9. Het staat in de sterren geschreven
Ik maakte een lange wandeling over het strand tot ik Point's End en de uitgestrekte Atlantische Oceaan kon zien. Terwijl ik me liet overspoelen door het sproeiwater, wenste ik dat ik me kon laten meedrijven met het getij, weg van Kenneth, weg van de Logans, weg. Hoe had ik zo stom kunnen zijn om te denken dat Kenneth van mij zou kunnen houden? Holly met haar excentrieke, exotische manieren was wat een kunstenaar als Kenneth verlangde. Ik was gewoon een malle tiener die hem verveelde. Maar Cary had ik niet verveeld, Cary die echt van me hield, Cary die ik had afgestoten om mijn kinderachtige dromen over Kenneth en zijn liefde voor mij.
Ik was vol zelfmedelijden toen ik over het strand liep. Ik merkte dat het zeewier dichter groeide op dit deel van de Point. Het leek of de zee hier in woede was ontstoken en de begroeiing onderwater had losgerukt, zoals een krankzinnige vrouw haar haar uit kon trekken. Overal lag drijfhout, glanzend door het constante schuren van het zoute water. Ik zag iets liggen dat was aangespoeld. Toen ik dichterbij kwam, ontdekte ik dat het een pop was, met geplakte haren, het gezicht verbleekt door de zon, zodat zelfs de zwarte kraalogen grijs zagen. De onderste helft van het poppenlijf was begraven in het zand waar het getij haar had neergeworpen en haar ongetwijfeld weer mee zou voeren naar de zee.
Ik pakte de pop uit haar tijdelijke graf en borstelde haar af, terwijl ik bedacht dat ze eens het kostbare bezit was geweest van een klein meisje. Voor mijn geestesoog zag ik haar even onschuldig als May, bezig een gefantaseerde theepartij voor te bereiden, de pop zittend aan een speelgoedtafel, waarop de theekopjes en theepot gereed stonden. Het meisje zou de pop ongetwijfeld al haar verlangens en geheimen hebben verteld. In het begin, toen ze die pop pas had gekregen, zou ze waarschijnlijk met haar naast zich in bed hebben geslapen en haar overal mee naartoe hebben genomen. Ze was haar geliefde kameraadje geworden aan wie ze al haar liefde en dromen toevertrouwde.
Om wat voor reden ook - misschien was het meisje groot geworden en had ze de pop onderin haar speelgoedkist laten liggen - was de pop uit haar privé-wereldje verdwenen en vergeten, afgedankt en terechtgekomen tussen al het andere vergeten speelgoed. Later was er misschien een grote schoonmaak gehouden en werd er speelgoed weggegooid, om plaats te maken voor andere dingen. Haar moeder had de pop misschien omhooggehouden en gevraagd: 'Wil je deze nog houden?'
Het meisje dacht even na. Ze had dierbare herinneringen aan haar jeugdkameraadje, maar ze was nu ouder en haar belangstelling ging nu uit naar jongens; poppen brachten je net zo pijnlijk in verlegenheid als een pesterig klein zusje dat intieme familiegeheimen verklapte. Wie wilde nou dat het nieuwe vriendje zou weten dat ze 'Ik hou van je' had gefluisterd tegen een pop in plaats van tegen hem?
'Nee,' zei ze, en veroordeelde haar dierbare vriendinnetje tot de vuilnishoop. Hoe de pop in zee terecht was gekomen was een ander verhaal, maar het was gebeurd, en zo was ze op dit strand terechtgekomen. Zelfs met haar lichte ogen, haar bleke gezicht, meende ik de smeekbede van de pop te kunnen horen. Ze keek naar me op, smeekte me om niet alleen achter te worden gelaten, veroordeeld tot dit afschuwelijke lot.
Ik borstelde haar af en nam haar mee terug, zonder goed te weten wat ik met haar moest doen. Ik wilde dat iemand me zo op het strand zou vinden en de korrels van droefheid en zilte tranen zou afwissen alvorens me naar een nieuw en beter thuis te brengen. Net als deze pop voelde ik me afgedankt en misschien met nog minder fanfare. Maar had ik niet hetzelfde gedaan met Cary? Was Holly's komst mijn straf omdat ik Cary zo ego- istisch had behandeld?
Toen ik om de bocht kwam, op het strand voor Kenneths huis, zag ik Holly op een plaid zitten, haar benen in lotuspositie, haar armen onder haar borsten gevouwen, haar hoofd achterover, zodat haar gezicht door de zon werd beschenen. Ze was blootsvoets en droeg een lichtgroen met wit jurkje dat nauwelijks tot haar knieën reikte. Ze had ook andere oorbellen in. Deze leken van jade en glinsterden samen met wat ze om haar hals droeg.
Ulysses was niet bij haar. Ik verbeeldde me dat hij in de studio bij Kenneth zat, mokkend omdat ik was weggelopen zonder zelfs maar naar hem te kijken en hem te wenken met me mee te gaan.
Ik was van plan Holly te negeren en naar het huis te gaan, toen ik de exotische, aziatische muziek hoorde en dichterbij kwam. Klanken uit het Verre Oosten. Ze scheen me op de een of andere manier te horen en draaide zich om.
'Hoi,' riep ze.
Ik kwam dichterbij en zag de kleine rookspiraal die omhoogsteeg uit een klein bronzen potje.
'Wat doe je?' vroeg ik.
'Ik begroet de Zodiak. Ik moet me zo gauw mogelijk afstemmen op de vibraties, de energie hier. Kom,' zei ze, en schoof opzij op haar plaid om plaats voor me te maken. 'Doe je mee?'
'Met wat?' vroeg ik sarcastisch.
'Het universum inschakelen,' antwoordde ze, alsof het de meest logische zaak ter wereld was. 'Alle antwoorden op je vragen en problemen bevinden zich hierin,' zei ze, wijzend op haar hart. 'Maar je moet de manier vinden om ze te bereiken, de deuren te ontsluiten, en om dat te doen moetje alle wereldse verwarringen, spanningen en tumult weghalen. Je moet je geest boven die knechtschap verheffen, je innerlijk bevrijden. Ik zal je laten zien hoe je dat moet doen,' zei ze.
Ik schudde mijn hoofd en wilde haar uitlachen. Verwachtte ze werkelijk dat ik in die dingen zou geloven?
'Het kostje alleen wat tijd en energie,' zei ze snel. 'En het zou weieens precies kunnen zijn watje nodig hebt, Melody.'
'Hoe weet jij wat ik nodig heb?' snauwde ik.
Ze glimlachte vriendelijk.
'Ik weet dat je wat vrede, kracht en licht nodig hebt. Ik weet dat je je moet bevrijden van die drukkende boosheid, en ik weet datje op zoek bent naar de zin van het leven, naar liefde,' voegde ze eraan toe.
Ik kon het niet ontkennen. Mijn gezicht moest een venster zijn waardoor iedereen mijn verontruste hart kon zien, dacht ik, als iemand die me net ontmoet had dit al allemaal wist.
'Hoe kan zitten op een plaid en staren naar de lucht en de zee helpen?' vroeg ik minachtend.
'Ik zal het je laten zien als je me de kans geeft,' beloofde ze met een warme blik in haar ogen.
'Waarom zou jij je om mij bekommeren?' vroeg ik uitdagend.
'Waarom niet?' antwoordde ze onmiddellijk. 'Kom. Ik bijt niet.' Ze klopte op de plaid naast haar. Ik kwam dichterbij.
'Wat brandt daar?'
'Wierook.'
'Het ruikt vreemd. Wat is het?'
'Mijn eigen mengsel van wierook, styrax en cascara. Heb je nog nooit wierook geroken?'
'Nee.'
'Het is echt een heel lekkere lucht. Wat heb je in je hand?' vroeg ze. Ze
boog zich voorover om te zien wat ik bij me had.
'Een oude pop. Ik heb hem op het strand gevonden,' zei ik zonder een spoor van verlegenheid en bezitteriger dan ik van mezelf verwacht had.
'Al mijn poppen werden vroeger speciaal voor mij gemaakt toen ik nog klein was,' zei ze. 'Mijn moeder was kleermaakster en heel talentvol. Ze maakte al mijn kleren en ook alle kleren van mijn broer en mijn vader. Ze had het van haar moeder geleerd. Ik weet niet hoe ver dat talent terugging, maar ze hadden het uit Europa meegebracht. Natuurlijk dreven al mijn vriendinnen de spot met mijn kleren, omdat ze wisten dat praktisch alles wat ik had zelfgemaakt was.'
'Waar woonde je?' vroeg ik. Onwillekeurig kreeg ik belangstelling voor haar, vooral als ze over haar moeder praatte. Ze leek zo openhartig en vrijmoedig, onthulde volkomen onbevreesd intimiteiten over zichzelf. Nu ik een tijdlang op de Cape had gewoond, kwam ze me voor als een frisse wind.
'Yonkers. Dat ligt net buiten New York City. Mijn moeder werkte voor een fabrikant in de Bronx. Ben je daar wel eens geweest?'
'Nee.'
'Ik ben er in eeuwen niet meer geweest, al is het maar een korte treinreis vanaf Greenwich Village.'
'Ik weet niet waar dat precies ligt,' zei ik. 'Alleen dat het in New York
is.'
'Ja. Er wonen veel schilders en schrijvers, countryzangers en musici. Ik heb daar een winkel in Christopher Street. Ik trek horoscopen en verkoop kaarsen en kristallen.'
'Je trekt horoscopen?'
'Astrologie. Persoonlijke horoscopen.'
'O. Mijn oom Jacob vindt horoscopen onzin, heidens zelfs. Hij gaat altijd tekeer tegen mijn tante Sara omdat ze haar horoscoop leest in de krant, maar ze doet het toch.'
'Het is geen onzin,' zei ze zachtjes. 'Astrologie werd bestudeerd door de oude Egyptenaren, Hindoes, Chinezen, Etrusken en de Chaldeeërs van Babylonië. Het is ongeveer drieduizend jaar v.C. begonnen met de Chaldeeërs. Zij zagen de logica erin. Toen ze merkten hoe de zon en de hemellichamen de seizoenen beïnvloedden, namen ze gewoon aan dat ze ook het menselijk leven beïnvloedden.'
'Zoveel weet ik er niet van,' zei ik. 'Alleen dat het zoiets is als de toekomst voorspellen.'
'Ja, in zekere zin. Je lot is afhankelijk van het teken van de dierenriem waaronder je bent geboren en de stand van de planeten op dat moment en tijdens je hele leven. Maar er hangt meer af van de positie en de kracht van de zon en de maan bij je geboorte dan van alle planeten van ons zonnestelsel bij elkaar. De zon en de maan zijn de overbrengers van de stellaire krachten. Ik trek horoscopen, door de stand te berekenen van de zon, de maan en de planeten binnen de twaalf segmenten van de dierenriem die we huizen noemen,' ging ze verder. 'Elk huis is genoemd naar een sterrenbeeld en neemt dertig graden van de ruimte in, terwijl het geheel de drie- hónderdzestig graden van een cirkel vormt. Daarom is het getal driehonderdzestig het symbool van de voltooiing.'
'Het klinkt nogal mal allemaal,' zei ik. Waarom zou Kenneth iemand aardig vinden die in die dingen geloofde?
'O, maar dat is het niet. Het is allemaal erg logisch. Luister,' hield ze vol. 'We hebben allemaal vijf positieve projectiepunten en vier positieve energiecentra. Vier plus vijf is de mystieke negen, het symbool van de godheid. Het hoofd, de handen en voeten zijn de vijf projectiepunten die voortdurend stromen en stromen vitale kracht uitstralen. Dat symboliseren we met de vijfpuntige ster.' Ze liet me haar pols zien, waarop een vijfpun- tige ster getatoeëerd was.
'De positieve energiecentra zijn de hersenen, de milt, het hart en de voortplantingsorganen, terwijl het grote ontvangstcentrum de zonnevlecht is.' Ze legde haar hand op haar buik. 'Denk eens na. Als onrust of angst ons pad kruist, voelen we dat allereerst hier. Ja toch? Meestal hebben we geen eetlust. Onze maag is van streek.'
Ik knikte. Daar zat iets in.
'Geestelijk en psychisch welzijn hangen af van de volledige vrijheid van het lichaam. Alles wat klemt, bindt of ons uit onze natuurlijke proporties brengt is fataal voor een goede spirituele vooruitgang. Daarom dragen mensen in Chaldea en Egypte die wijde gewaden, net als de hogepriesters. Daarom kleed ik me ook zo,' legde ze uit. 'Begrijp je het nu een beetje beter?'
Ik knikte.
'Ik kan je horoscoop trekken, nu ik toch hier ben.'
Ik gaf geen antwoord. Ik was eerlijk gezegd bang te weten wat de toekomst voor me in petto had. De toekomst leek veel angstaanjagender dan het heden. Ook was ik bang dat als ze me goede dingen vertelde, me dat alleen maar valse hoop zou geven, en daar had ik schoon genoeg van.
'Tante Sara is onder de indruk van het feit dat mijn tweelingneef en -nichtje onder het teken van de Tweeling waren geboren,' vertelde ik.
'Ja. Castor en Pollux vertegenwoordigen de zielen van de tweeling. Snap je?'
'Nee,' zei ik bits.
'Ik kan het je uitleggen.'
'Geen belangstelling.'
Ze glimlachte alleen maar.
'Goed. Als je van gedachten mocht veranderen, ik ben in de buurt.'
'Wie past er op je winkel in de tijd dat je hier bent?' vroeg ik.
'Een vriend van me, Billy Maxwell. Hij is vanaf zijn middel verlamd, het gevolg van een kogelwond toen hij vluchtte voor een overvaller. De overvaller schoot hem in de rug,' vertelde ze zonder droeve of tragische klank in haar stem. 'Billy is dichter, dus belette het hem niet te doen wat hij het liefst van alles doet.'
'Is hij niet verbitterd of ongelukkig?' vroeg ik.
'In het begin wel, maar ik heb hem geholpen een nieuwe golflengte te vinden, een nieuwe geestelijke weg om te volgen, en nu is hij een gelukkiger, mooier mens geworden.'
'Was hij je vaste vriend?'
'We hielden van elkaar, maar het was geen man-vrouw relatie zoals jij bedoelt.'
Ik knikte en wendde mijn blik af.
'Maar je bent Kenneths vriendin, hè?' vroeg ik met bevende stem.
Ze lachte.
'In zoverre iemand Kenneths vriendin kan zijn. Kenneth is als een komeet. Hij kan aan niets en niemand geketend zijn, behalve aan zijn kunst natuurlijk.'
'Maar je bent hier en je woont toch samen met hem?' Ik snauwde het bijna.
'We raken elkaar als twee meteoren die elkaar passeren in het universum als de sterren in de juiste stand staan. Maar hij weet en ik weet dat het niet permanent is in de zin die jij bedoelt. Maar het is permanent in ons universum. Hij en ik zullen in alle eeuwigheid zo zijn; twee geesten die elkaar raken.'
Ze zag mijn verwarring.
'Je zult het begrijpen als je me een deur voor je laat openen.'
'Wat voor deur?'
'De deur naar jezelf,' zei ze. 'Eerst moet je je geest bevrijden van alle tumult, de negatieve energie uitbannen.'
'Hoe doe je dat?'
'Dat zal ik je leren. Eerst moet je je ogen sluiten en je concentreren op je eigen ademhaling. Haal niet snel of langzaam adem. Stem gewoon op jezelf af. Toe dan.'
'Dat is maf,' zei ik.
'Alles wat nieuw is lijkt maf in het begin. Het kan toch geen kwaad om het eens te proberen? Staar naar het water en concentreer je op je ademhaling. Toe maar,' drong ze aan.
Ik zuchtte en deed wat ze zei.
'Het lukt niet,' verklaarde ik na een paar minuten. Alle geluiden van de zee stoorden, de meeuwen, de branding, zelfs de wind die om mijn oren floot.
'Je concentreert je niet. Duw het lawaai van je af, verjaag je gedachten. Je ademhaling is het enige watje op dit moment wilt horen. Blijf het proberen.'
Ik deed het, en na een tijdje hoorde ik die andere dingen niet meer. Ik voelde en hoorde alleen mijn eigen ademhaling en een golf van ontspanning en tevredenheid ging door me heen. Na nog een paar minuten voelde ik haar hand op de mijne.
'Ging het?' vroeg ze.
'Ik geloof het wel.' Ik was een beetje onder de indruk van mezelf.
'Er is oefening voor nodig. Het heet meditatie en het veroorlooft je naar je eigen innerlijk te gaan.' Ze deed haar ketting af en gaf hem aan mij. Er hing een troebel groen, in goud gevat kristal aan. 'Hier, draag dit.'
'Wat is het?'
'Moldaviet. Het komt van een meteoor die ongeveer vijftien miljoen jaar geleden op de aarde is gevallen.'
'Echt waar?'
'Ja, echt waar.' Ze lachte om mijn verbazing.
'Wat hoort het te doen?' vroeg ik, terwijl ik het in mijn hand ronddraaide.
'Het helpt je op één lijn te komen met je hogere ik en kanaliseert de buitenaardse en interdimensionale bronnen. Het is goed voor het in evenwicht brengen en genezen van je lichaam en geest,' legde ze uit.
Nu was het mijn beurt om te lachen. 'Nee, dank je,' zei ik, en probeerde haar de ketting terug te geven.
'Waarom geef je het geen kans?' zei ze, mijn hand wegduwend.
Ik dacht even na, haalde mijn schouders op en hing de ketting om mijn hals. Ze glimlachte.
'Zie je? Je hebt de eerste stap gezet: een beetje vertrouwen, een beetje hoop.'
'Altijd als ik een beetje vertrouwen of een beetje hoop heb, word ik teleurgesteld,' zei ik.
'Misschien heb je je energie op de verkeerde dingen op de verkeerde plaats gericht.'
'Hoe kun je weten wat goed en wat verkeerd is?'
'Dat is de reden waarom je een heldere visie moet ontwikkelen.' Ze keek naar de zee met die beminnelijke, engelachtige glimlach om haar lippen. 'Je geeft veel om Kenneth, hè?' vroeg ze, zonder me aan te kijken.
'Ja.'
'Het is niet ongebruikelijk om je dingen te verbeelden - verrukkelijke dingen - met zo'n man. Toen ik zo oud was als jij heb ik dat ook vaak gedaan.' Ze keek me aan. Haar ogen waren nog warm, maar kleiner, intenser. 'Je bent kwaad op me, hè? Kwaad omdat ik gekomen ben?'
Ik wendde snel mijn blik af.
'Kenneth en ik doen iets heel bijzonders,' zei ik. 'Er is een hoop concentratie voor nodig en - we mogen niet gestoord worden,' verklaarde ik vastberaden.
'Ik weet zeker dat dat niet zal gebeuren, zeker niet door mij. Ik ken Kenneth al heel lang. Ik weet wanneer ik me moet vertonen en wanneer niet,' zei ze lachend. Toen keek ze me heel intens aan, haar ogen zacht, maar vastberaden. 'Ik weet dat ik goed voor hem ben, Melody. Ik weet dat ik hem iets geef wat hij nodig heeft, iets wat hem helpt de kunstenaar en de man te zijn die hij wil zijn.'
De tranen sprongen in mijn ogen. Ik hoopte dat ík hem dat zou kunnen geven, dat ik diegene zou zijn.
'Op een dag zul je dat voor een speciaal iemand doen, dat weet ik zeker. Het is niet iets wat van vandaag op morgen gebeurt. Daar is tijd voor nodig.'
Ik draaide de verbleekte pop rond in mijn handen en staarde ernaar.
'Heb je een vriendje?'
'Min of meer,' zei ik, denkend aan Cary. De jongen die van me hield en die ik opzij had geschoven om achter een dwaze droom aan te jagen.
'Je moet me alles over hem vertellen,' zei ze, 'en dan zal ik zijn horoscoop ook trekken en het je vertellen als het jullie bestemming is om lange tijd bij elkaar te zijn.'
Ik moest even lachen toen ik eraan dacht hoe Cary op Holly's ideeën zou reageren.
'Hij is net als zijn vader. Hij zou niet naar je luisteren of je geloven.'
'O. Nou ja, we zullen wel zien,' zei ze, op een toon alsof ze iets wist over Cary dat ik niet wist. 'Wat ik het fijne vind van hier komen,' zei ze, weer starend naar de schijnbaar eindeloze oceaan, 'is de enorme privacy. Ik heb echt het gevoel of ik me aan de rand van de wereld bevind en ik kan doen wat ik wil. Heb jij dat ook? Dat gevoel van vrijheid?'
'Ja,' gaf ik toe.
'Goed. In de tijd dat jij en Kenneth aan het werk zijn, zal ik van de zon genieten.'
Ze begon haar jurk open te knopen. Ik keek verbaasd toe terwijl ze hem tot op haar middel afstroopte. Ze droeg geen beha. Topless draaide ze zich om op de plaid en gaf haar rug bloot aan de zon.
'Het is net een warm bad.' Ze kreunde zachtjes van genot. Toen sperde ze haar ogen open. 'Lig jij hier nooit naakt te zonnen?'
Ik schudde mijn hoofd.
'Ik hou van dat gevoel van overgave, die vrijheid. Het is of je teruggaat naar de essentie. Je moet het eens proberen.'
Ze deed haar ogen weer dicht. De oosterse muziek bleef spelen op haar bandrecorder en haar wierook liet kleine rookpluimpjes omhoogdwarre- len in de wind. Ik bleef een paar minuten naast haar zitten en stond toen op.
'Ik ga weer aan het werk,' zei ik.
'Ik hoop dat ik hier niet in slaap val,' mompelde ze. 'Ik ben een keer ontzettend verbrand. Kenneth raakte natuurlijk volkomen verdiept in zijn werk en vergat me volledig. Geef een gil als je klaar bent en ik nog steeds hier ben.'
'Oké,' zei ik.
Ze richtte zich op en bleef tegen me praten voor ik wegliep.
'Kom morgen terug, dan kunnen we op het strand picknicken.'
'Ik moet naar mijn grootmoeder Olivia voor een zondagse brunch,' zei ik, en trok een lelijk gezicht.
'Je schijnt er niet zo graag naartoe te gaan.'
'Nee. Ik vind het vreselijk om naar haar huis te gaan. We lopen op het puntje van onze tenen en mogen alleen wat zeggen als er tegen ons gesproken wordt. Mijn tante zit de hele tijd op spelden en is bang dat een van ons iets zal doen wat grootma Olivia zal ergeren.'
'O. Dat klinkt vreselijk. Maar we moeten onze familie nu eenmaal van tijd tot tijd verdragen.'
'Ze is mijn echte grootmoeder niet. Mijn echte grootmoeder is in een rusthuis.'
'Heus? Je moet me er alles over vertellen. Misschien tijdens onze picknick. Kun je die brunch niet overslaan?' 'Ze zouden een hartaanval krijgen,' zei ik. "Vooral mijn oom Jacob.' Ze lachte en haalde toen haar schouders op.
'Nou, voel je dan niet lekker als je wakker wordt.'
'Wat?'
'Je weet wel, gebruik het oude, betrouwbare smoesje,' opperde ze.
'En dat is?'
'Vrouwenproblemen,' zei ze. 'Daar zal je oom Jacob toch niet aan tornen?' Ik schudde mijn hoofd, lachend bij de gedachte en verbaasd dat ze zo snel met me mee wilde doen in een complot.
'Nauwelijks,' zei ik.
'Nou dan. Ik kom je om elf uur halen.'
'Maar wat moet ik zeggen als ze thuiskomen en ze zien dat ik weg ben?'
Ze haalde haar schouders op.
'Je voelde je beter en wilde wat frisse lucht scheppen en toen ben je naar het dorp of zo gegaan, en toen kwam je mij tegen. Wat doe je liever, hier buiten picknicken met Kenneth en mij of naar die duffe lunch gaan?'
'Picknicken natuurlijk,' antwoordde ik zonder aarzelen.
'Nou dan! Doe waar je je goed bij voelt. Je moet eerlijk zijn tegen jezelf, en dan pas kun je eerlijk zijn tegen anderen,' zei ze glimlachend bij die wijsheid.
'Elf uur?' riep ze. Ik liep door en toen draaide ik me impulsief om en riep terug in de wind.
'Oké. Kom me maar halen.'
Ik holde het lage duin af naar de studio, klemde de afgedankte pop in mijn armen en voelde me verwarder en opgewondener dan ooit tevoren, maar vreemd genoeg ook hoopvoller. Het was of ik eindelijk een volwassene had gevonden die volledig eerlijk tegen me was. Een volwassene die ik echt als mijn vriendin kon vertrouwen.
'Ik zie dat Holly is begonnen je te bekeren,' zei Kenneth, toen ik de studio binnenkwam. Ik was naar het huis gegaan en had de verfomfaaide pop in de keuken achtergelaten tot ik klaar was om naar huis te gaan.
'Hoe bedoel je?'
'Ze heeft je een van haar kristallen gegeven,' zei hij, met een knikje naar de ketting. Zelfs Ulysses keek met nieuwe belangstelling op.
'O, ja. Hij is vijftien miljoen jaar oud en komt van een meteoor.'
'Werkelijk? Heeft ze je het bewijs van echtheid gegeven?'
'Hè?'
Hij lachte.
'Laat maar,' zei hij, met een afwimpelend gebaar.
'Ze wil morgen een picknick houden. Ze komt me om elf uur halen,' zei ik snel, om te zien of hij het af zou keuren. Hij keek alleen maar verbaasd.
'O, ja? En wat wil je tegen Jacob zeggen?'
'Dat maak ik wel in orde,' zei ik ferm. Hij lachte nog harder en trok zijn wenkbrauwen op.
'Aha. Heeft Holly je soms een idee aan de hand gedaan wat je tegen Jacob moet zeggen?'
'Misschien.'
Hij schudde zijn hoofd.
'Dat dacht ik wel. Holly doet er niet erg lang over om zich in het heetst van de strijd te werpen als ze een emotioneel conflict ziet.'
'Ze is interessant,' opperde ik voorzichtig. Hij lachte weer.
'Interessant? Ze is als een stortbui in technicolor, psychedelische wolken, neon-bliksem, terwijl de wind melodieën speelt van de Zen-boed- dhisten. Wacht maar tot ze je haar gedichten gaat voorlezen.'
'Vind je haar niet aardig?' vroeg ik verward. Het klonk alsof hij haar voor de gek hield.
'Natuurlijk wel. Ze is een frisse wind. Er is geen schijnheilig been in haar zon- en maanlichaam. Kom, laten we dit afmaken,' zei hij, en knikte naar de papier-maché golf. Ik trok mijn trui uit en nam snel mijn positie in. Misschien kwam het omdat ik het al eerder had gedaan en de schok en opwinding voorbij waren, of misschien kwam het door een paar van de dingen die Holly Brooks had gezegd, maar wat de reden ook was, mijn nervositeit en geremdheid waren verdwenen. Ik had een gevoel alsof ik dit al vaak had gedaan.
'Hoe lang ken je haar al?' vroeg ik, toen ik het mezelf zo gemakkelijk mogelijk had gemaakt.
'Al heel lang.'
'Heb je haar in Provincetown leren kennen of in Greenwich Village?'
Hij zweeg even.
'Melody, je weet dat ik niet tegelijk kan praten en werken.'
'Sorry.'
'Hef je kin wat op en draai een beetje naar rechts. Goed zo.'
'Kun je nog één vraag beantwoorden?' vroeg ik smekend.
'Oké. Als ik het niet doe, krijg ik toch geen rust, dat zie ik wel. Wat is er?'
'Geloof je in dit alles - de kracht van de kristallen, de energieën in het universum?'
Hij staarde me even aan.
ik geloof in niets anders dan mijn kunst,' zei hij, maar hij leek er niet trots op. Hij zei het met een onderliggende toon van droefheid en verslagenheid. 'Laten we aan het werk gaan.'
Ik hoorde aan zijn stem dat hij niet geneigd was het gesprek voort te zetten, dus zweeg ik, zodat Kenneth kon beginnen.
Toen we klaar waren, ging ik haastig naar buiten om te zien of Holly op het strand in slaap was gevallen. Maar ze was in het huis, en ze groette me toen ik langs haar heen liep naar de keuken om de pop te halen en bij de jeep op Kenneth te wachten.
'Ik heb nóg wat voor je,' zei ze, en hield een grote papieren zak op. Ze zocht erin en haalde er een paar stokjes wierook uit. 'Brand deze in je kamer terwijl je mediteert. Het zal je helpen ontspannen.' Toen zocht ze weer in de zak en haalde er een rol gele stof uit. 'Die kun je morgen dragen als ik je kom halen.'
'Dragen? Ik begrijp het niet. Hoe draag je dat? Wat is het?'
'Een sari. De traditionele dracht van Hindoe-vrouwen. Kom hier, dan zal ik je laten zien hoe je hem omdoet.' Ze wikkelde de sari om me heen en drapeerde hem zelfs over mijn hoofd. Toen deed ze een stap achteruit en maakte een buiging met haar handen tegen elkaar.
'Hoe zie ik eruit?' vroeg ik, terwijl ik ronddraaide.
'Fantastisch. Je gezicht krijgt een spiritueel licht erdoor,' zei ze.
Ik deed hem af en oefende me in het om me heenslaan van de stof.
'Perfect,' zei Holly.
'Dank je,' zei ik. Ze keek even achter zich, om zich ervan te overtuigen dat Kenneth niet binnen gehoorsafstand stond. 'Draag er niets anders onder. Denk eraan wat ik gezegd heb over het bedwingen van de natuurlijke vormen.'
Ik knikte blozend en was bezig de sari in mijn tas te stoppen toen Kenneth verscheen.
'Wat smeden jullie voor complot?' vroeg hij.
'Alleen maar een reis op een ster,' antwoordde Holly.
'Dat dacht ik al,' zei hij. 'Stap in, Melody, voor een doodgewone reis in een jeep.' Ulysses sprong op de achterbank.
'Dag,' zei ik.
'Tot morgenochtend.'
ik ben zo terug, Holly,' zei Kenneth. 'Maak je vanavond een van die spirituele diners voor ons klaar, allemaal granen, vegetarisch en organisch?' vroeg hij. Ze knikte.
ik ben een paar pond afgevallen als ze weggaat,' zei hij tegen mij. Holly lachte en we reden weg. 'Waar heb je die pop vandaan?' vroeg hij.
'Die heb ik op het strand gevonden.'
'Een beetje gehavend, hè?'
'Ik wilde hem niet daar laten liggen,' zei ik. Hij keek me even van terzijde aan en glimlachte toen. 'En wat zit er in die zak?'
'Een sari,' zei ik. 'En een paar stokjes wierook.'
Hij lachte hardop.
'Wat is er voor grappigs?'
'Ik wou dat ik Jacobs gezicht kon zien als hij jou wierook ziet branden en je ziet rondlopen op sandalen, in een van Holly's gewaden, met een kristal om je hals.' Zijn bruine ogen fonkelden ondeugend.
'Het gaat hem niets aan wat ik draag,' zei ik vastberaden. Hij draaide zich om en staarde naar me. Ik hield mijn hoofd schuin en keek hem vragend aan.
'Wat is er?'
'Heel even klonk je zo precies als Haille, dat het me terugvoerde in de tijd,' zei hij weemoedig, met een nu sombere blik in zijn ogen.
In gedachten verdiept reed hij verder, terwijl mijn hart bonsde en ik me afvroeg wat het allemaal te betekenen had.
Tante Sara stak haar hoofd niet om de deur van de keuken om me te begroeten toen ik door de voordeur binnenkwam. Het was doodstil in huis, zo stil dat ik me niet op mijn gemak voelde. Ik keek in de zitkamer, zag dat daar niemand was en liep haastig verder naar de keuken. Ook die was leeg. Waar was iedereen? Ik liep de trap op.
Cary hoorde me en kwam met May uit haar kamer.
'Ik dacht datje vandaag maar een halve dag zou werken,' zei hij. Zijn ogen stonden kil en beschuldigend.
'Kenneth vroeg of ik wat langer kon blijven. Er is vandaag een vriendin van hem gekomen. Holly Brooks,' zei ik. 'Ken je haar?'
'Nee. Wat heb je daar om je hals hangen?' vroeg hij als een advocaat die een kruisverhoor afneemt.
'Dat is een kristal met speciale genezende krachten,' zei ik. Hij lachte sarcastisch.
'Dat is heidens.'
'Het is niet heidens als het je een goed gevoel geeft. Het heeft ook een hoop te maken met spiritualiteit, Cary Logan. Je weet er niets van.'
May gebaarde en wees naar de pop in mijn hand. Ik gebaarde terug dat ik die op het strand had gevonden. Ze wilde de pop bekijken. Ook al was hij nog zo verbleekt en gehavend, May keek naar me met die extatische verrukking van jonge kinderen. Ze begreep onmiddellijk mijn reddings- manoeuvre en draaide zich gebarend om naar Cary. Hij schudde zijn hoofd.
'Wat wil ze?' vroeg ik, want May stond met haar rug naar me toe.
'Ze wil dat ik die smerige pop opknap. Wat moet je daarmee?'
'Ik heb hem op het strand gevonden, en hij is niet smerig,' zei ik nadrukkelijk en liep naar mijn kamer. Cary verscheen op de drempel met May.
'Nou, wat ga je ermee doen?'
'Dat weet ik niet, maar het is geen smerige pop. Het is vroeger een heel mooie pop geweest.' Ik draaide me met een ruk naar hem om. Mijn ogen brandden van teruggedrongen tranen. 'Mensen smijten elkaar even gemakkelijk opzij als ze hun bezittingen opzij smijten,' zei ik.
Er viel een diepe stilte.
'Misschien kan ik er iets mee beginnen,' zei hij ten slotte. 'Mag ik hem even zien?' vroeg hij op zachtere toon. Ik gaf hem de pop en hij draaide hem om in zijn handen. 'Het lijfje is nog heel. Er is wat verf voor nodig en een nieuwe pruik en een nieuwe jurk. Zo moeilijk is het niet, denk ik.'
Hij zag de dankbare blik in mijn ogen.
'Zou je dat kunnen?'
ik heb de verf en het gereedschap boven. Ik moet alleen iets hebben voor het haar, en May kan de nieuwe jurk maken.' Hij gebaarde naar haar en ze knikte nadrukkelijk. 'Wat voor kleur wil je het haar hebben?'
'Mijn eigen kleur,' zei ik snel. Hij knikte en legde het May uit, die bijna even blij keek als ik.
'Wat heb je nog meer?' vroeg hij, knikkend naar de zak die ik in mijn hand hield.
'Een jurk die Holly me heeft gegeven en wat wierook.'
'Wierook?'
'Ja. Je steekt die aan, om je te helpen bij het mediteren.'
'Hè? Mediteren? Je bedoelt als een boeddhistische monnik of zoiets?' vroeg hij sarcastisch.
'Waar is tante Sara?' vroeg ik, in plaats van te antwoorden. Ik begon me kwaad te maken. 'Ik dacht dat ik haar in de keuken zou vinden, om haar te kunnen helpen met het eten.'
'Ze is er niet. Zij en pa zijn gaan eten bij de Wilsons.' Ik deed verbaasd een stap achteruit.
'Je vader en moeder zijn uit eten?'
'Nou ja, je kent ma. Ze heeft eerst ons eten klaargemaakt,' zei hij. 'We hoeven het alleen maar zelf op te dienen en daarna op te ruimen. Pa en Jimmy Wilson willen samen een veenbessenveld kopen. Ma protesteerde
hevig toen ze hoorde dat ze ons alleen moest laten, maar ik heb beloofd dat we voor alles zullen zorgen.'
'O. Goed. Ik zal me even opknappen en dan ga ik naar beneden om het eten klaar te zetten,' zei ik.
ik breng deze even naar mijn werkkamer,' zei Cary, wijzend naar de
pop-
Ik gebaarde May wat we gingen doen, en ze antwoordde dat zij de tafel zou dekken terwijl ik een douche nam. Toen ik mijn haar gedroogd had, haalde ik de sari te voorschijn die Holly me had gegeven en wikkelde hem om me heen. Ik ging voor de spiegel staan en moest lachen toen ik mezelf bekeek. Toen bedacht ik dat ik hem zou aantrekken als we gingen eten, om Cary's reactie te zien. Hij was beneden in de keuken en toen hij me zag, viel zijn mond open van verbazing.
'Wat is dat?'
'Een sari.'
'Ik zou zeggen sorry,' merkte hij lachend op.
'Cary Logan, je bewijst alleen je onwetendheid,' zei ik beschuldigend. Zijn glimlach verdween.
'Wat moet het dan voorstellen?'
Ik legde uit dat het de dracht van de Hindoe-vrouwen was en een heel speciaal cadeau voor mij. Cary begon te lachen toen ik uitgesproken was, maar toen hij zag hoe serieus ik was, verstrakte zijn gezicht. Hij slikte de spottende woorden in en ging aan tafel zitten, vanavond op de plaats van zijn vader.
Het was of de stoel macht had, want Cary's gezicht nam de ernstige uitdrukking van oom Jacob aan. May en ik gingen op onze gebruikelijke plaatsen zitten. Er heerste hetzelfde moment van stilte dat aan al onze maaltijden voorafging. May keek vol verwachting naar Cary en hij stak zijn hand uit naar de bijbel.
'Pa heeft de tekst aangegeven die ik vanavond moest lezen,' legde hij uit, en hij begon. 'Heb niet de wereld lief, noch de dingen in deze wereld.' Hij zweeg even, alsof de woorden hem verstikten.
'Waarom zoek je niet je eigen tekst vanavond, Cary?' stelde ik voor. Ik zag de besluiteloosheid in zijn ogen toen hij daarover nadacht. Het leek verrukkelijk om iets te doen wat verboden was. Zijn ogen straalden ondeugend.
'Oké,' zei hij. 'Dat zal ik doen.' Hij sloeg de pagina's om en staarde naar mij toen hij begon te lezen. 'Uit het Hooglied van Salomo. "Hoe kostelijk is uw liefde, mijn zuster, bruid. Hoeveel heerlijker uw liefde dan wijn, en de geur van uw oliën dan alle specerijen! Van honingzeem
druppelen uw lippen, bruid, honing en melk is onder uw tong.'" Hij zweeg even en staarde naar May en toen naar mij, zijn gezicht vol trots en bravoure.
'Geen tekst die je vader zou hebben gekozen,' zei ik, onder de indruk van de intensiteit waarmee hij had gelezen. Hij had nog nooit zo volwassen geleken. Een secondelang had hij me de adem benomen.
'Je wilde dat ik mijn eigen keus zou maken en dat heb ik gedaan,' zei hij uitdagend.
We keken elkaar aan.
'Daar ben ik blij om,' zei ik.
Hij glimlachte.
'Eigenlijk staat die jurk je heel leuk. Het geeft je iets bijzonders.'
Ik glimlachte.
'Dank je.'
May begon te gebaren. Ze wilde weten waarom het zo lang duurde voor we begonnen te eten. Pa liet ons nooit zo lang wachten, maakte ze ons duidelijk.
We lachten, dankbaar voor het luchthartige moment, en begonnen elkaar de schalen door te geven.
Later hielp Cary May en mij met afwassen en opruimen. We lieten de keuken even smetteloos achter als tante Sara altijd deed.
'Wat heeft al dat mediteren te betekenen?' vroeg Cary. Ik vertelde hem een paar van de dingen die Holly mij verteld had. Natuurlijk was hij sceptisch en hij trok zijn rechterwenkbrauw op terwijl ik sprak. Ik beschreef hem wat ik gevoeld had toen ik had gedaan wat ze zei en me had geconcentreerd op mijn ademhaling.
'Kreeg je dat gevoel door gewoon naar je ademhaling te luisteren?'
'Door me op mezelf af te stemmen,' verbeterde ik hem. 'Wil je het niet eens proberen? Of ben je bang voor wat je zou kunnen ontdekken?'
Zijn blik verscherpte en hij kneep zijn ogen samen.
'Oké. Laat maar zien.'
'Wacht op me in de zitkamer,' zei ik en holde naar boven om de wierook te halen. Toen ik weer beneden was zette ik het stokje in de suikerpot. Toen stak ik het aan en zette het voor ons neer op de grond. May zat naast ons en keek gefascineerd toe terwijl ik Cary in de lotushouding liet zitten - tenminste, voorzover hij zijn benen kon kruisen zonder om te rollen.
'Ik wou dat ik haar muziek had, maar we zullen het voorlopig zonder die muziek proberen,' zei ik.
'Ik kan wel iets neuriën. Wat zou je zeggen van het volkslied?' 'Cary Logan, als je niet van plan bent het serieus op te vatten...'
'Goed, goed, het spijt me,' zei hij. Hij stak zijn handen op en lachte. 'Dat goedje ruikt sterk.'
'Dat hoort het ook te doen. Oké. Concentreer je, ban al je gedachten uit en luister alleen naar je ademhaling, maar ga niet sneller of langzamer ademen, begrepen?'
'Gesnopen.' We begonnen.
'Melody?' zei hij na slechts een paar seconden.
'Ssst. Concentreer je,' zei ik.
We zwegen allebei. Ik voelde dat hij naar me staarde en toen voor zich uit staarde.Ik dacht dat het hem echt begon te lukken toen plotseling de voordeur openging en oom Jacob en tante Sara verschenen.
'Is er iets aangebrand?' riep tante Sara uit, bezorgd over het eten dat ze had klaargemaakt.
'Wat is hier in godsnaam aan de hand?' vroeg oom Jacob op de drempel van de zitkamer, voordat we konden opstaan. Hij keek van mij naar Cary en weer naar mij. Toen liep hij snel langs ons heen en rukte de wierookstokjes uit de suikerpot. Hij gooide ze naar tante Sara toe. 'Zorg dat je die rommel kwijtraakt. Houd ze eerst onder water.'
'Wat doen ze?' vroeg ze.
Tets heidens,' zei oom Jacob. Hij keek met felle ogen naar Cary. 'Ik heb je gewaarschuwd, jongen. Ik heb je gezegd dat je moest oppassen voor de duivel en nu heb je hem in huis gelaten.'
'Pa, luister -'
'Ik begrijp het niet,' zei tante Sara zachtmoedig. 'Waar heb je die jurk vandaan, Melody?'
'Van de duivel in eigen persoon, denk ik,' zei oom Jacob. 'Ben je nu tevreden, Sara? Ben je er nu van overtuigd dat ze niet je overleden Laura is? Ze is zo verschillend van Laura als de nacht van de dag.'
'Hou op, pa!' riep Cary.
Jacob kwam snel naar voren en gaf Cary zo'n harde klap op zijn wang dat zijn hoofd omdraaide. Tante Sara gaf een gil, en Cary keek naar mij. Hete tranen brandden in zijn ogen.
'Cary,' begon ik, maar voor ik verder iets kon zeggen holde hij de kamer uit en naar buiten.
'Cary!' riep tante Sara hem na.
Oom Jacob draaide zich om naar mij.
'Nu heb je gedaan waarvoor je hier gekomen bent, waarvoor Haille je hier gebracht heeft. Het is haar wraak,' zei hij.
'U bent onwetend! U bent dom en bekrompen en wreed!' viel ik uit. Ik
holde het huis uit, achter Cary aan, terwijl de arme May worstelde met haar handen om de pijn en verwarring te uiten die als een orkaan over haar heen was gevallen.