THIS IS RADIO HILVERSUM
‘De tanende invloed van de Verenigde Staten op het Europese gebeuren - dat is het onderwerp van vanochtend. Maar dus eerst een plaatje. Bruce High zingt Pittsburg on my mind.’
Muziek.
‘Te gast in de studio zijn vanochtend de Ame-rikakenner drs. Spookstad en voor ik u aan de andere gast voorstel nu eerst wat muziek. De Lawnmowers brengen hun nieuwe hitsingle I lost my reflexes in Austin, Texas en daarna kunt u nog luisteren naar My heart was broken in Hoboken, gezongen door niemand minder dan good old Diana Dustbin die u zich nog wel herinnert van haar optreden gisterenavond in de Muppet-show.’
Muziek.
Muziek.
‘Onze andere gast in de studio is de publiciste Ans Palingbroek van wie onlangs het stof oprakelende boek Amerika, waar ligt dat? verscheen. Mijn eerste vraag is voor drs. Spookstad omdat hij een man is, maar voor ik die vraag stel zingt Hank Courtland zijn versie van New York, New York:
Muziek.
‘Drs. Spookstad, er zijn de laatste tijd tekenen bespeurbaar die erop wijzen dat de invloed van de Verenigde Staten op wat ik dan maar gemakshalve het Europese gebeuren noem aan het afnemen is, dat die invloed dus aan het tanen is, zou je kunnen zeggen. Wat is uw visie hierop?’
‘Er is inderdaad het gevoel de laatste tijd dat de invloed van de Verenigde Staten op de gebeurtenissen in ons oude continent van minder pregnantie zou zijn dan dat in nog niet zo lang achter ons liggende tijden het geval was. Vindt dit gevoel echter een basis in de werkelijkheid? Ik…’
‘Voor we verder gaan, luisteren we eerst even naar de Bellybuttons die My lust is raus in Arkan-sas ten gehore brengen, een nummer van hun nieuwe lp Hang Ling, you’re standing on my shoe-string.’
Muziek.
‘Mevrouw Palingbroek, Ans mag ik wel zeggen omdat u een vrouw bent, ben jij ook van mening dat de invloed van de Verenigde Staten op het continentale gebeuren aan het verminderen is? Heeft deze mening een basis in de werkelijkheid, om even een uitspraak van drs. Spookstad te citeren? Of gaan we voor je antwoordt eerst even luisteren naar die nieuwe opwindende groep Dirty Swines die hun hit Ifound my oma in
Oklahoma spelen? Ja, dat gaan we eerst even doen.’
Muziek.
‘Ans Palingbroek, wat denk jij ervan? Daalt de invloed van de Verenigde Staten op het Europese gebeuren inderdaad?’
‘De vraag stellen is eigenlijk de vraag beantwoorden. Ik geloof dat…’
‘Sorry Ans, ik moetje even onderbreken… er is een verkeersbericht. Ja Kees, zeg het maar.’
‘Ja, we kregen zojuist een file door. Op de weg van Santa Barbara naar Los Angeles staat een file van dertig mijl.’
POP ETC.
Als ik het goed heb, heerst er malaise in de popmuziek, maar misschien heb ik het wel niet goed, want voor de popmuziek ben ik natuurlijk veel te vroeg geboren. Nemen we aan dat vijftien jaar een mooie, rijpe leeftijd is om met popmuziek te beginnen, wel, toen ik vijftien was schreven we het jaar 1945. In Nederland woedde de bevrijding en we ruilden een dictatuur van dulle Duitse en Nederlandse liedjes in voor het opwindende geluid van de big bands, dat uit de Verenigde Staten naar ons kwam overgewaaid. En dat vind ik nog steeds het meeslependste dat er is: het onontkoombare, solide geluid van een swingende band dat als een Oldsmobile op je afkomt.
En ook al snel na die bevrijding, toen in ons jongensleven alles pas écht begon, kwamen uit New York, uit Fifty Second Street, de snelle, versnipperde klanken van de bebop, Parker, Gilles-pie, Powell, Monk, noem ze maar op. Voor ik tijd had om na te denken was ik verkocht aan dejazz. Ik weet niet of er toen popmuziek was; misschien waren dat de liedjes die door crooners werden gezongen en die voor een aanzienlijk deel uit de schatkist van Cole Porter werden geput.
Maar de pop, laten we zeggen de muziek die met
de Beatles begon, een voornamelijk blanke affaire, kwam voor mij te laat. Ik had me in de bebop herkend, in de zwarte muziek; dat was de muziek die me in een staat bracht van ijlende opwinding of naar binnen geslagen genot. Zo’n gevoel krijg je maar één keer in je leven.
Toen de Beatles en de Stones begonnen op te komen, die toen nog lang niet in één adem werden genoemd (de liefhebbers van de Beatles waren geen aanhangers van de Stones en de Stones-fana-ten verafschuwden de Beatles, die ze maar weke jongejuffrouwen vonden) - woonde ik in Antwerpen. Ik noem die periode dan ook mijn Rubber SoM/-periode. Maar ook hun muziek bracht in mij niet de vereiste opwinding teweeg. Eerlijkheid gebiedt te zeggen dat ik er te oud voor was, want voor popmuziek moetje geen grijsaard zijn. Wel zag ik in dat de Stones en de Beatles iets anders waren dan we tot dan toe hadden meegemaakt.
Als ik aan Antwerpen terugdenk hoor ik twee popnummers opklinken in de sombere gewelven van mijn geheugen: Under my thumb, en dan regent het altijd en ik loop laat in de avond door de Leo-poldstraat op weg naar de cafés in de binnenstad, een eenzame kaaskop die zich op de duur wat ontworteld begon te voelen in het Vlaamse leven.
Het andere nummer was een nummer van de Beach Boys: Good vibrations.
Het was voorjaar, de zon schitterde op de Schelde en in de ruiten van de winkels op de Meir. Overal begeleidde die melodie me: in de prachtige hal van het Antwerpse Centraal Station, in café Lo-carno waar na de voorstelling de acteurs bijeenkwamen en in het Stadspark waar ik keek hoe mijn dochter speelde.
Misschien waren dat toch de dagen.