Voorwoord

Op de grote stille heide

Loopt zij samen met haar hond

En zij is de weg verloren

En zij heeft geen plattegrond

Eigenlijk is ze nog nooit zo ver geweest

Eigenlijk zou ze vanavond naar een feest

 

’t is stil op de heide, zo stil op de heide, de heide

 

Als ik de uitgestrekte heide en bossen van de Veluwe in gedachten neem, kan ik niet anders dan denken aan de bovenstaande tekst door Brigitte Kaandorp. U moet weten: ik verdwaal nogal makkelijk. Gelukkig heb ik geen hond, anders was ik allang verdwenen.

U denkt wellicht dat ik overdrijf, maar niets is minder waar. Er verdwijnen tegenwoordig nog steeds mensen op de Veluwe: in april 2004 raakte er een vrouw van 79 hopeloos verdwaald op de heide bij Doorwerth. Ze was met haar rollator gaan wandelen, maar keerde die avond niet terug. Er is de volgende dag een team met tien reddingshonden en dertien personen op pad gegaan om haar te zoeken. De dertigjarige Jos Mahler verdween in 1998 compleet met zijn lichtblauwe Datsun en drie inzittenden, na een avond stappen in Arnhem.

Mahler en zijn vrienden raakten nooit terecht, maar de bejaarde vrouw werd na twee dagen gevonden, niet door het reddingsteam maar door een wandelaar op de hei. Ze werd met spoed in het ziekenhuis opgenomen.

De Veluwe, hoewel tegenwoordig wat drukker bezocht dan vroeger, heeft na al die jaren nog niets aan gevaar en mysterie ingeboet. Rovers slaan er nog steeds hun slag (in het geval van Mahlers verdwijning wordt gedacht aan ‘georganiseerde misdaad’) en als u deze bundel leest, leert u dat kabouters, spoken en wilde dieren nog steeds veelvuldig tieren in het veld en de uitgestrekte bossen. En zo is het altijd geweest.

‘Vale ouwe’ betekent ‘slechte grond’. Van oudsher is dit gebied dunbevolkt, omdat het er slecht vertoeven was. In plaats daarvan begroef men er de doden, jaagde men er op wild en hield men rituelen of volksvergaderingen in de vreemde kuilen in het landschap.

Alleen de ‘Hessen’, stoere kerels met baarden en breedgerande hoeden, trokken vrij door dit niemandsland.

Over de Veluwe lopen hierdoor tot op de dag van vandaag, vanuit de Achterhoek naar Barneveld en vanaf daar naar Utrecht, de mysterieuze Hessenwegen. Deze Hessen waren de Duitse kooplui die sinds de zeventiende eeuw Oost-Nederland binnenkwamen. Het was een ruw en strijdhaftig volk, dat vaak als huurling werd ingezet. Extra geheimzinnig was dat ze de dorpskernen en de bestaande paden zo veel mogelijk meden. Hun grote wagens, vaak getrokken door meerdere paarden, ploegden door ongerept natuurgebied en maakten zo een nieuw wegennetwerk, geliefd door rovers en ander tuig omdat er geen controle op was.

Om niet te verdwalen, hier een kleine handreiking bij het lezen van dit boek. U kunt de verhalen natuurlijk van kaft tot kaft lezen, of zomaar zo nu en dan een verhaaltje ‘snoepen’, maar u kunt ook de stoute schoenen aantrekken en het Hessenspoor volgen.

Dit bedoel ik in eerste instantie figuurlijk. Elk van de verhalen die zich langs – of in de buurt van – zo’n geheimzinnig pad bevindt, staat herkenbaar aangegeven in de inhoudsopgave, waardoor u een Hessenspoor-leesvolgorde kunt kiezen, die in de kaart voorin staat aangegeven. De verhalen zelf staan aangeduid met een ‘hessenwiel’ bij de titel. Misschien raakt u zo ook wel geïnspireerd om échte schoenen aan te trekken, naar buiten te gaan en de locaties van de verhalen op te zoeken. In de inleidingen en nawoorden geef ik hiervoor zo veel mogelijk plaatsinformatie en achter in de bundel vindt u nog meer praktische tips voor een mysterieuze dagbesteding.

Reis dus mee over de Veluwe, reis mee langs het Hessenspoor! Ga van Hattem, Deventer en Brummen helemaal naar Barneveld. Maar wees vast gewaarschuwd: het spookt in het hotel in Hattem en eenmaal onderweg willen elfen en spookruiters u van uw pad lokken; u gaat rovers en weerwolven tegenkomen; maar ook reuzen en kabouters. Reis mee, en ontdek de Veluwe op een heel nieuwe manier.

 

Martijn J. Adelmund

Wageningen, maart 2008