HOOFDSTUK 6
Paula pakte de afstandsbediening en stopte de band.
Ze voelde zich een beetje raar, alsof ze iets gezien had wat ze niet mocht zien. Iets persoonlijks.
Wat was er gebeurd nadat Richard zijn hand over de lens had gelegd? Had hij de camera uit Alans hand gerukt? Alan tegen de grond geslagen? Hij leek er kwaad genoeg voor. Maar waarom?
Ze tikte met de afstandsbediening op de palm van haar hand. Ze kon natuurlijk verder kijken, maar de band zou haar niet vertellen waar de ruzie over ging. Ze zou het nooit weten, tenzij ze Richard ernaar vroeg en ze wist niet of ze dat wel moest doen. De ruzie was verleden tijd. En dat moest misschien maar zo blijven.
Toch moest ze steeds denken aan Richards gezicht, zijn boze ogen en zijn vertrokken mond. Wat had Alan gedaan of gezegd dat hem zo kwaad maakte?
Had ze Richard nog met Alan zien basketballen na dat feestje? Paula kon het zich niet herinneren.
Eén ding was zeker, dat deel van de band moest eruit. Paula drukte de terugspoelknop in, luisterde naar het zoemen van de video en zette de band stil. De foto van Robert kwam in beeld. Ze was te ver terug gegaan.
Ze drukte op de knop voor versneld doorspoelen en wachtte tot het apparaat in werking kwam. De recorder zoemde een seconde en stopte met een klik.
Paula drukte op afspelen. Er gebeurde niets.
Ze drukte op terugspoelen. Niets. Versneld naar voren. De videorecorder maakte een piepend geluid, maar de band spoelde niet door.
Paula stond op en drukte op de knoppen van de videorecorder, maar er gebeurde niets. Het apparaat was kapot.
Mooi. Ze wilde die akelige scène toch niet meer zien. Niet eens om hem uit te wissen.
„Ik zie het probleem niet, " zei Jenny de volgende ochtend op school. „Ik weet dat Alan dood is en ik mis hem waanzinnig, maar wees eerlijk, vroeg of laat zou iemand hem die camera uit zijn handen geslagen hebben. "
„Ik heb niet gezegd dat Richard hem uit zijn handen sloeg, " zei Paula. „Dat was maar een gok. " Ze had uiteindelijk besloten haar vriendin te vertellen over Richards woedende reaktie op de band.
„Nou ja, wat maakt het uit. " Jenny duwde de deur open en ze voegden zich bij de stroom scholieren in de gang. „Alan liet zich meeslepen door die stomme camera en het begon vervelend te worden. Richard had misschien een slechte bui en Alan maakte het alleen maar erger door hem met die camera te achtervolgen. "
Paula keek Jenny aan. Ze waren op weg naar hun kluisjes. Opeens schoot haar iets te binnen. „Hé Jen, jij was er die keer zelf bij, " merkte ze op. „Alan maakte die opname op het feestje dat Robert gaf omdat hij zijn rijbewijs had gehaald. Had Richard toen een slecht humeur?"
Jenny dacht even na en haalde haar schouders op.
„Dat weet ik echt niet meer, hoor, " zei ze ten slotte. „Als het zo was, is het me in ieder geval niet opgevallen. Richard was stil, dat weet ik nog wel. Maar hij was hier net komen wonen. Hij kende bijna niemand. "
„En hoe zat het met Alan?" drong Paula aan. „Toen hij weer binnenkwam, uit de gang of waar ook vandaan, leek hij toen overstuur? En is Richard vroeg weggegaan, of kwam hij weer binnen met Alan?"
Jenny schudde haar hoofd. „Spoor je wel, Paula? Ik heb niet de hele avond op die twee gelet, hoor. Ik vind dat je de hele zaak te veel opblaast. "
„Misschien heb je gelijk, " gaf Paula toe. „Maar ik wilde dat ik die scène niet gezien had. Het verandert alles. "
„Waarom?" vroeg Jenny verbaasd. „Iedereen wordt toch weleens kwaad of verliest zijn geduld? Richard is het waarschijnlijk allang vergeten. Jij voelt je alleen opgelaten, omdat je het gezien hebt. "
„Dat zal het wel zijn, " zuchtte Paula. „Ik zal proberen het uit mijn hoofd te zetten. "
„Mooi zo, " zei Jenny. „Geef mij die band maar, dan zal ik je laten zien hoe je de apparatuur in het videolokaal moet gebruiken, zodat je dat stuk zelf kunt wissen. Dan hoeft niemand anders het te zien. En praat er met Richard ook maar niet over, anders wordt je tweede afspraakje misschien meteen je laatste. "
„Oké, " lachte Paula. Het lachen verging haar echter snel toen ze haar kluisje opende. Drie schriften en een stapel multomapblaadjes gleden eruit en vielen voor haar voeten. „Hé!"
„Wat is er?" vroeg Jenny.
„Mijn kluisje is overhoop gehaald!" riep Paula uit, terwijl ze de schriften opraapte. „Niks ligt meer op zijn plaats. Kijk, " voegde ze eraan toe, wijzend op haar sjaal. „Deze hing op het haakje en nu ligt hij op de bodem. "
Jenny lachte. „Weet je dan precies waar al je spullen lagen?"
„Wel als alles van zijn plaats gehaald is, " antwoordde Paula. „Iemand heeft erin gerommeld, ik weet het zeker. " Ze haalde het cijferslot eraf en bekeek het van alle kanten. „Dat is niet kapot, " merkte ze op. „Denk je dat iemand de code ontdekt heeft? Of wacht, misschien hebben ze het opgezocht. " De sloten en de cijfercombinaties werden aan het begin van het schooljaar toegewezen en de administratie hield er een lijst van bij. „Maar waarom zou iemand mijn kluisje willen openbreken?"
„Weet ik het. " Jenny hing haar rugzak over haar andere schouder. „Had je er geld in liggen?"
„Nee. " Paula schudde haar hoofd. „Raar, hè? Ik vraag me af of het ook bij anderen gebeurd is. "
„Laten we het vragen. " Jenny stak haar hand uit en greep de arm van de eerste de beste, die voorbij kwam. Het bleek Robert te zijn. „Paula denkt dat iemand in haar kluis geweest is, " vertelde ze. „Hoe is dat bij jou?"
Robert keek nieuwsgierig in Paula's kluisje. „Echt?" vroeg hij. „Mis je iets?"
„Ik geloof het niet. Er zat trouwens niks waardevols in, " antwoordde Paula. „Maar daar gaat het niet om. "
Robert knikte en ging rechtop staan. „Nou, met mijn kluisje is niks aan de hand. Maar ik moet opschieten, ik heb een afspraak met een leraar. Misschien kun je het beter melden, Paula, " voegde hij eraan toe, terwijl hij weg liep.
„Robert heeft gelijk, " merkte Jenny op. „Meld het bij de administratie en vraag een nieuw slot. "
Paula knikte. „Dat doe ik. Kijk jij je kluisje eens na. "
Jenny lachte. „Ik zou alleen merken dat er iemand in geweest is, als ze het opgeruimd hadden. Maar ik kijk wel even. "
Met deze woorden liep ze weg om haar kluisje te controleren en daarna naar haar klas te gaan.
Paula borg nadenkend haar jack en de gevallen blaadjes op. Ze begreep er niets van. Waren er nog meer kluisjes opengebroken? Of was het alleen om haar kluisje te doen? Nee, dat kon het niet zijn. Ze had niets wat de moeite van het stelen waard was.
Ze sloot haar kluisje, liep naar haar klas en probeerde het onbehaaglijke gevoel van zich af te zetten. Toen ze de hoek omsloeg, botste ze bijna tegen Richard aan.
„Hoi, Paula, " zei hij met een glimlach.
Even moest ze denken aan zijn boze gezicht op de video. Paula knipperde dat beeld vlug weg en glimlachte terug. „Hallo. "
„Wat is er?" vroeg Richard. Hij draaide zich om en liep met haar mee. „Je kijkt zo bedrukt. Heb je een repetitie? Heb je je huiswerk niet gemaakt?"
Paula keek hem van opzij aan. Er was een plagende grijns op zijn gezicht verschenen.
Richard ging wat langzamer lopen en bleef ten slotte staan. „Nou, vertel op, wat is er aan de hand?" Zijn grijns verdween, hij zag er nieuwsgierig uit.
Paula bleef ook staan. „Niets, " zei ze kortaf. Ze probeerde een uitvlucht te verzinnen en herinnerde zich opeens dat ze een prima excuus had. „Ze hebben alleen mijn kluisje opengebroken. "
Dat was geen ramp en Paula verwachtte ook niet dat Richard het zo zou opvatten. Daarom verbaasde zijn reaktie haar vreselijk.
Richards nieuwsgierige blik verdween. Zijn gezicht verstrakte, zijn ogen werden donker en er verscheen een vage blos op zijn wangen. Paula zag dat hij woedend was en een beetje geschrokken deed ze een stap naar achteren.
Maak er een grapje over, hield ze zichzelf vlug voor. Vraag hem niet waar hij zich druk over maakt. Hij zal het je toch niet vertellen.
„Hé, " zei ze zo luchtig mogelijk. „Er is ook goed nieuws, hoor. Er is niks gestolen. Maar nu moet ik naar mijn lokaal. Ik spreek je straks nog wel, oké?"
Ze was verdwenen, voordat Richard nog iets kon zeggen, maar Paula voelde zijn ogen in haar rug prikken.
Tussen de middag kwam Paula erachter dat geen enkele andere kluis was opengebroken. Ze was naar de administratie gegaan om een nieuw slot te halen. Ze moest daarvoor het oude slot inleveren en een formulier invullen. Mevrouw Gold, de administratrice, kon de formulieren niet meteen vinden. „Jij bent de eerste dit schooljaar, die een nieuw slot nodig heeft, " zei ze, terwijl ze een la opentrok.
Paula keek ongeduldig op de klok. Als ze niet opschoot, kwam ze nog te laat voor geschiedenis.
„Ah, hier heb ik ze, " zei mevrouw Gold, terwijl ze wat papieren uit de la trok. „Vul die even in, dan krijg je een nieuw slot. Intussen zal ik even een rapportje schrijven, voor het geval we meer klachten over inbraken krijgen. "
Paula was juist bezig het formulier in te vullen, toen ze achter zich de deur hoorde opengaan.
„O mooi, daar ben je, Susan, " zei mevrouw Gold.
Paula keek achterom. Susan stond in de deuropening. Ze keek Paula met opgetrokken wenkbrauwen aan. Op hetzelfde moment flitste het door Paula's hoofd dat de administratrice Susans moeder was. Hoe had ze dat kunnen vergeten?
„Ik ga nu meteen weg om het koffiezetapparaat te ruilen, dat ik gisteren gekocht heb, " zei mevrouw Gold tegen Susan. „Er ligt nog wat typewerk in het bakje. Wees eens lief en ruim dat even voor me op. Ik ben met een uurtje weer terug. " Ze trok haar jas aan, tilde een grote doos van de vloer en haastte zich het kantoor uit.
Susan liep om haar moeders buro heen. Ze ging zitten en keek Paula strak aan. „Wat doe jij hier?"
„Ik heb een nieuw slot nodig, " vertelde Paula haar, terwijl ze het formulier ondertekende. „Mijn kluisje is opengebroken. "
„Opengebroken?" herhaalde Susan. „Hoe? Met een breekijzer of zo?"
Paula schudde haar hoofd. „Nee, ze hebben mijn cijfercombinatie gekraakt. "
„Is er iets weg?"
„Niks. Ik geloof het niet, tenminste. " Paula haalde het oude slot uit haar tas en legde het op het buro naast het formulier.
Susan verdween naar de kamer ernaast en kwam terug met een plastic zakje, waarin een nieuw slot zat. „Alsjeblieft, " zei ze, terwijl ze het zakje op het buro legde. „De cijfercombinatie staat op het papiertje dat op het zakje geplakt zit. Onthou het en gooi het daarna weg. "
„Dat heb ik met het vorige ook gedaan, " zuchtte Paula. „Maar het heeft niet veel geholpen. Hé, er wordt hier op de administratie toch een lijst van alle cijfercombinaties bijgehouden?"
Susan kneep haar ogen tot spleetjes. „Wat bedoel je?"
„Ik bedoel... "
„Je bedoelt zeker dat je denkt dat mijn moeder mij de cijfercombinatie van jouw kluisje heeft gegeven, " merkte Susan scherp op. „Dat wilde je toch zeggen?" Ze pakte Paula's oude slot en het formulier, en draaide zich om. Over haar schouder vroeg ze: „Waarom zou ik iets van jou willen hebben, Paula? Waarom denk je dat?"
„Dat denk ik helemaal niet, " mompelde Paula. Wat mankeerde Susan? „Ik bedoelde alleen... "
„Ik weet wel wat je bedoelde, " onderbrak Susan haar weer. „Jij denkt dat ik het was. Nou, ik was het niet. Als ik iets van jou wilde hebben, zou ik het heus niet in je kluisje zoeken. Hoe zou ik moeten weten dat het erin zat?"
„Hoe zou je moeten weten dat wat erin zat?" vroeg Paula verbaasd. „Ik begrijp niet waar je het over hebt, Susan!"
Susan klemde haar lippen op elkaar, haalde diep adem en blies langzaam uit. „Oké, laat maar zitten. "
„Mij best. " Paula pakte haar nieuwe slot en vertrok voordat Susan opnieuw kon uitvallen.
Terwijl ze zich naar het geschiedenislokaal haastte, probeerde Paula de hele zaak uit haar hoofd te zetten. Maar dat lukte haar niet.
Susans moeder werkte op de administratie. Paula had er helemaal niet bij stilgestaan. Mevrouw Gold werkte daar een paar uur per dag.
Susan kon de cijfercombinaties bekijken wanneer ze maar wilde. En ze had een onschuldige opmerking opgeblazen alsof ze zich schuldig voelde, alsof ze iets te verbergen had.