Woning van Kamida, Waikiki, Oahu Dinsdag, 23.17 uur
Een blinde heeft geen licht nodig. Ryan Kamida was alleen in zijn ruime huis en zat in de donkere woonkamer, slechts verlicht door de weerschijn van de maan op de vredige oceaan en door de warme gloed uit de van glazen deurtjes voorziene haard achter hem.
Toen de avond koeler werd, had hij een vuur gebouwd en met zorg ceder- en dennentakjes gestapeld. Dat waren aromatische houtsoorten, die de rook bij het branden een prettige geur gaven. Kamida genoot van de intens geurende rook en de zijdezachte aanraking van de warmte. Hij luisterde naar het geknetter en geklik van de vlammen die aan hout knaagden. Dat klonk net als ... gefluister.
Hij deed de glazen tuindeur open om het windje van de oceaan binnen te laten. In de verte hoorde hij het zachte gedreun van de branding en het gestaag rommelende verkeer op de kustweg onder hem. Toeristen uit alle tijdzones ter wereld kwamen naar Oahu. Ze sliepen nooit, maar waren altijd bezig met rondkijken, winkelen, eten.
Kamida liet zich achterover in zijn stoel zakken en zijn gelittekende handen grepen de ruwe bekleding van de armleuningen. Hij wachtte. De kussens schikten zich volmaakt naar zijn lichaam. Jaar na jaar had zijn lichaamsgewicht er tijdens dit avondlijke ritueel vorm aan gegeven.
Straks kwamen de stemmen. Hij was er bang voor en voorzag hun komst. Maar ditmaal leek zijn angst sterker, dreigender. De situatie was ten kwade veranderd. Er gleed een kilte langs zijn ruggengraat en hij draaide zijn hoofd naar links, naar de haard. Hij voelde de warmte over zijn wang spoelen.
Bright Anvil. Enika.
Kamida was dieper geschokt dan Miriel Bremen ooit zou weten. Hij toonde dat op een andere manier. Ongeacht de omstandigheden kon hij vanavond niet bij haar zijn. Hij had verplichtingen - jegens de geesten.
De spookstemmen eisten hun deel van zijn tijd, en hij was gedwongen die te geven. Hij mocht niet klagen. Ryan Kamida leefde nog, en zij niet.
De golven van de oceaan buiten kwamen almaar aanrollen. Ze klonken als rollende steentjes in een stalen vat.
Onder handbereik op de tafel naast zijn stoel stond zijn verzameling spekstenen beeldjes. Hij pakte die kleine voorwerpen graag op om met zijn gevoelige vingertoppen de details van het snijwerk te onderzoeken. Zijn handen waren gelittekend, maar zijn geest was scherp. De gedetailleerde en toch minuscule beeldjes van dolfijnen, olifanten, draken en oude goden fascineerden hem.
Het zuchtende geluid van de golven, dat via de open veranda hoog op de heuvel te horen was, werd gedempt. Kamida voelde de statische elektriciteit in de kamer toenemen. De sfeer werd geladen. Zijn hand verstrakte rond het beeldje in zijn handen: een afbeelding van de godin Pele, de vuurgodin uit de mythologieën van veel eilanden.
Toen zoemden de stemmen in zijn oude, nooit vergeten taal in zijn oren. De spoken verdrongen zich overal om hem heen.
Kamida had de spookbeelden nooit rechtstreeks gezien, maar stelde zich hun verschillende schaduwen voor - hij nam hun echo's waar met andere zintuigen dan zijn verbrande oogzenuwen. Hij wist dat de geesten gezichten hadden die op het moment van de kernexplosie, toen elke cel een inferno werd, tot een gil waren verstijfd. Hij zag niet het felle witte licht dat zijn eigen gezicht overspoelde toen de spoken voor hem rondzwermden en zijn huis in een laaiend, koud licht baadden.
Maar de geestverschijningen deden hem geen kwaad. Deze geesten kwamen niet vernietigen. Vanavond niet. Ze hadden een heel ander doel: ze konden Ryan Kamida - de enige overlevende van zijn volk - gebruiken.
De gezichten maakten zich stuk voor stuk uit de gloeiende, kolkende wolk los. Ze zweefden voor zijn gezicht, zeiden hoe ze heetten, vertelden wie ze geweest waren, beschreven de overwinningen en nederlagen van hun levens en hun gestolen dromen.
De levens van zijn mensen waren afgesneden, maar hun geesten beleefden elk moment opnieuw, en ze dwongen Kamida om overal getuige van te zijn. Hij was hun geheugen.
Het atol Enika was nooit dichtbevolkt geweest, maar het aantal veeleisende geesten leek almaar te groeien, en ze dwongen hem één voor één om aan hun levens, hun namen te denken ... zoals ze al veertig jaar lang elke avond deden.
Ryan Kamida zat machteloos in zijn stoel en omklemde het kleine beeldje van Pele. Hij kon niets anders doen dan luisteren.