14. Jaloezie

Aan de manier waarop Morton over rechter Childs sprak was duidelijk te horen dat hij van hem hield zoals hij van zijn eigen vader zou houden. Blijkbaar had mijn grootvader Morton geholpen toen hij problemen had met de wet. Hij was toen een jaar of twintig. Mijn grootvader bood hem een baan aan als zijn privé-chauffeur, als hulp in en rond het huis en in het algemeen als zijn assistent, en sindsdien was Morton bij rechter Childs gebleven. Ik vroeg me af hoeveel Morton wist over de familiegeheimen. Maar ik kon zien dat hij niet iemand was om uit de school te klappen, vooral niet als het om mijn grootvader ging. Hij sneed liever zijn tong af dan één verkeerd woord over hem te zeggen.

Ik was nieuwsgierig naar mijn grootvader, een man die zoveel respect en toegewijde trouw kon afdwingen van een volslagen vreemde. Ik wilde graag geloven dat het betekende dat hij een paar voortreffelijke eigenschappen had, maar wat de rechter grootmama Belinda had aangedaan was fout, heel erg fout. Hij maakte het nog erger door mee te werken met grootma Olivia, die haar zuster verstopt wilde houden. Hij bezweek voor Olivia's jaloezie en woede, en betaalde een hoge prijs om zijn eigen naam en reputatie te beschermen. Het kostte hem zijn gemoedsrust, en, het belangrijkste van alles, het kostte hem de liefde van zijn zoon. Ondanks zijn rijkdom, zijn grote huis vol kostbaar antiek, zijn prachtige tuinen, zijn positie in de gemeenschap, was hij eigenlijk iemand met wie je medelijden moest hebben. Zoveel onthulde Morton wél.

'U hebt de rechter gelukkig gemaakt,' zei hij vol bewondering. 'Ik zag het aan zijn gezicht. Ik heb hem in jaren niet meer met zo'n blijde glimlach gezien. Tenminste, niet meer sinds de dood van zijn vrouw.'

'Was u net zo op haar gesteld als op rechter Childs?'

'O, ja. Mevrouw Childs was een echte dame. Ze liet zich nooit gaan in het openbaar, en ze behandelde iedereen altijd met het grootste respect, ongeacht wat voor kleur hij of zij had, of wat hun familie deed om de kost te verdienen. Ze was ook mooi en ze schreef gedichten. Ze heeft er een paar gepubliceerd in die kleine tijdschriften en één keer in een groot tijdschrift uit New York City. Ik herinner me niet precies meer welk, maar ik weet dat het een belangrijk tijdschrift was. Meneer Kenneth was heel trots op haar in die tijd.'

'Ik werk voor Kenneth,' vertelde ik hem toen we het dorp inreden.

'O, dat is zo, ja. U bent de kleindochter van mevrouw Logan. De rechter vertelde me dat u Kenneth in huis helpt en zo.' Hij schudde zijn hoofd. 'Als u hem weer ziet, zegt u hem dan dat hij vaker op bezoek moet komen.'

'Weet u waarom hij dat niet doet?' vroeg ik zachtjes.

'Dat zijn mijn zaken niet. Ik weet alleen dat een zoon zijn vader moet bezoeken als die ouder wordt. Daar woont u toch?' ging hij verder, wijzend naar het huis van oom Jacob en tante Sara.

'Ja.'

Ik zag de auto op de oprit staan naast de truck en wist dat Cary thuis was. Waarom was hij niet bij oom Jacob in het ziekenhuis? vroeg ik me af.

'We zijn er,' zei Morton, en stopte. 'Kom nog eens op bezoek, ik weet dat de rechter dat erg prettig zou vinden,' zei hij.

'Dank u.'

Ik stapte uit en liep haastig naar de voordeur. Toen ik binnenkwam liep tante Sara net de trap op met een kom mosselsoep, crackers en een bord met gefileerde baars en groente op een dienblad. Ze draaide haar hoofd om toen ze me binnen zag komen en keek me met stralende ogen aan.

'Hij is thuis,' kondigde ze aan. 'Jacob is thuis. Hij stond erop dat ze hem vandaag lieten gaan in plaats van tot morgen te wachten. Ik breng hem wat zelfgemaakt voedsel. Hij zei dat hij niets zo miste als mijn kookkunst. Je kunt straks boven komen om even naar hem toe te gaan,' voegde ze eraan toe, en liep verder de trap op.

'Waar zijn Cary en May?' vroeg ik.

'In de keuken. Ze eten een late lunch,' riep ze terug. 'Ga maar naar ze toe als je honger hebt.'

Ik liep de gang door en bleef bij de keukendeur staan. Cary gebaarde naar May terwijl ze haar sandwich at en legde haar wat meer uit over de ziekte van haar vader. Ze sperde haar ogen open en hij draaide zich om naar mij.

'Hoi. Hoe wasje bezoek?'

'Ik heb een hoop te vertellen,' antwoordde ik. 'Ik zie dat je je vader al thuis hebt gebracht.'

'Hij dreigde op te staan en op eigen houtje naar huis te gaan. De dokters hadden geen keus. Ze waren er niet blij mee. We moeten hem kalm houden, zorgen dat hij blijft rasten en zijn medicijnen neemt. Ik hoop dat hij mijn moeder niet uitput. Ze is nu al zeker zes keer de trap op en af geweest

om van alles voor hem te halen, en ze staat erop om alles zelf te doen.'

'Ik zal haar tóch helpen,' zei ik.

'Jij moet naar Kenneth om te werken,' bracht hij me in herinnering.

'Nou ja, ik zal haar helpen zoveel ik kan. En May ook.' Glimlachend liet ik May weten wat ik gezegd had en ze knikte enthousiast. Ze vertelde dat tante Sara het goed vondt dat ze morgen thuis bleef om te helpen.

'Zie je wel? Het zal best gaan.' zei ik.

'Vast wel,' zei Cary ongelovig. 'Heb je honger?'

'Eerlijk gezegd, nu ik jullie zie eten besef ik dat ik inderdaad honger heb. Ik ben op pad geweest sinds ik vanmorgen ben vertrokken.'

'Waar ben je naartoe geweest?'

'Van grootmama Belinda naar grootma Olivia en toen naar het huis van rechter Childs,' antwoordde ik. Hij keek nieuwsgierig naar me op.

'O, dat bedoel je dus, datje een hoop te vertellen hebt?'

'Ik maak even een boterham klaar en dan zal ik je alles van begin tot eind vertellen,' beloofde ik, en voegde de daad bij het woord.

Cary schudde zijn hoofd, verbaasd over alle onthullingen toen ik hem een korte samenvatting gaf van mijn ervaringen.

'Als pa het wist, dan heeft hij er nooit iets van laten merken,' zei hij. 'Ik geloof dat deze familie heel wat verborgen geheimen heeft. Had de rechter geen idee wie jouw vader kan zijn?'

'Nee. Hij vertelde me alleen dat ze kort nadat Kenneth en Haille achter de waarheid kwamen, in moeilijkheden raakte en zij en mijn stiefvader uit Provincetown vertrokken.'

Ik keek naar May die ons aandachtig had gadegeslagen toen ik Cary alles vertelde. Ze scheen te begrijpen dat ze ons niet moest onderbreken, maar mijn intense houding en Cary's gefascineerde aandacht wekten haar nieuwsgierigheid. Ik gebaarde haar snel dat ik mijn bezoek aan grootmama Belinda beschreef en toen, om te vermijden er dieper op in te moeten gaan, stelde ik voor dat we een wandeling op het strand zouden gaan maken als ik oom Jacob goedendag had gezegd.

'We gaan met z'n allen wandelen,' besloot Cary.

Gedrieën gingen we naar boven. De deur van de slaapkamer stond open. Oom Jacob zat rechtovereind in bed, met zijn rug tegen twee grote, donzige kussens. Hij droeg een nachthemd, en al zag hij er minder smalletjes uit dan in het ziekenhuis, toch was hij nog bleek en mager. Tante Sara zat naast zijn bed en knipte zijn nagels. Het leek of ze zijn haar ook net had geborsteld. Als oom Jacob blij was weer thuis te zijn, dan was hem dat niet aan te zien. Er kwam geen lachje op zijn gezicht toen we binnenkwamen.

'Weetje zeker dat de motor nu goed loopt, Cary?' vroeg hij.

'Ja, pa. Beter dan daarvoor.'

'Dat betwijfel ik,' mompelde hij. 'Ik heb altijd goed voor mijn boot gezorgd.'

Cary keek naar mij om te zien of ik een berisping hoorde in oom Jacobs opmerking.

'Hallo, oom Jacob,' zei ik. Ik weigerde me te laten negeren. 'Ik ben blij dat u weer thuis bent.'

Hij bromde iets wat vaag leek op een dank je, maar hij keek me niet aan.

'Stuur Roy morgen na het werk naar me toe,' zei hij tegen Cary. 'Ik wil hem spreken.'

'Goed. Hebt u iets nodig? We gaan een wandeling op het strand maken.'

ik heb een lijst met boodschappen, Cary,' zei tante Sara.

'O.'

'Laten we dat eerst doen, Cary,' stelde ik voor.

'Natuurlijk. Waar is de lijst, ma?'

'Naast de theepot. Doe er ook nog twee kilo suiker bij.' Cary knikte, en we gingen naar buiten.

'Heb je geld?' riep oom Jacob.

'Ja,' zei Cary.

'Blijf in de buurt van het huis als je terugkomt. Je moeder kan niet alles alleen doen,' waarschuwde oom Jacob.

'Ik zal zoveel mogelijk helpen,' zei ik. Eindelijk richtte hij een onderzoekende blik op mij, om te zien of ik hem sinds ons gesprek in het ziekenhuis met andere ogen bekeek. Ik forceerde een glimlach en hij draaide zich weer om naar tante Sara om haar te zeggen dat ze het raam wat verder open moest doen.

In de supermarkt deelden we de lijst en gaven May een stuk of zes artikelen die ze zelf kon kopen. Terwijl Cary en ik met onze kar langs de schappen liepen, grijnsde hij naar me. Er lag een ondeugende schittering in zijn ogen.

'Wat heeft die blik van je te betekenen, Cary Logan?' vroeg ik.

'Ik fantaseerde dat jij en ik getrouwd waren en samen boodschappen gingen doen en dat May ons dochtertje was.'

'We zijn een beetje jong om een dochter te hebben die zo oud is als May, vind je niet?'

'Ik deed net of ze veel jonger was,' zei hij schouderophalend. Als alles zo eenvoudig was als in onze fantasie, zouden we allemaal eeuwig gelukkig zijn, dacht ik. 'Stel dat ze zo jong was, denk je dan heus dat ik haar in haar eentje zou laten rondlopen? Wat voor moeder denk je dat ik zou zijn?'

'Een perfecte moeder. Denk je dat ik een goede vader zal zijn?'

'Misschien,' zei ik plagend.

'Misschien? Waarom -' Hij zweeg toen de man vóór ons zich omdraaide. Het was Adam Jacksons vader.

'Zo, dus we ontmoeten elkaar weer,' zei hij en keek me strak aan met zijn zachtblauwe ogen. Hij droeg een spijkerbroek, een groene trui en gymschoenen, en zag er jong en atletisch uit. Zijn glimlach had een warmte, die verder ging dan gewone vriendelijkheid, dacht ik. Ondanks het feit dat Cary zich niet op zijn gemak voelde, vond ik het niet erg dat we Adams vader tegenkwamen.

'Leuk om u weer tegen het lijf te lopen,' zei ik.

'In ieder geval loop je me deze keer niet omver,' merkte hij schertsend op. Onwillekeurig bloosde ik. 'Hallo, Cary.'

'Hallo,' antwoordde Cary, nogal zuur, vond ik.

'Hoe gaat het met je vader? Het speet me te horen dat hij ziek is.'

'Hij is thuis,' zei Cary en pakte een paar blikken soep uit het schap.

'Mooi. Doe hem de groeten.' Jackson keek weer naar mij. 'Cary's vader en ik gingen samen wel eens vissen. Heeft hij je ooit verteld over die marlijn die we gevangen hadden, Cary?'

'Nee, meneer. We moeten verder. Mijn moeder heeft de boodschappen nodig,' zei hij onhebbelijk.

'O, natuurlijk. Vergeet niet hem het beste te wensen, en als ik hem ergens mee kan helpen...'

'Oké,' zei Cary.

Jackson gaf me een knipoog.

'Ik wed dat als je vioolspeelt voor hem, hij veel sneller zal opknappen,' zei hij.

'Dank u.'

Ik lachte en we liepen langs hem heen. Toen ik me omdraaide, zag ik dat hij nog steeds naar ons stond te kijken.

'Kijk niet naar hem om. Hij flirt alleen maar met je,' mompelde Cary.

'Wat?'

iedereen hier kent T.J. Jacksons reputatie. Zo vader, zo zoon. En leeftijd interesseert hem niet. Daarom kan hij een secretaresse nooit lang in dienst houden.'

'Meen je dat? Maar hij heeft zo'n mooie vrouw,' zei ik, en keek weer achterom, ondanks Cary's vermaning.

'Sommige mannen zijn nooit tevreden. Het is een egotrip.' 

'O. Sinds wanneer heb jij zoveel verstand van die dingen?' vroeg ik, misschien een beetje te scherp.

Hij keek me pijnlijk getroffen aan.

'Ik wil je alleen maar beschermen, Melody,' zei hij. Hij liep mokkend verder, tot ik mijn hand op de zijne legde en hij zich weer naar me omdraaide.

'Ik ben blij dat je dat doet, Cary,' zei ik. Zijn gezicht klaarde op en hij keek weer vrolijk.

May wachtte op ons bij de zuivelafdeling en we deden de rest van de boodschappen. Toen we buiten kwamen, zag ik dat Jackson bezig was de boodschappen in zijn auto te laden. Hij zag mij ook en bleef even staan om te zwaaien. Ik wilde al terugzwaaien, toen ik zag dat Cary uit zijn ooghoek naar me keek.

'Verrekte flirt,' mompelde hij zachtjes.

Had hij gelijk? vroeg ik me af. Ik wist niet of ik me gevleid of beangstigd moest voelen door die aandacht van een oudere man. Ik hoefde maar te denken aan wat er terecht was gekomen van mijn dagdromen over Kenneth. Alleen maar droefheid. Maar eigenlijk was het logisch. Zelfs mama Arlene gebruikte die uitdrukking of het een evangelie was: Zo vader, zo zoon. Behalve - hoe zat het dan met Kenneth? dacht ik. Hij leek niets op zijn vader, en Cary leek evenmin op de zijne.

Ik vroeg me af of ik op mijn vader leek. Maar ik betwijfelde of ik het ooit zou weten.

Toen we thuiskwamen troffen we tante Sara weer halverwege de trap aan, deze keer met een mok hete thee en wat biscuits.

'Hij wilde thee,' legde ze uit. 'Ik kom zo beneden om alles op te bergen.' ging ze verder met een knikje naar de zak levensmiddelen.

'Dat doen wij wel, ma,' zei Cary. Zijn kaak was verstrakt van woede. 'Hij zal haar volledig uitputten,' zei hij, terwijl hij tante Sara nakeek.

Het was geen voorspelling in het wildeweg. Oom Jacob had een bel naast zijn bed die hij, naar het leek, om de vijf minuten in beweging bracht. Hij onderbrak die avond het eten tweemaal om iets te verlangen van tante Sara. Ze klaagde nooit, ze was veel te blij dat hij thuis was. Maar het was Cary en mij duidelijk dat ze niet de hele dag en avond de trap op en afkon hollen. Ze kreeg zelfs geen rust om te eten!

'Misschien kun je ze overhalen voor een tijdje een speciale verpleegster te huren, Cary,' opperde ik. 'Als jouw ouders het geld er niet voor hebben, zouden grootpa Samuel en grootma Olivia misschien kunnen helpen.'

'Het gaat niet om het geld. Je weet hoe mijn vader denkt over vreemden in huis,' antwoordde hij.

'Misschien kunnen we hem dan zover krijgen dat hij in de zitkamer slaapt tot hij zich beter voelt,' zei ik. 'Dan hoeft je moeder tenminste niet voortdurend die trap op en af.'

Cary vond het een goed idee, maar oom Jacob ontstak in woede toen hij het hem voorstelde.

'Mijn huis veranderen in een ziekenhuis, hè? Ik ben gauw genoeg weer op de been. Ik wil niet dat er mensen binnenkomen en me als een ziek kind op een bank zien liggen. Wie is er op dat idiote idee gekomen?' hoorde ik hem schreeuwen.

'Het was mijn idee.' zei Cary. 'Sorry.'

'Hou jij je gedachten nou maar bij je werk. Dat is voorlopig voldoende,' zei oom Jacob.

Tante Sara werd zenuwachtig omdat oom Jacob kwaad werd en zich opwond. Ik voelde me onplezierig omdat Cary zich van streek maakte. Ik zei hem dat het mijn schuld was.

'Het is jouw schuld niet,' snauwde hij. 'Ik vond het een goed idee, en dat ís het ook.'

Hij liep de trap op naar zijn zolderkamer, omdat hij even gegeneerd als kwaad was over de uitval van zijn vader. Ik hield May bezig en damde met haar tot haar ogen dichtvielen. Ik bleef wachten tot Cary beneden kwam naar de zitkamer, maar hij was nog steeds in zijn schuilplaats toen ik al naar bed was.

Nou, dat was dan oom Jacobs eerste nacht thuis uit het ziekenhuis, dacht ik. In elk ander huis zou het feestelijk gevierd zijn, maar in dit huis heerste alleen maar spanning.

's Nachts hoorde ik tante Sara uit de slaapkamer komen en naar beneden gaan om iets voor hem te gaan halen, en nog voordat het licht werd hoorde ik haar weer. Aan het ontbijt zag ik de vermoeidheid in haar ogen. Ze stond vroeg genoeg op om Cary's ontbijt te verzorgen voor hij naar de boot ging, en toen bracht ze van alles en nog wat naar oom Jacob. Ik probeerde te helpen, maar ze zei dat het voorlopig beter was als ze het zelf deed.

'Hij moppert nogal omdat hij zich niet vrij kan bewegen,' legde ze uit.

Ik vond het niet prettig om de hele dag weg te gaan, maar in ieder geval zou May thuisblijven en kon zij wat helpen. Als oom Jacob het haar tenminste liet doen.

Ik vroeg me af of grootma Olivia en grootpa Samuel op bezoek zouden komen. Ik vroeg het aan tante Sara.

'Later op de dag,' vertelde ze. 'Olivia is woedend op Jacob omdat hij de artsen heeft gedwongen hem uit het ziekenhuis te ontslaan. Ze wilde niet komen, maar ik heb het haar gesmeekt en haar verteld dat het Jacob overstuur zou maken en dat dat niet goed voor hem was.'

'Wilde ze niet komen?' vroeg ik verbijsterd.

'O, ze ging gewoon maar een beetje tekeer,' zei tante Sara. 'Ik zweer je, dit is de koppigste familie die ik ooit heb meegemaakt.' Ze beet op haar lip alsof ze een ernstige ketterij of vloek had uitgesproken. 'Het komt allemaal in orde. God, alsjeblieft, laat alles in orde komen.'

Ik hoorde het gedempte getoeter van de auto en liep haastig naar buiten. Maar in plaats van Kenneth was het Holly die me kwam halen.

'Hij kan zich niet losmaken van zijn stuk marmer,' legde ze uit. 'Ik geloof dat ik hem gisteren tien minuten gezien heb. En hoe was je bezoek bij je andere grootmoeder?'

'Interessant,' zei ik op neutrale toon. Ze trok haar wenkbrauwen op.

'O? Wat doe je cool! Probeer je de leraar iets te leren?' zei ze. Ik moest lachen.

'Er zijn een paar dingen die ik nog moet verwerken. Alleen.'

'Oké. Maar denk eraan, ik ben er voor je als je me nodig hebt.'

'Dank je.'

'Ik hoop dat iemand me gauw nodig zal hebben,' verklaarde ze. 'Ik begin me net een soort meubelstuk te voelen in Kenneths huis.'

Ik lachte, maar toen we bij Kenneth kwamen, zag ik wat ze bedoelde. Hij ging zo op in zijn werk dat hij me nauwelijks begroette. Ik wilde hem vertellen over mijn bezoek aan zijn vader en wat ik te weten was gekomen, maar ik was bang dat ik zijn concentratie zou verbreken. Ik wilde niet dat er nóg iemand kwaad op me werd, vooral Kenneth niet.

'Ik moet even iets controleren,' zei hij. 'Zou je een paar minuten voor me willen poseren?' Ik deed het, en hij bestudeerde me, dacht na, bestudeerde, en knikte toen.

'Oké, het is goed,' zei hij, en keerde terug naar zijn marmer. 'Je kunt verder werken aan de basis,' zei hij, toen ik me niet bewoog. Ik pakte mijn gereedschap en begon. Een tijdlang werkten we rustig verder. Slechts het geluid van het bikken en het tikken van de hamer klonk door het atelier.

Eindelijk, na wat me uren leek, deed hij een stap achteruit, veegde zijn gezicht af met een handdoek, knikte naar het blok marmer en draaide zich toen om naar mij. Ik lag op mijn knieën en staarde naar hem op. Hij knipperde met zijn ogen en concentreerde zich, alsof hij terugkeerde in deze wereld.

'Zo,' zei hij. 'Holly vertelde me datje een onplezierig bezoek had toen

je gisteren naar Belinda ging. Wat was er, was ze ziek of zo?'

'Nee, niet precies,' antwoordde ik. Hij staarde me aan. Ik zou nooit een goede Logan worden, dacht ik. Ik kon de waarheid niet verbergen.

'Heb je me iets te vertellen?'

'Ja.'

Hij knikte en draaide zijn hoofd om. Toen veegde hij zijn handen af en liep naar het raam dat uitzicht bood op zee. Hij bleef een tijdje naar buiten staren. Ik maakte mijn handen schoon en borstelde mijn kleren af. Hij haalde diep adem en keek toen weer naar mij.

'Grootmama Belinda heeft me dingen verteld,' zei ik. 'Ze houden haar opgesloten en geven haar medicijnen die haar suf maakten, maar ze vertelde me dingen.'

'Wat voor dingen?' vroeg hij.

'Dingen over mijn moeder, hoe ze geboren is.'

'Eh-eh,' zei hij. Hij staarde me heel vreemd aan, zijn gezicht was zo onbeweeglijk dat het zelf uit marmer gehouwen leek.

'Zoals Holly je verteld zal hebben, ben ik daarna naar grootma Olivia gegaan. Ze ontkende alles,' zei ik vol afkeer. 'Ze hield de leugens vol, maar ik wist dat het leugens waren. Ik wist het gewoon.'

'Dus?'

'Dus heb ik je vader met een bezoek vereerd.'

'O.' Hij keek weer uit het raam. 'Het ziet ernaar uit dat het gaat regenen,' zei hij. 'Er komen een paar donkere wolken opzetten uit het noordoosten.' Hij sloeg zijn ogen neer en liep naar de gootsteen om een glas water te halen. 'Wil je ook wat drinken?'

'Nee, dank je.' Ik bewoog me niet. Hij liep naar de bank en ging zitten. Na een ogenblik draaide hij zich weer naar me om.

'Ik heb niet tegen je gelogen, Melody,' zei hij. 'Ik heb je alleen niet alles verteld wat ik wist. Het viel me moeilijk, geloof me,' zei hij.

' Ik geloof dat ik het wel begrijp,' zei ik. Hij trok zijn wenkbrauwen op.

'Heus? Ik niet,' mompelde hij verbitterd en dronk nog wat water.

'Het was afschuwelijk van ze om het zo lang geheim te houden en jou te laten opgroeien met het idee dat mijn moeder een ander was, iemand die je kon liefhebben,' zei ik.

Hij knikte, een gespannen lachje om zijn mond.

'Ja, afschuwelijk is een goed woord. Maar ik ben bang dat ik nog een hoop andere benamingen kan bedenken die niet geschikt zijn voor de oren van een jong meisje.'

'Je vader is een heel trieste man, Kenneth. Ik geloof dat hij er erg veel spijt van heeft,' zei ik. Kenneths glimlach werd breder.

'Jij? Jij wilt hem vergeven? Hij liet je opgroeien zonder je ooit te laten weten dat hij je grootvader is. Hij heeft je nooit één dollar gestuurd of geïnformeerd naar je welzijn. Hij liet Haille en Chester weglopen zonder een cent op zak om in de heuvels van West-Virginia te gaan wonen. En toen jij hier kwam, deed hij geen enkele poging om je te vertellen wie je was en wat hij van jou was. Als je Belinda niet had opgezocht in het rusthuis, en zij had niet tegen je gebabbeld had, zou je nog steeds de waarheid niet weten,' merkte Kenneth op. 'Hem vergeven?'

Hij schudde zijn hoofd.

'Ik wil hem niet haten,' bekende ik.

'Net iets voor hem om zelfs na alles wat er gebeurd is je sympathie te veroveren,' zei hij bitter.

'Ik wil alleen maar dat iedereen me de waarheid vertelt. Ik wil alleen maar weten wie mijn vader is,' zei ik met verstikte stem. De tranen prikten achter mijn oogleden.

'Heeft hij je dat niet verteld?'

'Hij zei dat hij het niet wist. Hij zei dat mijn moeder hem niet in vertrouwen wilde nemen en dat het enige wat hij weet is dat ze kort nadat ze de waarheid ontdekt had in de problemen raakte.'

'Precies. Het was zijn schuld,' snauwde Kenneth. 'Vooral de manier waarop hij het haar vertelde. Wat verwachtte hij dan dat er zou gebeuren?'

'Hoe vertelde hij het haar?' vroeg ik ademloos.

Kenneth keerde zich van me af. Aan de manier waarop zijn kaakspieren trokken zag ik dat het niet alleen moeilijk, maar pijnlijk voor hem was die herinneringen op te halen. Dit was waarom iedereen me waarschuwde het verleden niet op te rakelen. Maar onuitgesproken leed ettert als een zweer in je hart en barst uiteindelijk open en vreet van binnen aan

je-

'Op een middag, toen ik weg was, nodigde mijn vader jouw moeder uit om met hem te gaan zeilen. Haille en ik waren al eerder met hem mee geweest, en een andere keer waren zij en mijn moeder met hem op de zeilboot geweest. Ik vond er dan ook niets ongewoons aan, en zij zeker niet.

'Denk je eens in,' zei. hij, terwijl hij zich met betraande ogen naar me omdraaide, 'een jong en mooi en nog heel onschuldig meisje, in haar nieuwste zeilkleren, haar gezicht fris van de ochtenddauw. Ze mocht mijn vader graag - hield zelfs van hem om zijn charme en gevoel voor humor. Niemand van ons hechtte ooit enige betekenis aan alle aandacht die hij Haille schonk. Hij flirtte met elke vrouw die binnen zijn bereik kwam.'

Kenneth glimlachte even bij zichzelf, verdiept in een of andere herinnering.

'Ze zei altijd dat het gezelschap van mijn vader het beste was na dat van mij.'

Zijn glimlach verdween.

'We waren allemaal zo zorgeloos, de rijke kinderen die genoten van onze zeilboten en onze auto's, onze kleren en juwelen, die bijna overal naartoe konden waar we maar wilden, wanneer we maar wilden. We konden party's geven op het strand en zonder er een moment bij stil te staan voor alles betalen. Iedereen benijdde ons. De universiteit was niet meer dan iets vanzelfsprekends. Als we werkten, werkten we alleen maar om de tijd te verdrijven en ons te amuseren. We werkten niet omdat het nodig was.

'Wat kon er misgaan?' vroeg hij hoofdschuddend. Hij had nu minder aandacht voor mij dan voor zijn herinneringen. 'Als we ziek waren, kregen we de beste medische verzorging. Als we iets braken, werd het vervangen, wat het ook kostte. Onze hele toekomst leek een met rozen bestrooid pad. We wisten allemaal hoe gelukkig we waren en we hadden maar een vage belangstelling voor degenen die dat niet waren. Misschien kwam dat omdat de slimsten onder ons diep in hun hart wisten dat het leven een zeepbel kan zijn die elk moment kan barsten en dat alles wat we zo belangrijk vonden in een oogwenk kon verdwijnen.'

Hij zuchtte diep. Zijn schouders gingen omhoog en toen weer omlaag en hij liet zijn hoofd zakken.

'Ze kwam die middag vroeg. Verrassing! Mijn moeder ging die keer niet mee. Alleen zij en papa gingen.'

Hij hief zijn hoofd weer op.

'Later beschreef ze elk klein detail van die dag voor me, beurtelings lachend en huilend, alleen was haar lach ijl en grensde aan waanzin.

'Papa zag er kwiek en knap uit en jonger dan ooit. Het viel haar op dat hij spraakzamer was dan gewoonlijk toen ze kwam, maar hij sprak over nieuwe dingen die mijn moeder had gekocht op veilingen, over zijn plannen om van alles en nog wat te vernieuwen rond het huis, over ditjes en datjes. Tot ze de zee op gingen.

'Hij voer een inham binnen en begon over zijn eigen jeugd te praten. Na een tijdje begon hij over Belinda. Haille begon zich een beetje onbehaaglijk te voelen toen hij zijn eigen romantische belangstelling voor Olivia's zus beschreef. En toen gaf hij het haar recht voor zijn raap dat hij haar vader was. Hij zei het op een manier zoals je zou zeggen: Ik kan het je maar beter bekennen, ik heb dat stuk porselein gisteren gebroken.

'Haille was natuurlijk verbijsterd. Die man die tegenover haar zat in de zeilboot, die man die ze haar leven lang had gekend als mijn vader, die charmante vriend van Olivia en Samuel Logan, verkoos haar op een middag te vertellen dat hij haar vader was. Hij voer met haar de zee op, zodat ze min of meer gevangen zat op de boot en natuurlijk zijn kant van het verhaal moest horen. Ze zei dat ze de neiging kreeg in het water te springen en naar de kant te zwemmen, maar ze beefde zo hevig dat ze haar lichaam niet vertrouwde, bang was dat het haar niet naar de kust zou kunnen brengen.

'De schok van het nieuws dat hij haar vader was had een enorme impact, maar nog veel erger was het besef dat zij en ik - dat we halfbroer en -zus waren en dat de ontluikende liefde tussen ons incestueus was en verboden. Denk je eens in hoe immens het gevoel van verraad op dat moment was.

'Mijn vader verdedigde zich met de woorden dat als zij en ik nooit een aanwijzing hadden gegeven dat we serieuze minnaars zouden worden, hij haar nooit de waarheid zou hebben verteld. Is dat niet ongelooflijk? Hij zou het eeuwig geheim hebben gehouden, want - dat weet je nu - wie zou de arme gestoorde Belinda hebben geloofd? O, daar zorgden ze wel voor, mijn vader en Olivia Logan.

'Natuurlijk hield hij vol dat Belinda werkelijk psychiatrische hulp nodig had en dat ze haar de beste, duurste behandeling gaven die maar mogelijk was. Alle mannen die een buitenechtelijke relatie hebben en hun minnares zwanger maken, zouden zijn kansen en logica moeten hebben.'

Kenneth lachte.

'Sommigen dwingen hun geliefde tot een abortus, sommigen geven haar geld en sturen haar weg, sommigen ontkennen dat ze haar ooit gekend hebben, als ze dat kunnen. De fortuinlijke rijke en machtige mannen stoppen hun geliefde in een rusthuis, waar ze in de inrichting opgeborgen blijven, onder de medicijnen worden gehouden en naar de mond worden gepraat. Alles wat Belinda daarna zei was fantasie of waanzin.

'En jij wilt dat ik hem vergeef,' zei hij. Hij wendde zijn hoofd weer af.

'Dat komt omdat ik hem nú zie, Kenneth,' antwoordde ik met een benepen, bevend stemmetje. 'Ik ben er niet van begin af aan bij geweest en ik kende de details niet zoals jij. Wat deed mijn moeder toen hij haar eindelijk weer aan land bracht?'

'Ze maakte dat ze zo gauw ze maar kon bij hem wegkwam. Eerst noemde ze hem een leugenaar, denkend dat Olivia hem ertoe had aangezet, om haar en mij gescheiden te houden.'

'Waarom?'

'Dat is iets waarop alleen Olivia antwoord kan geven. Zij en Haille konden nooit met elkaar overweg, en ik denk -' Hij aarzelde en keek naar mij.

overleggend of ik oud en wijs genoeg was om het te begrijpen en of hij het recht had het te zeggen. Hij besloot verder te gaan. 'Ik denk dat Olivia altijd van mijn vader gehouden heeft en jaloers was op haar eigen zus. Die jaloezie manifesteerde zich in haar relatie met Haille. Olivia behandelde haar als Assepoester, de mooie, maar inferieure stiefdochter.

'In ieder geval kwam Haille thuis en sloot zich op haar kamer. Niemand wist nog waarom, denk ik. Toen ik die avond thuiskwam, riep papa me bij zich in zijn studeerkamer en, versterkt met een stuk of zes glazen bourbon met water, vertelde hij mij wat hij Haille had verteld.

'Nu was het mijn beurt hem een leugenaar te noemen. Wie wilde nou dat het waar zou zijn? Ook ik hoopte dat het niet meer dan een samenzwering zou zijn om te beletten dat Haille en ik te intiem zouden worden en uiteindelijk met elkaar zouden trouwen. Maar hij stortte in en begon te huilen en bekende alles en brabbelde zoals ik nooit eerder had meegemaakt.

'Ik was verbijsterd. Ik holde het huis uit naar Haille. Toen beschreef ze die zeiltocht en de manier waarop papa haar het nieuws had verteld. Ze was al veranderd,' zei Kenneth, peinzend knikkend.

'Hoe?'

'Ik voelde die overgave, dat gevoel dat wat het ook was dat haar in toom had gehouden, verdwenen was. Ze was als een vlieger waarvan het touw was gebroken en die rondgeslingerd werd, maar het kon haar niet schelen. Ze lachte veel, gedroeg zich als de dochter van een gestoorde vrouw. Ik werd bang, vooral toen ze me op het strand omhelsde en zei: "Laten we ons er niets van aantrekken. Laten we doen wat we willen, en laten we het nú doen, híer."

'Ik raakte in paniek. Het was of een vampier me had gevraagd net als zij een vampier te worden. Ik rukte me los en rende weg. Ik hoorde haar achter me lachen. Ik hoor het soms nog.

'In ieder geval,' zei hij, 'de rest weetje. Haille werd de vrouw die Olivia altijd had gezegd dat ze was: promiscue, ongevoelig, onverschillig, roekeloos, bandeloos. De rest is zoals ik je verteld heb. O, ik probeerde toch vrienden te blijven, probeerde haar goede raad te geven, haar te hulp te komen als ze me nodig had, maar het was of je het getij tegenhield, de onvermijdelijke ramp. Papa had gelijk. Niet lang daarna werd ze zwanger van jou en toen nam Chester het voor haar op. Hij was blindelings verliefd op haar en deed niets toen ze Samuel van ondenkbare dingen beschuldigde. Misschien was dat haar manier om wraak te nemen op mijn vader, zijn intieme vriend aan te vallen. Voor haar waren ze allemaal hetzelfde: Olivia, Samuel, mijn vader, ze maakten allemaal deel uit van de samenzwering. In ieder geval liep ze kort daarna weg naar West-Virginia.

'Ik weet niet wie je vader is,' ging hij verder voor ik het weer kon vragen. 'Ik verzwijg niets meer, vooral niet sinds je met mijn vader hebt gesproken. Haille heeft het me nooit verteld. Toen ik het haar vroeg, lachte ze en zei; "Jij bent het, Kenneth. In mijn hart zul jij het altijd zijn."

'Daarom was ik zo onthutst toen je me vertelde datje vermoedde dat ik je vader was. Het was griezelig, alsof Haille weer door jouw mond sprak. Ik weet hoe graag je het wilt weten. Ik wou dat ik het je kon vertellen, je dat geschenk kon geven, maar ik kan het niet. De waarheid is begraven met je moeder, Melody. Het spijt me.'

Ik besefte niet dat ik huilde tot ik de tranen van mijn kin voelde druppen. Kenneth stond op en overhandigde me een zakdoek. Ik snoot mijn neus, veegde mijn ogen af en haalde diep adem. Hij glimlachte en knikte naar me.

'Je weet dat dit me tot je oom maakt, hè?'

'Ja.'

'Vind je het erg?'

'Nee,' zei ik, maar ik bedoelde ja. Ik vond het erg omdat ik ook een tijdje van hem had gedroomd als minnaar. Nu leek dat nog belachelijker. Ik voelde me zo beschaamd, zo verloren. Mijn hersenschimmige dromen kwamen nooit uit en zouden dat ook nooit doen. Er waren te veel donkere wolken boven het verleden van mijn familie.

'We zullen eens ernstig moeten nadenken over dit alles,' voegde hij eraan toe en ging verder met zijn werk.

'Ernstig nadenken? Wat kunnen we aan iets ervan doen?' vroeg ik me hardop af.

'Hangt ervan af,' zei hij, terwijl hij zijn beitel oppakte.

'Waarvan?' vroeg ik, terwijl ik hem volgde.

'Of papa werkelijk bereid is de zonden van het verleden te onthullen en hoe Olivia en Samuel zullen reageren. Je bent via Belinda natuurlijk verwant met Olivia, maar je bent geen Logan.' Hij glimlachte. 'Dus,' zei hij, terwijl hij met hamer en beitel terugliep naar het marmer, 'zou je bij mij kunnen intrekken als je dat wilt.' Hij draaide zich om. 'Want nu ben ik een naaste bloedverwant.'

Mijn mond viel open en ik staarde hem verbluft aan.

'Bij jou intrekken?'

'En niet langer opgescheept zitten met die klootzak.'

'Zou je willen dat ik bij je kwam wonen?'

'Bekijk het eens van mijn standpunt. Ik krijg gratis een geweldige kokkin en huishoudster,' zei hij schertsend. Hij begon te tikken met de beitel en stopte toen. 'Natuurlijk wil dat zeggen dat ik iets wettelijks zou moeten doen, zoals me laten benoemen tot je voogd of zoiets. En dan zal ik waarschijnlijk dus ook ouderavonden moeten bijwonen, hè? En briefjes schrijven als je je school verzuimt, en ouderlijke toestemming geven, en al die poespas meer.'

Hij keek naar me, maar ik kon hem alleen maar aanstaren. Bij Kenneth wonen?

'Moet ik met je gaan winkelen en je afspraken met de tandarts regelen?'

'Meen je het serieus?'

Zijn ogen versomberden een beetje en de luchthartigheid en humor verdwenen uit zijn gezicht.

'Ik wist dat Haille op de een of andere manier in mijn leven zou terugkomen,' zei hij.

Hij draaide zich om en begon luid te hameren. Scherven vielen op de grond. De echo weerklonk.

'Op de een of andere manier?'

Ik had niet mijn vader gevonden, maar misschien het op één na beste.