29 Het verdwenen kasteel van Eersel
In Eersel, tussen Eindhoven en de Belgische grens, hangt boven de deur van het oude gemeentehuis nog altijd een wapenschild met daarop drie kastelen, als herinnering aan de drie kasteeltjes die het dorp kende. Een ervan lag bij de weg Eersel-Dalem, en heette ’t Hof. Maar nu is het op raadselachtige wijze verdwenen. En dat kwam als volgt...
Eersel, in een ver verleden, door een van onze verslaggevers – Op een kille, ijzige wintermorgen naderde een vrome pelgrim de binnenplaats van het kasteel. Hij klopte aan en de deur werd door de kasteelheer, een zeer hardvochtig man, opengemaakt. De pelgrim vroeg deemoedig om een aalmoes. Maar in zijn trots joeg de kasteelheer de pelgrim onbarmhartig van de binnenplaats weg met de woorden: ‘Scheer je weg, anders stuur ik de honden op je af!’ Nu had de kasteelheer een dochter, die alles gezien had. Zij had medelijden met de pelgrim en ze probeerde haar vader te vermurwen hem toch iets te geven.
Maar de kasteelheer wilde er niets van weten.
Toen riep de pelgrim: ‘Vervloekt zij uw misdadig kasteel!’
En op hetzelfde moment zonk het kasteel in de diepte. Vanaf die tijd was de kasteelheer genoodzaakt als spook in de ruïnen van het kasteel rond te dwalen. Wat er verder met de jonkvrouw gebeurd is, vertelt de geschiedenis niet. Maar men zegt dat sindsdien ieder jaar in de lente op de plaats van het kasteel honderden prachtige bloemen groeien, hyacinten, primula’s en anemonen, als herinnering aan de edele jonkvrouw, die geen gehoor vond bij haar slechte vader.
Bij Alphen zou ooit het Ulekasteel gestaan hebben. Het was bewoond door tempelridders (zie: ‘De schat van de tempelridders in kasteel Heeze’), maar kwam daarna in handen van een gierige landheer. Toen de heer zijn zware belasting wilde heffen in een jaar dat de oogst van zijn pachters was mislukt, kwamen zijn pachters in opstand. Daarop liet hij ze allemaal in een schuur opsluiten, die hij prompt in brand liet steken. Hun ijselijke kreten, toen ze levend verbrandden, waren in de wijde omtrek te horen. Maar vlak voor de laatste kreet wegstierf, was duidelijk hoorbaar:
‘Wees vervloekt, gij kwade heer!’
‘Gij heeft ons hier als ratten gevangen en verdolgen.’
‘Uw heerschappij is voorbij en ook gij zult aan de ratten sterven!’
De stem was nog niet uitgesproken of er klonk een gerommel uit de aarde. Het Ulekasteel begon langzaam weg te zakken in een spleet in de aarde, en uit die spleet kwamen duizenden ratten, die zich allemaal op de kasteelheer wierpen. Hij werd met huid en haar verzwolgen.
Het Ulekasteel, en het kasteel van Eersel zijn niet de enige die in Brabant verdwenen zijn.
Er stond ook ooit een roofslot in Abhoven (op het stuk land bij de Leeuwenhoeve), midden in een omwalde poel. Dat slot zou met al z’n bewoners door hemelse wraak zijn verzwolgen. Men heeft er niets van teruggevonden, alleen een paar vergane eiken balken.
Ook kasteel Bloemendaal, bij Engelen, is een vervloekt kasteel dat ooit verzonken zou zijn in de duistere diepte van het zogenaamde Duivelswiel… Het stond dicht bij de Bossesloot tussen Engelen en Vlijmen nabij het meer aan de Woerd.