104
Copyright © Noordhoff Uitgevers bv 2005
Leraar met hart en ziel 24-03-2005 11:59 Pagina 105
Twee en een halve eeuw geleden liep William Blake al op deze holografische logica vooruit, toen hij in een beeld uit de Auguries of Innocence suggereerde dat we
‘een wereld in een korrel zand kunnen zien’.5 Elke academische discipline heeft zulke ‘zandkorrels’ waarin je haar wereld kunt zien. Dus waarom storten we wa-gonladingen zand uit over onze leerlingen en benemen we hen het zicht op het geheel, in plaats van er één korrel uit te halen waardoor ze zelf kunnen leren zien?
Waarom blijven wij proberen het hele vakgebied te behandelen als we zeker zoveel recht kunnen doen aan de leerstof door minder stof op een dieper niveau te behandelen?
Elk vakgebied heeft een innerlijke logica die zo diepzinnig is dat elk essentieel deel ervan de informatie bezit die nodig is om het geheel te reconstrueren – als het tenminste belicht wordt met een laserstraal, een bundel licht met een hoge orga-nisatiegraad. Die laserstraal is het lesgeven.
Dit idee lijkt moeilijk in praktijk te brengen, maar het wordt iedere dag toegepast in onderwijsvormen die hun waarde in de loop van de tijd hebben bewezen.
Neem een laboratorium van natuurwetenschappen als voorbeeld. Hier turen dertig botanicastudenten door dertig microscopen naar delen van de stengel van dezelfde plant. Alleen en samen, met aanwijzingen van een docent, onderzoeken zij deze zandkorrel, en zo leren ze de logica van het vakgebied, zijn regels voor waarneming en interpretatie, en tevens een aantal belangrijke feiten. Wat zij ontdekken door deze microkosmos te onderzoeken – en dan nog een, en nog een, en nog een
– kan uiteindelijk worden omgezet in kennis over het hele vakgebied. Door zich in de details te verdiepen, ontwikkelen deze studenten inzicht in het geheel.
Welk van de belangrijke onderwerpen wij ook bestuderen, het is altijd op een bepaalde manier equivalent aan het stukje stengel onder de microscoop. In iedere grote roman is er wel een passage te vinden die, wanneer die echt begrepen wordt, laat zien hoe de auteur zijn personages neerzet, spanning opbouwt en dramatische ontwikkelingen in gang zet. Met dat inzicht kan de leerling de rest van de roman lezen en beter begrijpen. In iedere periode van de geschiedenis is er wel een gebeurtenis die, wanneer die echt begrepen wordt, niet alleen laat zien hoe historici hun werk doen, maar ook de belangrijkste ontwikkelingen in die periode duidelijk maakt. In het werk van iedere filosoof is er een centraal idee dat, wanneer het werkelijk begrepen wordt, de grondslagen van zijn of haar denksysteem, of het gebrek daaraan, onthult.
Door op deze manier les te geven, onttrekken we ons niet aan onze ethiek om volledig te moeten zijn – we honoreren die juist. Door les te geven vanuit de microkosmos, nemen we onze verantwoordelijkheid tegenover het onderwerp en onze leerlingen door die leerlingen geen hapklare feitenbrokken te voeren maar door hen te leren begrijpen waar de informatie vandaan komt en wat de betekenis ervan is. We doen niet alleen recht aan het vakgebied maar ook aan de leerlingen, door hen te leren denken als historici, biologen of literaire critici in plaats van ze de conclusies te laten nazeggen die anderen hebben getrokken.
Ik wil twee voorbeelden uit de praktijk geven, uit vakgebieden die bol staan van feiten, om te laten zien hoe je kunt lesgeven vanuit de microkosmos. In de volgende paragraaf vertel ik uitgebreid over veranderingen in het medische onderwijs. In de daarop volgende paragraaf vertel ik in het kort over mijn eigen cursus in de methoden van maatschappelijk onderzoek. Ik hoop met deze verhalen aan te tonen dat lesgeven vanuit de microkosmos niet alleen werkt in de praktijk maar ook dat het meer effect heeft dan onze pogingen om het hele vakgebied te behan-105
Copyright © Noordhoff Uitgevers bv 2005
Leraar met hart en ziel 24-03-2005 11:59 Pagina 106
delen, pogingen die weliswaar goed bedoeld zijn maar ons op een dwaalspoor brengen.
De microkosmos aan de medische faculteit
Op een grote universiteit waar ik had gesproken over de leergemeenschap, werd ik uitgenodigd voor de lunch door de decaan van de medische faculteit, die zei dat hij een verhaal had dat ik wel interessant zou vinden.
Een aantal jaren daarvoor hadden hij en een paar collega’s zich zorgen gemaakt over het soort artsen dat hun studenten zouden worden. Het mededogen voor de medemens dat veel van deze studenten ertoe had gebracht om medicijnen te gaan studeren was grotendeels verdwenen tegen het einde van hun studie. Toen ze aan hun studie begonnen, gaven ze veel om mensen, maar vier jaar later hadden ze de neiging hun patiënten te behandelen als voorwerpen die moesten worden gerepareerd en als een reparatie niet mogelijk was, worden genegeerd.
De decaan en zijn collega’s waren tevens bezorgd over het feit dat te weinig afgestudeerden hadden geleerd hoe ze moesten leren. Ze beheersten de theorie en de praktische kennis van het traditionele curriculum, maar daarin zat niets wat hun kon leren hoe zij zich op de hoogte moesten houden van de snelle kennisont-wikkelingen waardoor de medische wetenschap er over een tijdje heel anders uit zal zien..
Daarom begonnen de decaan en dat groepje collega’s een alternatieve aanpak te propageren. Om de betekenis daarvan duidelijk te maken, schetste de decaan mij dit beeld van het traditionele geneeskundeonderwijs: Gedurende de eerste twee jaar van hun opleiding zitten de studenten in de collegezaal terwijl een docent met een aanwijsstok op het podium de beenderen van een skelet dat aan een rek hangt aanwijst. De studenten moeten al die informatie onthouden, reproduceren bij een toets en gebruiken bij het practicum.
Dan ontmoeten ze aan het begin van hun derde jaar hun eerste levende patiënt –
en wij zijn verbaasd als ze die behandelen als een skelet dat aan een rek hangt! Om nog maar te zwijgen over het feit dat de student in dit soort reproductief onderwijs nooit ervaart wat het is om dingen zelf uit te zoeken.
Maar het objectiveren van de patiënt en dom houden van de student waren niet de enige problemen die de decaan en zijn collega’s zorgen baarden. Ze waren ook bezorgd over een academische cultuur die studenten motiveerde om te studeren, niet om te leren hun patiënten te behandelen, maar om elkaar in een concurren-tiestrijd de loef af te steken – met soms droevige gevolgen.
Zo af en toe legden hoogleraren tijdschriften in de bibliotheek met de opdracht om een bepaald artikel te lezen. Maar tegen de tijd dat de vierde of vijfde student het wilde lezen had iemand het artikel al uitgeknipt om de concurrentie voor te blijven. Ook dat was een teken dat het mededogen voor de patiënt verdwenen was omdat de informatie in dat artikel een arts misschien had kunnen helpen bij een behandeling. Het was duidelijk dat de studenten niet geleerd werd hoe ze op een gemotiveerde manier konden studeren, ze studeerden alleen om hun medestudenten voor te blijven.
Daarom stelden de decaan en zijn medestanders een nieuwe benadering voor, 106
Copyright © Noordhoff Uitgevers bv 2005
Leraar met hart en ziel 24-03-2005 11:59 Pagina 107
die oorspronkelijk ontwikkeld was aan de McMaster University in Hamilton, Ca-nada. Het voornaamste kenmerk van die opzet is dat studenten zich vanaf de eerste dag van hun opleiding in kleine groepjes verzamelen rond een echte patiënt met een echt probleem, en gevraagd worden een diagnose te stellen en een behandeling voor te schrijven.
De decaan verzekerde mij er haastig van dat er altijd een begeleider aanwezig is, een lesgevende arts die ervoor zorgt dat deze groep leken de patiënt niet te-kortdoet. Maar het is niet zijn taak om de studenten te vertellen wat de diagnose is of de behandeling moet zijn. De begeleider geeft leiding aan het gezamenlijke onderzoek van de studenten naar het belangrijk onderwerp – de patiënt en het probleem van ziekte en gezondheid – dat in het centrum van hun aandacht ge-plaatst is.
De decaan legde uit:
Aan de ene kant weten de studenten in die kring rond de patiënt niet veel. Sommigen van hen hebben helemaal geen medische achtergrond, omdat we tegenwoordig studenten met verschillende vooropleidingen tot de medische faculteit toelaten. Maar zelfs als ze wel enige medische kennis hebben dan hebben ze nog geen echte klini-sche opleiding gehad.
Aan de andere kant weten de studenten echter heel veel. Elk van hen weet iets omdat ze allemaal wel eens ziek zijn geweest en mensen kennen die ziek zijn. Daarmee zijn ze ervaringsdeskundigen op het gebied van ziekte en gezondheid.
Als groep weten ze zelfs nog meer. De ene student heeft een goed opmerkings-vermogen en heeft gezien dat de ogen van de patiënt dof staan. Een tweede is intuï-
tief en heeft informatie opgepikt uit de lichaamstaal van de patiënt. Een derde kan goed vragen stellen en krijgt meer informatie uit de patiënt in tien minuten dan de anderen in een uur.
Als je ervoor kunt zorgen dat al deze mensen en hun waarnemingen zich expo-nentieel vermenigvuldigen in een goed groepsproces dan kan een verzameling leken soms tot gedegen inzichten komen.
In dit medische onderwijsmodel is die kleine kring studenten rondom een patiënt een kleine variant op de gemeenschap van waarheid, de spil die een groter wiel in beweging brengt. Vanuit deze spil, deze levende kring, zwermen de studenten uit naar andere onderwijssituaties om inzichten te verkrijgen die in deze kring niet beschikbaar zijn – naar de bibliotheek voor onafhankelijk onderzoek, naar collegezalen voor systematische gegevens over uiteenlopende onderwerpen en naar werkgroepen en practica om specifieke vaardigheden te trainen. Maar waar ze ook naartoe gaan, ze keren steeds terug naar de kring met nieuwe feiten en theorieën die hen helpen om de patiënt en zijn problemen te begrijpen. Dan verlaten ze de kring weer met nieuwe vragen die richting geven aan de kennis die zij opdoen op andere plekken.
De decaan en zijn collega’s stelden voor om dit model in te voeren en na een uitgebreide discussie met de faculteit als geheel kregen ze het er met moeite door.
Toen het stof van dit gevecht was neergedaald deden de docenten die tegen hadden gestemd twee voorspellingen, een positieve en een negatieve. De positieve voorspelling was dat het nieuwe onderwijs zowel de houding van de afgestudeerden tegenover de patiënt als hun medische ethiek zou verbeteren. Maar de negatieve voorspelling zou de positieve sterk overschaduwen.