120

Joona blijft met draaiende motor zitten, pakt zijn telefoon van de vloer en probeert Erik weer te bellen. Kyrklund staat lang op de akker met zijn gezicht naar de hemel gericht voordat hij terugkeert naar de auto. Hij rukt het kapotte portier eraf, gooit het in de greppel naast de weg en stapt weer in.

‘Ik herinner me haar,’ zegt hij zonder Joona aan te kijken. ‘Ze had haar hoofd kaalgeschoren, was licht als stearine, had gymnasium gedaan op het Klockhammar-internaat... Na de begrafenis hadden we seks op de vloer van de hal in de pastorie... het betekende niets, we hadden een beetje gepraat, koffie gedronken en ik had geen haast om naar huis te gaan.’

Joona zegt niets, hij begrijpt dat Nelly’s foto Kyrklunds geheugen heeft getriggerd, maar dat de stroom beperkt is. Elk moment kan hij het contact met het verleden weer verliezen.

‘Ik herinner me alles,’ zegt Kyrklund dromerig. ‘Ze zocht me op in Salem, kwam naar de kerkdiensten... Ze was er gewoon, als een deel van mijn leven, ik heb nooit begrepen hoe dat allemaal zo kwam...’

Hij verzinkt in gedachten en haalt met trillende handen een sigaret uit het pakje. Zijn grove, grijze haar is kroezig en zijn wenkbrauwen hebben zich bij zijn neuswortel samengetrokken in een frons.

‘Ik ben predikant,’ zegt hij ten slotte. ‘Maar ook een man... ik doe dingen waar ik misschien niet trots op ben. Je kunt beter niet met mij samen zijn, daar ben ik duidelijk in, ik ben nooit trouw geweest...’

Hij zwijgt weer alsof de kracht van de herinnering hem de adem ontneemt.

‘Soms ging ik met haar naar bed, soms moest ze wachten, ik heb haar niets beloofd, wilde haar vervloekte preken niet... Ik weet nog dat het er altijd over ging dat ik moest uitkijken voor losbandige vrouwen... “Haar huis zijn wegen naar het dodenrijk”...’

De auto schudt als er een bus passeert en Joona ziet hoe Kyrklund zit te staren naar de akker, het meer en het stukje bos verderop.

‘Toen ik zei dat ik haar zat was, vertrok ze,’ gaat hij door. ‘Maar ik merkte dat ze rondsloop bij de pastorie... ik deed de deur open en schreeuwde tegen het duister dat ze me met rust moest laten.’

Het wordt weer stil en Joona wacht zwijgend om Kyrklund niet uit de broze herinnering te rukken.

‘De volgende avond kwam ze met twintig capsules witte heroïne naar de kerk en begon alles weer van voor af aan... Het ging verdomde snel,’ zegt hij en hij kijkt Joona vermoeid aan. ‘Ik was meteen verslaafd. We deelden spuiten, ze ging altijd met me mee, had het over God, preekte, lag met mij in de drek, wilde zijn zoals ik, wilde een deel van mij zijn.’

Hij schudt zijn grote hoofd en wrijft in zijn gezicht.

‘We zaten in de zone, ik trok me niks aan van haar gepreek... het waren extreme Bijbelinterpretaties, bewijzen van ons huwelijk... een heel wereldbeeld waar de jaloerse God haar gelijk gaf.’

Een kern van pijn gloeit in zijn ogen als hij Joona een donkere blik toewerpt.

‘Ik was onder invloed en stom,’ zegt hij. ‘Ik zei tegen haar dat ik van Natalia hield. Het was niet waar, maar ik zei het toch.’

De kracht vloeit uit hem weg en zijn kin zakt op zijn borst.

‘Natalia had zulke mooie handen,’ zegt hij en hij valt stil.

Hij ziet opeens bleek, kijkt weer naar de akkers buiten, zweet glimt op zijn voorhoofd en er valt een druppel van het puntje van zijn neus op zijn borstkas.

‘Je had het over Natalia,’ zegt Joona na een poosje.

‘Wat?’

Kyrklund kijkt hem niet-begrijpend aan, leunt opzij en spuugt in het gras. Een personenauto met een aanhangwagen vol brandhout passeert hen.

‘Nelly liet foto’s zien van de mensen die ze van plan was te vermoorden,’ gaat Joona verder. ‘Maar Natalia moest voor je ogen sterven...’

Kyrklund schudt zijn hoofd.

‘Ik weet alleen dat God mij onderweg is kwijtgeraakt en niet de moeite heeft genomen terug te gaan om mij te zoeken,’ mompelt hij hees.

Joona zegt verder niets meer. Hij pakt zijn telefoon en toetst Eriks nummer weer in, maar krijgt nog steeds geen contact.

Hij belt Margot, maar geeft het na tien keer overgaan op.

Hij weet nu wie de dominee is, maar kan waarschijnlijk niets bewijzen en hij heeft niets om bij de politie mee aan te komen. Misschien dat Margot naar hem luistert, maar misschien is hij te ver gegaan door Kyrk­lund uit het huis van bewaring te bevrijden.

Joona probeert te begrijpen waarom Nelly achter Erik aan zit. Ze zijn gewoon collega’s en Nelly is getrouwd met Martin Brandt. Het moet al jaren geleden begonnen zijn en het zal niet goed aflopen.

Stalker
546a368ac4eee3.html
546a368ac4eee4.html
546a368ac4eee5.html
546a368ac4eee6.html
546a368ac4eee7.html
546a368ac4eee8.html
546a368ac4eee9.html
546a368ac4eee10.html
546a368ac4eee11.html
546a368ac4eee12.html
546a368ac4eee13.html
546a368ac4eee14.html
546a368ac4eee15.html
546a368ac4eee16.html
546a368ac4eee17.html
546a368ac4eee18.html
546a368ac4eee19.html
546a368ac4eee20.html
546a368ac4eee21.html
546a368ac4eee22.html
546a368ac4eee23.html
546a368ac4eee24.html
546a368ac4eee25.html
546a368ac4eee26.html
546a368ac4eee27.html
546a368ac4eee28.html
546a368ac4eee29.html
546a368ac4eee30.html
546a368ac4eee31.html
546a368ac4eee32.html
546a368ac4eee33.html
546a368ac4eee34.html
546a368ac4eee35.html
546a368ac4eee36.html
546a368ac4eee37.html
546a368ac4eee38.html
546a368ac4eee39.html
546a368ac4eee40.html
546a368ac4eee41.html
546a368ac4eee42.html
546a368ac4eee43.html
546a368ac4eee44.html
546a368ac4eee45.html
546a368ac4eee46.html
546a368ac4eee47.html
546a368ac4eee48.html
546a368ac4eee49.html
546a368ac4eee50.html
546a368ac4eee51.html
546a368ac4eee52.html
546a368ac4eee53.html
546a368ac4eee54.html
546a368ac4eee55.html
546a368ac4eee56.html
546a368ac4eee57.html
546a368ac4eee58.html
546a368ac4eee59.html
546a368ac4eee60.html
546a368ac4eee61.html
546a368ac4eee62.html
546a368ac4eee63.html
546a368ac4eee64.html
546a368ac4eee65.html
546a368ac4eee66.html
546a368ac4eee67.html
546a368ac4eee68.html
546a368ac4eee69.html
546a368ac4eee70.html
546a368ac4eee71.html
546a368ac4eee72.html
546a368ac4eee73.html
546a368ac4eee74.html
546a368ac4eee75.html
546a368ac4eee76.html
546a368ac4eee77.html
546a368ac4eee78.html
546a368ac4eee79.html
546a368ac4eee80.html
546a368ac4eee81.html
546a368ac4eee82.html
546a368ac4eee83.html
546a368ac4eee84.html
546a368ac4eee85.html
546a368ac4eee86.html
546a368ac4eee87.html
546a368ac4eee88.html
546a368ac4eee89.html
546a368ac4eee90.html
546a368ac4eee91.html
546a368ac4eee92.html
546a368ac4eee93.html
546a368ac4eee94.html
546a368ac4eee95.html
546a368ac4eee96.html
546a368ac4eee97.html
546a368ac4eee98.html
546a368ac4eee99.html
546a368ac4eee100.html
546a368ac4eee101.html
546a368ac4eee102.html
546a368ac4eee103.html
546a368ac4eee104.html
546a368ac4eee105.html
546a368ac4eee106.html
546a368ac4eee107.html
546a368ac4eee108.html
546a368ac4eee109.html
546a368ac4eee110.html
546a368ac4eee111.html
546a368ac4eee112.html
546a368ac4eee113.html
546a368ac4eee114.html
546a368ac4eee115.html
546a368ac4eee116.html
546a368ac4eee117.html
546a368ac4eee118.html
546a368ac4eee119.html
546a368ac4eee120.html
546a368ac4eee121.html
546a368ac4eee122.html
546a368ac4eee123.html
546a368ac4eee124.html
546a368ac4eee125.html
546a368ac4eee126.html
546a368ac4eee127.html
546a368ac4eee128.html
546a368ac4eee129.html
546a368ac4eee130.html
546a368ac4eee131.html
546a368ac4eee132.html
546a368ac4eee133.html
546a368ac4eee134.html
546a368ac4eee135.html
546a368ac4eee136.html
546a368ac4eee137.html
546a368ac4eee138.html
546a368ac4eee139.html
546a368ac4eee140.html
546a368ac4eee141.html
546a368ac4eee142.html
546a368ac4eee143.html
546a368ac4eee144.html
546a368ac4eee145.html
546a368ac4eee146.html
546a368ac4eee147.html
546a368ac4eee148.html
546a368ac4eee149.html
546a368ac4eee150.xhtml