Verhalenbundel

Waarover we niet moeten praten

Nieuwe Surinaamse en Antilliaanse verhalen

2007, NL

Op uitnodiging van Vereniging Ons Suriname zonden 20 Surinaamse en Antilliaanse schrijfsters, zowel bekende als debuterende, een nieuw verhaal in voor deze bundel waarin een enorme verscheidenheid is bijeengebracht in leeftijd, van 30 tot 60 jaar, wonend in- en buiten het land van herkomst, en in afkomst: van neger-Joods en islamitisch-Hindostaans tot Indisch-Antilliaans. De vrouwen nemen het woord en ze doen dat altijd openhartig, ook met humor en met gebruik van tal van stijlmiddelen, in een Nederlands waarin moedertalen als Sarnami, Sranantongo en Papiaments soms verrassend en verfrissend doorklinken.

NBD|Biblion recensie

Sinds 2000 is het proza van Suriname en de Antillen in een stroomversnelling terechtgekomen. Die enorme groei kwam voor 98% voor rekening van vrouwen. Deze bundel – met een voorwoord van Denise Jannah – brengt nieuwe verhalen van 20 van deze nieuwe schrijfsters. Er zitten auteurs bij die al een aantal boeken schreven, zoals Joanna Werners, die hier opnieuw de lesbische liefde thematiseert. De talentvolste debutanten van de laatste tijd zijn vertegenwoordigd, b.v. met Marylin Simons, Giselle Ecury en Tessa Leuwsha die bevestigen dat zij niet voor niets zijn gelanceerd. En er zitten auteurs bij die nog geen boek op hun naam hebben staan; meest verrassende is Ruth San A Jong met een voortreffelijk verhaal over erotiek en dood. De thema’s lopen uiteen van armoede tot migratie en drugsgebruik. Absolute topper is het verhaal ‘Zwarte engelen’ van Annel de Nore (auteur van 2 romans en een verhalenbundel), over een jongen die een klasgenootje zwanger maakt. De Caraibische literatuur heeft bundels als deze nodig om uiteindelijk toppers als Norel te kunnen voortbrengen. Zeer aanbevolen.