6
Andreas zweeg even nadat Jessica hem het hele verhaal had verteld. Toen hij ten slotte begon te praten, klonk zijn stem gesmoord.
'Denkt u dat ze dood had kunnen gaan?'
'Ik had Travis nooit in huis gehaald als ik die kans niet heel groot had geacht.'
'Christus.' Het bleef weer even stil. 'Wat is er verdomme met haar aan de hand?'
'Dat probeer ik nu juist uit te zoeken.'
'Ik wil bij haar zijn. Ik vind het vreselijk dat ik nu op duizenden kilometers afstand zit.'
'U kunt haar toch niet helpen, meneer.'
'Maar Travis wel.'
'Volgens mij staat het zo vast als een huis dat hij haar leven heeft gered.' Ze hield even haar mond. 'Het kan zijn dat ik hem opnieuw nodig heb.'
'En ik wilde juist niet dat hij bij haar in de buurt kwam. Ik dacht dat de nachtmerries daardoor nog erger zouden worden.'
'Ze kunnen niet nog erger worden.'
Er viel opnieuw een korte stilte. 'Maak dan maar gebruik van hem. U moet alle middelen aanwenden die u nodig vindt. Ik zal hem laten weten dat hij zich naar uw wensen moet schikken.'
Dat zou Travis leuk vinden. 'Dank u wel, meneer. Dat zal vast helpen.'
'Ze gaat achteruit.' Zijn stem klonk onvast. 'Waarom kunnen we daar niets tegen doen? Waarom blijven we gewoon afwachten terwijl zij...'
Het verdriet in zijn stem was bijna ondraaglijk. 'Ik weet hoe u zich voelt. Ik vroeg me af of... of u misschien zou willen overwegen haar terug te brengen naar Vasaro.'
'Nee! Absoluut niet. Ik mag dan wanhopig zijn, maar ik ben niet gek.'
'Volgens mij zou dat...'
'Nee.'
Ze zuchtte. Ze had niet verwacht dat hij het ermee eens zou zijn, maar ze had met het voorstel moeten komen. Het was rigoureus en zelfs gevaarlijk, maar zij was net zo wanhopig als Andreas. 'Ik zou toch graag willen dat u erover nadenkt.'
'Dan ga ik veel liever een andere dokter voor mijn dochter zoeken.'
Hij zei iets tegen iemand die bij hem stond en kwam toen weer aan de lijn. 'Ik moet weg. Er is een of andere verdomde receptie in het koninklijk paleis. De volgende keer dat u belt, wil ik betere berichten horen, anders vlieg ik naar huis en ga op zoek naar iemand die Cassie wel kan helpen.' Hij verbrak de verbinding. Jessica maakte zich niet druk over dat dreigement. Ze wist dat de hopeloze toestand hem verschrikkelijk dwarszat. Als zij echt dacht dat iemand anders meer succes met Cassie zou hebben, zou ze die persoon er meteen zelf bij halen.
Maar hij had gelijk... de laatste tijd hadden ze gewoon afgewacht en de dingen op hun beloop gelaten.
Ik vind het leuk om dingen overhoop te gooien. Misschien was het verstandig om Travis er meer bij te betrekken. En misschien ook niet. In ieder geval moest er iets veranderen. Cassie kon zo niet doorgaan. Jessica moest hemel en aarde bewegen om haar terug te brengen. Ze liep doodmoe naar boven. Het was hoog tijd om nog even naar Cassie te kijken en dan naar bed te gaan.
Ze bleef bij de deur van de blauwe kamer staan. Elke mogelijkheid.
Melissa.
Melissa was even uitgeput geweest als Cassie. Omdat ze in de geest bij elkaar waren geweest?
Het was een waanzinnig idee, onmogelijk, angstaanjagend, spottend met alle logica. Elke mogelijkheid.
Niet nu. Ze moest eerst aan het idee proberen te wennen. Morgen...
'Wat ruikt er zo heerlijk?' vroeg Melissa toen ze de keuken binnenkwam. 'God, ik rammel van de honger.'
'Boerenomelet.' Jessica keek even om. 'Maar je bent een spelbreker. Ik had je ontbijt op bed willen brengen.'
'Je weet best dat ik het vervelend vind om in bed te blijven liggen.' Ze liep naar de koelkast en pakte een pak sinaasappelsap.
'Hoe is het met Cassie?'
Jessica legde twee saucijsjes op het bord met de boerenomelet.
'Vertel jij het maar.'
Melissa's gezicht betrok. 'Ik heb geen flauw idee. En als ik een gok doe, geloof je me toch niet.'
'Ik weet niet meer wat ik moet geloven.' Ze schonk een glas sinaasappelsap in en ging aan tafel zitten. 'Ga maar eten.'
'Dat hoef je geen twee keer te zeggen.' Melissa ging zitten en begon te eten. 'Heerlijk. Morgen maak ik het ontbijt wel klaar.'
'Je kunt niet eens koken.'
'Jawel, hoor. Sinds ik ben gaan studeren, heb ik er een heleboel bijgeleerd. Als je op jezelf woont, ben je ineens tot veel meer in staat.' Ze dronk wat sinaasappelsap. 'Ik had het wel eerder willen leren, maar jij leek het leuk te vinden om de baas te spelen en alles voor mij op te knappen.'
'Dat kwam gewoon omdat ik eraan gewend was om...'
'Dat weet ik wel.' Melissa grinnikte. 'En ik blijf altijd het kleine zusje dat in het bos verdwaald is geraakt. Mij best, hoor. Als dat jou gelukkig maakt.'
Jessica schrok op. Melissa's stem klonk bijna toegeeflijk. 'Het is nooit mijn bedoeling geweest om je te behandelen alsof...'
'Je behandelt me prima.' Ze nam weer een hap. 'En je hebt een zalig ontbijt klaargemaakt. Maar hoe gaat het nu met Cassie?'
'Goed. Niet zo goed als met jou, maar zo normaal als tegenwoordig mogelijk is.' Ze leunde achterover in haar stoel en keek Melissa aan. 'Gisteravond was ik bang dat jullie allebei dood zouden gaan.'
'Dat weet ik.' Ze pakte haar sinaasappelsap. 'Ik wist dat je bang was toen je die eerste keer mijn kamer binnenkwam, maar ik kon je op dat moment niet helpen. Ik was bijna kapot.'
'Mij helpen? Ik had jou juist...' Ze haalde diep adem. 'Wat is er vannacht met je gebeurd?'
Melissa keek in haar glas. 'Wat moet ik daarop zeggen? Als je leugens wilt horen, dan wil ik best liegen. Ik weet niet of je tegen de waarheid opgewassen bent.'
'Ik zal moeten accepteren wat je me te vertellen hebt. Misschien weet je dat niet meer, maar ik kwam naar je toe om te vragen of je kon helpen.'
'Ik weet alleen dat je ontzettend bang was. Op dat moment werd mijn aandacht door iets anders opgeëist.' Ze hief haar hoofd op en keek Jessica recht aan. 'Als je me om hulp kwam vragen, moet je me toch tot op zekere hoogte geloofd hebben.'
'Ik weet niet meer wat ik moet geloven. Ik weet alleen dat iemand me moet helpen. Andreas heeft een keer tegen me gezegd dat hij zelfs een dansende derwisj om hulp zou vragen als zijn dochter daardoor beter werd. Ik zou al hetzelfde willen doen om haar alleen maar in leven te houden.'
'Ik ben geen dansende derwisj en bovendien weet ik niet eens of ik wel kan helpen. Ik had gehoopt dat ik de toestand beter in de hand zou kunnen houden, maar het leek alsof ik meegezogen werd door een tornado. Ze sleepte me gewoon mee.' Ze huiverde. 'Als Travis er niet was geweest...'
'Wist je dat hij hier was?'
'Daar ontkwam ik toch niet aan? Hij was even sterk als Cassie. Hij ging tussen haar en de monsters staan.'
'De monsters?'
'Voor haar zijn het monsters. Ze hebben ogen maar geen gezichten.'
'De overvallers in Vasaro hadden bivakmutsen op.'
Melissa knikte. 'Dat zal de verklaring zijn.'
'Vertel me eens wat er gebeurt.'
'Doodsangst. Verdriet. We zitten in een lange, donkere tunnel en we voelen ons daar heel prettig, maar dan zijn de monsters er plotseling in geslaagd om binnen te dringen. Ze zitten achter ons aan en we weten dat ze ons te pakken zullen krijgen als we niet vinden wat we zoeken.'
'Wat zoeken jullie dan?'
'Dat weet ik niet. Ze is zo bang dat ze niet helder kan denken. Wat ze ook zoekt, ze kan het niet vinden. En er is maar één andere manier om aan hen te ontsnappen.'
'Om de donder niet. Ze kan ook bij ons terugkomen.'
'Wij zien dat niet als een reële mogelijkheid.'
'De helft van de tijd heb je het over zij en voor de rest zeg je wij. Je hebt nu toch geen contact meer met haar?'
Ze schudde haar hoofd. 'Maar de band was heel sterk en dat geldt ook voor de herinnering. Ik probeer wel om niet meer... Je kijkt me aan alsof ik stapelgek ben.'
'Waarom zou ik je ervan beschuldigen dat je gek bent? Ik ben dokter dus ik accepteer wat je me vertelt.'
'Dat doe je helemaal niet. Je neemt alles met een korreltje zout en je probeert er een logische verklaring voor te vinden. Zo zit je nu eenmaal in elkaar.' Ze glimlachte. 'Dat klopt, hè?'
'Ik geef heel veel om je.' Jessica stak haar hand uit en legde die over Meilies hand. 'Ik word bang bij het idee dat jij misschien...'
'Het enige waar je bang voor moet zijn, is dat we misschien niet kunnen voorkomen dat er iets met Cassie gebeurt... en met mij. Ik ben niet gek. Ik zit gewoon midden in die tornado te hopen dat er op de een of andere manier een eind aan komt.' Ze kneep even in Jessica's hand. 'Tegen het eind, toen Travis opdook, voelde ik me wat sterker, en ik kon ineens nadenken in plaats van alleen maar voelen. Misschien lukt het me wel om de tornado een halt toe te roepen als ik wat meer te vertellen krijg.'
'God, dat hoop ik van harte.'
'Maar dan moet ik Travis erbij hebben, Jessica. Ik ben niet sterk genoeg om het in mijn eentje tegen Cassie op te nemen. Hij moet als een buffer fungeren.'
'Het klinkt net alsof hij een soort medium is.'
'Ik weet niet waarom hij Cassie wel kan helpen. Jij hebt hem naar Cassie toe gebracht, omdat ik tegen je had gezegd dat je op de een of andere manier een spaak in het wiel moest steken. En dat lukte. Hij kreeg het voor elkaar. Misschien redden we het later wel zonder hem, maar op dit moment nog niet. Zorg dat je hem zover krijgt, Jessica.'
'O, dat is al gebeurd. Zo moeilijk was dat niet. Hij vindt de hele toestand bijzonder interessant en hij zit zich momenteel toch te vervelen.' Ze trok een gezicht. 'Maar het zal moeite kosten om hem onder de duim te houden.'
'Dat had ik al begrepen.' Ze stond op. 'Nu ga ik eerst een eind hardlopen voordat ik met mijn neus in de boeken duik.' Ze drukte een lichte kus op Jessica's voorhoofd. 'Arme Jessica. Ik weet hoe moeilijk dit voor je is. Maar alles zal wel weer in orde komen.'
Melissa behandelde haar alsof ze een kind was. Nou ja, ze voelde zich ook als een verward kind. Alles wat Melissa had gezegd ging haar begrip te boven, maar ze had geen andere keus dan haar te laten begaan. 'Nog één vraag. Wat zou er met jou zijn gebeurd als ik Travis er vannacht niet bij had gehaald?'
Melissa bleef even stil. 'Dat weet ik niet. Ik snap niet precies hoe alles in zijn werk gaat. Maar ik geloof niet dat ik me aan het eind los had kunnen rukken.'
'Het eind?'
Ze liep haastig naar de deur. 'Als Cassie was gestorven, had ze mij meegenomen.'
Melissa klopte op de deur van het portiershuis. 'Het zonnetje schijnt en de problemen zijn uit de wereld. Kom je buiten spelen, Michael Travis?'
Travis gooide de deur open. 'Pardon?'
'Voor het geval je me niet herkent als die vaatdoek die je gisteravond in mijn slaapkamer hebt gezien, ik ben Melissa Riley.'
'O, ik weet best wie je bent.'
'Ga je dan maar gauw omkleden en kom naar buiten om samen met mij een eind te gaan hardlopen. Dat doe je toch meestal rond deze tijd?'
'Ja.'
'Ik wacht wel.' Ze liep het huis in en viel op de bank neer. 'Dit is een gezellig huisje. Toen we nog klein waren, speelden Jessica en ik hier vaak. Schiet je wel op? Ik wil snel terug zijn, want ik moet studeren.'
Hij glimlachte. 'Ik zal je niet lang laten wachten.' Hij verdween in de slaapkamer.
Mellie keek om zich heen. Een openstaande laptopcomputer op de eettafel, stapels boeken op de salontafel. Maar voor de rest was hij heel netjes. Ze had niet anders verwacht. Alles keurig op zijn plaats.
Ze boog zich voorover en bekeek de titels van de boeken. Ze glimlachte. Slim. Heel slim.
Ze liep naar het raam en keek omhoog naar het landhuis. Hoe vaak had hij hier staan kijken naar het verlichte slaapkamerraam van Cassie?
'Klaar.' Hij kwam de slaapkamer uit in shorts en een t-shirt van de universiteit van Oxford. 'Of bent u van gedachten veranderd, mevrouw Riley?'
Hij wist niet wat hij van haar moest denken. Dat was prima. Dat hield in dat ze hem net een stapje voor was. 'Geen denken aan. En zeg maar Melissa tegen me, of Mellie. Zo noemt Jessica me altijd.' Ze sprong op en draafde naar buiten. De zon streelde haar gezicht en ze bleef even met gesloten ogen staan. 'Is het geen heerlijke dag vandaag? En ruik dat gras eens. Ik heb het altijd zalig gevonden om 's ochtends na een regenbui naar buiten te gaan. Dan schiet ik zo vol dat ik het bij wijze van spreken... bijna niet droog kan houden.'
'Je kunt je tranen nauwelijks bedwingen?'
'Precies.' Haar ogen vlogen open en ze wipte het trapje af. 'Wie het eerst bij de vijver achter het huis is.'
Ze klopte hem met vier meter en leunde tegen de wilg om weer op adem te komen. 'Heb je me laten winnen?'
'Waarom denk je dat?'
'Je hebt een goeie conditie en ik heb je zien hardlopen.'
'Er is ook niets mis met jouw vorm.'
Ze grinnikte. 'Als een andere man dat had gezegd, zou ik denken dat hij me probeerde te versieren.'
'Waarom denk je dat niet van mij?'
'Omdat jij op dit moment niet in seks bent geïnteresseerd. Je vraagt je af wat ik in vredesnaam van je wil.'
'En kom ik dat te weten?'
Ze knikte. 'Zodra ik op adem ben.' Ze liet zich op de grond zakken. 'Wat denk je wat ik van je wil?'
'Moet ik het woord doen tot jij weer adem genoeg hebt om te praten?'
'Goed geraden.'
'Laat me eens kijken.' Hij viel een metertje verderop neer. 'Het is niet gemakkelijk om je bedoelingen te raden, aangezien ik je nu voor het eerst ontmoet. Van wat ik uit de verte heb kunnen zien, lijken je zuster en jij bijzonder aan elkaar gehecht. Heeft zij je gestuurd om een boodschap over te brengen?'
'Als Jessica je iets te vertellen heeft, doet ze dat zelf wel. Ik breng alleen mijn eigen boodschappen over.'
'En wat is jouw boodschap?'
Ze keek hem recht in de ogen. 'Heb niet het lef om mijn zuster kwaad te doen.'
Hij trok zijn wenkbrauwen op. 'Dat ben ik ook helemaal niet van plan.'
'Ik geloof je. Maar er kan ook iets gebeuren zonder dat je dat wilt. De beste bedoelingen kunnen in de knel raken als er persoonlijk gewin in het geding komt. Jij geeft niets om Jessica. En ik waag het te betwijfelen of je iets om Cassie geeft. Dat zou ik niet zo een, twee, drie kunnen zeggen.'
'Nee? Maar je weet vast wel dat ik haar de afgelopen nacht geholpen heb.'
'Dat weet niemand beter dan ik.' Ze zweeg even. 'En dat besef je volgens mij drommels goed.'
Hij keek haar onderzoekend aan.
'Op de salontafel lagen drie boeken over parapsychologie. Een daarvan heb ik de vorige keer dat ik thuis was hier laten liggen. Ik heb het in het portiershuis gelezen, omdat ik niet wilde dat Jessica het in het landhuis zou zien liggen. De andere twee heb ik nooit gelezen. Waar heb je die midden in de nacht opgeduikeld?'
'Ik heb een van de geheime agenten bij het hek gevraagd om die voor me op te halen bij een boekhandel in D.C. die vierentwintig uur per dag open is. Ze wilden me best van dienst zijn, zolang ik maar op het landgoed bleef. Ik heb er een paar uur in zitten lezen.' Hij glimlachte. 'En aangezien ik de hele nacht niet had geslapen, was ik van plan om mijn gebruikelijke ochtendloop maar te laten schieten.'
'Moet ik nu medelijden met je hebben?'
'Goeie hemel, nee. Je hebt al genoeg problemen.'
Ze keek hem strak aan. 'Dan mag ik dus aannemen dat je in die boeken hebt gevonden wat je zocht?'
'Ik heb gehoord wat je vannacht in de slaapkamer tegen je zuster zei. Dat was genoeg om me nieuwsgierig te maken.' Hij glimlachte. 'Dus ben ik het internet opgegaan en vervolgens met een paar boeken op de bank gaan zitten.'
'En zo kwam je erachter dat ik een zonderling ben.'
'Maar niet de enige. En zelfs niet de eerste.'
'Wat?'
'Dacht jij dat je het enige geval was dat bij terugkomst met iets extra's opgezadeld bleek te zijn? Professor Hans Dedrick heeft vier gevallen ontdekt die sprekend op het jouwe lijken. Eén in Griekenland, één in Zwitserland en twee in China.'
'Dedrick?'
'Trauma, geheugen en de weg terug. Het is in 1999 geschreven. Heb je dat niet gelezen?'
Ze schudde verbijsterd haar hoofd. 'En ik heb echt alle bibliotheken doorgespit om iets te vinden, wat dan ook...'
'Het is door een universiteitsuitgeverij in Groot-Brittannië gepubliceerd. Zoals je gemerkt zult hebben, ben ik bijzonder goed in het vergaren van inlichtingen. Je mag het wel van me lenen als je dat graag wilt.'
'Ik probeer het zelf wel te pakken te krijgen als ik weer terug ben op de universiteit. Heeft Jessica je iets over mij verteld?'
'Geen woord. Maar het is heel natuurlijk dat ze probeert je in bescherming te nemen. Ze heeft heel wat jaren voor je moeten zorgen. Jouw gave is vrij "ongewoon" en ze wil voorkomen dat je verkeerd wordt begrepen.'
Jezus, hij was echt heel slim. Hij had hen gadegeslagen, geluisterd en de legpuzzel van hun leven en onderlinge relatie keurig opgelost. 'En kun je er begrip voor opbrengen?'
'Bedoel je of ik erin geloof? Dat zou best kunnen. Ik heb als kind lang in het Verre Oosten gewoond en ik heb wel vreemdere dingen gezien. Ik word er in ieder geval niet zenuwachtig van.'
Ze keek hem aandachtig aan. 'Nee, je vindt het gewoon interessant. Jessica heeft me verteld dat je inlichtingen verkoopt en ik kan me best voorstellen dat je daar goed in bent. Je verzamelt, je spit, je analyseert... En dat vind je heel opwindend, hè?'
'Ja. Aangezien ik van nature grenzeloos nieuwsgierig ben, zou je het een verslaving kunnen noemen.'
'En helpen met Cassie is een lekker tussendoortje om een paar saaie weken door te komen?'
'Zo ongevoelig ben ik nou ook weer niet. Ik zou dat aardige kind nooit alleen maar gebruiken om de verveling te doorbreken. Ik help haar en zij helpt mij.' Hij grinnikte. 'Hoewel ik pas toen jij op het toneel verscheen, doorkreeg hoe boeiend de komende weken misschien wel zullen worden. Wanneer besefte je dat je over die bizarre gave beschikte? Je zuster heeft er in haar boek niets over gezegd.'
'Ze wist het ook niet. Ze was zo gelukkig dat ze me weer terug had gebracht, dat ik haar blijdschap niet wilde bederven. Ik zou het haar nooit hebben verteld als we dit probleem met Cassie niet hadden gehad. Ze is niet zoals jij. Zij raakt er helemaal overstuur van.'
'Ik begrijp wel waarom. Ik krijg de indruk dat ze een bijzonder ernstige, pragmatische dame is.'
'Ze moest wel pragmatisch zijn. Maar ze heeft wel degelijk een groot gevoel voor humor. Ze heeft alleen niet veel kans gehad om...'
'Oké, oké, ik wilde haar niet beledigen. Ze is kennelijk een heel zorgzaam type.' Hij veranderde van onderwerp. 'Maar je hebt geen antwoord op mijn vraag gegeven. Wanneer drong het tot je door dat jij op een andere golflengte zat?'
'Ongeveer vijf maanden nadat ik terug was gekomen. Het joeg me de stuipen op het lijf.' Ze stond op. 'En verder kun je wat mij betreft de boom in met je nieuwsgierigheid. Meer krijg je van mij niet te horen.'
'Dat weet je maar nooit. Ik ben nog niet eens begonnen.' Hij kwam ook overeind. 'Laten we er geen doekjes om winden. Is dit een waarschuwing om uit de buurt van je zuster en Cassie te blijven?'
'Hoe kom je daar nu weer bij? Cassie heeft je nodig.'
'En heb jij me ook nodig, Melissa?' vroeg hij zacht.
'Ja, maar ik zal m'n uiterste best doen daar verandering in te brengen.' Ze bukte zich en knoopte de veter van haar linker sportschoen opnieuw vast. 'Dus ik zou maar niet al te veel waarde aan dat idee hechten als ik jou was. Ik vind wel een vervanger.' Ze richtte zich op. 'Jessica is het liefste mens dat er op aarde rondloopt. Ik wil niet dat iemand haar kwetst.' Ze stak haar hand op toen hij iets wilde zeggen. 'Het kan me niet schelen dat je dat ook helemaal niet van plan bent. Op dit moment draait haar hele leven om haar pogingen Cassie weer beter te maken. Als Cassie sterft, zal ze volkomen kapot zijn. Dus moet jij ervoor zorgen dat ze niet doodgaat. Je neemt niet de benen als er plotseling iets interessanters aan de horizon opduikt. Je blijft hier tot Cassie op de weg terug is, ook al duurt dat een paar jaar.'
'Ben je klaar met me te vertellen wat ik moet doen?'
'Nee, je moet eerst beloven dat je Jessica in bescherming zult nemen. De president heeft je hier ondergebracht omdat je op een veilige plek moest zitten. Ik wil niet dat zij ook maar enige hinder ondervindt van al dat rumoer om jouw persoon.'
'Is dat alles?'
'Voorlopig wel.'
'Mooi. Dan zullen we nu eens kijken wie het eerst weer bij het portiershuis is.' Hij keek om. 'En dit keer zul je niet winnen, Melissa.'
Hij had niets beloofd, maar daar had ze ook niet echt op gerekend. Het was genoeg dat hij wist wat ervan hem verwacht werd.
'Daar maak ik me niet druk om.' Ze holde achter hem aan. 'Maar ik zal m'n uiterste best doen om daar verandering in te brengen.'
Ik zal m'n uiterste best doen om daar verandering in te brengen. Travis stond in de deuropening en keek Melissa na die over de oprit rende. Dat ene zinnetje was Melissa Riley ten voeten uit. Dapper in tegenspoed en vastberaden haar eigen weg te gaan, hoeveel inspanning haar dat ook zou kosten. Maar het zou ook kunnen dat dat ene zinnetje niet alle aspecten van haar persoonlijkheid omvatte. Hij had nog nooit iemand gezien met zo'n zinderende levenslust. In haar boek had Jessica ook iets gezegd over de eerste maanden na Melissa's terugkomst. Haar zusje had niet alleen getoond over een bijzonder goed verstand te beschikken, ze had ook met volle teugen van het leven genoten. Jessica had dat toegeschreven aan de wens om de verloren tijd in te halen. Volgens haar zou die uitwerking in de loop van de volgende paar jaar wel langzaam afnemen.
Nou, die paar jaar waren inmiddels voorbij en hij had het idee dat Jessica zich vergist had. Melissa Riley was een vaatje buskruit en misschien wel veel complexer dan iedereen in haar omgeving zelfs maar durfde te denken. Jessica had hem een voorstel gedaan en hem op een verstandige en volwassen manier bejegend. Melissa had geen enkele poging gedaan om het met hem op een akkoordje te gooien. Ze had een analyse gemaakt van zijn karakter en hem vervolgens een uitdaging voor de voeten gegooid... en een dreigement.
Wat had ze tijdens zo'n korte ontmoeting een adembenemend scherpe kijk op hem gekregen.
Interessant...
'Wat spookte je daar uit bij de vijver met Travis?' Jessica's stem klonk afkeurend. 'Dat was niet zo'n goed idee, Mellie.'
'Hij is geen verboden terrein meer,' zei Melissa lachend en keek even om voor ze de trap op liep. 'Bovendien is hij nog veel interessanter dan ik aanvankelijk dacht. Hij is heel schrander en intelligentie is supersexy.'
'De president heeft misschien gezegd dat hij geen verboden terrein meer is, maar ik niet. In vredesnaam, Mellie, hij is een misdadiger.'
'En jij wilt dat ik een advocaat zoek, of een dokter, of misschien een computerdeskundige. Wat zou je zeggen van een bankier?'
'Dat lijkt me een goed idee.'
Melissa lachte. 'Oké, zodra ik weer op de universiteit ben, ga ik meteen op zoek.'
'Ik maakte geen grapje, Mellie.'
'Dat weet ik wel. Jij denkt dat ik iemand nodig heb die voorkomt dat ik op hol sla. Je zult wel gelijk hebben. Maak je maar niet ongerust, ik heb niet gevraagd of hij met me naar bed wilde. We zijn gewoon samen een eindje gaan hardlopen.'
Jessica liet haar tong over haar lippen glijden. 'Ik dacht echt niet dat je... ik zou je nooit vragen of je...'
'Maar ik had het je toch wel verteld.' Haar glimlach ebde weg.
'Ik zal nooit iets doen waar jij je zorgen over moet maken. Als je liever wilt dat ik niet meer met Travis ga hardlopen, dan hou ik er meteen mee op.'
'En nu vind je me natuurlijk een bemoeizuchtig kreng.'
'Ik weet dat je van me houdt en bezorgd voor me bent. Ik zit er niet echt over in dat ik niet meer met hem kan gaan hardlopen. Ons wedstrijdje van vanochtend was een heel vrijblijvend onderonsje.'
'Daar zag het niet naar uit. Jullie leken verdomd intens.'
En zo had het ook gevoeld. Gedurende die paar minuten dat ze samen hadden gerend, was Melissa zich bewust geweest van een vreemd soort intimiteit. En toen ze bij de vijver met elkaar hadden zitten praten, had ze bijna de vonken kunnen voelen die van elk woord leken af te spatten en de verborgen emoties die eronder schuilgingen. Het was... opwindend geweest. Hij was opwindend geweest. Nou ja, gevaar was altijd opwindend, maar Travis zou van het ene moment op het andere in een vijand kunnen veranderen. Nou en? Stoeien met de vijand kon ook heel stimulerend zijn. Maar goed, dat wilde nog niet zeggen dat het onder deze omstandigheden de verstandigste aanpak was. Ze liep naar boven.
'Nee hoor, Jessica, ik ga absoluut voor die bankier.'
Amsterdam
'Er is iets heel interessants gaande,' zei Provlif toen hij Deschamps aan de telefoon had.
'Heb je Cassie Andreas gevonden?'
'Nee, maar terwijl mijn contactpersoon bij de cia aan het rondsnuffelen was om haar verblijfplaats te vinden, ontdekte hij bij toeval een ander interessant gegeven. Een paar weken geleden heeft Andreas in het grootste geheim de Air Force One naar Amsterdam gestuurd.'
'Met zijn dochter aan boord?'
'Nee, ze moesten iemand ophalen. Ze hebben Michael Travis opgepikt en hem naar de Andrews Air Force Base gebracht.'
'Travis?' Deschamps snapte er niets van. Dat klopte helemaal niet met de inlichtingen die hij zelf had verzameld. 'Is hij door de cia opgepakt?'
'Ze hebben hem opgepikt en bij de president afgeleverd. Daarna zijn ze samen met onbekende bestemming vertrokken.'
'Weet je dat zeker?'
'Mijn bron bij de cia is volkomen betrouwbaar.'
'Waarom kunnen ze je dan niet vertellen waar dat meisje zit?'
'De cia en de geheime dienst nemen elkaar zelden in vertrouwen.'
'Zorg dat je hen vindt.'
'Zeg maar wat je wilt. Zoals je weet, heb ik me alleen volledig geconcentreerd op het zoeken naar Cassie Andreas omdat jij dat tegen me had gezegd.'
'Ik wilde dat je er alles aan zou doen. Zorg dat je dat kind te pakken krijgt. Zoek uit waar Travis zit.'
Het was even stil. 'En moet hij dan gedood worden?'
'Nee, dat wil ik zelf doen. En trouwens, voorlopig zal hij levend van grotere waarde blijken te zijn.' Hij verbrak de verbinding. Travis en Andreas. Travis werd zeker niet tegen zijn wil vastgehouden. Verdraaid nog aan toe, wat was er aan de hand? Na zijn aankomst hier was hij op een aantal raadselachtige en winstgevende mogelijkheden gestuit die hij niet had verwacht. Maar nu werd de hele toestand nog ingewikkelder.
En nog veelbelovender?
Hij was altijd van mening geweest dat een slimme man iemand anders de kolen uit het vuur liet halen om ze vervolgens zelf in te pikken. Travis was ijverig in de weer, trok aan de touwtjes en was met Andreas kennelijk in de hoogste versnelling geschakeld... Heb je een cadeautje voor me, Travis?