|
Opmerking van de
schrijfster |
|
Stamboom |
|
Chronologie van de
gebeurtenissen |
|
Landkaart |
|
|
1. |
Tien centimeter Gouden
Lelies
Concubine van een oorlogsheer (1909-1933) |
2. |
Zelfs gewoon koud water is
zoet
Mijn grootmoeder trouwt met een Mantsjoe-arts
(1933-1938) |
3. |
Iedereen zegt wat een
gelukkige plek Mantsjoekwoe is
Het leven onder de Japanners (1938-1945) |
4. |
Slaven die geen eigen land
hebben
Bestuurd door andere meesters (1945-1947) |
5. |
Dochter te koop voor tien
kilo rijst
De strijd voor een nieuw China (1947-1948) |
6. |
Praten over liefde
Een revolutionaïr huwelijk (1948-1949) |
7. |
Door de Vijf Bergpassen
De Lange Mars van mijn moeder (1949-1950) |
8. |
Gekleed in geborduurde zijde
naar huis terugkeren
Familie en bandieten (1950-1951) |
9. |
Als een man macht krijgt,
stijgen zelfs zijn kippen en hond ten hemel
Leven met een onkreukbaar man (1951-1953) |
10. |
Van lijden word je een beter
communist
Mijn moeder komt onder verdenking (1953-1956) |
11. |
Na de campagne tegen de
rechtsen durft niemand meer een bek open te doen
Stilte daalt neer over China (1956-1957) |
12. |
Kundige vrouwen kunnen een
maaltijd bereiden zonder voedsel
Hongersnood (1958-1962) |
13. |
Duizend-gouden kleine
schat
In een bevoorrechte cocon (1958-1964) |
14. |
Vader is dichtbij, moeder is
dichtbij, maar niemand is zo dichtbij als voorzitter Mao
De Mao-Cultus (1964-1965) |
15. |
Vernietig eerst, de opbouw
komt dan vanzelf
De Culturele Revolutie begint (1965-1966) |
16. |
Stijg ten hemel en doorboor
de aarde
Mao’s Rode Gardes (juni-augustus 1966) |
17. |
Wil je soms dat je kinderen
‘zwart’ worden?
Het dilemma van mijn ouders
(augustus-oktoberl966) |
18. |
Meer dan gigantisch,
schitterend nieuws
Pelgrimstocht naar Veking (oktober-december 1966) |
19. |
Waar een wil is om te
veroordelen, zijn ook bewijzen
Mijn ouders gefolterd (december 1966-1967) |
20. |
Mijn ziel verkoop ik niet
Mijn vader gearresteerd (1967-1968) |
21. |
Steenkool geven als het
sneeuwt
Broertje, zusje, vrienden en vrien-dinnen
(1967-1968) |
22 |
Gedachtenhervorming door
arbeid
Naar de grens van de Himalaja (januari-juni 1969) |
23. |
Hoe meer boeken je leest, hoe
dommer je wordt
Ik werk als boerin en blotevoeten-dokter (juni
1969-1971) |
24. |
Aanvaard alsjeblieft mijn
verontschuldi-gingen, die een leven te laat komen
Mijn ouders in kampen (1969-1972) |
25. |
De Geur van Zoete Wind
Een nieuw leven met het Handboek voor de Elektricien
en Zes Crises (1972-1973) |
26. |
Aan de scheten van
buitenlanders ruiken en ze lekker noemen
Ik leer Engels in het kielzog van Mao (1972-1974) |
27. |
Als dit het paradijs is, hoe
moet de hel er dan wel niet uitzien?
De dood van mijn vader (1974-1976) |
28. |
De strijd om uit het nest te
vliegen
(1976-1978) |
|
Nawoord |