Hoofdstuk 29
Mikayla begon bij kennis te komen toen ze haar op het balkon uit de slaapzak haalden. Rood-oog keek van haar naar Fiolon. ik zal het aan jou overlaten om alles uit te leggen,' zei hij, vlug opstijgend. 'Lafaard,' zei Fiolon zacht. 'Hij zal wel ervaring met Mikayla's opvliegendheid hebben.' Hij bukte zich om de half bewusteloze Mikayla op te tillen en droeg haar naar de bibliotheek, waar hij haar op een bank bij het vuur legde.
Uzun liep ongerust om haar heen. 'Is alles goed met haar?' 'Ja, hoor,' zei Fiolon. 'Binnen een paar minuten is ze ongetwijfeld wakker en begint ze tegen ons te schreeuwen.' 'En de vrouwe?'
'Toen ik wegging was alles in orde met haar.' Uzun boog zwijgend zijn hoofd.
Mikayla had maar een paar minuten nodig om volledig bij kennis te komen en haar omgeving in zich op te nemen. 'Fiolon, idioot die je bent! Breng me terug voordat ze me missen!'
'Ze zullen je niet missen,' zei Fiolon. 'Haramis heeft je plaats ingenomen, weet je nog?'
'Ja, ja.' Mikayla keek hem vol walging aan. 'Haramis kan ze er vast wel van overtuigen dat ze de jongste dochter van de godin is. Ze kent de rituelen niet eens. En ze heeft sinds haar laatste attaque geen glans kunnen oproepen... of was het de voorlaatste?'
'De op twee na laatste,' zei Fiolon. 'Ik heb de glans op haar gelegd.' Om Uzun gerust te stellen voegde hij eraan toe: 'En een betovering om de pijn te weren. Ze zal niets voelen... Ik heb die betovering aan het land verbonden, en het altaar is uit levende rots gehouwen. De glans zal waarschijnlijk verdwijnen wanneer ze haar hart uitsnijden...' 'Wanneer ze wat!' gilde Mikayla bijna. 'O, bij de Bloem, Fiolon; het is alleen maar symbolisch! Ik heb het ritueel twee jaar geleden uitgevoerd, en misschien valt het je op dat ik nog steeds springlevend ben.' 'Dit is een jubileumjaar,' zei Fiolon. 'En bij een jubileum is het niet symbolisch.'
Mikayla ging abrupt overeind zitten. 'We zullen het in de spiegel gaan bekijken,' zei ze nijdig. 'Dan kun je het zelf zien!' Ze zag er geschrokken uit en drukte haar hand op de voorkant van haar tuniek. Vervolgens begon ze aan de ketting om haar hals te trekken. 'Wat is dit?' Ze trok hem over haar hoofd en hield hem voor zich, terwijl ze staarde
naar het zilveren staafje met de cirkel en de drie vleugels, ik heb het nog nooit gezien.'
'Het is de Drievleugelige Cirkel,' zei Uzun bedroefd. 'De talisman van Haramis, haar deel van de Grote Scepter van Macht.' Mikayla keek er fronsend naar. 'Om de een of andere reden doet dit me denken aan de kroon van de koningin.'
'Het Driehoofdige Monster,' zei Uzun. 'Dat was het deel van Anigel.' 'Wat is er met het deel van Kadya gebeurd?' vroeg Mikayla nieuwsgierig, terwijl ze de talisman heen en weer draaide aan het uiteinde van zijn ketting.
'Dat heeft ze meegenomen toen ze de moerassen in ging, en sindsdien heeft niemand haar of de talisman gezien.'
'Dus kunnen we deze talisman niet voor de Scepter van Macht gebruiken,' zei Mikayla, tijdelijk afgeleid van haar andere zorgen. 'Waar is hij goed voor, en waarom heb ik hem?'
Fiolon slaakte een diepe zucht. 'Je hebt hem omdat Haramis hem aan je heeft gegeven. Het is echte magie... niet een van de speelgoedjes van de Verdwenen Wezens... dus wees er zuinig op. Uzun, kunt u haar leren hoe ze hem moet gebruiken?'
De Oddling schudde zijn hoofd. 'Nee, ik weet niet hoe het moet. Alleen Haramis gebruikte hem, en dan was ik er nooit bij.' Mikayla keek hen verbitterd aan. 'Willen jullie beweren dat Haramis, na al die jaren dat ze me dingen heeft geleerd die iedereen op z'n eigen houtje kan uitknobbelen, me plotseling hiermee heeft opgezadeld zonder een woord van waarschuwing en zonder training in het gebruik?' Ze fronste. 'Hoe machtig is hij?'
'Je kunt er mensen mee doden,' zeiden Fiolon en Ozun in koor. 'Jakkes.' Mikayla hield de talisman behoedzaam een armlengte van zich af. 'In dat geval ga ik hem opbergen. Ik ben misschien wel dom, maar niet zo dom dat ik willekeurige experimenten ga uitvoeren met dingen waar je mensen mee kunt doden.' Ze stond op. 'Ik ben zo terug,' zei ze, 'en dan kunnen we naar het ritueel in de tempel gaan kijken.'
Toen ze de kamer uit liep hoorde ze Fiolon tegen Uzun zeggen: 'U hoeft er niet naar te kijken.'
Uzuns antwoord zweefde door de gang achter haar aan. 'Als ik niet kijk, hoe kan ik dan een goede ballade over haar heldhaftigheid schrijven? Nee. Ik heb al te veel van haar queeste gemist; hier zal ik tot het bittere eind naar kijken.'
Mikayla ging voorop naar de grot met de spiegel. 'Spiegel, laat prinses Haramis van Ruwenda zien,' beval ze.
'Aan het kijken,' antwoordde de spiegel. Toen liet hij zien hoe Haramis door de twee priesters uit de draagstoel werd geholpen, hoe ze door haar knieën zakte, en hoe de priesters haar overeind hielden. 'Wat is er met haar aan de hand?' kreet Uzun.
Fiolon bekeek het beeld aandachtig. 'Ze is op blote voeten,' merkte hij op. 'Mikayla, is dit de eerste keer dat je met je voeten op de grond zou zijn gekomen als we je hadden achtergelaten?' 'Ze zouden me in de stoel van de berg naar de badkamer brengen, en vervolgens van de badkamer naar het hoofdgedeelte van de tempel. Ik weet niet waarom ze in deze ruimte uit de stoel komt; meestal blijft de jongste dochter de hele dag in haar stoel zitten.' 'Hoe is de vloer van de badkamer? Is het kale rots?' 'Natuurlijk niet,' zei Mikayla verontwaardigd. 'Dat de tempel is verborgen in een grot, betekent nog niet dat alles rots is. In de badkamer liggen tapijten op de grond.'
'Dus is dit de eerste keer dat ze het land van Labornok echt heeft aangeraakt?' hield Fiolon aan.
'Is ze daar nog nooit eerder geweest?' vroeg Mikayla. 'Ze is bijna twee eeuwen Oertovenares!'
'Mikayla, wil je antwoord geven op mijn vraag?'
'Je bedoelt: is dit de eerste keer dat ze met haar blote voeten op de blote grond komt? Ja, waarschijnlijk wel. Waarom?' 'Het gaat goed met haar, Uzun,' zei Fiolon geruststellend. 'Ze krijgt gewoon het landbesef voor Labornok, en dat kan alleen maar een steun zijn.'
'Krijgt gewoon?' zei Mikayla. 'Nu? Welke Oertovenares presteert het om zich van de helft van haar land niets aan te trekken? En waarom krijgt ze landbesef voor Labornok als ze het voor Ruwenda in jaren niet heeft gehad?'
'Mikayla, wil je je alsjeblieft rustig houden?' beet Fiolon haar toe. Mikayla deed haar mond dicht. Zo praatte Fiolon bijna nooit tegen haar. Wat is er aan de hand? vroeg ze zich af. Waarom is hij zo boos? 'Ze is weer op de been,' merkte Uzun op, 'en ze loopt moedig haar ondergang tegemoet.'
Dat klinkt inderdaad als een ballade, dacht Mikayla. Maar 'loopt moedig haar ondergang tegemoet' is bespottelijk. Maar ze zei niets hardop. Ze wist nog steeds niet waarom het ritueel was veranderd; gewoonlijk brachten ze niet veel tijd door in de ruimte waar ze nu in waren. Misschien kan ik me maar beter gewoon koest houden. Als ik gelijk heb, zien ze dat gauw genoeg, en dan kunnen ze Haramis gaan halen, en dan kan ik haar de talisman teruggeven. Als ik geen gelijk heb... Ze huiverde. Ik hoop dat ik gelijk heb. Toen het ritueel zich ontvouwde, werd maar al te duidelijk dat Mikayla ongelijk had, en dat iedereen die geprobeerd had haar te waarschuwen het bij het rechte eind had gehad. Mikayla zag met afgrijzen en ongeloof hoe de priester het hart van Haramis uit haar lichaam sneed. Hoe kan ze zo kalm kijken terwijl ze dat doen ? Toen was het hart een handvol stof dat door de vingers van de priester glipte, het lichaam verging ook tot stof, en de hele ruimte begon tot ontbinding over te gaan. Het dak stortte met een oorverdovend geraas in, en de echo's weerkaatsten door de hele berg. Het laatste wat ze zagen voordat de spiegel zwart werd, was een reusachtige muur van sneeuw die op hen af raasde. Mikayla zakte op de grond in elkaar met haar handen voor haar gezicht Vaag hoorde ze de spiegel zeggen: 'Onderwerp bestaat niet meer. Geen levende mensen op die locatie.'
Toen voelde ze het. Het begon met het gevoel dat ze in de rots onder haar zonk en deel werd van de Brom. Toen werd de Gidris ook deel van haar lichaam. Ze voelde de lawine op de noordelijke flank en brak haar in kleinere stukken, zodat ze zo min mogelijk schade zou aanrichten. Toen voelde ze de Rotolo, met zijn hete bronnen en verborgen valleien. Even was ze zich bewust van Rood-oog, die in zijn grot sliep. Vanaf de bergketen breidde haar besef zich naar beide kanten uit: noordwaarts langs de Noku en door Labornok naar de Noordelijke Zee, en zuidwaarts langs de Nothar, over de Doornige Hel, het Dylex-gebied, het Goudmoeras, langs de Citadel en de Grote Dam, over het Zwartmoeras en het Groenmoeras, over het Wum-meer en de Tass Watervallen, langs de Grote Mutar tot de grens van Var, waar een beeltenis van Fiolon op wacht stond. 'Fio?' zei ze hardop.
'Ik ben vlak bij je, Mika.' Sterke armen tilden haar op en droegen haar de grot uit. Achter zich hoorde ze het geluid van dichtglijdende deuren, gevolgd door Uzuns houten voetstappen, maar ze hoorde ook de rivieren naar hun respectievelijke zeeën stromen, en insekten tsjirpen in de moerassen.
Fiolon zette haar even neer bij de ingang van de grot, zodat Uzun en hij tegen de grote deur konden duwen om die te sluiten. Toen tilde hij haar weer op. Mikayla overwoog om tegen te sputteren en te zeggen dat ze best kon lopen, maar de bonte mengeling van beelden in haar geest nam haar helemaal in beslag.
Als Haramis zich zo voelde, was het geen wonder dat de priesters haar overeind moesten houden, dacht ze. Dit komt veel harder aan dan toen Fiolon het landbesef voor Var kreeg. Natuurlijk is het gebied minstens twee keer zo groot en krijg ik het uit de eerste hand... dat geloof ik tenminste... 'Fio? Kun jij het land voelen?'
Zijn antwoord brak even door het geroezemoes in haar hoofd heen. 'Alleen Var. Voel jij Ruwenda?' 'Ja, en Labornok.'
'Doe maar geen moeite om te praten,' raadde Fiolon haar aan. 'Ontspan je gewoon, dan komt alles vanzelf op zijn pootjes terecht.' Op zijn pootjes terecht ? O, ik hoop dat dat gebeurt! Ze hing slap in zijn armen terwijl hij haar naar de keuken droeg, op een stoel bij het vuur zette en Uzun vroeg haar vast te houden. Ze was zich nauwelijks bewust dat Uzun en hij van plaats hadden gewisseld tot ze Fiolons gezicht voor zich zag, en een beker die hij haar toestak. 'Drink op.' Hij hielp haar de beker vast te houden tot ze hem helemaal leeg had. Het was warme adop-soep, die maakte dat ze zich een beetje meer Mikayla en een beetje minder elke centimeter grond in twee koninkrijken voelde. 'Gaat het wat beter?' vroeg hij. Ze knikte voorzichtig. Haar lichaam leek nog steeds niet helemaal van haar te zijn.
'Goed zo. Eet nu dit op.' Hij gaf haar een reep gedroogd vlees. Het kauwen kostte haar aanzienlijke moeite, maar tegen de tijd dat ze het vlees op had, was ze zichzelf weer. De hele warboel in haar geest was verdwenen; sterker nog: toen ze voorzichtig probeerde ernaar te reiken, was hij er niet.
'Fio,' zei ze met afgrijzen, ik ben het landbesef kwijt.' 'Nee, dat ben je niet,' stelde hij haar vlug gerust. 'Het is gewoon even buiten werking. Dat gebeurt als je iets warms drinkt en vlees eet. Landbesef voor twee koninkrijken tegelijk krijgen is voor iedereen een hele opgave, en helemaal voor iemand die meer dan een dag heeft gevast en net haar bloedverwante heeft zien doodgaan.'
'Haramis.' Mikayla schudde haar hoofd en wenste dat ze kon ontkennen wat ze had gezien. 'Uzun.' Ze draaide haar hoofd om en keek naar de Oddling op. 'Het spijt me zo.'
'Nee, Vrouwe,' zei Uzun. 'Het was mijn schuld. Ik had nooit om een nieuw lichaam moeten vragen.'
'Als je bedenkt dat Haramis u in een harp heeft veranderd, zodat u een nieuw lichaam nodig had, zodat u voor haar kon zorgen toen ze ziek was,' merkte Fiolon op, 'dan heb ik het idee dat je iedereen wel de schuld kunt geven. Bovendien is het zinloos. Gebeurd is gebeurd, en het was eigenlijk niemands schuld.'
'En Haramis had haar magische krachten verloren,' merkte Mikayla op. 'En die kwamen niet terug, hè?'
Uzun zuchtte. 'Ik denk het niet; en dat dacht zij uiteindelijk ook niet. Ik vermoed dat het gedeeltelijk de reden was waarom ze dit beslist wilde doen.'
'Was het haar bedoeling om de tempel op die manier te verwoesten?' vroeg Mikayla.
'Ik denk het wel,' zei Fiolon. 'Toen we plannen aan het maken waren, zei ze iets in de geest van dat je daar niet meer heen zou kunnen als de tempel er niet meer was. Ik vroeg haar wat ze bedoelde, maar toen dwaalden we van het onderwerp af en ik kreeg geen antwoord.' Hij zweeg even. 'Maar ik denk dat ze van plan was de tempel te verwoesten; je weet hoe ze over bloedoffers dacht... vooral als het om onwillige slachtoffers ging. Daardoor liep het ritueel in feite mis, weet je,' zei hij nadenkend. 'Ze wilden een onwillig slachtoffer: jong, doodsbang en pijn lijdend. Wat ze kregen, was een ingewijde die gereed en bereid was om te sterven.'
'Daardoor zou de energie die erbij te pas kwam aanzienlijk veranderen,' gaf Mikayla toe.
'Denk eens aan die priesters,' zei Uzun. 'Ze waren banger dan zij! Dit wordt een prachtige ballade.' Zijn gezicht trilde plotseling en hij begon te huilen. 'Neem me niet kwalijk,' snikte hij, en hij liep haastig de kamer uit en kletterde de trap op.
Mikayla kwam een beetje wankel overeind en rekte zich uit. 'Ik denk dat ik nu wel naar mijn kamer kan lopen, Fiolon. Op het ogenblik wil ik niets anders dan een week slapen. Ik voel me zo verdoofd en leeg dat ik naar mijn idee tot niets anders in staat ben.' 'Slaap is waarschijnlijk het best voor je,' zei Fiolon. 'Je absorbeert landbesef veel gemakkelijker als je niet intussen iets anders probeert te doen.'
'Dat neem ik onmiddellijk van je aan,' zei Mikayla vurig. Toen schoot haar iets anders te binnen. 'Fiolon, voor het geval Haramis de tempel niet opzettelijk heeft verwoest, kunnen wij, wanneer een van ons doodgaat, dat maar beter buiten doen. Binah en Haramis pakten gebouwen wel een beetje erg hard aan.'
Fiolon grinnikte. 'Misschien niet zo'n gek idee,' beaamde hij. Hij moest haar naar haar kamer dragen; ze viel in slaap voor ze bij de deur waren.
Een paar weken later zong Uzun zijn ballade voor hen. Het was een roerend relaas, waarin de wijsheid en moed van Haramis, de intelligentie van Fiolon, de loyale vriendschap van Mikayla, en de vliegvaardigheid van Rood-oog werden bejubeld. Toen hij ermee klaar was, keek Uzun hen ongerust aan. 'Wat denken jullie ervan?' Mikayla knipperde haar tranen weg en zei: 'Het is prachtig, Uzun. Haramis zou ervan hebben genoten.'
'U moet het me leren,' zei Fiolon. 'Sommige akkoorden zijn echt heel origineel.'
Uzun aarzelde. 'Ik zal de ballade voor de spiegel zingen,' zei hij, 'en dan kan die haar aan je leren.'
'Dat is een goed idee,' zei Mikayla. 'Dan heeft de spiegel de ballade altijd, precies zoals u haar hebt gezongen, zelfs eeuwen nadat u bent heengegaan.'
'Over heengaan gesproken,' zei Uzun, 'herinner je je wat je me hebt beloofd, Mikayla, op de dag dat je de betovering hebt gevonden waarmee Haramis me in een harp heeft veranderd?' Hij keek naar de harp, waarop hij zichzelf had begeleid.
Nee! protesteerde een stem in Mikayla's hoofd. Ik wil niet hem ook nog verliezen! Maar ze bracht zichzelf streng in herinnering dat ze niet egoïstisch wilde omspringen met de levens om haar heen, zoals Haramis had gedaan. 'Ja,' zei ze, op zo vast mogelijke toon. 'Ik weet het nog. Ik heb beloofd u vrij te maken wanneer u dat vroeg.' Ze slikte even. 'Vraagt u het nu?'
Uzun knikte. 'Morgen voor zonsopgang lijkt me het best. Dan heb ik nog tijd om de spiegel mijn ballade te leren.'
Mikayla boog haar hoofd om haar tranen te verbergen. 'Morgen dan.' 'Dank je,' zei Uzun rustig. 'Welterusten.'
Toen hij de kamer uit was keek Fiolon Mikayla aan. 'Heeft hij je zonet gevraagd om hem te doden?'
'In zekere zin,' zei Mikayla. 'Technisch gezien is hij denk ik al dood vanaf het ogenblik dat Haramis hem in een harp heeft veranderd. Maar ik moest hem beloven dat ik hem zou bevrijden wanneer zij er niet meer was.'
'Moet dat nou echt?' protesteerde Fiolon. 'Ik zal hem missen.'
Mikayla's ogen stroomden vol tranen, ik zal hem ook missen,' zei ze. 'Maar ik moet het doen. Ik heb het beloofd. Ik heb hem mijn woord gegeven.'
Fiolon zuchtte. 'In dat geval zal ik je helpen. Wat moeten we doen?'
Toen de volgende ochtend de zon opging, stonden Mikayla en Fiolon op het stenen dak van de toren. Ze hadden Uzuns houten lichaam in een vuur op het dak verbrand, en het vuur was net uit. Ze stonden met hun gezicht naar de opkomende zon aan weerskanten van de as die restte. Toen de ochtendwind opstak, veegde die de as van het dak en verstrooide haar in de lucht.
Mikayla hield een doosje met beenderas in haar hand, alles wat over was van Uzuns oorspronkelijke schedel. Ze schudde de helft van de inhoud in haar hand, en gaf toen het doosje aan Fiolon, die de rest in zijn hand liet lopen. Tegelijkertijd hieven ze hun handen op en bliezen er voorzichtig in, zodat de beenderas in de ochtendwind werd opgenomen en naar de zon zweefde. 'Nu is hij bij de Heren der Lucht,' zei Mikayla zacht.
Samen gingen ze naar de studeerkamer, waar Fiolon een oud lied op de harp speelde: de eerste compositie van meester Uzun die hij had geleerd. 'Een vreemd idee dat dit nu alleen maar een harp is,' zei hij. 'Ik denk dat hij voor mij altijd een beetje Uzun zal blijven.' 'Dan zullen we hem altijd een beetje bij ons hebben,' zei Mikayla. Aangenomen dat er een 'we' is. Ze dwong zichzelf de vraag te stellen waar ze al een tijd angstig mee rondliep. 'Wat ga je nu doen, Fiolon? Moetje terug naar Var?'
'Ik moet daar zo nu en dan heen,' antwoordde Fiolon, 'net zoals jij door je land zult moeten reizen. Maar we zouden de toren als vaste woonplaats kunnen beschouwen, dacht ik zo, als jij er tenminste geen bezwaar tegen hebt. We moeten natuurlijk wel meer boeken aanschaffen,' voegde hij er plagend aan toe, 'want zelfs ik heb nu alles in de bibliotheek gelezen.'
Mikayla begon te lachen van opluchting. Hij ging niet weg; ze zou niet alleen zijn zoals Haramis dat was geweest. 'Ik ook,' beaamde ze. 'Jaren geleden al. We zullen dus zorgen dat er meer boeken komen. Wat hebben we nog meer nodig?'
'Kinderen,' antwoordde Fiolon. 'Ik weet dat het een beetje vroeg is om daar al over te denken, maar over vijf of tien jaar ben je oud genoeg om kinderen te krijgen... Als je dat geen vervelend idee vindt?' Mikayla schudde haar hoofd, ik denk dat ik het wel leuk zou vinden om te zijner tijd kinderen van mezelf te hebben. Van onszelf, bedoel ik,' voegde ze er haastig aan toe.
'We kunnen onze kinderen kennis van magie en eerbied voor het land bijbrengen, en we kunnen er zoveel krijgen dat het land keus te over heeft als het onze opvolgers moet kiezen.'
'Wil je hiermee zeggen dat Haramis het mis had toen ze zei dat magiërs celibatair moeten zijn?' vroeg Mikayla.
'Dat moet alleen als ze van magie hun hele leven maken, als ze naar opperste macht streven,' sprak Fiolon plechtig. 'Maar als we magie alleen als hulpmiddel gebruiken bij ons werk, moeten we gewoon zorgen dat we redelijk gezond blijven.' Hij grinnikte. 'En nu we met z'n tweeën zijn, kunnen we voor elkaar inspringen. We zijn altijd een goed team geweest.' Hij werd weer ernstig. 'Mikayla, ik houd van je sinds we zeven waren, en we zijn nu meerderjarig en hebben van niemand toestemming nodig. Wil je met me trouwen?'
Mikayla sloeg haar armen om hem heen en drukte hem stevig tegen zich aan. 'Met heel mijn hart,' antwoordde ze.