Hoofdstuk 8

 

 

 

Via achterafstraten reed Nate naar Lake Shore Drive. Payton zat naast hem in de zilverkleurige cabriolet en hief haar gezicht naar zon, die nog behoorlijk warm was voor eind september. Enkele dagen geleden was het koud en erg winderig geweest, waardoor in één keer de helft van de herfstbladeren uit de bomen was geblazen. Het resultaat was een prachtige quilt van verschillende tinten bruin, rood en goud.

Hij glimlachte. ‘Is de herfst nog steeds je favoriete jaargetijde?’

‘Ja. Hoewel het in de stad anders is dan toen ik nog thuis woonde.’

‘Mis je het harken?’

Even keek ze in zijn richting. ‘Ja.’

Brandt had haar voor gek versleten. Ze herinnerde zich hoe laatdunkend hij naar haar had gekeken wanneer ze in de tuin blad harkte en er een berg van maakte die even hoog was als zijzelf.

Waarna ze volkomen onverwacht van achteren was beetgepakt en die ondeugende lach had gehoord een seconde voor ze in de bladhoop was gegooid.

‘Je hielp me altijd.’

Hij lachte. ‘Dat zou Brandt nooit doen.’

Nee. Haar vader ook niet. En het had haar moeder in verwarring gebracht dat haar dochter ook maar naar een hark keek terwijl de tuinlieden iedere vrijdag zorgvuldig alle gevallen bladeren uit de tuin verwijderden.

Ze hadden het niet begrepen. Nate wel.

Bij deze herinneringen maakte een gevoel van loomheid zich van haar meester. Ze sloot even haar ogen, en het kostte haar moeite die weer te openen. ‘Hoelang is het rijden?’ vroeg ze met een stem die onmiskenbaar slaperig klonk.

‘Een minuut of veertig,’ antwoordde hij. ‘Tijd genoeg om een dutje te doen als je wilt.’

Misschien was dat wel een goed idee. Per slot van rekening had ze de afgelopen nacht weinig slaap gehad. Ze ontspande zich, en enkele momenten later vielen haar ogen weer dicht. Voor ze indommelde, hoorde ze een zachte lach naast zich.

‘Slaap lekker, Payton.’

 

Toen de auto stilstond en Nate uitstapte, schudde Payton zichzelf uit haar slaperige roes. Ze volgde zijn voorbeeld en liep naar de achterkant van de wagen, waar hij een oude deken uit de kofferbak haalde.

‘Warm genoeg?’ vroeg hij.

De wind blies door haar haren, maar de zon had nog voldoende kracht. Ze knikte, trok haar trui dicht om zich heen en keek naar de steile duinen voor hen. ‘Ik moet alleen even wakker worden. Maar van het klimmen gaat mijn bloed ongetwijfeld weer circuleren.’

‘Aan dat dutje had je behoefte, hè?’ Hij streek met zijn duim onder haar rechteroog. ‘Dik. Schattig.’

Terwijl ze een stap naar achteren deed, hief ze intuïtief haar hand om te voelen. Dikke ogen? Geweldig.

Nadat hij zich had uitgerekt, maakte hij draaiende bewegingen met zijn schouders. ‘Iemand moet je vannacht flink hebben afgemat.’

Alleen hij was in staat om van wallen onder ogen een compliment voor zijn eigen ego te maken. Maar ze zou hem leren.

‘Niet echt. Volgens mij ben ik door het meeste heen geslapen.’

Lachend begon hij het eerste duin te beklimmen. ‘Je bedoelt dat je erdoor buiten bewustzijn bent geraakt. Ik sta er nu eenmaal om bekend dat ik overweldigend ben.’

Ze zette de pas erin en ging naast hem lopen. ‘Nee.’ Om zich niet de loef te laten afsteken, veinsde ze een vermoeide zucht. ‘Ik val in slaap wanneer ik me verveel. Maar ik kan het niet met zekerheid zeggen, want ik herinner het me nauwelijks.’

Zo, een-nul voor haar.

Vrolijk huppelde ze de heuvel op. Ze merkte niet dat hij op een berekenende manier zijn ogen halfdicht kneep. In een beweging die zo snel was dat ze zich er niet tegen kon verdedigen, trok hij haar met zijn ene arm tegen zijn borst terwijl hij met de andere haar knie naar zijn heup bracht.

Haar adem stokte. Alle misvattingen over het scoren van punten verdwenen toen ze de onheilspellende glinstering in zijn blauwe ogen zag.

Hijgend bracht ze uit: ‘Wat ben je aan het doen?’

‘Ik breng je iets in herinnering.’ Dat was haar enige waarschuwing voor hij met kracht zijn mond op de hare drukte. De hand op haar rug schoof in haar haren en trok haar hoofd naar achteren terwijl zijn tong tussen haar lippen drong. Onmiddellijk kwam haar lichaam tot leven. Het verlangde direct naar meer.

Maar de kus was al voorbij, en hij zette haar weer op haar beide benen.

Met vragend opgetrokken wenkbrauwen keek hij haar aan. ‘Wat zei je ook alweer over vannacht?’

Omdat ze te verbijsterd was om ad rem te reageren, gaf ze hem waarom hij vroeg. De waarheid. ‘Het was ongelooflijk, en ik zal het nooit vergeten.’

‘Mooi.’ Hij raapte de in het zand gevallen deken op en liep verder.

 

Tegen de tijd dat ze op het strand waren, had Payton haar hartslag weer onder controle. De kus had haar compleet overdonderd en had haar duidelijk gemaakt dat ze voorzichtig moest zijn met het laatste woord willen hebben bij een man wiens drang om te winnen klaarblijkelijk geen grenzen kende. Maar het had ook aangetoond dat hij geen moeite had met de overgang van minnaar naar vriend.

Het was de kus geweest van een man die precies wist wanneer hij moest ophouden, en daar ook uitstekend toe in staat was. Wat haar prima uitkwam. Na zoveel jaren haar woorden op een goudschaaltje te hebben gewogen, had ze geen zin meer om steeds op zichzelf te moeten letten.

Toen ze op het harde, natte zand waren, sloeg hij zijn arm om haar schouders. Ze protesteerde niet en genoot van de warmte van zijn lichaam zo dicht bij het hare terwijl ze vriendschappelijk zwijgend voortliepen.

Boven hen scheerden meeuwen door de lucht, en in de verte holden kinderen door het zand.

Aan de ernstige uitdrukking op zijn gezicht kon ze zien wat er nu ging komen. Een verklaring voor dit spel met de pers, voor deze voorgewende relatie die maar al te snel echt was geworden.

‘Een van de vrouwen met wie ik vorig jaar uitging, bleek zwanger te zijn.’

Haar hart sloeg over bij de gedachte aan een kind met zijn goudblonde haren en blauwe ogen. ‘Lieve hemel, Nate…’

Wat moest ze zeggen? Gefeliciteerd? Gezien de moeite die hij deed om de pers op een dwaalspoor te brengen, was hij er niet erg blij mee. Maar medeleven uitspreken leek ook ongepast. Daarom wachtte ze gewoon tot hij verder zou gaan.

‘Ik was er vrij zeker van dat ze iets met een ander had gehad nadat we een punt achter onze omgang hadden gezet, maar de timing die ze beschreef… Het was mogelijk. Ze wilde trouwen. Zwoer bij hoog en bij laag dat het mijn kind was. Alleen was ik ervan overtuigd dat het niet zo was.’

Met een diepe zucht keek hij uit over het water van Lake Michigan. ‘Ik weigerde met haar te trouwen voor een bloedtest haar bewering staafde. Maar ze bleef me onder druk zetten. Wilde niet dat haar baby als onwettig kind werd geboren. Vond een prenataal DNA-onderzoek te riskant.’ Hij schudde zijn hoofd. ‘Uiteindelijk is ze gezond ter wereld gekomen. Maar ze bleek niet van mij te zijn, zoals ik al wel wist.’

‘O, Nate, wat moet dat wachten afschuwelijk zijn geweest.’

Hij glimlachte geforceerd. ‘Ja, het is een moeilijk halfjaar geweest. En het laatste waaraan ik behoefte heb, is dat de pers alles weer oprakelt.’

Dat kon ze zich voorstellen. Natuurlijk wilde hij dit uit de openbaarheid houden.

Wat ze echter niet begreep, was hoe een vrouw die iets met hem had gehad ooit had kunnen denken dat zo’n truc kans van slagen had. ‘Wat is er met hen gebeurd?’

‘Ze wonen in een dorpje in de buurt van Stuttgart. Met hen allebei gaat het goed.’

‘Heb je contact met hen gehouden?’

‘Annegret had hulp nodig.’ Uit zijn toon sprak geen medelijden, verdriet of andere diepere gevoelens. ‘Ik ben niet blij met wat er is gebeurd. En eerlijk gezegd mag ik haar niet. Maar ze was niet in staat om voor zichzelf te zorgen. Haar vader wilde niets meer met haar te maken hebben, en de vader van het kind was getrouwd. In haar wanhoop dacht ze dat ik de oplossing kon zijn.’

Hij zuchtte opnieuw. ‘Ik heb een huisje voor haar geregeld en voorzie in haar levensbehoeften. Maar de afspraak is dat ze haar mond houdt. Als ze op wat voor manier dan ook probeert hier profijt van te trekken, krijgt ze geen cent meer. Daarom wil ik niet dat de pers haar vindt.’

Dat begreep ze. Hij onderhield de vrouw die had getracht hem door bedrog tot een huwelijk te dwingen. Het was een gevaarlijk precedent. Waarom had hij het dan gedaan? ‘Hield je van haar?’

Met een merkwaardige uitdrukking van schrik op zijn gezicht keek hij haar aan. ‘Nee.’

‘Waarom help je haar dan op die manier?’

Hij maakte een afwerend handgebaar. ‘Ze had geen middelen van bestaan.’

‘Dat geldt voor een heleboel vrouwen.’

‘Iets in me weerhield me ervan een hekel aan haar te hebben,’ zei hij langzaam. ‘Ergens wist ik dat de mogelijkheid bestond dat het wel mijn kind was. En als dat zo bleek te zijn, mocht de baby geen vader hebben die haar verafschuwde. Begrijp je wat ik bedoel?’

Ze durfde niets te zeggen omdat ze haar stem niet vertrouwde. Hij was zich gaan hechten aan een kind van wie hij niet de vader had gedacht te zijn. Had zichzelf tot genegenheid gedwongen voor het geval het toch van hem zou zijn.

Nadat ze haar eigen hartzeer had weggeslikt, pakte ze zijn hand. ‘Sinds wanneer weet je het?’

Hij boog zijn hoofd naar achteren en keek naar de blauwe lucht. ‘Ik geef om Bella. Maar kan niet slechts zo nu en dan in haar leven opduiken, of haar pappie zijn alleen maar omdat ze er geen heeft. Met haar moeder zou het nooit wat worden. Daarom heb ik geregeld dat ze goed wordt verzorgd en heb haar toen losgelaten.’

Dat moest ongelooflijk moeilijk zijn geweest.

Hij leek haar gedachtegang te hebben gevolgd. ‘Het was nooit mijn bedoeling een gezin te stichten. Dus in dat opzicht was het een opluchting.’

‘En als ze wel van jou was geweest?’

Hij keek haar kalm aan. ‘Dan was ik met haar moeder getrouwd en had ik er het beste van gemaakt.’

‘Ook al hield je niet van haar?’ vroeg ze door.

‘Dat zou niet hebben uitgemaakt. Als Bella mijn kind was geweest, zou ik hebben gezorgd dat we een gezin vormden. Maar anders krijgt niemand me naar het altaar.’

Het was niet de eerste keer dat hij zei dat hij niet wilde trouwen. Hoewel ze ditmaal meer afkeer in zijn woorden proefde. ‘Je bent echt onvermurwbaar, hè?’

Hij keek haar even aan. ‘Ja.’

‘Ben je dat altijd geweest?’ Ze had het idee dat hij op de middelbare school nog niet zo was geweest. Maar natuurlijk zou ze het niet hebben willen zien omdat het niet paste in haar droom dat hij ooit met haar zou trouwen.

‘Ik heb er nooit echt over nagedacht, maar waarschijnlijk wel. Het huwelijk van mijn ouders…’ Hij maakte zijn zin niet af en schudde zijn hoofd. ‘Tijdens mijn studie en daarna werkte ik zo hard dat ik geen tijd had voor een vaste relatie.’

Hij tuurde met half dichtgeknepen ogen in de verte voor hij vervolgde: ‘Pas toen ik naam begon te maken, werd mijn omgang met het andere geslacht interessant voor anderen. Plotseling kon ik een vrouw niet meer op een drankje trakteren zonder dat een of andere idioot een microfoon onder mijn neus duwde en vroeg wanneer de bruiloft zou plaatsvinden. Dat irriteerde me mateloos.’

Ze herinnerde zich hoe het was geweest toen zijn naam in de krant was gaan verschijnen. Het constante speculeren op hoelang hij het huwelijksbootje zou weten te ontwijken. Hij was zo knap, charmant en charismatisch, en hij leek steeds succesvoller en rijker te worden. Door de pers werd voortdurend geprobeerd hem uit te huwelijken, en ze sloten praktisch weddenschappen af bij ieder nieuw vrouwspersoon dat aan zijn zijde verscheen.

‘Je dates vonden het ongetwijfeld geweldig. Het moet gênant zijn geweest.’ Toen er op soortgelijke wijze over haar en Clint was gespeculeerd, was het dat zeer zeker geweest.

‘Het bracht sommigen op verkeerde gedachten.’ Hij lachte spottend ‘En anderen hadden vanaf het begin verkeerde gedachten. Maar al dat gespeculeer…’ Na een ontevreden geluid te hebben gemaakt, voegde hij eraan toe: ‘Omdat ik voor die tijd ook al niet veel op had met liefde en het huwelijk, was er weinig nodig om het me compleet tegen te maken.’

‘Maar… de juiste vrouw?’

‘Payton, er zijn talloze “juiste” vrouwen. Juist voor dit moment. Maar niet om oud mee te worden.’

‘En toch zou je met Annegret zijn getrouwd? Had je op die manier kunnen leven?’ Ze schudde haar hoofd en onderdrukte de aandrang haar hand tegen het midden van zijn borst te drukken. ‘Zonder liefde?’

Hij lachte even. ‘Dat heet verantwoordelijkheid. Leuk is het niet altijd, maar het is wel noodzakelijk. Bovendien leef ik al heel lang zonder liefde,’ zei hij op een manier waardoor het klonk alsof het tot taboe verklaarde gevoel iets giftigs was. ‘Ik heb er geen behoefte aan.’

Dat was duidelijk. Desondanks vroeg ze zich af… Hoeveel vrouwen voor haar hadden Nate Evans onwillekeurig hun hart geschonken? En had een van hen het ooit teruggekregen?