Na weken van routinewerk waarin hij gemakkelijk helemaal op kon gaan, had Dart nog steeds een map op zijn bureau liggen met vijf politiefoto's van mannen waarvan de kleine Lewellan Page had gezegd dat ze op Lawrences moordenaar leken. Nu moest gezegd worden dat die gezichten onderling ook op elkaar leken - daardoor geloofde Dart weer een beetje meer in haar als getuige. Hij stuitte op de map over een woensdagmiddag in het begin van oktober en besloot iets te doen aan het gepieker waar hij sinds de ondervraging last van had. De enige stap die hij duidelijk kon zien, was dat hij stiekem een blik zou kunnen werpen in sommige dossiers waar hij eigenlijk niet bij mocht komen.Tot nu toe had hij dat te riskant gevonden, maar op deze woensdag bezweek hij. Hij moest iets ondernemen voordat er weer een 'zelfmoord' opdook.

Dart liep door de gang naar Abby's kamer, deed zachtjes haar deur dicht en vroeg of ze zin had een ijsje met hem te gaan eten.

'Een ijsje?' vroeg ze, en ze keek hem nieuwsgierig aan - niet alleen vanwege zijn vraag, maar ook omdat hij de deur zo zorgvuldig achter zich dicht had gedaan. 'Het is oktober!'

'Als we maar even van het bureau weg zijn,' zei hij.

Ze keken elkaar aan en hij voelde aan dat ze het misschien had begrepen. Ze spraken af elkaar een paar minuten later op het parkeerterrein te ontmoeten.

De Oasis Diner was een restaurant aan Farmington Avenue, aan de andere kant van de stad, aan de weg naar het Mark Twain House en West Hartford. Het Oasis had een interieur in art-deco- stijl,met aan de muur geplet roestvrij staal en filmfoto's van Brando, Monroe en James Dean. Dart nam vanille, Abby frambozen met chocoladesaus.

'Nou?' vroeg ze. Onderweg hadden ze geen woord gezegd.

'Voordat Kowalski op Moordzaken werkte, zat hij op Narcotica,' zei Dart. 'In Doe Ray's voorlopig rapport over Stapleton staat dat hij injectiesporen had. Misschien stellen ze niets voor, maar het is mogelijk dat Stapleton een dealer was, en Lawrence misschien ook. Het punt is, we zullen het nooit weten, want de dossiers van Narcotica zijn opgeborgen. Als we, na alles wat ze hebben onderzocht, vragen gaan stellen, steken we ons in een wespennest. Dan heeft Haite vast en zeker een heleboel vragen waar we geen antwoord op willen geven voordat we zelf een paar antwoorden hebben. Kun je me nog volgen?'

'Helemaal,' zei ze, likkend aan de chocoladesaus. Ze deed geen enkele poging haar plezier in het ijs te verbergen en likte toen ook over haar lippen. 'Lawrence werd vermoord omdat hij te veel wist?'

'Het hangt ervan af of we Lewellan Page geloven of niet,' zei hij.

'Ze zou in de getuigenbank niet standhouden, als je dat bedoelt. Nee. Ze zou aan stukken gescheurd worden door de psychologen. Die zouden namelijk ontdekken dat ze misbruikt was en allerlei redenen vinden waarom ze zou verzinnen dat iemand Gerry Law had vermoord. Dat is mijn professionele opinie. Ik persoonlijk geloof haar, en ik denk dat jij haar ook gelooft, anders zouden we hier nu niet zitten en zou jij er niet zo moe en afgetobd uitzien.

Als we via Interne Zaken om het Narcotica-dossier van Lawrence vragen, is daar een stapel papieren voor nodig en duurt het zes weken. Verder kunnen we op een heel stel ondervragingen en rapporten rekenen en moeten we op een gegeven moment alles op tafel leggen.

Intussen slapen we niet goed,' zei ze, en ze nam weer iets van het ijs. Ze bracht het op een witte plastic lepel naar haar mond en ging zacht met haar lippen over het oppervlak om steeds een klein beetje van het heerlijke ijs te genieten, net zolang tot het ijs dat op de lepel zat verdwenen was. Hij had niet het gevoel dat ze het opzettelijk erg sensueel wilde maken - het leek gewoon haar manier van ijs eten. Toch had Dart het er moeilijk mee. Hoe zou het aanvoelen om door haar gekust te worden?

'Ik zou graag in het archief van Narcotica willen,' bekende hij.

De lepel bleef een ogenblik onbeweeglijk in haar mond zitten. Ze bracht hem naar de kartonnen beker terug en bracht een servet naar haar lippen. 'Wat?'

'We moeten er op de een of andere manier achter komen of Stapleton en Lawrence ooit door Narcotica onderzocht zijn. Dat is onze enige hoop om Kowalski met Lawrence in verband te brengen.'

Zichtbaar bleker, legde ze de lepel neer. Ze keek om zich heen alsof ze bang was dat iemand hem had gehoord. 'Jij moet wel erg veel vertrouwen in mij hebben,' zei ze, en ze keek hem strak aan. 'Zegt het woord schorsing je iets? Of een onderzoek van Interne Zaken met jóu als verdachte?' Ze schoof het ijs weg.'Als je mij als klankbord gebruikt, Joe, luister dan naar deze goede raad: vergeet het. Ze schorsen je en misschien gooien ze je er zelfs uit. Dat zouden ze doen om een voorbeeld te stellen - zo gaat dat.' Ze hield haar hoofd schuin. 'Wat denk je daarvan?'

'Om één uur 's nachts is er niemand op Narcotica. Dan zijn ze allemaal op straat of in de kantine of zitten ze in striptenten. Om drie uur gaan ze naar huis. Op Misdrijven tegen Personen wordt dan nog gewerkt, maar dat is een eind verder aan de gang. Zondags beginnen de schoonmakers om één uur 's nachts. De rest van de week werken ze van acht tot elf.'

'Wat ze over jou en je onderzoeksmethoden zeggen is dus waar?'

'Ik kan niet tegelijk in de dossiers kijken en de gang in de gaten houden.'

'Vergeet het maar.' Ze aarzelde geen nanoseconde.

'Het is niet te doen?'

'Nee, het is niet te doen,' bevestigde ze.

'Niet zonder hulp,' drong hij aan.

'Ik begrijp wat je bedoelt. En luister nu goed: geen denken aan!'

'Jouw kamer heeft een goed zicht op de gang. Als je de deur openlaat, kun je die gang in kijken en dan kun je me waarschuwen. Soms worden er 's nachts arrestanten binnengebracht. Je kunt het komen en gaan op die afdeling nooit voorspellen.'

'Het zou mij tot medeplichtige maken.'

'We hebben semafoons. Wist je dat je die ook kunt laten trillen in plaats van piepen? Als je je telefoon zou programmeren om mijn semafoonnummer te draaien, kun je me in een paar seconden waarschuwen. Als je eenmaal die hoek om bent, duurt het precies negen seconden om door de gang te lopen en bij Narcotica te komen.'

Ze schudde haar hoofd, verbaasd omdat hij de tijd al had opgenomen. 'En degene die dan komt aanlopen, zal je herkennen.'

'Ik verkleed me als schoonmaker. Ik draag een honkbalpetje, een bril en een valse snor. Ik loop gebogen. Niemand kijkt ooit naar de schoonmakers. Zeker niet 's nachts. Ik duw mijn karretje de deur uit en ik ben weg. Trouwens,' ging hij verder, 'dat is mijn risico, niet het jouwe. Als ik word betrapt, heb ik het in mijn eentje gedaan. Jij hebt niets meer gedaan dan een nachtje doorwerken. Dat is toch niet zo bijzonder?' Hij sprak zachtjes. Zijn hart sloeg snel en hij zweette. Hij had nog niets van zijn vanilleijs genomen en het begon te smelten.

Ze pakte haar lepel en stak hem weer tussen haar lippen. 'Je weet zeker al in welke volgorde de schoonmakers hun werk doen. Welke kantoren doen ze het eerst?'

'Ik kan dit alleen,' zei hij, 'maar ik wou het jou eerst vragen. Ik zet je nu onder druk, Abby, en dat spijt me. Laten we het er niet meer over hebben.'

Ze nam de lepel uit haar mond en drukte haar lippen op elkaar. Ze keek hem vragend, sceptisch aan, turend alsof ze zijn maat opnam. Alsof ze hem op de proef stelde. 'Je hebt gelijk wat Interne Zaken betreft. Als je via hen een verzoek indient, gaan daar weken in zitten. Maar inbreken in het archief van Narcotica, op grond van de getuigenverklaring van een twaalfjarig meisje dat het slachtoffer is van een zedendelict? Vind je dat niet vreemd?'

'Kijk me niet op die manier aan.' Hij speelde met het ijs, maar at er niet van.

'Je hebt me nu echt kwaad gemaakt, weet je,' zei ze.

'Goed.'

Er hing nu een onbehaaglijke spanning tussen hen in. 'Ik geloof niet dat ik nog trek heb,' zei ze.

Om halfeen 's nachts ging Dart, die een valse snor, een spijkerbroek en een donkerblauwe honkbalpet droeg, het schoonmaak magazijn van het korps in het souterrain binnen. Hij vond een karretje en een blauwe stofjas zoals de schoonmakers droegen. Er waren vier schoonmakers voor het gebouw van twee verdiepingen. Dart, die om precies een uur naar boven ging, schatte dat hij iets meer dan een uur de tijd had voor een karwei dat waarschijnlijk maar een paar minuten in beslag zou nemen.

Hij had nog bijna nooit gebruik gemaakt van de nood sleutel die hij een jaar of vier geleden van Walter Zeller had gekregen. Zeller had beweerd dat geen enkele opsporingsambtenaar zonder zo'n ding kon, al was het illegaal. De nood sleutel had ongeveer de vorm van een klein plat pistooltje. Je kreeg er de meeste sloten mee open door de trekker over te halen en het was een geliefd stuk gereedschap van autodieven omdat het zo'n eenvoudig klein ding was: je stak de tong in het slot, drukte op de trekker, draaide, en het slot was open. Dart verborg het onder een stapel groene dweilen die hij op zijn schoonmakerskarretje had liggen.

De snor jeukte. De lijm was opgedroogd en had zijn bovenlip samengetrokken. Als hij nieste, vloog het ding misschien door de kamer.

Hij gebruikte zijn zaktelefoon om de afdeling Narcotica te bellen. Hij liet het toestel daar acht keer overgaan en was opgelucht toen er niemand opnam.

Hij duwde het karretje de gang op, liep vlug naar de enige lift van het gebouw en ging naar boven. Met iedere meter ging zijn hart sneller slaan. Dit avontuur deed hem denken aan een poging om geld te stelen uit de portemonnee van zijn moeder op haar dressoir - hij wilde het geld niet voor zichzelf stelen, maar opdat ze geen geld zou hebben als ze hem een fles wilde laten halen.

De liftdeuren gleden open en op een afstand van tien meter zag hij Abby Lang zitten. Tussen hen in lag een lange lelijke gang met een tegelvloer. Hij was verbaasd. Uitgelaten. Ze zat achter haar bureau op haar afdeling Seksuele Misdrijven en zag er tegelijk moe en bezorgd uit. Instinctief tastte Dart naar zijn semafoon en zette de pieper af. Als hij nu werd opgeroepen, zou het apparaatje gaan trillen, niet piepen. Het was duidelijk dat ze daar zat om hem te helpen. Niets anders kon haar aanwezigheid op dit late uur verklaren.

Toen hij het karretje naar Narcotica reed, nam Abby haar telefoon op en drukte op een enkele toets. Nog geen vijf seconden later begon de semafoon aan Darts riem te trillen. Hij zette hem af - alsof hij een wekker afzette. Ze keek niet naar hem op maar bleef over de papieren gebogen zitten die haar schijnbaar helemaal in beslag namen.

Dart had een uitkijkpost - een medeplichtige. Een engel op zijn schouder.

Het rechtervoorwiel van het karretje piepte. Dart manoeuvreerde er onhandig mee tot hij bij Narcotica was aangekomen. Hij klopte, wachtte en klopte opnieuw. Toen er geen reactie kwam, stak hij zijn hand onder de berg groene dweilen en pakte de nood sleutel. Het zat hem niet lekker dat hij de voorschriften overtrad. Als hij werd betrapt, stond hij er slecht voor. Dan was hij een politieman die een crimineel werd, en een ogenblik kon hij niet verder. Maar de hoop dat Kowalski, en niet Zeller, verantwoordelijk was voor de moord/zelfmoord van Lawrence, en de mogelijkheid dat Lawrence iets met Stapleton te maken had, dreven hem voort. Hij had er bijna alles voor over om van zijn schuldgevoel af te komen.

Met de nood sleutel kreeg hij de deur moeiteloos open. Het was in alle vijftig staten van de VS verboden zo'n sleutel te bezitten, en Dart begreep plotseling waarom.

Net als in hotels blokkeerden de schoonmakers op het hoofdbureau de deuropening van het kantoor waar ze aan het werk waren. Dart deed dat ook, al schermde hij de kamer gedeeltelijk af, zodat de kast die als kluis voor de dossiers werd gebruikt, niet vanaf de gang te zien was.

Hij deed het licht in de kamer aan, gooide een prullenbak leeg in de bak op zijn karretje en legde een versleten plumeau op het dichtstbijzijnde bureau. Toen keek hij op zijn horloge: het was drie minuten over een. De schoonmakers konden nu ieder moment arriveren en zouden dan op de begane grond beginnen. Hij had ruimschoots de tijd.

De archiefruimte zat op slot, maar de nood sleutel maakte er korte metten mee. De lichtschakelaar van de inloopkast bevond zich op de muur aan de buitenkant. Dart bestudeerde de situatie, keek wat hij zou moeten doen als zijn semafoon hem op een bezoeker attent maakte. Hij moest alle handelingen tot een minimum beperken. In plaats van meteen de archiefruimte in te lopen bleef hij zich staan afvragen hoe hij kon voorkomen dat hij betrapt werd. Hij draaide de sleutel in de deur van de archiefruimte weer om, zodat de deur, als hij werd dichtgedaan, automatisch in het slot zou vallen en Dart daar geen tijd meer aan hoefde te besteden. Hij gebruikte een groene dweil om hem open te houden en controleerde of de deur uit zichzelf dichtviel als hij de dweil wegschopte.Toen ging hij, met het licht aan, naar binnen. Hij keek om en constateerde dat iemand die onverwachts kwam opdagen gauw een duidelijk zicht op de open archiefruimte zou hebben.

De lichtschakelaar aan de muur bevond zich aan de kant van de scharnieren. Dat betekende dat Dart de dweil zou moeten wegschoppen om vervolgens om de deur heen te draaien, hem in het voorbijgaan te helpen dicht te vallen en dan de lichtschakelaar over te halen. Maar als dat licht uitging, zou dat nog eerder worden gezien door iemand die binnenkwam, want de deur van de afdeling Narcotica had een rookglazen paneel en het zou meteen opvallen als het licht achter dat paneel veranderde. Hij bekeek de situatie, vond dat hij de dingen in de juiste volgorde had en oefende ze een keer terwijl hij telde in zijn hoofd. Vier tot vijf seconden, schatte hij. Opgeteld bij de ongeveer vijf seconden die Abby nodig had om hem te waarschuwen, was dat te lang.

Hij pakte de dweil en ging regelrecht naar de bezemkast aan de gang. Hij ging naar de spekstenen gootsteen en liet de emmer vollopen met water, maakte de dweil nat, pakte een geel plastic bord met NATTE VLOER en bracht dat naar het eind van de gang, bij de trap en de lift. In ijltempo dweilde hij de vloer. Hij maakte hem zo nat mogelijk en zette het bord toen midden op de gang. Al dat water leverde hem hopelijk wat extra tijd op, doordat mensen de gang niet op gingen of in ieder geval langzamer liepen.

Terug op de afdeling Narcotica, maakte Dart de deur van de archiefruimte voor de tweede keer open. Hij legde de dweil voor de deur en deed het licht aan.

De kamer had langs alle muren grijze metalen schappen. In het midden stonden een paar magazijnstellingen. Alle schappen stonden vol met mappen.

Dart keek op zijn horloge. Dit kon wel even duren.

Een rijdend trapje stelde hem in staat om bij de bovenste schappen te komen, waar hij de mappen met een L had gevonden. Dart verbaasde zich over het aantal mappen. Elke map had betrekking op een onderzoek door Narcotica, een arrestatie, of een verklikker. De stad had een kolossaal drugsprobleem. Hij ging met zijn vinger langs de mappen: L... A... W... en vond vijf mappen met de achternaam LAWRENCE. Terwijl hij zijn aandacht over de mappen en de deuropening verdeelde, keek Dart nerveus naar de ruggen van die vijf mappen. Charles 'Buster' Lawrence, Eldridge Lawrence, Philip Lawrence, Maynard Franklin Lawrence, Lawrence Taylor Lawrence. Geen Gerald. Dart had er niet aan gedacht het sofi-nummer van de dode man in zijn hoofd te prenten, of het nummer van zijn rijbewijs, en mensen als Lawrence gebruikten zoveel voornamen dat het elk van die vijf zou kunnen zijn. Dart nam de tijd om de mappen door te nemen. Hij keek in alle gevallen naar een politiefoto of een foto van een plaats van een misdrijf. Een voor een elimineerde hij ze: er was geen Gerald Lawrence te vinden. Als Narcotica onderzoek naar Lawrence had gedaan, was dat niet in het recente verleden gebeurd.

De teleurstelling stemde hem somber.

Voor Stapleton had hij het trapje niet nodig. De namen met een S bevonden zich in het middenpad, met S... T... A... op ooghoogte. Opnieuw ging hij met zijn vinger langs de mappen, die allemaal een sticker met een kleurencode hadden.

Nog geen drie meter van hem vandaan ging een telefoon. Darts hart sloeg een slag over en zijn borst verstijfde. Gedurende een seconde was het of zijn hoofd in de lucht zweefde. De telefoon op de afdeling ging opnieuw, nog harder, leek het wel. En een derde keer. Hij overwon zijn angst en begon mappen met S... T... A... uit de rij te trekken.

Stacker; Stadler; Stafford... Hij moest iedere map naar zich toe trekken om de naam op het omslag te kunnen lezen. Hij keek langs de rij mappen met dezelfde kleurensticker en besefte dat er tientallen S-T-A's waren. Hij sloeg er tien over en ging verder: Stands... Standzleff... Staples... Stapleton. Drie stuks: Clifford, David R., Edgar. Hij trok het dossier van David R. naar zich toe, maar werd constant afgeleid door de angst dat iemand hem zou betrappen.

Hij sloeg het dossier open en zag meteen een politiefoto met een jongere editie van de springer. Hij trok de paperclip los en bladerde de papieren door tot hij bij de samenvatting was aangekomen. Bezit en verspreiding van verdovende middelen. David Stapleton was veertien maanden geleden opgepakt voor handel in speed. Darts vinger bewoog zich over het papier naar de naam van de rechercheur die de leiding van het onderzoek had gehad: Roman Kowalski.

Zijn semafoon trilde aan zijn zij. 'Voorzichtig, het is nat!' hoorde hij een lichtelijk hysterische Abby roepen.

Dart zette de semafoon af, schoof het Stapleton-dossier tussen de andere en draaide zich om naar de deur van de archiefruimte.

Hij had vier stappen nodig om bij de groene dweil te komen die voor de deur lag. Hij schopte de dweil weg en draaide zich met één soepele beweging om de rand van de sluitende deur heen. Zijn rechterhand vond de lichtschakelaar. Op hetzelfde moment dat de deur van de archiefruimte dichtviel, ging het licht daar uit. Dart nam de plumeau en begon nogal verwoed op het bureaublad te slaan, het resultaat van te veel adrenaline.

Hij hoorde een mannenstem op de gang roepen: 'Heeft hier al iemand schoongemaakt?' Een korte stilte. 'Hé, mevrouw, heeft iemand deze verdieping al gedaan?' Dart hoorde de voetstappen van de man en het rammelen van zijn karretje toen hij dichterbij kwam. Ironisch genoeg was dit erger dan wanneer hij ontdekt was door een rechercheur van Narcotica, die weinig of geen aandacht aan het laagste van het laagste zou hebben geschonken: een schoonmaker. Maar als de ene schoonmaker per ongeluk het territorium van een ander afwerkte, zette dat kwaad bloed.

Geef hem antwoord, moedigde Dart haar in gedachten aan. Hij duwde tegen zijn karretje, maar na een paar centimeter begon dat gebrekkige voorwiel weer te piepen. Het werd weer stil. Hij kon dat karretje nooit verstoppen zonder de aandacht te trekken. Dart stond op de afdeling Narcotica en had het gevoel dat iedereen hem zag.

'Iemand heeft de gang gedweild,' antwoordde Abby. 'Wat dacht je - dat ze het voor de lol deden?'

Het karretje hield op met rammelen, wat aangaf dat de man die het duwde gestopt was.

Dart draaide zich om en stak de nood sleutel in de deur van de archiefruimte om die eventueel als schuilplaats te gebruiken. De schoonmaker zou geen loper hebben. Hij zou wel het karretje zien staan, maar wie zou daar op dit uur veel drukte om maken?

De stilte duurde voort. Had de schoonmaker de open deur naar Narcotica gezien, of had Abby hem met de toon van haar stem zo vernederd dat hij stond na te denken?

'Je kunt het altijd een tweede keer schoonmaken,' merkte ze sarcastisch op. Ze had zich weer onder controle. 'Jullie doen het de eerste keer toch al nooit erg goed.'

'Wat ben jij aardig,' antwoordde de man. 'Geen wonder dat je zo laat overwerkt. Wie zou jou nou bij zich willen hebben?'

'Sodemieter op!'

'Kreng.'

'Hoe is je naam?'

Het karretje begon weer te rammelen, ditmaal vlugger. De schoonmaker had voor een haastige terugtocht gekozen. Ze had er een persoonlijk conflict van gemaakt, en als politiefunctionaris - als cliënt - zou zij aan het langste eind trekken.

Dart stond enkele minuten ongeduldig te wachten tot de lift kwam. Vervolgens duwde hij zijn piepende karretje de gang op en sloot de deur. Toen hij een blik in Abby's richting wierp, schudde ze teleurgesteld met haar hoofd naar hem. Dart tikte dankbaar tegen zijn pet en liep vlug naar de lift. Hij stopte alleen even om het bord met NATTE VLOER op te pakken en op zijn karretje te leggen. Hij moest het karretje nu zo snel mogelijk naar het schoonmaak magazijn op de begane grond brengen. Hij wilde niet dat het schoonmaakbedrijf vragen ging stellen. Als dit hem lukte, zou Abby weg zijn, als de schoonmaker melding maakte van het conflict. De vloer zou droog zijn, het bordje weg, en uit niets zou blijken dat er was schoongemaakt. Uiteindelijk zou de indruk bestaan dat de schoonmaker had geprobeerd onder een deel van zijn taak uit te komen.

Dart ging nerveus met de lift naar beneden. Hij had zijn vinger op de DEUR SLUITEN-knop om daar ieder moment op te kunnen drukken.

Toen de liftdeuren opengleden, drong er sigarettenrook tot hem door en hoorde hij een man en een vrouw praten. Op dit uur waren dat vermoedelijk schoonmakers. Hij moest het karretje terugbrengen en dan maken dat hij wegkwam zonder dat iemand hem zag.

De gang was vrij. Toen kwamen er stemmen uit de richting van de garderobe, waar een deur naar het parkeerterrein was. Die gingen even naar buiten om te roken, realiseerde hij zich.

'Johansen! Hierheen!' riep een stem links van Dart toen hij de gang in liep.

'Ik kom,' riep de mannelijke roker terug.

Johansen, de roker, zou de lift moeten passeren om bij die andere stem te komen.

De rechercheur ging de lift weer in en drukte op de DEUR SLUITEN-knop. Niets! Hij drukte er een tweede keer op en toen reageerden de deuren eindelijk, al had Dart het gevoel dat ze langzamer dichtgingen dan alle liftdeuren die hij ooit had meegemaakt. De voetstappen van de twee rokers kwamen snel dichterbij en hij had de indruk dat ze bij de lift zouden zijn voordat de deuren helemaal dichtgingen.

Hij zette het karretje evenwijdig met de zijwand van de lift en drukte zich met zijn rug tegen die wand.

Maar de binnenwanden van de lift bestonden voor een groot deel uit spiegels, realiseerde hij zich te laat, en toen de twee rokers voorbijkwamen, keek de vrouw in de lift en zag ze Darts spiegelbeeld.

Als hij erin geslaagd was kalm te blijven, zou het hem misschien zijn gelukt, maar nu was zijn gezicht verkrampt van schrik en keken zijn ogen wild de wereld in. Daardoor verried hij zich, verried hij dat hij geen echte schoonmaker was. Deze schoonmaakster werkte met maar drie mensen samen, en Joe Dartelli hoorde daar niet bij.

De liftdeuren gingen dicht en de lift kwam kreunend omhoog.

Dart had niet op de knop van de eerste verdieping gedrukt; iemand had de lift opgeroepen.

Was de brigadier van dienst gewaarschuwd? Waren ze al op zoek naar een indringer?

Dart trok de snor af en ontdeed zich van de blauwe stofjas. Hij werd liever ontdekt als rechercheur Joe Dartelli dan als een rechercheur die om duistere redenen voor schoonmaker speelde. Terwijl de lift naar boven kroop, stond hij klaar om te klagen over het schoonmaakkarretje dat in de lift was achtergelaten.

De lift kwam met een schokje tot stilstand en de deuren gleden open.

Abby Lang stond tegenover hem. Dart stapte de gang in en voelde zich erg kwetsbaar.

Gedurende een seconde wist Dart niet wat hij moest doen - zijn klacht over het karretje lag nog op zijn lippen. Triomfantelijk zei hij tegen haar: 'Kowalski heeft onderzoek naar Stapleton gedaan. Handel in speed.'

Toen ze sprak, klonk haar stem gesmoord van de spanning. 'Er kwam een geüniformeerde agent naar me toe. Ze weten dat er een extra schoonmaker in het gebouw is. Hij ging de trap af. Hij zei dat ze kamer voor kamer zouden zoeken, op beide verdiepingen. Hij is jong. Nieuw in het korps. Waarschijnlijk verveelt hij zich. Hij neemt het èrg serieus,' zei ze. 'Heb je ingetekend?' vroeg ze gespannen, 's Nachts moesten alle politiefunctionarissen, ongeacht hun rang, intekenen en uittekenen; dan wist de brigadier van dienst wie er waren.

'Ik heb de achterdeur gebruikt,' zei hij tegen haar. 'En ik heb niet naar beneden gebeld.' Hij voegde eraan toe: 'Er zijn ernstiger vergrijpen.' Het zou niet officieel geregistreerd staan dat hij het gebouw was binnengegaan. Dat was op zichzelf een klein vergrijp, maar nu hij erover nadacht, kon het in combinatie met die valse schoonmaker in een nachtmerrie ontaarden. Hoe meer hij erover nadacht, des te meer zorgen maakte hij zich.

'Niet goed,' gaf hij toe.

'We kunnen de trap proberen,' stelde ze vermoeid voor. Ze wist dat het niet zou lukken.

'Het eerste dat we doen, is afstand scheppen tussen jou en mij,' zei hij. 'Jij neemt de trap. Ik bedenk wel iets.'

'Nee,' protesteerde ze. 'Ik hoor hier ook bij.'

'Dat is niet zo.' 'Dat is wèl zo.'

De liftdeuren gingen dicht, een teken dat iemand de lift had opgeroepen.

Dart vroeg zich af of er nog een andere uitweg was dan de lift of de trap. Het was een tamelijk groot gebouw, al telde het maar twee verdiepingen. En als er van kamer tot kamer werd gezocht, zouden ze hem vinden.

Hij dacht erover door de gang te lopen, de hoek om te gaan en MTP binnen te lopen, maar daar zaten een paar collega's van hem die wisten dat hij geen dienst had.

'Het rustkamertje?' vroeg ze.

De rustkamer was een raamloze, veredelde opslagruimte die voor pokerspelletjes en korte dutjes werd gebruikt. Als hij op dat moment leeg was, zou Dart misschien kunnen doen alsof hij daar lag te slapen. Misschien zou dat niet te veel argwaan wekken - al werden er natuurlijk wel vragen gesteld.

'Ik ben hier officieel,' zei Abby. Ze had netjes ingetekend. 'Ik heb het volste recht in dit gebouw te zijn. Blijf hier.' Dart zag haar vlug door de gang lopen, langs Narcotica, en de deur van de rustkamer opengooien. Ze stak haar hand naar binnen en deed het licht aan.

'Hij is vrij,' siste ze door de gang naar hem toe.

Dart rende naar haar toe, en op dat moment schoot hem iets te binnen - een manier om vragen te vermijden - al was de kans dat ze mee zou doen niet groot.

Ze gingen naar binnen en hij deed de deur dicht en draaide hem op slot. Ze haalden allebei hijgend adem.

'Wat nu?' vroeg ze. 'Een spelletje kaart?' vroeg ze sarcastisch. 'Om halftwee in de nacht? Christus nog aan toe!'

'Doe je kleren uit,' zei Dart tegen haar. Hij was al met zijn eigen overhemdknoopjes bezig.

'Kom nou,' snauwde ze.

'Nu!' zei hij met klem terwijl hij verder ging met zich uit te kleden. Hij keek naar de schamele rustbank. Abby Lang begreep wat hij bedoelde en kreeg meteen een kleur.

'O, shit,' zei ze.

'Het lukt,' zei hij tegen haar.

'O, shit,' herhaalde ze.

Hij gooide zijn overhemd over de rugleuning van een stoel, maakte zijn riem los en trok de rits van zijn broek los. 'Maar alleen als we het allebei doen.'

Ze aarzelde, keek eens naar Dart, keek toen weer naar de ingezakte bank. Haar onwillige vingers vonden de knopen van haar blouse en ze begon zich uit te kleden. Toen haar blouse openhing, werden haar bewegingen plotseling sneller: 'Ik moet je vertellen,' zei ze verontschuldigend, 'dat ik een beetje moeite met mijn lichaam heb.' Ze mompelde iets over het feit dat ze kinderen had gehad en zesenveertig was. Het was voor het eerst dat Dart hoorde hoe oud ze was.

'Ik zou je achter in de dertig hebben geschat,' zei Dart naar waarheid. Hij ging zitten om zijn sokken uit te trekken.

'Nee, nee, nee.' Ze ging rechtop zitten. Blijkbaar wist ze niet goed welk kledingstuk ze het eerst moest uittrekken. Haar blouse hing open en de knoop en rits van haar spijkerbroek waren los. 'En de lichten?' zei ze. Ze ging op de rand van de bank zitten en wachtte.

Dart gooide haar een van de twee dekens toe die opgevouwen op de plank lagen. Ze ving hem op. Hij deed het licht uit en stootte zijn scheen toen hij op het geluid afging van haar spijkerbroek die over haar huid gleed toen ze hem uittrok.

Een jonge agent zou geen nader onderzoek instellen naar twee rechercheurs die aan het vrijen waren in de rustkamer. Hij zou het licht aandoen, zich verontschuldigen, de deur dichtdoen en het overal rondvertellen. Het zou kunnen lukken, dacht hij. Het schoot hem ook te binnen dat ze nu allebei gevaar liepen geschorst te worden, en dat zat hem helemaal niet lekker.

Dart ging met pijn in zijn scheenbeen op de bank zitten en wist zich niet goed raad met zijn houding.

Hij hoorde het onmiskenbare geluid van een beha die loskwam, en ze fluisterde: 'Ondergoed?'

'Laat maar aan.' Zijn huid prikte van de warmte.

'Akkoord!' antwoordde ze.

'Dit spijt me,' zei hij, en hij tastte in het donker naar haar.

Ze omhelsden elkaar onhandig, stuntelig, en gingen bij elkaar liggen. Ze trok de deken over hen heen. 'Wat vreemd,' zei ze. Maar toen sloeg ze haar armen om hem heen, hield hem dicht tegen zich aan en zei: 'Dit zijn géén avances, Joe. Ik ben bang.'

'Je hoefde niet...'

'Stil!' Ze drukte hem nog dichter tegen zich aan. 'Daar is het nu een beetje te laat voor.'

Alsof hij zichzelf wilde straffen, was Dart plotseling seksueel opgewonden. Hij wilde iets zeggen, wilde zich verontschuldigen, maar hij zei niets en probeerde een beetje van haar vandaan te gaan, al was de bank te smal.

'Dit kan de geschiedenis ingaan als een van de vreemdste eerste afspraakjes,' zei Abby. Ze grinnikte. Dart lachte en toen zeiden ze tegen elkaar dat ze stil moesten zijn, en daardoor gingen ze juist nog harder lachen. Van het lachen kwamen ze met hun borst tegen elkaar aan, en daar moesten ze dan ook weer om lachen en zo kwam er geen eind aan. Hoe meer ze zich probeerden in te houden, des te erger werd het.

Terwijl ze zich tegen zijn erectie aan wreef, nog steeds lachend, zei ze: 'Misschien kunnen we daar op een dag iets mee doen.' Ze voegde eraan toe: 'En nu een vraag.' Ze stikten allebei nog van het lachen. 'Als ze het zoeken nu eens opgeven?' .

Dart begroef zijn gezicht tegen haar schouder om zijn lachen te smoren. 'We kunnen hier de hele nacht blijven,' zei hij. Hij voelde dat ze schudde van het lachen.

Toen ze haar hand op zijn penis legde en hem tegen haar huid hield, kwam er meteen een eind aan hun gelach. De stemming veranderde op slag. Dart voelde dat zijn erectie nog aanzwol. Ze streelde zijn rug.

'Abby?' zei hij.

'Ik weet het,' antwoordde ze fluisterend, terwijl haar handen hem bleven strelen. 'We mogen elkaar wel omhelzen, hè?'

En dus omhelsden ze elkaar intiem, warm, vol genegenheid - het soort omhelzing dat in de plaats van ademhaling kan komen, dacht hij. Het kan in de plaats van voedsel komen, en je het besef van de tijd laten verliezen, al je gedachten verdrijven.

'Misschien komen ze niet,' zei ze. Ze kuste zijn wang en bewoog zich naar zijn lippen. Nu lachten ze niet meer bij die gedachte.

Hij kuste haar, eerst aarzelend en toen met de hartstocht die hem verteerde. Ze beantwoordde de kus, bracht haar lippen van elkaar en opende haar mond voor hem.

Toen de deur een paar minuten later openging, keek Dart niet eens op. Hij had iets in de trant van 'Rot op' willen zeggen, maar hij bleef haar gewoon kussen. Het drong nauwelijks tot hem door dat ze gestoord werden.

De jonge agent zei vlug: 'Sorry, meneer,' en de deur viel dicht.

Abby Lang schoot in de lach. Ze hield Dart dicht tegen zich aan en fluisterde: 'Dat was ik helemaal vergeten.'

'Ja, ik ook,' zei Joe Dart.