12. Zoete smart


Ik deed het raam open en stak mijn hoofd naar buiten.
'Wat doe jij hier?' riep ik.
'Hel was een feest van niks,' zei hij. ik wilde even bij jou langskomen. Ik zag je pianoleraar weggaan en ik stond door het raam naar je te kijken, zodat ik wist wanneer je naar je kamer ging.'
'Hoe ben je door het hek gekomen?' Ik wist dat niemand hem zou binnenlaten.
'Denk je dat zo'n stom hek me kan beletten bij jou te komen?'
'Je moet weg, Trevor. Straks ziet of hoort iemand je.'
'Nou en ? Heb je Romeo en Julia nooit gelezen? Net als Romeo ben ik bereid mijn leven op het spel te zetten. Ik ben hier gekomen om naar je balkon te klimmen.' Hij draaide zich om alsof hij werd gadegeslagen door een publiek, en riep uit: "Maar stil! Welk licht doorstraalt het gindse raam? Het is oosterlicht en Geleste is de zon.'
'Maar ik heb geen balkon,' zei ik lachend.
'Echt niet? Nou ja, dan moet het dak van die erker maar dienst doen.' Hij begon te klimmen en hees zich op aan het dak van het erkerraam.
'Trevor, hou op. Ga terug. Dit kun je niet maken.' waarschuwde ik hem, en draaide me om teneinde me ervan te overtuigen dat niemand het gehoord had, niemand mijn kamer binnenkwam.
Hij kwam overeind en stond nu met zijn gezicht enkele centimeters van het mijne verwijderd.
'Hoi,' zei hij.
idioot. Je brengt ons allebei in de grootste moeilijkheden. Ga weg voordat het te laat is.'
ik pieker er niet over om weg te gaan zonder een zoen.'
'Je bent gek.' 'Gek op jou.' Hij leunde op de vensterbank, sloot zijn ogen en tuitte zijn lippen.
'Als ik je een zoen geef, ga je dan weg?'
'Waarschijnlijk niet,' zei hij, 'maar je kunt het altijd proberen.'
Toen ik dichterbij kwam om hem te zoenen, rook ik whisky op zijn adem en trok snel mijn hoofd terug.
'Je hebt gedronken!'
'Net genoeg om me moed in te drinken.' Hij stak zijn duim en wijsvinger omhoog. 'Het kan weleens een beetje wild toegaan op Waverly's feestjes. De drank komt uit de kranen. Net een Romeinse orgie.'
'Waarom ben je dan weggegaan?'
'Het drong al heel gauw tot me door dat jij er niet was.'
'En niemand heeft geprobeerd mijn plaats in te nemen?'
'Velen hebben het geprobeerd, geen is erin geslaagd,' declameerde hij. Hij deed zijn ogen weer dicht en wankelde. Ik dacht dat hij van het smalle dak zou vallen en stak mijn hand naar hem uit.
'Trevor! Je maakt me doodzenuwachtig,' zei ik, en greep zijn arm stevig vast.
'Drink wat,' zei hij, 'om je moed te geven.' Hij stak zijn hand in zijn achterzak en haalde een kleine zilveren flacon tevoorschijn. Hij bood hem eerst mij aan, schroefde hem toen open en nam een slokje. 'Zo, nu kan ik alles en iedereen aan.' Hij maakte aanstalten om door mijn raam naar binnen te kruipen.
'Trevor!' riep ik hees fluisterend.
'Mijn zoen, alsjeblieft.' Hij was al halverwege binnen.
Snel gaf ik hem een zoen. Hij hield zijn ogen gesloten.
'Een beetje te haastig,' zei hij. 'Had geen tijd om het tot me te laten doordringen. Nog eens, alsjeblieft.'
'Mafkees,' zei ik, maar ik gaf hem weereen zoen en liet mijn lippen deze keer langer en steviger op zijn mond rusten.
Toen ik me weer terugtrok, deed hij zijn ogen open en keek me zo liefdevol en met zo'n duidelijk verlangen aan, dat ik voelde wat Ami gezegd had dat ik zou voelen: een verlies van zelfbeheersing, een gretigheid om door te gaan, een tinteling langs mijn rug die me alle voorzichtigheid deed vergeten.
ik zal zo stil zijn als een muis,' beloofde hij. en bleef dichterbij komen. Ik deed een stap achteruit en wachtte tot hij binnen was. Hij
was al binnen in mijn hart. Ik moest lachen om zijn capriolen en zijn charme.
'Je haalt ons de grootste moeilijkheden op onze hals,' herhaalde ik, maar minder overtuigend.
'Waarlijk grootse dingen, belangrijke dingen, zijn altijd vol risico, maar meestal de moeite waard.' Hij pakte mijn hand om me dichter naar zich toe te trekken.
Ik besefte hoe dun en fragiel de stof was tussen mijn naakte lichaam en hem, toen zijn handen van mijn middel omhooggleden en mijn borsten liefkoosden, terwijl we elkaar weer zoenden, deze keer langer en inniger.
'Weetje. Celeste.' zei hij. 'Ik zou nooit tegen iemand hebben beweerd dat ik geloofde in liefde op het eerste gezicht, tot ik jou die eerste keer het leslokaal zag binnenkomen. Het was of mijn hart had geslapen in mijn borst en had gesimuleerd dat het klopte, lot het plotseling begon te bonzen alsof iemand op de deur van mijn slaapkamer stond te trommelen om me wakker te maken.
'En toen je me aankeek, me aanstaarde met die ogen van je, was ik bereid je voeten te kussen.'
'Dat zeg je alleen maar omdat je dronken bent, Trevor Foley.'
'Ik hoef niet dronken te zijn om je te kunnen zeggen wat er in mijn hart leeft,' antwoordde hij, en zoende me weer.
Al Ami's woorden en waarschuwingen zwermden rond mijn hoofd, fladderden met hun vleugels als hysterische vlinders, en probeerden wanhopig contact te krijgen met mijn kolkende brein, maar ik weigerde er aandacht aan te schenken. Ik hield hem niet tegen toen hij me achteruit duwde naar mijn bed. en ook niet toen hij me in mijn hals zoende en met zijn hand mijn nachthemd van mijn schouder schoof.
Ik zal op het bed en liet toe dat hij het nachthemd omlaagtrok lol mijn borsten bloot waren. Hij liet zich op zijn knieën vallen en staarde me even alleen maar aan. Ik bewoog me niet. De opwinding die binnen in me bijna leek te exploderen, maakte dat ik me steeds hulpelozer begon te voelen. Hij drukte zijn lippen op mijn borsten, mijn tepels, zoenend en likkend, en toen liet hij me langzaam achterover vallen, tot ik bleef liggen en hem vol verbazing in de ogen keek. Het leek zoveel op een van mijn dromen, dat ik even dacht dat hij, als ik met mijn ogen zou knipperen, verdwenen zou zijn. Het raam zou dicht zijn en alles wat er gebeurd was zou blijken een fantasie te zijn.
Het geluid van zijn riem die werd losgegespt bracht me terug in de werkelijkheid.
'Trevor,' fluisterde ik. Het klonk meer smekend om te stoppen dan uitnodigend.
Maar hij vatte het op als het laatste. Glimlachend strekte hij zich naast me uit, zoende me, omarmde me en liefkoosde me, terwijl hij mijn nachthemd uittrok. Hoe was het mogelijk dat Ami's woorden en waarschuwingen zo weinig effect hadden? Waarom sloeg ik er geen acht op? Kwam het omdat ik haar hypocriet vond sinds ze me haar diepste geheimen had ontsluierd? Of gebruikte ik dat om mijn eigen promiscue gedrag te verdedigen?
Terwijl Trevor me bleef zoenen en betasten rond die erogene zones die Ami had beschreven, bleef ik denken en met mezelf argumenteren. Het was alsof ik uit mijn lichaam was getreden en zittend op het bed dit alles gadesloeg. Misschien had ik mijn dierbare Noble vervangen.
Probeer je de verloren tijd in te halen, je gemiste romantische belevenissen ? Zit het je zo dwars dat Ami je als totaal onschuldig beschouwde? Vind je het daarom nodig je zo snel en volledig aan een jongen te geven? Wat probeer je te bewijzen. Celeste Atwell? Geloof je heus dat één ervaring als deze je net zo wereldwijs zal maken als al die andere meisjes op je dure school ?
Ik moest bijna hardop lachen toen ik mezelf hoorde denken. Zul je morgenochtend respect hebben voor jezelf?
'We moeten dit niet zo overhaast doen.' zei ik zwakjes, toen Trevor zijn lichaam verplaatste en tussen mijn benen schoof.
'Het zal niet overhaast gaan," fluisterde hij, met zijn lippen op mijn oor. Ook dat deed een tinteling door me heen gaan.
Elke plek waar hij me aanraakte en zoende, of zelfs maar op ademde, leek op te lichten, alsof mijn lichaam gevuld was met duizenden kleine kaarsjes en hij de macht had ze te doen ontvlammen. Ik gloeide, zo helder verlicht als een ster of als het maanlicht dat me naar mijn raam had gelokt en me zo snel had gehypnotiseerd.
Ik hoorde hem iets uitpakken en wilde rechtop gaan zitten.
'Nee.' zei hij. 'Bederf het moment niet.'
'Trevor.' zei ik met trillende stem.
Hij lag weer boven op me.
'Ik hou echt van je, Celeste.' zei hij, en kwam bij me binnen.
Ja, ik was nauw, en in het begin dreigde het heel pijnlijk te worden. maar dankzij de bereidheid van mijn lichaam hem te accepteren, kon ik de pijn verdragen, overwinnen. Ook het gekreun en zelfs gesnik leken van buiten mijn lichaam te komen. Ik zat erbij en sloeg alles met een bijna wetenschappelijke afstandelijkheid gade.
Wat gaal er nu gebeuren ? Hoe zal ik reageren ?
Al was het niet mijn grootste zorg, toch dacht ik eraan dat ik Ami teleurstelde, haar in de steek liet en al haar adviezen en waarschuwingen in de wind sloeg. Was ik ondankbaar? Per slot was dit haar huis. Ik droeg de kleren die zij voor me had gekocht. Zij had ine naar de particuliere school gestuurd, waar ik Trevor had leren kennen, en als dank lag ik hier in een intieme omhelzing met hem, recht tegenover haar kamer.
Ik deed mijn ogen open en keek naar Trevor. Hij leek in zijn eigen wereld te verkeren. Hij zoende me niet meer en fluisterde niet meer dat hij van me hield: hij hield zijn ogen gesloten en zijn hoofd achterover terwijl hij zijn lichaam bewoog om hem zoveel mogelijk genot te verschaffen. Hij gaf een korte kreet en kreunde toen hij in me klaarkwam. Toen liet hij zijn hoofd op mijn schouder vallen, spartelde even als een vis die uit het water wordt gehaald. Langzamerhand ontspande hij zich en lag stil, tol ons beider ademhaling weer regelmatiger werd.
Hij opende zijn ogen en keek me aan. De uitdrukking op mijn gezicht en de wijd open ogen waarmee ik hem aanstaarde deden hem glimlachen.
'Hallo.' zei hij. 'Wat leuk je hier te ontmoeten.'
Ik kon er niet om lachen. Het was allemaal zo gauw gegaan, en ik was zo verward en bezorgd over mijn gevoelens, dat ik niet zeker wist of het wel echt gebeurd was. Was dat alles?
'Gaat het goed?' vroeg hij.
'Je moetje aankleden en weggaan,' zei ik.
'Maar ik ben er net,' antwoordde hij lachend. Hij draaide zich om en ging weer naast me liggen. 'Lekker bed.' Hij wipte op en neer. 'Alsof je op een reusachtige marshmallow slaapt.'
'Je moet gaan, Trevor.' drong ik aan. 'Soms komt Ami langs voor ze naar bed gaat.'
'Noem me geen Trevor. Ik heet Romeo.' Hij ging op één elleboog liggen.
Met zijn linkerwijsvinger trok hij een spoor omlaag over het midden van mijn boezem en toen onder mijn borsten, alsof hij elke vorm van mijn lichaam in zijn geheugen wilde prenten.
'Je bent net zo mooi als ik had gedacht.' zei hij. 'Maar het verbaasde me een beetje om te ontdekken datje dit nog nooit met iemand anders gedaan hebt.'
'Nou, laat dat maar,' snauwde ik en duwde zijn hand weg van mijn borsten.
'Wind je niet zo op. Het is geen kritiek.'
'Zo klonk het anders wel,' zei ik. 'Alsof ik emotioneel gehandicapt ben of zoiets, omdat ik nog nooit meteen jongen naar bed ben geweest.'
Hij haalde zijn schouders op.
'Voor iedereen moet er een eerste keer zijn, en ik ben blij dat ik die eerste ben. Ze zeggen datje elke keer datje met een ander vrijt, hem altijd met mij zult vergelijken."
Ik ging rechtop zitten en pakte mijn nachthemd. Zou dat waar zijn? Hij moest niet zo zelfverzekerd zijn, dacht ik. Deze omstandigheden maakten het heel waarschijnlijk dat het de volgende keer beter zou zijn, met hem of met een ander.
'Ik ben niet van plan naar een seksuele supermarkt te gaan. Trevor,' zei ik, geërgerd over zijn arrogantie en het feit dat hij nog steeds onder invloed was van de alcohol die hij had gedronken.
'Een seksuele supermarkt? Da's een goeie. Hé, kom nou, maak je niet zo van streek. Ik geef echt heel veel om je, Celeste.'
Hij keek naar me terwijl ik mijn nachthemd aantrok.
'Dat is een mooi sexy nachthemd,' zei hij. 'Ziet eruit als een van die Frederick- of Hollywoodgevalletjes.' Hij stak zijn hand weer naar me uit, maar ik ontweek hem.
'Trevor, je moet je nu echt aankleden en weggaan,' zei ik dringend, bijna smekend.
'Oké, oké.' Hij ging rechtop zitten, wreef met zijn handen over zijn gezicht en keek een ogenblik om zich heen voor hij zijn kleren pakte. Toen ging hij naar de badkamer. Ik hoorde de wc doorspoelen en toen kwam hij weer de kamer in. nog steeds niet volledig gekleed.
ik ga al. ik ga al,' zei hij en kleedde zich verder aan. Hij ging heel langzaam te werk. De drank, plus alles wat hij gedaan had, begon eindelijk zichtbaar te worden in zijn hangende oogleden.
Ik hoorde iemand op de trap, hoorde stemmen.
'Trevor, schiet op!' riep ik.
ik ga. ik ga.' zei hij, terwijl hij zijn schoenen aantrok. 'Weetje, misschien is dit een vondst. Als je nichtje blijft opsluiten, kom ik gewoon 's avonds langs. We spreken een signaal af of zo. Je weet wel, zoiets als een kaars voor je raam. In plaats van te roepen: "De Engelsen komen. De Engelsen komen," roep jij: "Trevor komt. Trevor komt."'
Ondanks mijn nervositeit moest ik lachen.
'Je bent onverbeterlijk.' zei ik.
'Wauw. Onverbeterlijk. Dat hebben ze niet meer tegen me gezegd sinds de kleuterschool.'
Hij stond op.
'Oké,' zei hij. 'Goedenacht, goedenacht, afscheid is zo'n zoele smart...'
'Ga nu maar, Trevor,' zei ik, en duwde hem naar het raam.
'Nog één zoen," drong hij aan, terwijl hij zich naar me omdraaide. 'Ik moet het bezegelen met een kus en met me meenemen naar mijn droom fabriek.'
'Geef me dan een zoen en ga,' zei ik.
Hij lachte en bracht heel langzaam zijn lippen naar mijn mond. Zijn handen gleden aan beide kanten langs mijn zij en over mijn borsten. Ik deed een stap naar achteren.
'Je maakt het onmogelijk.' zei ik.
'De volgende keer zal het beter zijn,' zei hij. ik beloof het je.'
'Als je niet heel gauw maakt dat je wegkomt, zal er nooit een tweede keer komen,' waarschuwde ik hem.
'Zeg nooit nooit,' schertste hij, raakte het puntje van mijn neus aan en begon uit het raam te klimmen.
Hij had net zijn rechtervoet op het smalle dak van het erkerraam gezet, toen de deur van mijn slaapkamer openvloog. Ik draaide me om en zag Ami staan met mevrouw Cukor naast haar. Bij het horen van Ami's schrille kreet draaide Trevor zich onhandig om. en zijn linkervoet bleef haken aan de vensterbank. Hij viel naar voren, probeerde zijn val met uitstrekte handen te breken, maar miste de rand van het dak en tuimelde eroverheen.
Ik gilde hem na.
'Trevor!'
'Ga Wade halen en zeg dat hij huiten poolshoogte moet gaan nemen,' zei Ami tegen mevrouw Cukor. die even naar mij keek en toen haastig wegliep.
Ami stormde naar binnen om uit het raam te kijken. Ze duwde me weg en stak haar hoofd naar buiten. Ik boog me voorover om over haar schouder te kijken. Ik zag Trevor niet. Ik had gehoopt hem te zien wegrennen, maar hij was nergens te bekennen.
'Hij is eraf gevallen!' kermde ik.
'Wat heb je gedaan?' vroeg Ami met opengesperde ogen. 'Hoe lang is hij hier geweest?'
Ik beet op mijn onderlip. Ik wist niet wat ik moest zeggen. Ze keek als een uitzinnige om zich heen en liet toen haar blik rusten op mijn bed. Langzaam liep ze erheen en trok het dekbed weg. Het laken vertoonde een grote bloedvlek.
'O, mijn god,' zei ze en draaide zich langzaam naar me om. 'Je bent verkracht!'
'Wat bedoel je?' Hoofdschuddend keek ik op. 'Nee.'
'Dat is precies wat het is. Hij is zonder toestemming dit huis binnengekomen. Als een inbreker is hij in je kamer geklommen, en wat hij gestolen heeft is je onschuld, je maagdelijkheid. Hij is niets meer dan een ordinaire dief.'
We hoorden opschudding beneden en keken allebei uil het raam. Ik zag Wade. mevrouw Cukor en nu ook mevrouw McAlister, maar nog steeds geen Trevor.
'Wat is er?' riep Ami naar de anderen.
Wade ging wat verderop staan zodat hij omhoog kon kijken.
'Hij heeft iets gebroken. Misschien zijn schouder,' zei hij. 'We zullen een ambulance moeten bellen. Ik weel niet hoe ik iemand met een gebroken bot moet verplaatsen. Ik wil het niet erger maken dan het al is.'
'Je moet de politie bellen,' zei Ami. 'Geen ambulance.'
'Nee!'gilde ik.
'Ik bel een ambulance, Ami. Hou het een beetje rustig daarboven.'
'Een beetje rustig,' mompelde ze en keek toen naar mij. 'Hoe heb je dit kunnen laten gebeuren, Celeste, en zo gauw nadat ik hem hier met je betrapt heb? Ik heb alles gedaan wat ik kon om dit te voorkomen. Ik vertrouwde je.'
'Het spijt me.' zei ik.
Ze dacht even na.
'Weet je of hij een voorbehoedsmiddel heeft gebruikt? Nou?' schreeuwde ze toen ik niet onmiddellijk antwoord gaf. 'Weetje het of weet je het niet?'
'Ik geloof van wel.'
'Je gelóóft het?'
'Ik weet het zeker, bedoel ik. Ik ben alleen zo in de war. Alsjeblieft.'
'O. lieve help. En ik wilde juist maandag naar mijn dokter om de pil voor je te halen. We zullen je moeten laten onderzoeken.'
'Het is in orde, Ami. Ik maak me op het ogenblik bezorgder over Trevor dan over mijzelf.'
'Je moet je over hem niet bezorgd maken. Hij hoort zich over zichzelf bezorgd te maken. Wanneer ben je voor het laatst ongesteld geweest?' vroeg ze met samengeknepen ogen.
'Het was ongeveer een maand geleden over. Ik kan het elke dag worden.'
'Goed. Ik wil datje het me vertelt zodra je weer ongesteld wordt. Begrijp je, Celeste? Zodra het begint. 'Ze liep naar de deur van mijn kamer.
'Maar ik heb je gezegd dat hij een voorbehoedsmiddel heeft gebruikt.'
'Dat is niet altijd honderd procent veilig. Er blijft altijd een klein risico. En dat wil je toch niet, neem ik aan.'
Bij de deur draaide ze zich om. 'Haal dat laken van het bed. Ik zal mevrouw Cukor naar je kamer sturen met een schoon. Ga een warm bad nemen,' beval ze. 'Goddank dat mevrouw Cukor me kwam vertellen wat er aan de hand was. Anders was dit misschien doorgegaan. Ik weet wat mannen doen als ze zich een weg naar je hart knagen. Ze lopen eroverheen tot ze het versleten hebben. Ga je wassen.' beval ze. en ging weg.
Mevrouw Cukor? dacht ik. Als ze had gezien dat Trevor op het dak klom naar mijn kamer, waarom had ze dan zo lang gewacht lot ze het Ami vertelde? Waarom was Ami niet eerder gekomen? Het leek wel of mevrouw Cukor wilde dat er eerst verschrikkelijke dingen zouden gebeuren of - nog angstaanjagender - dat ze die had voorzien.
Ik keek weer uit het raam. Ik wilde naar hem toe, maar toen bedacht ik dat ik het dan misschien nog erger zou maken voor hem. Wie weet wat hij zou zeggen, zou verraden? Versuft begon ik het bed af te halen.
Een minuut of twintig later hoorde ik de ambulance naar het hek rijden, en ik holde terug naar het raam en zag de ziekenwagen over de oprijlaan rijden en parkeren. De paramedici sprongen naar buiten en laadden een stretcher uit. Wade hoorde hen ook en rende naar hen toe. Haastig liepen ze naar de erkerramen. Ik kon Trevor nog steeds niet zien. Eindelijk tilden ze hem op de stretcher en droegen hem weg. Ik zag hoe hij zijn rechterarm vasthield, maar het was inmiddels te donker geworden om verder veel te kunnen zien. Ik zag hoe hij in de ambulance werd gedragen. Wade en mevrouw McAlister keken toe. De paramedici wisselden een paar woorden met hem, en toen stapten ze in en reden weg.
Ik plofte neer op mijn bureaustoel en staarde naar de grond.
Ami kwam mijn kamer binnengestormd.
'Waarom zit je nog niet in bad? Je hebt zelfs de kraan nog niet opengedraaid!' riep ze uit. de badkamer inspecterend. Ze liep naar binnen en liet het bad vollopen.
Mevrouw Cukor volgde haar op de hielen met een schoon laken. Ze begon mijn bed op te maken en vermeed het me aan te kijken terwijl ze aan het werk was.
'Kom hier,' beval Ami, 'en stap in het bad. Je bent een smeerpijp.'
Ik voelde me zo hulpeloos en radeloos, dat ik deed wat ze zei. Ik beklaagde me over het water en deed er wat koud water bij, terwijl zij in de deuropening stond te kijken naar mij en naar mevrouw Cukor. Eindelijk ging mevrouw Cukor weg, en Ami kwam binnen.
'Hoe kón je hem zo bij je laten binnensluipen?' vroeg ze. Haar stem klonk nu meer nieuwsgierig dan kwaad. 'Dacht je niet dat er zoiets zou kunnen gebeuren? Ben je werkelijk zo naïef, zelfs na alles wat ik je verteld heb? Ik dacht datje slim was, een goede leerling. Hoe kon je dat doen met de eerste de beste jongen die je leerde kennen?'
Ik gaf geen antwoord. Ik zat naar mijn benen te staren. Ik had nog steeds het gevoel dat ik me buiten mijn lichaam bevond, dat dit iemand anders overkwam. Wanneer zou ik uit die droom wakker worden?
ik weet niet of we dit geheim kunnen houden,' zei ze. Al ijsberend dacht ze na. "Hij is naar het ziekenhuis gebracht. Er zullen honderden vragen worden gesteld. Een paar valse roddelaarsters, jaloerse krengen, zullen waarschijnlijk zeggen dat ik een slechte invloed op je had of zoiets stoms. Ze willen niets liever dan iemand die uitblinkt moeilijkheden berokkenen. Je weet wel wat ik bedoel. Het zal je in het weeshuis ongetwijfeld vaak genoeg zijn overkomen... jaloerse meiden die van alles over je verzinnen. Afschuwelijk. Wat moeten we doen, wat moeten we doen,' mompelde ze, nog steeds heen en weer lopend.
Plotseling bleef ze staan en keek me aan. Haar ogen fonkelden toen er een idee bij haar opkwam dat haar opwond.
'Wat is er?' vroeg ik.
'Niemand hoeft te weten dat hij werkelijk in je kamer is geweest. Hij kan zijn gevallen toen hij het probeerde. dat is het. Dat is het verhaal dat ik zal rondvertellen en waarmee jij op de proppen zult komen als de andere leerlingen op school je ernaar vragen, wat ze ongetwijfeld zullen doen. Ik zal het ook aan Wade vertellen. Hij weet nog niet precies wat er gebeurd is. Trevor lag alleen maar te kreunen en te steunen.'
Ze wees naar me met haar rechterwijsvinger.
'En ik zou maar niets anders vertellen als ik jou was,' waarschuwde ze. 'Als je dat doet, zal je enige verdediging zijn dat hij je verkracht heeft, net zoals ik zei.'
'Dat zou ik nooit doen.'
ik heb geen idee wat Wade zou doen als hij de waarheid wist.' ging ze verder, zonder naar me te luisteren. 'Waarschijnlijk zou hij willen dat ik je linea recta terugstuurde naar het weeshuis, zelfs al zouden we Trevor beschuldigen van inbraak en verkrachting. Wade is niet in staat huiselijke problemen op te lossen, alleen zakelijke problemen.'
Ik keek haar met een sceptische blik aan. Mijn indruk was dat Wade huiselijke problemen veel beter kon oplossen dan zij, en hij hoorde de waarheid te weten.
'Hij kan heel goed komedie spelen,' zei ze toen ze mijn twijfel zag. 'Je moet niet vergeten hoe zijn jeugd is geweest, hoe Basil hem behandelde en nog steeds behandelt. In veel opzichten is Wade onvolwassen. Zo is het, onvolwassen. Sociaal onvolwassen. Je kunt me op mijn woord geloven. Hij zou het je misschien niet laten merken, maar als hij dit zou horen, zou hij in paniek raken, zich ongerust maken over het effect dat het zou hebben op zijn dierbare loodgieterszaak. En ik zou het achter gesloten deuren te horen krijgen. Kun je eindelijk eens naar me luisteren en doen wat ik zeg?' Ze schreeuwde bijna.
Ik knikte en wendde mijn blik af.
'Goed. Zodra je hier klaar bent, ga je slapen en laat de rest aan mij over. Morgen zullen we hier rustig, als zussen, over praten.'
Ze liep naar het bad en legde haar hand op mijn hoofd, streek er zachtjes over. Verbaasd keek ik op en zag dat ze glimlachte.
ik verwijt het je niet zo erg als je denkt, Celeste. Ik weet hoe overtuigend en slim mannen zijn. Ik heb van begin af aan geweten dat jij een prooi zou zijn. Je bent zo mooi. Waarschijnlijk had ik tralies voor je ramen moeten laten maken. Jammer dat er geen kuisheidsgordels meer bestaan. Gedeeltelijk heeft de sociale vooruitgang vrouwen alleen maar kwetsbaarder gemaakt en heeft het in hun nadeel gewerkt.'
Toen ik haar aankeek, zag ik dat ze het heel serieus meende.
'Probeer wat te rusten,' ging ze verder. Ze bukte zich en gaf me een zoen boven op mijn hoofd voor ze wegging. 'Morgenochtend, na het ontbijt, zullen we een openhartig zusterlijk gesprek samen hebben.'
Probeer wat te rusten? Wat een onmogelijk verzoek, dacht ik. Ik stapte uit het bad, droogde me af. trok een ander nachthemd aan en kroop weer in bed. De nieuwe lakens roken naar stijfsel, maar ik ontdekte ook een vage geur van iets anders. Ik snoof en schrok terug-
Al weer knoflook! Wat had ze gedaan? Het laken ermee gevuld voordat ze het hier bracht? Hoe kon ik slapen met die stank in mijn neus? Toch kon ik moeilijk mijn beklag doen.
Er werd op mijn deur geklopt. Ami zou niet eerst kloppen, dacht ik. Ik wist zeker dat het Wade was, of misschien mevrouw McAlister met een kop kruidenthee.
'Binnen,' riep ik, en Wade deed de deur open.
' Hoe gaat het ermee?'
'Oké; zei ik. Hoe kon ik iets zeggen over het laken zonder te verraden wat hier werkelijk gebeurd was?
'Pubers. Het is een vorm van waanzin,' zei hij hoofdschuddend. 'Ik heb Chris Foley moeten bellen om hem mee te delen wat er met zijn zoon gebeurd is. De ironie van alles is dat hij me waarschijnlijk voor het gerecht zal dagen. Heb je Trevor zien vallen?'
'Ja,' bekende ik. Zou hij nog meer vragen en me dwingen hem het hele verhaal te vertellen?
'Hij boft dat hij niet meer letsel heeft opgelopen. Ik heb dit bij hem gevonden.' Hij hief de zilveren flacon met whisky op. 'Het leek me beter dat ik die zou vinden. Maar ik zal het zijn vader moeten vertellen.' voegde hij eraan toe. 'Misschien zal dat hem ervan weerhouden een of andere stomme juridische actie te ondernemen.'
'Het spijt me zo. Ik heb hem niet gezegd dat hij hiernaartoe moest komen.' zei ik. wat de waarheid was.
'Ach. we komen er wel overheen. Ami bedaart wel. Ik maak het in orde met de Foleys. Maak je geen zorgen. Een dezer dagen zullen we er allemaal om lachen.'
Net zoals ik gedacht had. reageerde hij er veel beter op dan Ami.
'Het spijt me.' zei ik weer.
'Probeer wat te slapen. Je zult al je kracht nodig hebben voor watje te wachten staal. Je zult ongetwijfeld het middelpunt van de aandacht zijn morgen en vooral de dag daarop, als je teruggaat naar school. Nieuws doet snel de ronde hier, vooral dit soort nieuws.'
Ik knikje. Hij aarzelde, leek niet op zijn gemak, alsof hij nog iets meer wilde zeggen.
'Goed... welterusten,' was alles wal hij er nog aan toevoegde. Toen draaide hij zich om en ging weg. deed de deur zachtjes achter zich dicht. Ik liet mijn hoofd op het kussen vallen. Een paar ogenblikken later kon ik Ami en Wade zachtjes horen praten in de gang. Zij jammerde en snikte, en hij troostte haar. Daarna hoorde ik hun deur dichtgaan en werd alles weer rustig.
Ik voelde me ellendig omdat ik hun zoveel problemen had bezorgd - en zo gauw na mijn komst. Ik stond op het punt om weer te gaan huilen, maar dat gaf me algauw een melancholiek en eenzaam gevoel. Herinneringen kwamen boven alsof ze uit hun winterslaap werden gewekt.
Lang geleden zaten Noble en ik bij het voorraam in de zitkamer en keken naar een maanverlichte avond die niet veel verschilde van deze. Hij had me net een mooi verhaal voorgelezen over een rups die verliefd werd op een vlinder en haar beloofde dat ze, zodra hij in een vlinder veranderde, samen zouden wegvliegen. De vlinder bleef bij hem en wachtte en wachtte. De kracht van zijn liefde voor haar verhaastte zijn metamorfose, en aan het eind van het verhaal had hij prachtige nieuwe vleugels en vlogen ze samen weg, meegevoerd door een warme bries.
'Waar gingen ze naartoe?' wilde ik weten.
'Naar een plaats waar ze altijd samen zouden zijn en altijd mooi zouden blijven.'
Waar was die plaats? vroeg ik me af.
Keek hij er nu naar als hij zo intens uit ons raam staarde naar het donkere bos aan de overkant? Wachtte daar een mooie vlinder op hem en zou dat betekenen dat hij me voor eeuwig zou verlaten?
Hij zag mijn bezorgde gezicht en glimlachte.
'Wat is er?' vroeg hij.
'Jij gaat ook weg,' zei ik. Het was vlak voordat het allemaal gebeurde, en hij ging inderdaad weg.
'Nee, dat doe ik niet.'
'Jawel,' hield ik vol. 'Dat doe je wél.'
Zijn glimlach verdween. Hij schonk altijd aandacht aan alles wal ik zei. Dat herinner ik me nog. Hij gaf me het gevoel dat ik belangrijk was. Moeder ook. Nu ik erover nadacht, besefte ik dat ik niet echt wist waarom ik sommige dingen zei. Zij schenen dat beter te weten dan ik. Vreemd!
De dag waarop hij wegging dacht ik aan het verhaal over de vlinder.
In zijn hart had hij altijd geweten dat hij weg zou gaan, dacht ik. Hij had tegen me gelogen.
Misschien was ik daarom zo kwaad.
Het was het zoveelste verraad in een lange reeks die ik de rest van mijn leven achter me aan zou slepen.
Het enige wat ik wilde in de dagen die volgden was te veranderen in een vlinder, mijn vleugels uit te slaan en weg te vliegen naar de plaats waar Noble was, naar die magische plaats.
Ik zal mijn hele leven ernaar blijven zoeken, dacht ik toen ik mijn ogen sloot.
Een paar minuten later sliep ik en droomde van appelbloesems die langzaam omhoogrezen om terug te keren naar hun takken, tot ik me realiseerde dat het witte en rode vlinders waren, die door iets in beweging werden gebracht.
Wat was het? Wat bracht ze in beweging?
Ergens buiten, vlak voor de deur, wachtte het antwoord, zoals mevrouw Cukor wachtte in de schaduwen van dit vreemde mooie huis met muren die mysteries verborgen die maar beter onberoerd konden blijven - maar mysteries die mij wél zouden beroeren.
Dat wist ik zo zeker als ik mijn eigen naam kende.
Ik kon bijna voelen hoe ze rond mijn bed dwarrelden, steeds dichterbij kwamen tot...
Met een gil werd ik wakker, een wanhopige kreet om Noble.
Altijd weer Noble.