Mr. Spragge's verhaal
Eindelijk stamelde ze: 'Hoe bent u er achter gekomen?'
Ze had iets heel anders willen zeggen. Ze had even later haar tong
wel willen afbijten van woede over haar stommiteit, maar ze had het
gezegd, en mr. Spragge zou geen advocaat geweest zijn als hij niet
gemerkt had dat haar woorden een bekentenis inhielden.
'Dus u weet iets van deze zaak af, Lady Frances?'
'Ja,' zei Frankie.
Ze zweeg even, haalde diep adem en zei toen: 'De hele zaak is
eigenlijk mijn schuld, mr. Spragge.'
ik kan het me niet voorstellen,' zei mr. Spragge.
Er was een klank in zijn stem die verried dat de boze advocaat en
de vaderlijke rechtskundig adviseur van de familie om de voorrang
streden.
'Hoe kwam u daar nu toch bij?' vroeg hij.
'Het was maar een grapje,' zei Frankie zacht. 'We -- we verveelden
ons.'
'En wie,' vroeg mr. Spragge, 'kwam op het idee zich voor mij uit te
geven?'
Frankie keek hem aan, haar vernuftig brein werkte weer, en ze nam
vlug een beslissing.
'Het was de jonge hertog van.. Ze brak de zin af. 'Nee -ik mag geen
namen noemen. Dat is niet fair.'
Maar ze wist dat het getij haar gunstig geworden was. Het was de
vraag of mr. Spragge een eenvoudige domineeszoon een dergelijke
onbeschaamdheid zou hebben vergeven, maar zijn zwak voor adellijke
namen deed hem toegeeflijk zijn hoofd schudden over de
onbeschaamdheden van een hertog. Hij nam weer een beminnelijke
houding aan.
'O! die Onbezonnen Jeugd -- die Onbezonnen Jeugd,' mompelde hij,
terwijl hij met zijn wijsvinger dreigde. 'Wat halen jullie je een
moeilijkheden op de hals. Als u eens wist, Lady Frances, hoeveel
wettelijke complicaties er kunnen voortkomen uit een ogenschijnlijk
onschuldige grap, die in een opwelling werd bedacht. Niets dan
jeugdige onbezonnenheid -- maar soms buitengewoon moeilijk om
buiten de rechtszaal te houden.'
'U bent erg edelmoedig, mr. Spragge,' zei Frankie ernstig.
'Heus, dat meen ik. Nog niet een op de duizend zou het zo hebben
opgenomen als u. Ik schaam me werkelijk diep.'
'Nee, nee, Lady Frances,' zei mr. Spragge vaderlijk.
'Ja, beslist. Ik veronderstel dat het mevrouw Rivington geweest is
-- wat heeft ze u precies verteld?'
ik geloof dat ik de brief hier heb. Ik heb hem juist een half uur
geleden gelezen.'
Frankie stak haar hand uit en mr. Spragge overhandigde haar de
brief met een air alsof hij zeggen wou: Zo, kijk zelf maar eens
waarin je verzeild bent geraakt door je stommiteit.
Geachte heer Spragge, schreef mevrouw Rivington. Het is werkelijk
erg dom van me, maar er is me juist iets te binnen geschoten
waaraan u misschien iets zou hebben gehad, toen u laatst bij me
was. Alan Carstairs heeft gezegd dat hij naar een buiten ging,
Chipping Somerton genaamd. Ik weet niet of u hieraan iets zult
hebben.
Ik vond het ontzettend interessant van u iets over de
Maltraverszaak te horen. Met vriendelijke groeten, Edith
Rivington.
'U begrijpt dat het een bedenkelijke zaak had kunnen zijn,' zei mr.
Spragge ernstig, maar zijn ernst werd getemperd door een zekere
welwillendheid, ik nam aan dat er iets gaande was van buitengewoon
dubieuze aard. Of dit verband hield met de zaak Maltravers of met
mijn client, meneer Carstairs...'
Frankie viel hem in de rede.
'Was Alan Carstairs een client van u?' informeerde ze
opgewonden.
'Ja. Hij heeft me geraadpleegd toen hij een maand geleden in
Engeland was. Kent u meneer Carstairs, Lady Frances?'
'Dat mag ik geloof ik wel zeggen,' zei Frankie.
'Een zeer sympathieke persoonlijkheid,' zei mr. Spragge. 'Hij
bracht beslist een vleugje van de -- eh -- wijde verten in mijn
kantoor.'
'Hij kwam u raadplegen over het testament van meneer Savage,
nietwaar?' zei Frankie.
'Aha!' zei mr. Spragge. 'Dus u had hem aangeraden naar mij toe te
gaan? Hij kon zich niet precies meer herinneren wie het geweest
was. 't Spijt me dat ik niet meer voor hem kon doen.'
'Welke raad hebt u hem eigenlijk gegeven?' vroeg Frankie. 'Of is
dat een beroepsgeheim?'
in dit geval niet,' zei mr. Spragge glimlachend. 'Naar mijn mening
was er niets aan te doen -- tenminste als meneer Savages
bloedverwanten niet bereid waren een grote som geld uit te geven om
de zaak te onderzoeken -- waartoe ze, vermoed ik, niet genegen
waren of waarvoor ze misschien niet in de gelegenheid waren. Ik
adviseer nooit er een rechtszaak van te maken, tenzij men alle kans
heeft deze te winnen. De wet, Lady Frances, is een grillig iets. Er
komen allerlei haken en ogen bij te pas waarvan een leek geen idee
heeft. Schik het in der minne, is altijd mijn motto geweest.'
'Het was een heel wonderlijke zaak,' zei Frankie peinzend. Ze
voelde zich enigszins alsof ze blootsvoets over een vloer liep die
bezaaid was met punaises en ze ieder ogenblik op een ervan zou
kunnen trappen -- en dan was het spelletje uit.
'Zulke gevallen komen meer voor dan u misschien zou denken,' zei
mr. Spragge.
'U bedoelt zelfmoord?' informeerde Frankie.
'Nee, nee, ik bedoel gevallen waarin iemand te veel wordt
beinvloed. Meneer Savage was een nuchtere zakenman, en toch was hij
blijkbaar als was in de handen van deze vrouw. Ik twijfel er niet
aan of ze wist precies wat ze wilde.'
ik zou wel willen dat u me de hele geschiedenis vertelde,' zei
Frankie brutaalweg. 'Meneer Carstairs -- eh, wond zich er zo over
op dat het me nooit helemaal duidelijk is geworden.'
'De zaak was uiterst eenvoudig,' zei mr. Spragge. ik kan u alles
wel in 't kort vertellen -- iedereen is ervan op de hoogte, dus kan
ik het zonder enig bezwaar doen.'
'Vertelt u me er dan alles van,' zei Frankie.
'Meneer Savage reisde vorig jaar november van Amerika naar
Engeland. Hij was, zoals u weet, ontzettend rijk en had bijna geen
familie. Op zijn reis maakte hij kennis met een zekere dame -- eh
-- mevrouw Templeton. Er is niet veel van die mevrouw Templeton
bekend, behalve dat het een erg knappe vrouw was en dat haar man
ergens veilig uit de buurt zat.'
De Caymans, dacht Frankie.
'Zeereizen zijn gevaarlijk,' ging mr. Spragge lachend verder,
terwijl hij zijn hoofd schudde. 'Meneer Savage was kennelijk van
haar gecharmeerd. Hij nam de uitnodiging van de dame aan om in haar
bungalow in Chipping Somerton te komen logeren. Hoe vaak hij daar
precies geweest is, ben ik niet te weten kunnen komen, maar hij is
ongetwijfeld meer en meer onder de invloed van die mevrouw
Templeton geraakt.
Toen kwam de tragedie. Meneer Savage had zich al enige tijd
ongerust gemaakt over zijn gezondheidstoestand. Hij was bang dat
hij misschien aan een zekere ziekte leed...'
'Kanker?' zei Frankie.
'Ja, eerlijk gezegd, aan kanker. Het werd een obsessie voor hem.
Hij logeerde toentertijd bij de Templetons. Ze overreedden hem naar
Londen te gaan en een specialist te raadplegen. Dat heeft hij
gedaan. Nu, Lady Frances, ik wil er nog geen oordeel over
uitspreken. Die specialist -- een zeer bekwaam arts die al vele
jaren aan de top van zijn carriere stond -- verzekerde bij het
gerechtelijk onderzoek dat meneer Savage niet aan kanker leed en
dat hij hem dat verteld had, maar dat meneer Savage zo bezeten was
van zijn eigen overtuiging dat hij de waarheid niet accepteren kon
toen die hem meegedeeld werd.
Nu, zonder enig vooroordeel, Lady Frances, maar het medische beroep
kennende, geloof ik dat de zaak zich een beetje anders heeft
toegedragen. Als de symptomen die meneer Savage vertoonde de dokter
hebben verontrust, heeft deze misschien op sombere toon gesproken
en een ernstig gezicht getrokken en bepaalde dure behandelingen
aangeraden, en, ofschoon hij hem waarschijnlijk gerustgesteld heeft
wat kanker betrof, kan hij toch de indruk gewekt hebben dat het
toch wel iets ernstigs was. Meneer Savage, wetend dat dokters
gewoonlijk tegenover een patient die ziekte niet bij de naam
noemen, zal zelf zijn conclusie hebben getrokken. De
geruststellende woorden van de dokter waren niet waar -- hij leed
wel aan de ziekte die hij dacht te hebben.
Maar hoe dan ook, meneer Savage ging in een zeer gedeprimeerde
toestand terug naar Chipping Somerton. Hij dacht dat hem een
pijnlijke en langzame dood te wachten stond. Ik heb begrepen dat
enkele familieleden van hem aan kanker gestorven waren en hij wilde
niet het vreselijke lijden ondergaan dat hij bij hen gezien had.
Hij liet een notaris komen -- iemand die zeer goed bekend stond en
van een zeer achtenswaardige firma -- en deze stelde daar op
staande voet een testament op, dat meneer Savage ondertekende en
dat hij toen aan de notaris in veilige bewaring gaf. Op die
zelfde avond nam meneer Savage een veel te grote dosis
chloraal in en liet een brief achter waarin hij verklaarde dat hij
een vlugge en pijnloze dood verkoos boven een lang en pijnlijk
sterfbed.
In het testament liet meneer Savage mevrouw Templeton
zevenhonderdduizend pond na, vrij van successierechten, en de rest
was voor enige, bij name genoemde liefdadigheidsinstellingen.' Mr.
Spragge leunde achterover in zijn stoel. Hij genoot nu
zichtbaar.
'De jury deed de gebruikelijke milde uitspraak dat hij zelfmoord
had gepleegd terwijl hij verminderd toerekeningsvatbaar was, maar
ik geloof niet dat het daarom ook bewezen kan worden geacht dat hij
ontoerekeningsvatbaar moet zijn geweest toen hij het testament
maakte. Ik geloof dat er geen jury is die dat zo zou opvatten. Het
testament werd gemaakt in tegenwoordigheid van een notaris en die
is van mening dat de overledene zonder enige twijfel
toerekeningsvatbaar en bij zijn volle verstand was. We kunnen
geloof ik evenmin bewijzen dat hij onrechtmatig beinvloed is.
Meneer Savage heeft geen naaste familieleden onterfd -- zijn enige
bloedverwanten waren een paar verre neven die hij zelden zag. Ik
geloof dat ze in Australie wonen.' Mr. Spragge pauzeerde even.
'Meneer Carstairs beweerde dat een dergelijk testament helemaal
niet strookte met het karakter van meneer Savage. Meneer Savage had
helemaal geen voorliefde voor liefdadigheidsinstellingen en was
altijd van mening geweest dat een erfenis aan de bloedverwanten
toekwam. Meneer Carstairs had echter geen gedocumenteerd bewijs van
deze beweringen en, zoals ik hem onder het oog bracht, een mens kan
van mening veranderen. Bij een geschil over dit testament zouden we
te maken krijgen met zowel de liefdadigheidsinstellingen als
mevrouw Templeton. En bovendien was het testament officieel
erkend.'
'Er werd destijds geen drukte over gemaakt?' vroeg Frankie.
'Zoals ik al zei, meneer Savages bloedverwanten woonden niet
in ons land en ze wisten erg weinig van de zaak af. Het was meneer
Carstairs die de zaak ter hand nam. Hij keerde terug van een reis
door de binnenlanden van Afrika, hoorde geleidelijk de
bijzonderheden van deze zaak en kwam naar ons land om te zien of er
ook iets aan gedaan kon worden. Ik was genoodzaakt hem te vertellen
dat er volgens mijn mening niets aan gedaan kon worden. Hebben is
hebben, krijgen is de kunst, en mevrouw Templeton was de gelukkige.
Bovendien had ze het land verlaten en was, geloof ik, in
Zuid-Frankrijk gaan wonen. Ze weigerde over de zaak te
onderhandelen. Ik stelde Carstairs voor het advies van een andere
advocaat in te winnen, maar dat vond hij niet nodig, en hij was het
met me eens dat er niets aan gedaan kon worden
- of liever hij zei dat, al had er destijds iets aan kunnen worden
gedaan -- wat ik trouwens sterk betwijfelde -- het nu te laat was
om dat te doen.'
ik begrijp het,' zei Frankie. 'En niemand weet verder iets van die
mevrouw Templeton?'
Mr. Spragge schudde zijn hoofd en klemde zijn lippen op elkaar.
'Een man als meneer Savage, met zijn ervaring en mensenkennis, had
zich niet zo gemakkelijk moeten laten inpalmen - maar...' Mr.
Spragge schudde bedroefd zijn hoofd toen hij zich de talloze
clienten voor de geest riep die beter hadden moeten weten en die
hij hem gekomen waren om hun zaken in der minne te schikken.
Frankie stond op. 'Mannen zijn vreemde wezens,' zei ze. Ze stak
haar hand uit. 'Goedemiddag, mr. Spragge,' zei ze. 'U bent
fantastisch geweest - gewoonweg fantastisch. Ik schaam me werkelijk
diep.'
'Die Onbezonnen Jeugd moet voorzichtiger zijn,' zei mr. Spragge,
terwijl hij zijn hoofd tegen haar schudde.
'U bent een engel,' zei Frankie.
Ze drukte hem innig de hand en vertrok.
Mr. Spragge ging weer achter zijn bureau zitten. Hij dacht na. De
jonge hertog van...
Er waren maar twee hertogen die voor die beschrijving in
aanmerking kwamen. 'Welke was het?' Hij pakte een adelboek.