HOOFDSTUK 12

„Hij is misschien naar buiten geglipt toen je wegging, " zei Paula's moeder tijdens het eten. „Je was waarschijnlijk zo met je gedachten bij Jenny dat je het gewoon niet hebt gemerkt. "

Paula nam een hap en dacht terug aan het moment dat ze het huis had verlaten. Ze had Mickey slapend op tafel achtergelaten. Tenminste, dat dacht ze. Maar hij was tenslotte een kat en katten konden zich als schaduwen voortbewegen. Het gebeurde dikwijls dat ze pas merkte dat hij uit de ene kamer weg was, als ze hem in een andere kamer tegenkwam.

„Dat zal dan wel, " zei ze weifelend. „Maar hoe zat het dan met de deur?"

„Ja, dat weet ik niet, hoor. Misschien had je die niet op slot gedaan, " zei mevrouw Martins. Ze stond op en schonk een glas water voor zichzelf in. „Maar dat wil nog niet zeggen dat er iemand binnen is geweest. Er is toch niets overhoop gehaald of meegenomen?"

Paula schudde haar hoofd. „Ik heb overal gekeken, nadat ik Mickey binnen heb gelaten. Als er iets weg is, zou ik niet weten wat. "

Haar moeder lachte. „Nou, als er iemand binnen is geweest en iets heeft meegenomen dat we nu niet missen, zullen we het wel nooit missen. " Ze was weer gaan zitten. „Ik denk dat je fantasie een beetje op hol is geslagen. Je bent natuurlijk van slag door wat er met Jenny gebeurd is, " merkte ze op.

„Je hebt gelijk wat Jenny betreft. Ik was hartstikke bang, " knikte Paula, terwijl ze rijst op haar bord schepte. „Ik kan nog steeds niet geloven dat het zo goed is afgelopen. "

Paula had het ziekenhuis weer opgebeld en eindelijk met haar vriendin gesproken. Jenny was moe en ze had pijn, maar ze klaagde tenminste al over het eten.

„Het is nog erger dan in de ergste snackbar, " had ze gemopperd. „Mijn moeder is al een broodje voor me aan het halen. "

Paula was in de lach geschoten. „En nu ga je me zeker alle bloederige details geven?" had ze plagend gevraagd.

„Ja, natuurlijk. Luister en huiver!"

Jenny had niet veel meer verteld dan haar moeder al had gedaan, maar ze had alles veel dramatischer beschreven.

„Denk je eens in, " was ze geheimzinnig begonnen. „Je loopt door een donkere straat. In je eentje. Plotseling hoor je voetstappen achter je. Eerst langzaam, maar dan steeds sneller. "

Paula had gehuiverd. Ze kon het zich heel goed indenken. „Het is maar goed dat je er grapjes over kunt maken, " had ze gezegd. „Die vent had je wel kunnen vermoorden. "

„Nou ja... " Jenny had even gezwegen. Opeens had ze uitgeroepen: „Hé trouwens, weet je dat ik hem verwond heb?"

„Echt? Hoe dan?"

„Met mijn nagels, " had Jenny uitgelegd. „Eerst probeerde ik me steeds om te draaien, zodat ik hem beter weg kon duwen. Maar hij had van achteren één arm om me heen geslagen en met zijn andere hand trok hij mijn capuchon over mijn gezicht. Jouw capuchon zou ik eigenlijk moeten zeggen. "

„Wat? O ja, je had mijn regenjack aan, " had Paula zich herinnerd.

„Juist. Dus toen probeerde ik in zijn gezicht te krabben, maar ik moest genoegen nemen met zijn arm. Zijn mouw ging een stukje omhoog en ik kon mijn nagels er goed in zetten. "

Paula had weer gehuiverd. Wat jammer dat het zijn gezicht niet was, had ze meteen gedacht. Dat kon hij niet verbergen. Maar zijn arm? Het was lange mouwen-weer. Jenny's aanvaller had dus niets te vrezen.

„Heeft hij veel geld gepikt?" had ze gevraagd.

„Heb ik ooit veel geld gehad?" had Jenny lachend geantwoord. „Ik heb er het meest de pest over in dat mijn videoband weg is. Gelukkig heb ik nog een kopie, maar ik moet er wel weer muziek onder zetten. "

Ze hadden nog een minuut of vijf door gekletst. Toen was Jenny slaperig geworden en hadden ze neergelegd.

Terwijl ze de tafel afruimde, dacht Paula na over het gesprek met haar vriendin. In haar achterhoofd was iets blijven hangen. Was het iets wat Jenny verteld had? Of niet verteld had? Misschien had het niets te maken met hun gesprek. Misschien was het iets anders.

Paula huiverde. Ze kon het onheilspellende gevoel niet van zich afzetten.

Toen Paula de volgende ochtend bij haar kluisje stond, werd er opeens op het deurtje geroffeld. Nog een beetje schrikachtig door wat er de vorige dag gebeurd was, sprong ze opzij en stootte haar elleboog hard tegen de metalen rand van de deur.

„Sorry, " zei Richard. Een lachende Richard deze keer. „Het was niet mijn bedoeling je aan het schrikken te maken. "

„Ja, oké. " Paula wreef over haar elleboog. „Ik ben wat van slag, zou mijn moeder zeggen. " Ze deed haar kluisje dicht. „Je weet het zeker al van Jenny?"

Richard knikte en de lach verdween van zijn gezicht. „Iedereen had het er gisteren over. Ik dacht dat ik je in de pauze zou zien, maar toen ik hoorde wat er gebeurd was, nam ik aan dat je naar het ziekenhuis was gegaan. Heb je haar gezien?"

„Ze sliep, " vertelde Paula. „Maar ik heb haar later gesproken. Het gaat goed met haar. Ze mag vandaag naar huis. "

„Heeft Jenny verteld wat er is gebeurd?" vroeg Richard nieuwsgierig, toen ze door de gang liepen. „Heeft ze die vent nog gezien?"

Paula schudde haar hoofd. „Maar ze zei dat ze hem gekrabd heeft. Jammer genoeg kreeg ze alleen zijn arm te pakken en niet zijn ogen. " Ze keek naar Richard. „Toen jullie hier kwamen wonen, dacht je zeker dat dit een leuk, rustig stadje is?"

„Dat klopt, " antwoordde Richard grijnzend. „Maar zulke dingen gebeuren overal, denk ik. "

„Het was Jenny's aanvaller vast om geld te doen, " merkte Paula op. „Gelukkig had ze niet veel geld bij zich, dus zal de dader wel teleurgesteld geweest zijn. Het enige dat hij heeft meegenomen, is haar videoband en daar kan hij niet veel mee. "

„Hé, luister eens, Paula, " onderbrak Richard haar. „Wil je nog eens met me uit? Zaterdag misschien?"

Paula knipperde met haar ogen, een beetje overvallen door die onverwachte onderbreking. Tot haar grote verbazing zag ze dat Richard niet erg op zijn gemak leek, heel anders dan de eerste keer toen hij haar mee uit vroeg.

Joh, wat doet het ertoe, hield ze zichzelf voor. Dit is precies wat jij hem gisteren wilde vragen, dus wees blij en zeg gewoon ja.

„Oké, " knikte ze.

Dankzij de afspraak met Richard verbeterde Paula's stemming, maar ze kon nog steeds dat onbehaaglijke gevoel niet van zich afschudden. Net of ze iets vergeten was, iets over het hoofd had gezien. Maar ze wist niet wat ze moest zoeken of waar. Ze kon er maar niet achter komen.

Omdat Jenny haar beste vriendin was en Paula meer wist dan de anderen, zat ze in de lunchpauze aan een stampvolle tafel en deed ze het verhaal van Jenny's avontuur.

Robert was er, en Susan en Bob. Dave Travis zat naast Richard. Vera en Diana zaten op het puntje van hun stoel om geen woord van Paula's verhaal te hoeven missen.

Paula had de hele morgen al aan allerlei mensen over Jenny's ongeluk verteld en misschien kwam het daardoor dat haar gedachten afdwaalden, terwijl ze aan het vertellen was.

Opeens had ze het gevoel dat ze bijna de vinger kon leggen op wat haar dwars gezeten had.

Ze was midden in het verhaal op het moment dat Jenny met haar aanvaller worstelde.

„Ze wilde zich omdraaien, zodat ze hem weg kon duwen, " vertelde Paula. „Maar ze... "

„Ze hoefde alleen maar keihard op zijn voet te stampen, " onderbrak Vera haar. „Dat heb ik ergens gelezen. Als je op de juiste manier op iemands voet stampt, verbrijzel je allerlei botjes. Of zoiets. "

„Nee, wat ze moest doen, was hem trappen... je weet wel waar, " merkte Diana op.

„Volgens Paula kreeg Jenny die kans niet, " protesteerde Susan. „Nee toch, Paula? Jenny kon zich niet omdraaien om hem te bekijken. Of hem te trappen, " voegde ze eraan toe.

Paula luisterde nauwelijks. Wat ze vergeten was of over het hoofd had gezien, lag bijna voor het grijpen. Wat was het toch?

„Sorry, " zei Vera. „Vertel verder, Paula. "

Paula pakte met moeite de draad van het gesprek weer op. „Nou, Jenny kon zich niet omdraaien, " begon ze langzaam. „Hij hield haar te stevig vast en hij trok de capuchon over haar gezicht. "

Ze zweeg. Het was nu dichterbij. Wat was het?

Verward schudde ze haar hoofd. „Waar was ik gebleven?" mompelde ze.

„De capuchon, " antwoordde Vera. „Hij trok de capuchon over haar gezicht. " Ze keerde zich naar de anderen. „Dat deed hij natuurlijk zodat Jenny niet kon zien wie hij was, " legde ze uit. „Zodat ze hem later niet kan identificeren. "

Paula staarde haar aan. „Wat zei je?"

Vera bloosde licht en schoof heen en weer op haar stoel. „Oké, ik kijk te veel tv, " gaf ze toe. „Maar zo gaat het altijd. De aanvaller probeert er zeker van te zijn dat het slachtoffer hem niet kan identificeren. Daarom trok die engerd de capuchon over Jenny's gezicht. "

Paula staarde voor zich uit. Vera's gezicht verdween. In plaats daarvan zag ze Jenny in haar eentje door de donkere straat lopen. Haar rugzak, een zwarte, net als die van Paula, hing over haar schouder. Haar haren, bijna dezelfde kleur als die van Paula, waaiden onder de capuchon vandaan.

Een blauw regenjack.

Paula' s regenjack.

„Nou? Wat gebeurde er verder?" drong Vera aan.

Paula keek op. Vera's gezicht zweefde voor haar ogen. Ze keek haar gretig aan, belust op details. Diana leunde verwachtingsvol naar voren.

De anderen keken haar ook aan. Robert had zijn ogen samengeknepen. Richard keek haar fronsend aan. Susan had een appel in haar hand en zat doodstil te wachten tot Paula het verhaal af zou maken.

Paula slikte. „Dus krabde ze zijn arm open, " zei ze haastig. „En hij duwde haar zodat ze viel, waarbij ze haar hoofd bezeerde. De rest weten jullie. " Ze slikte weer, duwde haar stoel achteruit en stond vlug op. Ze moest hier weg, zodat ze kon nadenken. „Luister, ik herinner me opeens dat ik nog wat moet doen, " zei ze tegen de groep. „Ik zie jullie straks nog wel en dan... "

Ze liet de zin onafgemaakt, draaide zich om en haastte zich de kantine uit.

Ze dook de eerste de beste toiletruimte in waar ze voorbij kwam, sloot zichzelf op in een wc en wachtte. Ze hoorde de bel gaan en dreunende voetstappen in de gang. De deuren van de andere wc's gingen ettelijke keren open en dicht, terwijl Paula wachtte en naar de meisjes luisterde, die met elkaar kletsten over jongens en leraren, over films en huiswerk.

De tweede bel ging en de toiletruimte stroomde leeg. Even later deed Paula de deur open en kwam naar buiten. Ze liet de koude kraan lopen en maakte haar gezicht nat. Ze droogde haar handen met een papieren handdoek af en keek in de spiegel.

Een beetje bleek, maar dezelfde Paula Martins. Lang bruin haar, bruine ogen, niets opvallends.

En als ze een blauw regenjack aantrok en in het donker in haar eentje de straat opging, zou ze er net zo uitzien als tientallen andere meisjes. Maar zij had dat niet gedaan. Jenny wel. Opeens begreep Paula alles. Degene die Jenny had aangevallen, had de bedoeling gehad Paula aan te vallen!

Paula pakte de rand van de wasbak vast en boog zich dichter naar de spiegel. „Hij wildejou te grazen nemen, " zei ze hardop, terwijl ze naar haar spiegelbeeld keek.

Ze had zich die maniak uiteindelijk dus toch niet verbeeld. Hij bestond echt! Hij had in haar kluisje en haar rugzak gesnuffeld. Hij had haar thuis opgebeld. Hij was waarschijnlijk gisteren zelfs in huis geweest.

Maar hij wilde haar niet alleen bang maken. Daar had Paula zich in vergist. Hij wilde iets van haar hebben.

En plotseling wist Paula wat het was.

Ze draaide weg van de spiegel en keek naar haar rugzak, die op de grond stond.

Jenny had net zo'n tas als zij. De aanvaller was waarschijnlijk op iets uit geweest wat in die tas zat.

En waar was Jenny zo kwaad over? Dat hij haar videoband had meegenomen!

Maar de dader zat niet achter Jenny's band aan. Hij had gedacht dat hij Paula aanviel. Het was hem dus om Paula's band te doen. De band die ze van Alan had gekregen.

Paula pakte haar rugzak op en hing hem over haar schouder. Geen tijd te verliezen, dacht ze. Ze draaide zich om en ging de toiletruimte uit. De dader wist dat hij de verkeerde had aangevallen. Daarom was hij gisteravond al bij haar thuis geweest. In de haast, door de angst om Jenny, moest Paula vergeten hebben de deur op slot te doen. En de onbekende was zo naar binnen gelopen.

Hij had de band niet gevonden, want die lag niet bij haar thuis en zat ook niet in haar tas. De band lag in het videolokaal en Paula moest hem te pakken zien te krijgen.

Er stond iets belangrijks op die band. En iemand wilde wanhopig dat het geheim zou blijven.