Atol Enika Vrijdag, 17.18 uur
De druk van de naderende storm nam Scully in een psychische bankschroef. Ze stond bij zonsondergang op het ruige strand naar de steeds zwartere wolken en de griezelige kleur van een orkaanzwangere hemel te kijken.
Buiten de bedieningscentrale stonden Bear Dooley, Mulder en kapitein-ter-zee Ives bij elkaar. Het was even tamelijk rustig. In de ondiepe lagune voor de bunker deinde de kapiteinssloep in afwachting van passagiers. Het water werd door een wal van riffen beschermd en was spiegelglad vergeleken met de kolkende golfslag verder op zee. Een serie brekers schuimde rond koraalformaties die vlak onder het woelige water verborgen waren.
Een van de Bright Anvil-technici kwam de bunker uit rennen toen Scully naar hen toeliep. De technicus leek opgewonden. 'Commandant Ives, er is een dringende boodschap voor u via de beveiligde telefoonlijn!' Verontrust omdat de boodschap hem niet rechtstreeks was doorgebeld, keek Ives naar de walkietalkie op zijn heup. 'Van de Dallas, commandant,' vervolgde de technicus. 'De communicatieofficier wil u spreken.'
Mulder keek Bear Dooley recht aan en zei: 'O hemeltje, misschien gelasten ze de proef wel af.'
'Geen schijn van kans,' zei Dooley.
'Maar u houdt het dan beslist te goed.'
Dooley schudde alleen zijn hoofd - alsof hij zich afvroeg waar Mulder zijn gevoel voor humor vandaan had.
Het vijftal dook de lage deur van de benauwde bunker in. Scully was blij dat ze kon schuilen voor de vochtige wind, die haar huid deed jeuken. Kapitein-ter-zee Ives liep naar een telefooncel die binnen de dikke bunker aan een wand van multiplex was geschroefd.
'Ives,' zei hij, en luisterde toen aandachtig. Algauw begon hij grimmig te kijken.' 'Wat doen ze in dit weer op zee?' Hij zweeg voor het antwoord. 'Oké, hoe ver weg?' Hij wachtte opnieuw. 'En zijn wij de enigen binnen bereik?' Hij fronste zijn wenkbrauwen. 'Blijf even aan de lijn.'
Hij legde zijn hand op het mondstuk en keek naar Dooley. 'We krijgen net een noodsignaal binnen. Vissersboot uit Hawaii onder Japanse vlag. Ze hebben problemen vanwege de tyfoon, en de Dallas is het enige schip in de buurt. Het is een algemeen alarm, maar ze vragen dringend om redding. Dat kunnen we niet negeren.'
Dooley werd rood van ergernis. 'Maar u zei toch dat de zee hier leeg was? Het hele gebied rond Enika zou vrij zijn van scheepsverkeer!' Hij schuimde van woede. 'En wat doen die idioten trouwens in dit weer op zee? Het is van de gekke om in een orkaan de zee op te gaan.'
'Zeg dat wel,' zei Mulder zachtjes.
Tegenover Dooley leek Ives zijn kalmte maar met moeite te bewaren. 'Omdat u en uw mensen die proef zo vervloekte geheim wilden houden, kregen we geen verlof om een vloot patrouilleschepen uit te sturen en het gebied te ontruimen. U wilde niet dat iemand onze activiteit opmerkte. We hebben ons best gedaan, maar er kan makkelijk iets tussendoor zijn geglipt, zoals kennelijk deze vissersboot. De oceaan is immers groot.'
Dooley slaakte een enorme zucht en stak zijn dikbottige handen in de zakken van zijn spijkerbroek. 'Ik vind dat we ze daar maar moeten laten. Als die sufferds uitvaren zonder op de weersvoorspellingen te letten, krijgen ze gewoon hun verdiende loon.'
Ives had genoeg van de discussie. 'Meneer Dooley, de wet van de zee eist een reddingspoging als een ander schip in nood is. Aan die wet houd ik me al mijn hele leven, en ik heb mijn hele carrière op zee gezeten. Uw lievelingsproject verandert daar niets aan.'
'Wat doen we dan met de overlevenden als we die eenmaal aan boord hebben?' vroeg Dooley. 'U kunt ze geen getuige laten zijn van de proef.'
'We houden ze benedendeks, als we tenminste iemand kunnen redden.'
'En als het een spionageschip is?' vroeg Dooley. 'Misschien zijn we wel niet de enigen met een idee zoals Bright Anvil, begrijpt u. Een ander land kan hetzelfde concept ontwikkeld hebben.'
Scully bedwong een lachbui. De zwaargebouwde natuurkundige leek zijn verdenking oprecht te menen.
'Ja,' zei Mulder. 'Als die Japanse vissers te veel van Bright Anvil zien, gaan ze vast goedkope imitaties maken en koopt u straks uw eigen kernkop in de radiowinkel om de hoek.'
Dooley keek hem woedend aan, maar wist blijkbaar niet wat hij met zijn woede moest beginnen. 'Ga in ieder geval na wie ze zijn, commandant, en wat ze hier verdomme doen. Dit zijn geen goede viswateren.'
Kapitein-ter-zee Ives bracht de hoorn zuchtend naar zijn mond. 'Hoe heet dat schip?' vroeg hij. 'Ga hun registratie na.' Terwijl hij zweeg voor het antwoord, werd hij plotseling lijkbleek. 'De Fukuryu Maru?' vroeg hij. 'De Gelukkige Draak?'
Scully legde een vinger tegen haar kin en dacht na. 'De Gelukkige Draak,' zei ze. 'Dat klinkt me bekend ...'
Ives zei in de telefoon: 'Bevestig hun bericht. Zeg dat we ze te hulp komen. Bereid de Dallas voor op onmiddellijk vertrek.' Ives hing op en keek toen Scully aan, want zij was de enige geweest die op die naam gereageerd had.
'U denkt aan die andere Japanse vissersboot met dezelfde identificatie - het schip dat in 1954 te dicht in de buurt kwam toen op Bikini de H-bom Castle Bravo tot ontploffing werd gebracht. De bemanning incasseerde een reusachtige hoeveelheid straling. Dat incident verwekte internationaal een groot schandaal.'
Mulders belangstelling was gewekt. 'En nu dwaalt een schip met dezelfde naam naar de plaats van deze kernproef? Dat kan geen toeval zijn.'
Scully onderbrak zijn gedachtengang haastig. 'Nee, Mulder, laat dat! Waag het niet te suggereren dat dit een ... spookschip met bestraalde Japanse vissers is dat terugkeert om de Bright Anvil-proef tegen te houden.'
Mulder stak hulpeloos zijn handen in de lucht. 'Ik heb helemaal niets van dien aard gesuggereerd, Scully. Ik vind dat je een nogal overactieve fantasie hebt.' Hij fronste zijn wenkbrauwen alsof hij diep nadacht. 'Maar het is wèl een interessant idee.'
Ze wendde zich tot Ives. 'Commandant, ik ga graag met u mee naar die vissersboot.' Ze keek Mulder aan en vroeg met haar blik of ook hij mee wilde.
'Nee, dank je,' zei hij. 'Ik houd vaste grond onder de voeten. Ik wil hier rondneuzen.' Toen Scully en Ives weer de opstekende wind inliepen, draaide Mulder zich om met goede raad. 'Zorg dat je je reddingsgordel omdoet!'
***
Scully probeerde op het brugdek van de torpedobootjager niet in de weg te lopen.
Kapitein-ter-zee Ives gaf de roerganger opdracht om de snelheid op te voeren, Enika achter zich te laten en de woelige zee op te gaan. Het lage koraaleiland verdween uit het zicht toen het oorlogsschip het labyrint van schuimkoppen verliet die aangaven waar verraderlijke rotsen vlak onder de zeespiegel lagen. De Dallas voer de open zee op naar de plek waar de onfortuinlijke vissersboot in moeilijkheden was geraakt.
Scully probeerde meermalen een gesprek aan te knopen, maar kon er geen woorden voor vinden. Ives keek bezorgd en was diep in gedachten. Hij trok zijn peper-en-zoutkleurige wenkbrauwen samen, tuitte zijn lippen en trok zijn snor op. Eindelijk waagde ze het erop. 'Commandant Ives, u leek geschokt toen u de naam van de vissersboot hoorde. Hoeveel weet u over de Gelukkige Draak? Ik bedoel de eerste.'
Hij wierp een blik op haar en perste zijn lippen tot een dunne, bleke lijn samen. Toen staarde hij weer uit de beregende ramen van de brug naar de ruwe zee. Zijn adamsappel ging op en neer.
'Ik was waarnemer bij de proef van de Castle Bravo, agent Scully. Tijdens mijn detachering als jong matroos heb ik veel ontploffingen op eilanden gezien. Ik was door-en-door een marineman, en veel jonge rekruten zoals ik 'Verzamelden" in die dagen bomproeven. We probeerden te worden overgeplaatst naar schepen die de atoomproeven gingen bekijken. Dat vonden we leuk. Ik kan u vertellen dat het een ontzagwekkende aanblik is, maar Castle Bravo was nog weer iets heel anders, een nieuw ontwerp, de zwaarste klap die ooit bij een kernproef gemeten is. De geleerden van Los Alamos hadden de werkzame doorsnede verkeerd berekend - dat heb ik tenminste begrepen. De kracht had vijf me- gaton moeten zijn. In plaats daarvan bleken het er bijna vijftien. Een explosie die gelijk staat aan vijftien miljoen ton tnt. Voor de menselijke fantasie betekent dat cijfer eigenlijk pas iets als je het gaat vergelijken. De Little Boy-bom, die op Hirosjima is gegooid, kwam ongeveer overeen met twaalf komma vijf kiloton tnt. Dat betekent dat de klap van de Castle Bravo twaalfhonderdmaal zo hard was als die in Hirosjima. Twaalfhonderd Hirosjimabommen, die allemaal tegelijk ontploften!' Hij schudde zijn hoofd. 'U had het moeten zien. De vuurbal zelf had een doorsnede van zes kilometer.'
Scully slikte. 'Ik geloof niet dat ik erbij had willen zijn. Was het niet gevaarlijk, zo dicht in de buurt?'
Ives glimlachte afwezig. 'Veel van onze mensen liepen een significante hoeveelheid straling op. Die afzichtelijke witte stof die uit de hemel omlaag viel - later ontdekten we dat dat kalk was, afkomstig uit het verdampte koraal dat omhoog was geblazen. De gevarenzone rond de ontploffing bleek uiteraard veel groter dan we berekend hadden.'
Scully maakte zijn verhaal af. 'En dat Japanse schip lag toevallig op het verkeerde moment op de verkeerde plek.'
'De Gelukkige Draak had dus niet veel geluk,' zei hij. 'Met een bemanning van 23 koppen aan boord viste het met een sleeplijn op tachtig zeemijl van Bikini - een flinke afstand, maar helaas direct onder de wind van de fallout. Twee weken later bereikte de vissersboot zijn thuishaven met een zieke bemanning aan boord. De Verenigde Staten boden stralingsspecialisten aan om de mannen te helpen behandelen, maar weigerden details te geven over de samenstelling van de fallout. Iemand was bang dat de Russen daaruit het recept voor een bom konden opstellen. Een van de vissers stierf aan een secundaire infectie. Levi Strauss, de voorzitter van de Atoomenergiecommissie, wees alle verantwoordelijkheid af. Hij zei dat die vissers ruim binnen de gevarenzone waren geweest - wat ik sterk betwijfel - en dat de Gelukkige Draak bovendien waarschijnlijk een communistisch spionageschip was.'
'Een communistisch spionageschip?' Scully's keel trok samen door een combinatie van ongeloof en woede. Ze kon niets anders uitbrengen.
'Zo zei hij het letterlijk.' Kapitein-ter-zee Ives keek haar met half- geloken ogen strak aan. 'En ik ben niet van plan om dat arme schip daar te laten dobberen, overgeleverd aan de genade van de fallout. Gesteld tenminste dat ze de tyfoon overleven.'
'Maar als ik het goed begrepen heb,' zei Scully, 'hoort er bij dit wapen helemaal geen fallout te zijn. Bright Anvil is een kernkop met niet veel kracht, zeker niet genoeg om tot ver op de oceaan invloed te hebben.'
Ives keek haar sceptisch aan. 'Natuurlijk. En Castle Bravo hoorde maar een derde van de kracht te hebben die hij had. Meneer Dooley heeft zijn lesje misschien nog niet geleerd, maar ik wel. Die Bright Anvil-bom is nieuwe technologie, en de geleerden kunnen zoveel computersimulaties laten draaien als ze willen, maar soms vergeten ze gewoon de secundaire effecten. Ik neem geen enkel risico.'
Scully slikte en vroeg ten slotte: 'Denkt u ... denkt u aan de mogelijkheid dat er iets bovennatuurlijks vastzit aan de verschijning van die andere Gelukkige Draak? Op uitgerekend dit moment?'
Ives glimlachte zwakjes. 'Iets bovennatuurlijks? Nee, het is gewoon toeval. Het kan best een naam zijn die bij Japanse vissersboten veel voorkomt. Maar evengoed laat ik het niet opnieuw gebeuren.'
De hemel werd steeds donkerder en de wolken trokken zich rond hen samen als een galg. Even later namen de voorste sensoren van de
Dallas de vissersboot waar, en het schip voer er rechtstreeks naartoe. Scully onderscheidde een vaag silhouet dat op het ruwe water dobberde. Ze wist niet wat ze ervan verwachtte. Misschien wel zoiets als de Vliegende Hollander, een gehavende oude romp die nog maar nauwelijks bleef drijven, plus een paar haveloze bemanningsleden die de reling omklemden.
Maar de Gelukkige Draak leek nog helemaal intact en worstelde niet eens echt met de golven. Toch manoeuvreerde kapitein-ter-zee Ives de torpedobootjager tot dicht bij de vissersboot. Onder hen stonden twee Aziatische vissers aan dek. Ze waren doornat van de regen en het buiswater en zwaaiden met hun armen om hulp. Een andere visser bleef in het stuurhuis.
'Die boot ziet er anders stevig genoeg uit,' zei Ives. 'We zouden hem achter ons aan naar het atol moeten kunnen slepen.'
Scully knikte snel. Ze wist niet of hij haar mening vroeg dan wel een uitspraak deed. Ives gooide haar een regenjas toe en liet een ploeg bemanningsleden komen. 'Kom op. We brengen die mensen aan boord in veiligheid. Geef ze warme kleren en een bord soep.'
Op de vissersboot verschenen twee andere gedaanten als donkere figuren achter de beregende ramen van het brugdek. Terwijl de marinemannen overstaken om de gestrande vissers aan boord van de Dallas te brengen, kwamen die andere figuren naar buiten. De eerste was waarschijnlijk een Hawaiiaan. De man zat vol littekens en liep heel voorzichtig. Scully zag aan zijn melkwitte ogen dat hij blind was. Toen de tweede duistere gestalte een hand uitstak om de natte ladder te grijpen die vanaf de torpedobootjager omlaag hing, hijgde ze. Ze herkende de gestalte direct. Miriel Bremen klom in de regen naar boven.