In de overgangstijden tussen de dag- en de nachtdienst werkten de rechercheurs op halve kracht. Soms vielen ze in slaap achter hun bureau, zelfs midden in een verhoor of tijdens een telefoongesprek. De sfeer was beroerd en menigeen kreeg een woedeaanval. Haites eenheid, die onder andere uit Dart en Kowalski bestond, was net aan de nachtdienst begonnen, en wie over de afdeling Misdrijven Tegen Personen liep, had een soort mijnenveld betreden. Tot overmaat van ramp verkeerde het gebouw in verregaande staat van verval. Een lek waaraan niemand iets scheen te kunnen doen liet langzaam maar gestaag de ene na de andere waterdruppel vallen in een twintig liter grote plastic bak in de verste hoek, bij de koffieautomaat. Het ononderbroken geluid van die druppels was een bron van constante ergernis, en verder waren er alleen de gebruikelijke kantoorgeluiden te horen, waaraan Dart en zijn collega's allang gewend waren.

Dart loste een huiselijke steekpartij in Noord op: een zwarte vrouw had haar dronken minnaar gedood. Hij was blij, want die zaak kwam vroeg binnen, om halfnegen die avond, en het betekende dat zijn naam van de telefoonlijst werd gehaald. De rest van de nacht zou hij er een rapport over schrijven, wat niet moeilijk was. Verder hoefde hij alleen maar met de officier van justitie van dienst te spreken en te wachten tot hij door de opkomende zon werd bevrijd.

Hij had zijn rapport ongeveer voor de helft af, toen het normale gepraat vervaagde en het stil werd op de afdeling. Zodra dat tot Dart doordrong, draaide hij zich om en zag hij Ginny Rice in de deuropening staan. Iedereen op de afdeling had aandachtig gevolgd hoe ze uit elkaar waren gegaan en nu ze haar plotseling weer zagen verschijnen, keken zijn collega's aandachtig toe.

Ze droeg een kaki broek van Gap en een witte blouse onder een groene trui. Ze had twee oorringen in haar linkeroor en een gouden kettinkje dat ze als halssnoer droeg.

Dart stond op en liep naar haar toe om haar te begroeten. Dat laatste deed hij zo zachtjes mogelijk. 'Hallo daar,' zei hij.

'Hallo, Dart. Kunnen we ergens praten?'

Hij leidde Ginny naar de rustkamer en ging met haar aan de gehavende tafel zitten, waarop een opengeslagen exemplaar van het tijdschrift Guns and Ammo lag.

'Misschien verkeer ik in moeilijkheden,' zei ze. Hij zag nu dat ze er verdoofd uitzag, of oververmoeid. Gespannen.

'Wat voor moeilijkheden?'

'Misschien is het niets.'

In verwarring pakte hij haar hand vast. Hij vroeg zich af hoe hij zich, na al het verdriet dat ze hem had gedaan, plotseling bij haar op zijn gemak kon voelen.

'De nieuwe polissen, weet je nog wel?' zei ze. 'Ik keek wie ervoor betaalde...' Dart had haar twee keer uit de problemen geholpen, had haar uit grote juridische nood verlost, al was ze de derde keer voor de bijl gegaan: toen had Dart haar niet voor een veroordeling kunnen behoeden. Nu voelde hij zich schuldig omdat hij haar had gevraagd dit te doen.

'Het blijkt dat er tientallen nieuwe polissen zijn die allemaal betaald worden vanaf dezelfde bankrekening. Het is een zaken- rekening bij de Union Bank.'

'Tientallen?'

Ze knikte. 'Allemaal mannen, al heb ik dat nog niet in alle gevallen bevestigd gekregen. Ik weet dat minstens drie van hen een vrouw hadden die als slachtoffer van mishandeling uit een verzekering zijn gegooid.'

De tests, dacht Dart. Hij zei niets.

'Volgens mij ben ik per ongeluk door een beveiligingssysteem gegaan en kwam toen in Union Trust terecht.'

'Je hebt bij een bank ingebroken.'

'Elektronisch,' zei ze om zich te verdedigen. 'Hoe kan ik er anders achter komen wie voor al die verzekeringen heeft betaald?'

'Het was een extraatje.' Hij vermoedde dat die verzekering gebruikt was als lokkertje om aan proefpersonen te komen.

'Wat?'

'Laat maar,' zei hij.

'Ik dacht dat ik een gat in de kluis had gevonden,' legde ze uit. 'Ik dacht dat ik gemakkelijk naar binnen was gekomen. Maar misschien ben ik over iets gestruikeld toen ik wegging. Ik weet het niet. Ik weet alleen dat mijn software iets signaleerde...'

'Ze volgden je?' riep hij uit.

Ze knikte. 'De kans is groot dat ze weten waar ik achteraan zat.'

'En ben je regelrecht hierheen gekomen?'

Ze trok haar gezicht samen. 'Dat had ik zeker niet moeten doen?'

'Je weet het nooit,' zei Dart. 'Het is de vraag of ze je ook persoonlijk schaduwen. Als het een federale dienst was...' 'Dan hadden ze me opgepakt,' antwoordde ze. 'Zie je wel?' Ze boog zich naar voren. 'Dat is een van de redenen waarom ik meteen hierheen ben gekomen. Ik hoopte dat jullie, de politie van Hartford, de zaak misschien op jullie zouden willen nemen. Want anders...'

'Het is privé,' antwoordde hij.

'Ja, privé. En verdomme, ze kunnen tegen me procederen tot ik vermorzeld ben. Ik heb liever met jullie te maken dan met een bank.'

'Ze kunnen in beide gevallen tegen je procederen.' Hij dacht even na. 'Maar dat zullen ze niet doen.' Bedrijven procedeerden bijna nooit tegen hackers. Dan kwam de zaak in de openbaarheid en wist iedereen dat hun systeem niet waterdicht was. Ze hielden de dingen liever zo stil mogelijk. Vaak lieten ze alle aanklachten vallen als de hacker een gerechtelijk bevel kreeg om zijn mond te houden. Soms kreeg de hacker een baan aangeboden van datzelfde bedrijf. Hij ging verder: 'En je kunt beter niet met ons te maken krijgen. Je bent voorwaardelijk vrij. Een tweede veroordeling...'

'En ik moet zitten. Ja, ik weet het.' Ze sloeg haar armen over elkaar en huiverde. 'Ik ben doodsbang, Dartelli. Maar hoe dan ook, ik heb de naam van het bedrijf voor je. Ik ben tenminste niet met lege handen teruggekomen.'

'Het bedrijf dat voor die polissen betaalde?'

'Het geld kwam van een zakenrekening op naam van Roxin Incorporated.'

Bud Gorman zou iets over Roxin kunnen vertellen. Dart noteerde de naam.

'Ik dacht wel dat je dat graag zou willen horen,' zei ze.

Dart keek op van zijn notitieboekje. Hij was nog steeds kwaad op haar. 'Waarom, Gin? Waarom nam je dat risico?'

'Wat, word je nu kwaad op me omdat ik je heb geholpen?'

'Ik stel de hulp op prijs. Het is niet zo dat...'

Ze onderbrak hem. 'Ik wil dat we weer bij elkaar komen.'

Het gebouw had heteluchtverwarming, en het geluid daarvan was het enige in de stilte van de kamer. Dart keek weer in zijn notitieboekje en Ginny krabde aan wat lijm die aan de tafel was blijven plakken.

'Ik mis je,' zei ze.

'Ik mis jou ook,' antwoordde hij naar waarheid. 'Je hebt iets met iemand,' voegde hij eraan toe.

'Als ik het goed heb gehoord, geldt dat voor ons allebei.'

'Ja, ik heb ook iemand. Min of meer.'

'Min of meer?'

'Ja.'

'Abby Lang,' zei ze.

Hij had niets te zeggen. Ginny had hem verlaten. Ze had niets te maken met wat hij tegenwoordig deed.

'Bedrijven hebben hun eigen systemen voor computerbeveiliging, nietwaar?' zei hij. 'Ze kijken of iemand in hun systemen binnendringt. Die bank bijvoorbeeld.'

'Meestal wordt dat uitbesteed. Ja.'

'Dus als iemand van jou af weet, zijn zij het, die beveiligingsfirma of de bank zelf.'

'Ik deed het vanuit mijn huis,' zei ze. Zoals altijd was ze hem twee stappen voor. 'Al mijn spul zit op mijn machine thuis.'

'Kunnen ze erachter komen dat jij het was?'

'Dat hangt ervan af hoe goed ze zijn,' antwoordde ze. 'Hoe lang ze wisten dat ik er was. Ik liet de telefoonverbinding doorschakelen via New Haven en via een web site in Yale. Meestal kunnen ze dat niet doorbreken, maar ik ben nogal lang bezig geweest. Misschien is het ze gelukt. Dat hangt ervan af.'

'En als het ze is gelukt?'

'Dan komen ze in actie, of ze houden me in de gaten en wachten tot ik het nog een keer probeer.Twee of drie treffers zijn overtuigender... Dan kunnen ze gemakkelijker iets tegen me ondernemen.'

'Maar je gaat het niet nog een keer doen.'

'Nee.' Ze grinnikte nerveus. 'Dat denk ik ook niet.'

'Dan moeten we maar afwachten,' stelde hij voor. Ze knikte. 'Gaat het wel goed met je?'

'Ik maak me zorgen.'

'Ja,' beaamde hij.

'Als ze privé zijn, houden ze me misschien in de gaten of zoiets. Dat zit me, geloof ik, nog het meest dwars: het idee dat ze me in het oog houden.'

'Misschien doen ze dat,' gaf hij toe. 'Maar als ze een misstap begaan,' zei hij, 'kun je de zaak omkeren en dreigen tegen hen te procederen - en dan laten ze de aanklacht tegen jou misschien vallen.'

Ze knikte, maar haar angst was tastbaar.

'Het is maar een idee,' zei hij. 'Als je zoiets vermoedt - elektronische surveillance of zoiets - moet je het me laten weten. Misschien kunnen we hun eigen wapen dan tegen hen gebruiken. Voel je je echt wel goed?' vroeg hij opnieuw. Ze zag er belabberd uit.

Opnieuw knikte ze, maar dat was komedie. 'Nou?' vroeg ze. 'Hoe zit het met ons?'

'Zeller zei altijd tegen me: "Als je bij een driesprong komt, sla hem dan in,'" antwoordde Dart.

Daar moest ze om lachen. Zachtjes. Dart hoestte.

'Daar sta ik nu, geloof ik,' zei hij. 'Op een driesprong.'

Ze drukte haar lippen op elkaar. 'Ik begrijp het.'

'Ik zeg niet nee.'

'Ik begrijp het.'

'Abby probeert zich misschien met haar ex te verzoenen. Als ze dat doet, en als het lukt... Wie weet?'

'En jij hebt daar geen moeite mee?' vroeg ze verbaasd.

'Het is een unieke relatie,' antwoordde hij. 'We leven erg in het hier en nu.'

'Nou, ik kan niet zeggen dat ik niet jaloers ben.'

'Wat Abby en mij betreft, is de dag van morgen erg ver weg.'

Ze keek met tranen in haar ogen naar hem op. Hij liet haar hand los. 'Het spijt me,' zei ze.

'Ja,' antwoordde Joe Dart. 'Mij ook.'

Dart belde Bud Gorman thuis op en kreeg hem te pakken voordat hij naar bed ging.

'Ik wil je nog één keer om iets vragen,' zei Dart voorzichtig. Hij wilde eerst uittesten of hij de laatste tijd niet te veel van Gorman had gevraagd. Hij stipte de snelheidsbekeuringen aan: 'Ik ben je straks een heleboel boetes schuldig.'

'Maak je maar niet druk om die boetes. Ik neem een Jeep. Ik raakte gisteren een stuk metaal - één klein stuk metaal op de middenlijn. Ik reed maar honderdtien...' Waarschijnlijk ergens waar je maar vijftig mag, dacht Dart. 'Het ding sprong omhoog en doorboorde mijn benzinetank. Nog een geluk dat ik niet in de fik ben gevlogen. Vanmiddag ben ik naar Jeeps wezen kijken. Het is op straat niet veilig meer.'

'Het gaat om een bedrijf dat Roxin Incorporated heet.'

'Het heet Roxin Laboratories, Inc.,' verbeterde Gorman. 'Het is een biotech-firma. Ze werken met genetica. Ik neem aan dat je de e-mail hebt ontvangen die ik je heb gestuurd.'

Genetica? dacht Dart. 'Maar hoe weet jij...?'

'Heb je die e-mail ontvangen of niet?' onderbrak Gorman hem.

'Ik heb vandaag nog niet gekeken. Ik ga van de ene dienst in de andere over. Ik ben hersendood.' Genetica, dacht hij weer. Roxin Laboratories, Inc., had ziektekostenverzekeringen afgesloten voor zedendelinquenten - om zich in te dekken voor het geval dat het onderzoeksprogramma verkeerd afliep. En het is verkeerd afgelopen, dacht Dart.

'Hersendood, hè? Nou, kom dan eventjes weer tot leven, want ik heb het over de cliëntenlijst van Proctor Securities waar jij om vroeg. Ik heb ontdekt wie er de afgelopen twee jaar geld naar die firma hebben overgemaakt. Ik heb je de lijst op CompuServe gestuurd.''Maar Roxin?' begon Dart weer, maar hij werd meteen onderbroken.

'Staat op de lijst, Joe. Proctor Securities werkte voor hen. Ze zijn een grote klant. Ik heb ze in de top-tien van mijn Proctor-lijst gezet.'

'O mijn God,' verzuchtte Dart. Zeller kon Roxin hebben ontdekt toen hij voor Proctor werkte. Het zou kunnen kloppen.

'Wil je dat ik de bankgegevens van Roxin natrek?' bood Gorman aan. 'Dat zou geen probleem zijn.'

Dart kon geen woord uitbrengen. Er gingen wel tien gedachten tegelijk door zijn hoofd.

'Joe? Ben je daar nog?' vroeg Gorman. 'Weet je iemand die voor niet te veel geld een Jeep te koop heeft?'