halflege fles wijn en een vol optimisme gekochte zak sla die in de groentela veranderde van iets stevigs in iets slijmerigs. Maar als ik weg was geweest, was het nog erger.
‘Is er brood?’ vroeg ik.
Matt keek nadenkend naar het plafond en knikte toen.
‘Kaas?’
‘Ik geloof van wel,’ zei hij. ‘Cheddar.’
Ik wipte van zijn schoot af en trok mijn rok recht. ‘Vanavond, Matt, maak ik iets heel speciaals: fromage au pain.’
Gespeeld opgetogen klapte Matt in zijn handen. ‘Avec le sauce de Worcestershire?’
‘Naturellement, monsieur,’ antwoordde ik met een kleine kniebuiging.
‘Gelukkig ben ik niet met je getrouwd vanwege je culinaire kunsten,’ merkte hij grijnzend op.
‘Hou je kop,’ zei ik liefhebbend. ‘Je zou het zelf ook kunnen maken, trouwens.’
‘Zo bedoelde ik het niet, Kate, dat weet je ook wel,’ zei hij, en hij klikte de laptop weer open. ‘Je bent alles wat een echtgenote moet zijn, en meer. Over tien minuten kom ik in de keuken, eerst moet dit even af.’
Hij pakte zijn flesje bier en nam een grote slok, en ik ging naar de keuken in de hoop dat daar ook bier was.