13
'Pak een verbandkist voor me, Melissa.' Galen smeet de deur open en hielp Travis de keuken in. 'Die stomme klungel is tegen een kogel opgelopen. Zie je nou wel dat ik met hem mee had moeten gaan?'
'Een kogel?' Melissa's hart kromp samen. 'Is het erg?'
'Een schotwond is nooit lollig.' Galen liet Travis voorzichtig in een stoel zakken. 'De kogel is langs zijn ribben geschampt, maar hij heeft wel wat bloed verloren.'
'Wie heeft dat gedaan?'
Travis schudde zijn hoofd. 'Dat weet ik niet zeker. Daar moet ik eens goed over nadenken. Verbind me maar en geef me iets om mijn hoofd weer helder te maken.'
'De cia?'
'Dit had niets met Cassie te maken.'
'Hoe weet je dat nou als...'
'Kun je hem eerst even verbinden voordat je hem aan een kruisverhoor onderwerpt?' Galen schudde zijn hoofd. 'En dan te bedenken dat vrouwen zogenaamd zachtaardiger zijn dan mannen.'
'Hou je mond. Loop naar de slaapkamer en haal de dokterstas van Jessica op, maar zorg dat je haar niet wakker maakt. Ze heeft haar slaap hard nodig.'
'Zij is dokter. Misschien moeten we toch...'
'Ik kan dit zelf wel af. Ik wil niet dat jullie haar lastig vallen.'
'De hemel verhoede dat we je zuster lastig vallen,' mompelde Travis. 'Dat is het laatste wat we willen.'
'Inderdaad. Jullie hebben haar al ellende genoeg bezorgd.' Ze liep naar het aanrecht en vulde een bak met water. 'Doe je overhemd uit.' Ze zag hem worstelen en zei met strakke kaken: 'O, hou op. Je ziet eruit alsof je elk moment onderuit kunt gaan. Ik help je wel.' Ze zette de bak op tafel en pelde hem voorzichtig uit zijn overhemd. 'Ik neem aan dat die "klus" van jou niet zo is verlopen als je had gehoopt.'
'Dat kun je wel stellen. Schiet een beetje op, alsjeblieft.'
'Ik doe mijn best. Of dacht je soms dat ik zin heb om je te vertroetelen?'
'Hier is de tas.' Galen zette de leren dokterstas op de tafel en maakte het slot open. 'Zal ik je helpen? Ik ben zelf ook vrij goed in het verlenen van eerste hulp.'
'Dat geloof ik onmiddellijk.' Melissa maakte handig de lange, kronkelende schram schoon. 'Al die oorlogsverwondingen...'
'Wat?'
'Niets. Geef me dat ontsmettingsmiddel maar aan.' Ze keek Travis even aan. 'Dit doet pijn.' Ze wachtte niet tot hij iets zei, maar bracht het ontsmettingsmiddel aan op de open wond. Hij vertrok geen spier. Het leek alsof hij niets voelde. Haar lippen krulden.
'Macho.'
'Ja, dat ben ik ten voeten uit.' Travis keek Galen aan. 'Pak je telefoon en zorg dat we een ander onderkomen krijgen. Ik ben onderweg niet gevolgd, maar we moeten ervoor zorgen dat de man die Jan heeft vermoord geen kans krijgt om...'
'Is Jan dood?' viel Galen hem in de rede. 'O god, Travis, wat vind ik dat erg.'
'Ja, ik ook.' Travis keek Melissa aan. 'Ben je klaar met me?'
'Ik wou dat het waar was.' Ze verbond de wond. 'Maar zo hou je het wel even uit.' Ze gaf hem drie aspirientjes. 'Je hebt niet genoeg pijn om iets sterkers te nemen.'
'O, ik verga van de pijn.'
Ze begreep dat hij het niet over lichamelijke pijn had en onderdrukte een opwelling van medeleven. 'Als je last hebt van je hoofd komt dat niet door die vleeswond.'
Hij nam de aspirientjes in en zei tegen Galen: 'Hij wist dat we een afspraak hadden en hij wist ook dat we de spullen kwamen afleveren. Hij kan de man van Karlstadt zijn geweest, maar ook iemand anders die van alles op de hoogte was. Hij zei dat Jan heel behulpzaam was geweest. Jan had vorige week twee microfoons in zijn flat gevonden. Ik dacht dat die van de cia waren, maar...' Hij schudde zijn hoofd. 'Het kan een corrupte agent zijn geweest, maar op de een of andere manier klopt dat niet. Ik moet er eens goed over nadenken. Zorg jij maar dat we hier wegkomen.'
'Naar Parijs?'
Travis haalde zijn schouders op. 'Waarom niet?'
'Prima.' Galen stond op en pakte zijn telefoon. Hij aarzelde. 'Het spijt me echt ontzettend. Ik weet dat je hem als een familielid beschouwde.' Hij liep met grote passen naar buiten. Melissa had die laatste opmerking nauwelijks gehoord. 'Naar Parijs? Waarom Parijs?'
'Dat weet je best,' zei Travis vermoeid. 'Ik heb iets beloofd en die belofte wil ik zo gauw mogelijk inlossen.'
Ze sloot haar ogen. 'Shit.'
'Dat ben ik roerend met je eens.' Hij trok zijn overhemd aan. 'Ik weet dat je hoopte dat ik daar niet aan toe zou komen door Jans...' Hij stopte even. '... dood.'
Hij kon het woord nauwelijks over zijn lippen krijgen. Ze kon zijn schrijnende verdriet gewoon voelen. Maar dat wilde ze niet, verdomme. Haar ogen vlogen weer open en ze wierp hem een boze blik toe. 'Ik kan het niet helpen dat je vriend dood is. Hij moet stapelgek zijn geweest, anders had hij nooit partij voor jou gekozen. Eigenlijk zou dit een goeie les voor je moeten zijn, maar je hebt er niets van opgestoken. Je dendert gewoon als een blind paard op je doel af, zonder je erom te bekommeren dat je mensen pijn doen.'
'Ik wil niemand pijn doen.'
'Vertel dat maar aan je vriend Jan.'
Het was alsof ze hem een klap in het gezicht had gegeven. 'Wat zou jij het leuk hebben gevonden om dokter te zijn in de tijd dat mensen nog zonder verdoving behandeld werden.' Hij knoopte zijn overhemd dicht. 'Goed, als je het niet erg vindt, loop ik nu maar naar buiten om Galen op te zoeken. Ik heb frisse lucht nodig.'
Met gebalde vuisten keek ze hem na. Ze had hem gekwetst, maar ze barstte nog liever dan hem te laten merken dat ze daar eigenlijk spijt van had. Hij was sterk genoeg om de hele wereld aan te kunnen en zij moest even sterk zijn.
Ze bracht Jessica's dokterstas terug naar de slaapkamer en zette hem op de stoel naast het nachtkastje. Jessica lag naast Cassie op het bed te slapen. Ze keek neer op het verwarde kind en haar zuster, die bereid was alles op te geven om haar patiëntje te beschermen. Ze lagen allebei vast te slapen en ze voelde plotseling een intense behoefte om ervoor te zorgen dat hun geen van beiden iets zou overkomen. Wat raar. Jessica was altijd degene geweest die overal voor had gezorgd, haar veiligheidsnet in een onzekere wereld. Maar nu niet meer. Jessica wist niet waar ze aan was begonnen. Ach verrek, misschien gold dat net zo goed voor Melissa, maar daar kon ze geen rekening mee houden.
Ze moest in het diepe springen, ervoor zorgen dat niemand kopje onder ging en maar hopen dat ze niet zouden verdrinken. Ze liep naar het andere nachtkastje, pakte Jessica's handtas en begon erin te snuffelen.
'Alles goed met je?' vroeg Galen toen hij naar Travis toe liep.
'Kun je niet beter gaan liggen?'
'Vanwege die wond? Ik kan me die keer nog herinneren dat jij in Tanzania een kilometer of zeven hebt gelopen met een hakmes in je been.'
'Ja, maar niet iedereen is zo'n superman als ik. En ik grijp wel elke mogelijkheid aan om me even lekker te ontspannen.' Hij keek op zijn horloge. 'Je hebt nog drie kwartier voordat we vertrekken. Ga maar weer naar binnen en neem het ervan.'
'Ik voel me hierbuiten meer op m'n gemak.'
Galen knikte. 'Ik snap wat je bedoelt. Ze wil absoluut niet dat je achter de Winddanser aan gaat.'
'Ze zal zich er toch bij neer moeten leggen.' Travis leunde tegen de deurpost. 'Heb je het al voor elkaar gekregen?'
'Ik heb iemand contact laten opnemen met Paul Guilliame, de assistent-conservator van het museum. Hij staat bekend als iemand die omgekocht kan worden.'
'De Winddanser is wel een geval apart.'
'Maar het feit dat Guilliame zo'n zwak karakter heeft, kan ons goed van pas komen. Als we maar genoeg geld bieden en hem kunnen overtuigen.' Hij glimlachte. 'En ik ben altijd heel overtuigend.'
'Je moet nog iets anders voor me doen.'
Galen keek hem vragend aan.
'Volgens mij heb ik de man die Jan heeft vermoord eerder ontmoet. Hij kende mij in ieder geval wel. Hij wilde mij doden, niet Jan.'
'Herkende je zijn gezicht?'
Hij schudde zijn hoofd. 'Zijn ogen kwamen me vaag bekend voor. Groen, een tikje schuinstaand... maar hij droeg een valse baard.'
'Maar wat moet ik dan voor je doen?'
'Je moet iemand vinden die mij toegang kan verschaffen tot de computerbestanden van Interpol. Ik wil politiefoto's bestuderen.'
'Dan moet je een aanknopingspunt hebben, anders ben je over vijftig jaar nog bezig.'
Dat wist Travis ook wel, maar hij moest ergens beginnen. 'Dan doe ik er maar vijftig jaar over. Zorg jij maar dat je een hacker voor me vindt.'
Galen knikte. 'Ik kan niet beloven dat hij op ons staat te wachten als we in Parijs aankomen, maar ik vind wel iemand.'
'Mooi.' Het was helemaal niet mooi. Op het ogenblik was niets mooi. Jan...
'Wil je over hem praten?' vroeg Galen rustig. 'Dat wil weleens helpen.'
Travis schudde zijn hoofd. 'Hij is dood.' Zijn mond vertrok. 'Er valt niets te zeggen.'
'Dat was jouw schuld niet. Jan zat al heel lang in het vak. Hij wist wat hij deed.'
'Dat weet ik best.'
'Maar jij leeft nog en je vriend is dood.' Galen haalde zijn schouders op. 'Jammer. Maar je moet ermee leren leven.'
'Dat komt wel. Zorg jij nu maar voor die hacker.'
'Komt in orde. Het schoot me ineens te binnen dat ik een vent ken, die dat misschien wel voor elkaar krijgt. Stuart Thomas. Nogal een vreemde vogel, maar hij weet echt alles van computers.' Zijn telefoon ging over en hij nam het gesprek aan. Hij bleef even luisteren en verbrak toen de verbinding. 'Volgens mij hebben we Guilliame te pakken. Hij zal het standbeeld uit de vitrine halen en naar de restauratieruimte achter in het museum over laten brengen onder het mom dat het schoongemaakt moet worden. Hij zegt dat er wel bewakers voor de deur moeten staan omdat het anders een verdachte indruk zou maken. Hij kent een stel dat voor een bepaald bedrag wel bereid is om de andere kant op te kijken.'
'En wat is dat bedrag?'
'Alles bij elkaar, bedoel je? De prijs is omhooggegaan. Twee miljoen. Dat is wel heel duur voor vier uurtjes in één kamer met een verdomd standbeeld. Ik kan proberen af te dingen.'
'Daar hebben we geen tijd voor.'
'Heb je wel zoveel geld?'
'Ik heb iets anders in de aanbieding.'
'En dat is twee miljoen waard?'
'Volgens mij ziet Guilliame dat wel zitten. Dat was ook het geval met Karlstadt.'
'Wil je de spullen gebruiken die je aan Karlstadt hebt beloofd?'
Hij floot zacht. 'Dat zou weleens gevaarlijk kunnen zijn.'
'Daar maak ik me dan later wel weer druk over.'
'Misschien krijg je daar de tijd niet voor.'
'Hij kan barsten. Het is ook best mogelijk dat Karlstadt verantwoordelijk is voor Jans dood.'
'Maar dat weet je niet zeker.'
'Nee, op dit moment ben ik nergens zeker van.' Zijn blik kruiste die van Galen. 'Hij kan barsten,' zei hij nog eens.
'Ik kijk wel zwaar uit om een man die op wraak zint te dwarsbomen. Ik heb ontdekt dat gezond verstand in zo'n geval schittert door afwezigheid.' Hij draaide zich om. 'Vannacht om twaalf uur zijn we in Parijs.'
'Neem meer mankracht in dienst,' zei Deschamps zodra Provlif de telefoon beantwoordde. 'En begin nou niet weer over geld. Ik heb meer geld dan jij ooit nodig zult hebben. Zorg dat je Cassie Andreas vindt.'
'Ik denk dat ik hier dan lang kan zoeken.'
'Hoezo?'
'Volgens mijn contactpersoon bij de cia wordt er gefluisterd dat ze ontvoerd is door jouw oude vriend Travis.' Hij begon uit te leggen wat er gezegd werd.
Deschamps bleef even stil toen Provlif uitgesproken was. 'Dat lijkt me hoogst onwaarschijnlijk.'
'De president is vanuit Japan teruggevlogen naar Washington, zogenaamd omdat hij ziek was. Andreas is zo gezond als een vis.'
Maar toen Deschamps er wat langer over had nagedacht, begon hij toch meer geloof aan het gerucht te hechten. Travis had het in zijn gesprekken met Van Beek nooit over het kind gehad, maar het was best mogelijk dat Andreas hem genoeg vertrouwde om hem te vragen zijn dochter te helpen. En Travis was slim genoeg om op die manier te ontsnappen. Een golf van opwinding sloeg door hem heen. Uiteindelijk kwam alles weer op het beginpunt terug: bij hem. Eerst Travis en nu misschien ook het kind.
'Deschamps?'
'Misschien is het toch waar.'
'Maar waarom zou hij dat kind meenemen?'
Om dezelfde reden als Edward haar in handen had willen krijgen? Dat was heel goed mogelijk. Misschien was Travis in Vasaro alleen maar tussenbeide gekomen omdat hij zelf iets dergelijks van plan was.
'Ik wil het telefoonnummer van Travis hebben.'
'Ik heb al eerder geprobeerd of ik dat te pakken kon krijgen.'
'Dan moet je nog beter je best doen. Je weet verdomd goed dat het bij de cia bekend moet zijn als Travis in dat huis in Virginia zat.'
'Ik heb je al verteld dat ze niet in staat waren zijn gesprekken te traceren.'
'Die wil ik ook niet traceren. Maar de kans bestaat dat ik met hem wil praten.'
'Ik ga er wel achteraan.'
'Zorg dat je het te pakken krijgt. En stap daarna maar op een vliegtuig en kom terug. Misschien heb ik je hier nodig.' Hij verbrak de verbinding en leunde achterover in zijn stoel. Hij wilde dat telefoonnummer per se hebben. Om de een of andere vreemde reden had hij de behoefte om met Travis te praten. Dat had hij nog nooit gehad bij andere mensen op wie hij het had gemunt, maar Travis was een geval apart. Travis had hem vernederd en het feit dat hij hem dat geld had afgepakt was niet genoeg. En wat hij net had gehoord bewees dat Travis ook in een ander opzicht een gevaar was. Hij was niet alleen een bedreiging, hij was ook een concurrent. Ja, hij zou hem echt met het grootste genoegen om zeep brengen, hij zou met Travis spelen en hem laten zien dat hij hem altijd net een stap voor was.
Maar wat zou die volgende stap zijn? Als Provlif gelijk had, en er echt met man en macht naar Travis werd gezocht, moest hij ergens ondergedoken zitten. Maar Edward had zijn vriend vermoord, en Travis was sentimenteel genoeg om hem te willen wreken. Daarvoor moest hij echter eerst achter de identiteit van Edward komen en hem vervolgens opsporen. Het enige aanknopingspunt dat Travis had, was de moord op Henri Claron en het zat er dik in dat hij daarmee zou beginnen.
In Lyon dus?
Misschien.
Misschien ook niet.
Travis was beroofd van het geld dat hij had gedacht te vangen en het kon weleens een dure grap worden om Cassie Andreas verborgen te houden. De kans bestond dat hij tot het besluit kwam om eerst zijn belangrijkste plan te verwezenlijken. Edward moest absoluut alles wat hij over Travis te weten was gekomen nog eens op een rijtje zetten en dan gewoon doen wat zijn instinct hem ingaf...
Parijs
Het bescheiden appartement bevond zich in een buitenwijk van Parijs, vlak bij een parkje met veel groen. Het lag bovendien maar vier straten van het Musée d'Andreas af.
'Leuk.' Galen zette de koffers neer en keek de zitkamer rond. 'Ouderwets, maar heel gezellig. Misschien iets te veel blauw. Blauw mag dan een neutrale kleur zijn, maar ik word er altijd een beetje somber van.'
'Dat maakt niet uit. We blijven hier niet lang genoeg zitten om in een depressie te raken.' Travis droeg Cassie naar de slaapkamer en legde haar neer voordat hij zich tot Jessica wendde. 'Sinds we uit Juniper weg zijn, heeft ze geen nachtmerrie meer gehad. Dat is toch een goed teken, hè?'
'Wil je soms van me horen dat het een goede therapie was om haar te ontvoeren?' vroeg ze droog. 'Vergeet het maar, Travis.'
'Het heeft haar in ieder geval geen kwaad gedaan.'
'Nog niet.' Melissa kwam de kamer binnen en zette een koffer en Jessica's dokterstas voor de radiator onder het raam. Daarna liep ze naar de aangrenzende badkamer en sloeg de deur met een klap achter zich dicht.
Jessica trok een gezicht. 'Eigenlijk heeft ze gelijk. Ik weet niet welke uitwerking dit op de lange duur op Cassie zal hebben.'
'Daar kan ik ook niets aan doen.' Hij probeerde de ergernis in zijn stem te onderdrukken. 'Ik doe mijn uiterste best.' Hij liep naar de zitkamer en zag dat Galen op het punt stond de voordeur uit te lopen. 'Waar is Stuart Thomas?'
'In het appartement aan de andere kant van de gang. Hij houdt niet van gezelschap. En geloof me, je mag blij zijn dat hij niet op je lip zit. Als hij intensief bezig is met een bepaald project gunt hij zich geen tijd voor dingen als douchen en tandenpoetsen.'
'Is hij dan intensief bezig met dit project?'
'Tot op zekere hoogte. Hij zou het veel interessanter hebben gevonden als je hem had gevraagd je toegang te verschaffen tot de supergeheime computerbestanden van het Pentagon.' Hij deed de deur open. 'Ik ga even kijken wat hij uitspookt.'
'Ik ga met je mee.'
'Nee, geen sprake van. Je bent veel te gespannen en ik wil niet dat Stuart overstuur raakt. En het is trouwens al twaalf uur geweest. Ga maar slapen. Morgenochtend kun je naar hem toe.'
'Ik hoef niet...' Hij hield zijn mond toen Galen hem strak aankeek. Het had geen zin. Galens besluit stond vast en hij zou hem toch niet kunnen ompraten. 'Maak me maar wakker als het Thomas gelukt is.'
'Morgenochtend.' De deur viel achter hem dicht. Verdomde Galen.
En de hemel zij dank voor Galen.
'Wanneer ben je van plan om Cassie mee te nemen naar de Winddanser?' Melissa stond aan de andere kant van de kamer.
'Overmorgen, 's avonds na sluitingstijd. Als alles goed gaat.'
'Het zal fout gaan.' Ze liep naar het raam en keek naar buiten.
'Maar je luistert toch niet naar me, hè?'
'Ik kan niet naar je luisteren.'
'Je bent gewond. Waarom wacht je niet tot je weer beter bent?'
'Toen je me hielp, heb je zelf gezegd dat het maar een schram is en nauwelijks de moeite van het verbinden waard. Waar of niet?'
Ze was even stil. 'Ja. Ik wou dat hij jou had vermoord in plaats van je vriend.'
'Dan heb je dus geen geluk gehad.'
'Het zit er dik in dat we geen van allen geluk zullen hebben.' Ze wachtte even en zei toen: 'Ik wil dat je me een pistool bezorgt.'
Hij verstijfde. 'Waarom?'
'Ik wil mezelf kunnen verdedigen, zonder volledig van jou afhankelijk te zijn.' Ze schonk hem een spottend glimlachje. 'Maak je geen zorgen, ik was niet van plan om jou neer te schieten, ook al is dat nog zo'n verleidelijk idee.'
'Weet je wel hoe je met een pistool moet omgaan?'
'Een tijdje geleden zijn op de universiteit een paar meisjes overvallen en verkracht. Daardoor werden mijn kamergenoten en ik een beetje zenuwachtig. We hebben allemaal een cursus zelfverdediging gedaan en nadat ik een Smith and Wesson .38 voor het appartement had gekocht hebben we schietlessen genomen.'
'Oké, ik zal zorgen dat Galen dat morgen voor je regelt.'
'Mooi.' Onderweg naar de slaapkamer bleef ze even staan en keek achterom. Hij was verbaasd toen hij de wanhopige blik in haar ogen zag. 'Ik wil niet dat jij doodgaat. Ik wil dat niemand doodgaat. Het leven is zo'n kostbaar geschenk dat je eigenlijk met volle teugen van elke minuut moet genieten en...'
'Denk je dat Cassie van haar leven geniet? Jessica doet haar uiterste best om daar verandering in te brengen.' Hij schudde vermoeid met zijn hoofd. 'En ik ook, denk ik.'
'Jessica begrijpt er niets van. Net zomin als jij.' Haar wanhoop klonk nu ook in haar stem door. 'Ik moet jullie tegenhouden.'
Travis keek peinzend naar de deur die ze achter zich had dichtgetrokken. Melissa begon steeds emotioneler te worden en dat kon gevaarlijk zijn.
Jezus, daar zat hij echt niet op te wachten. Hij wilde alleen maar doen wat hij Jessica had beloofd, zodat hij meteen daarna op zoek kon gaan naar de moordenaar van Jan.
Hij zat na te denken over de man in het park en probeerde zich elke minuut weer voor de geest te halen vanaf het moment dat hij hem voor het eerst had gezien. Hij had tegen Jan gezegd dat hij hem bekend voorkwam. Waardoor had hij die indruk gekregen? Groene ogen... Maar toen hij dat tegen Jan zei, was hij te ver weg geweest om die ogen te kunnen zien.
Hij liet zich op de bank vallen. Hij moest goed nadenken. Alles tegen elkaar afwegen. Een aanknopingspunt vinden.
Washington D.C.
'Danley denkt dat hij Travis heeft gevonden, meneer de president,' zei Keiler. 'Nou ja, hij weet niet precies waar hij uithangt, maar er heeft zich gisteren in een park in Amsterdam een incident voorgedaan. Jan van Beek is vermoord.'
'Door Travis?'
'Nee, de moordenaar sloeg op de vlucht, achtervolgd door Travis. Volgens ons is Travis bij die overval gewond geraakt.'
'Goed zo,' zei Andreas. 'Ik wou dat die smeerlap was gevierendeeld.'
'Niet voordat we uw dochter hebben gevonden,' zei Keiler. 'Daarna willen we u dat plezier best doen, meneer de president. Danley denkt dat ze ook het bedrijf in Antwerpen hebben gevonden waar de personenbus is gehuurd waarin uw dochter is vervoerd. Het tijdstip klopt. We zitten hem al bijna op de hielen, meneer.'
'Hij heeft nog te veel voorsprong. Ik ga naar Amsterdam.'
'Dat zou niet verstandig zijn.'
'Ik ga toch. Zorg dat Air Force One klaarstaat voor vertrek. Dat vliegtuig is ingericht om de president in staat te stellen in een noodgeval vandaaruit het land te besturen. Nu zal het op de proef worden gesteld. Daarna moet je de dokter laten verklaren dat ik wat gezondheidsproblemen heb en voorlopig mijn kamer niet mag verlaten. Ik zal op het balkon verschijnen zodat de mensen met hun eigen ogen kunnen zien dat ik niet op sterven na dood ben.'
'Maar wat moeten we dan tegen de First Lady zeggen?'
Chelsea. Ze had meteen argwaan gekregen toen hij uit Tokio terug was gekomen. Ze kende hem veel te goed. De band tussen hen was zo sterk dat hij haar niet lang om de tuin zou kunnen leiden.
God, eigenlijk wilde hij haar niet vertellen wat er met Cassie was gebeurd.
Maar als hij naar Amsterdam ging, ontkwam hij daar niet aan. Hij stond op. 'Ik ga wel naar haar toe. Over een uur vertrekken we, Keiler.'
'Ja, meneer de president.'
Een paar minuten later deed Andreas de deur naar hun privévertrekken open. Ze zat in bed op haar laptop te werken.
'Noem je dat uitrusten?'
'Ik zit toch op mijn luie kont?' Ze schonk hem die stralende glimlach waarvoor hij meteen door de knieën was gegaan toen hij haar al die jaren geleden voor het eerst had ontmoet. En ze was nu nog mooier dan ze die dag was geweest.
Zijn geliefde, zijn partner, zijn beste vriendin... Hij liep de kamer in. 'Ik moet je iets vertellen, Chelsea.'