Kaart


Proloog
In de zomer van 2977
kwamen de Yllipo's in het Huis van Yewdark bijeen om een
beleefdheidsbezoek te brengen aan De Gezusters, zoals ze langer dan
een eeuw elk jaar hadden gedaan. Bij die gelegenheid kwamen er meer
dan vierhonderd mannen, vrouwen en kinderen uit alle delen van het
Impenrijk, onder wie zes voormalige consuls, vier senatoren en
talrijke pretoren, lictoren en legaten.
De jaarlijkse
familiebijeenkomst was voornamelijk een sociale gebeurtenis, al
kwam er ook heel wat politiek gekonkel bij te pas. De Gezusters
zelf waren slechts een excuus. Ze waren een tweeling en niemand kon
ze uit elkaar houden, wat niet belangrijk was omdat de meesten zich
ook hun naam niet meer herinnerden. Ze waren lid geworden van de
Yllipoclan toen een van de Gezusters met een of andere jongste zoon
was getrouwd, een man die allang dood was.
De Gezusters beweerden
dat ze occulte krachten bezaten en deden op verzoek voorspellingen.
De voorspellingen kwamen soms uit en soms niet, werden nooit
serieus genomen en meestal afgedaan met een lachende opmerking dat
in alle families wel een paar vreemde figuren voorkwamen.
Toch kende elke
bijeenkomst één merkwaardig ritueel. Iedereen beweerde dat hij het
maar een dwaas bijgeloof vond, maar tegen buitenstaanders werd er
nooit over gesproken. De oudere mannen vergezelden de Gezusters
naar Het Beeld om de nieuwe Yllipo's voor te stellen, die in de
afgelopen twaalf maanden waren geboren. De Gezusters voorspelden
daarop de toekomst van elk kind, aan de hand van het feit of het
beeld glimlachte of fronste.
Het beeld stond op een
schemerige open plek, niet ver van het huis en was zo verweerd dat
niemand behalve de Gezusters veel van de gelaatstrekken kon
onderscheiden, laat staan enige expressie op het gezicht. Volgens
de overlevering stelde het Arava de Sterke voor, een imperator van
de XIIde Dynastie, die de eerste Yllipo in de adelstand had
verheven. Men geloofde dat de stenen plaat ervoor Arava's graf
aanduidde. In 2977 namen vier trotse vaders hun nieuwe nakomelingen
mee naar deze plechtigheid, en de laatste die naar voren kwam was
Lictor Ylopingo met in de armen zijn acht maanden oude zoon Ylo.
Het was een ongewoon stormachtige dag voor hartje zomer. Precies op
het ogenblik waarop het kind op het monument werd gelegd nam een
plotselinge windvlaag het beeld op en wierp het omver. De steen
naast het kind werd geraakt en lag in gruizelementen.
Wonderbaarlijk genoeg
liep het kind geen letsel op. De lictor had snij-en schaafwonden
van het rondvliegende gruis. De Gezusters kregen stuiptrekkingen.
De familiebijeenkomst eindigde in totale verwarring en iedereen
ging naar huis.
De betekenis van het omen
werd druk besproken. Sommige lichtgelovige — en verre — verwanten
van de jongen suggereerden dat hij in verband met dit voorval ter
dood moest worden gebracht. De uitleg werd er niet gemakkelijker
op, omdat de meningen van de Gezusters uiteenliepen, en niemand kon
zich herinneren dat ze het ooit niet met elkaar eens waren
geweest.
Iemand zei dat het een
voorteken was van de val van de familie Yllipo, een ander dat het
de Imperator zelf was die ten val zou worden gebracht. Geen van
beiden legde uit wat de rol van baby Ylo zou zijn bij die
ondenkbare ramp; ze konden het er zelfs niet over eens worden of
hij het zou overleven.
Beide Gezusters stierven
nog geen jaar daarna en de midzomerbijeenkomsten werden elders
gehouden. Mettertijd werden de twee sinistere voorspellingen
vergeten.
En mettertijd werden ze
beide bewaarheid.