12
Hallo Majsan!
Ik zal maar beginnen met je te bedanken voor je brief, ook al moet ik zeggen dat ik er niet erg blij mee was. Maar dat was je bedoeling natuurlijk ook niet. Wees gerust, ik ga niet op eigen houtje door met de correspondentie, maar deze brief moest ik nog sturen. Het zal de laatste zijn.
Mijn excuses als ik je heb beledigd met de overwegingen in mijn vorige brief, dat was echt niet de bedoeling. Daarentegen ben ik niet van plan mijn excuses aan te bieden voor het feit dat ik die gedachten ook echt heb. Als ik ergens genoeg van heb, is het wel van mensen die zo volkomen zijn in hun geloof dat ze zich het recht aanmeten om op dat van anderen neer te kijken en het te veroordelen. Ik veroordeel het geloof van je ouders helemaal niet, zoals je schreef. Ik denk er alleen zelf anders over en dat recht heb ik. Ik wil wat dieper nadenken over bepaalde dingen om te kijken of ik goede, nieuwe antwoorden kan vinden, want we kunnen het er misschien wel over eens zijn dat we er met wat we tot nog toe hebben bedacht, geen erg prettige wereld van hebben gemaakt. In een boek dat ik van de gevangenisdominee heb gekregen las ik: Alle grote ontdekkingen en ontwikkelingen zijn voortgekomen uit een bereidheid om je eigen gelijk ter discussie te stellen, om al je gelijk opzij te zetten en opnieuw te gaan denken.'
Wat betreft mijn 'heidendom van eigen makelij"' zullen we er wel simpelweg een verschillend geloof op na houden, maar dat vind ik niet erg. Het staat immers zo mooi in jouw bijbel dat het aan God is om te oordelen. Ik denk dat iedereen wel eens nadenkt over spirituele zaken. Ik begrijp niet waarom wij mensen zodra we iets gevonden hebben waarin we kunnen geloven meteen alk anderen van ons gelijk moeten overtuigen, alsof we niet alléén durven te geloven, maar het in een groep moeten doen, alsof het anders niet telt. Dan wordt het plotseling belangrijk dat iedereen precies hetzelfde gelooft, en hoe bereik je dat? Nou, je stelt regels en wetten op die het geloof binnen de kaders houden die je hebt vastgesteld en als je mee wilt doen moet je je aanpassen. Je moet gewoon stoppen met het stellen van lastige vragen en de hoop op nieuwe antwoorden opgeven, aangezien ze de goede antwoorden al opgeschreven hebben in de grondvesten van het geloof. Dat is toch de doodsteek voor ieder soort ontwikkeling? Dan gaat het toch alleen om macht? Daar gaat geloof voor mij in ieder geval om, wint geen enkel geloof is door een God geschapen, maar door ons mensen, en de geschiedenis heeft laten zien wat wij allemaal menen te mogen doen in naam van dat geloof.
Als ik doorlees wat ik heb opgeschreven, besef ik dat deze brief je ook wel weer zal kwetsen. Maar ik wil gewoon datje weet dat ik ook geloof mijn God is alleen niet zo veroordelend als de jouwe. Je schreef dat je gezien het feit dat ik levenslang zit, geen reden ziet om kennis te nemen van mijn zieke gedachten. Nee, dat zal wel niet, maar ik wil je tot slot toch mijn versie geven van waarom ik hier nu zit.
Weet je nog dat ik ervan droomde om schrijfster te worden? Je snapt wel dat dat vroeger thuis op ongeveer hetzelfde neerkwam als dromen van koning worden, maar onze leraar Zweeds (weet je nog, Sture Lundin?) moedigde me aan om te schrijven. Toen jij en ik elkaar uit het oog waren verloren ben ik naar Stockholm verhuisd en daar heb ik journalistiek gestudeerd. Niet dat ik nou geschiedenis heb geschreven met mijn artikelen, maar ik ben wel bijna tien jaar lang als journalist aan de kost gekomen. Toen ontmoette ik Orjan. Als je eens wist hoeveel tijd ik achteraf heb verdaan met proberen te begrijpen waarom ik zo waanzinnig verliefd werd, want achteraf is het zo onbegrijpelijk dat ik mijn ogen gesloten heb voor alle waarschuwingstekenen. Want daar waren er meer dan genoeg van, maar ik leek wel verblind. Het merkwaardigste was nog dat ik me veilig voelde bij hem, ook al had alles wat hij zei en deed mij precies het tegenovergestelde moeten laten voelen. Toen dronk hij al veel te veel en hij had altijd geld, zonder dat hij ooit vertelde waar hij dat vandaan had. Naderhand ben ik gaan beseffen dat het was omdat hij me aan mijn eigen vader deed denken en dat ik me 'veilig' voelde omdat het er vroeger thuis ook zo aan toeging. Ik voelde me thuis en wist precies wat er van me werd verwacht. Op de 'gewone, aardige' mannen die ik door de jaren heen ontmoette werd ik nooit verliefd, want die maakten me onzeker. Ik wist nooit hoe ik me tegenover hen moest gedragen. Orjan vond het niets als vrouwen te zelfitandig waren en mijn baan was onnodig, aangezien we konden leven van wat hij inbracht. En ik was zo 'n sukkel dat ik probeerde me aan zijn wensen aan te passen en een half jaar nadat we elkaar hadden ontmoet zei ik mijn baan op. Daarna waren mijn vrienden aan de beurt. Hij wilde liever niet dat ik die nog ontmoette en om ruzies te voorkomen zocht ik geen contact meer met hen. Natuurlijk namen zij daarna ook geen contact meer op met mij. Binnen een jaar was ik alle contact met de buitenwereld kwijt en werd een soort lijfeigene. Ik zal je de details besparen, maar Orjan was een ziek mens. Natuurlijk was hij niet zo geboren, maar hij was opgegroeid in een huis vol mishandeling en hij ging door met leven zoals het hem was geleerd. Het begon bijna ongemerkt. Snerende opmerkingen, die langzamerhand zo gewoon werden dat ik eraan gewend raakte. Ten slotte geloofde ik die opmerkingen en ik raakte ervan overtuigd dat hij het recht had ze te maken. Toen ging hij slaan. Er waren dagen dat ik me nauwelijks meer kon bewegen, maar dat was maar goed ook, zei hij, want dan wist hij waar ik was. Maar dat wist hij toch wel, want ik durfde het huis nooit uit te gaan zonder toestemming en die kreeg ik nooit.
Nu komt het moeilijke, nu ik ga vertellen over mijn schatten van kinderen. Ze zijn voortdurend in mijn gedachten en ik heb alle alsen zo vaak herkauwd. Maar 17 jaar en 94 dagen geleden zag ik geen andere oplossing dan hen mee te nemen in de dood, om hen te redden uit de hel waarin we leefden, waarin ik hen geboren had laten worden. Ik zag geen andere oplossing Ik was zo totaal uitgeput door de voortdurende angst. Misschien kan alleen iemand die lange tijd continu bang is geweest begrijpen hoe dat voelt en hoe futloos je ten slotte wordt. Wat er met mij gebeurde was niet belangrijk, maar ik kon het lijden van mijn kinderen niet meer aanzien. Ik schaamde me zo vreselijk over mezelf en over alles wat ik had laten gebeuren, dat ik geen hulp durfde te zoeken. Ik was immers medeschuldig! Ik had hem niet op tijd tegengehouden! Ik had gezien hoe hij de kinderen afranselde en toen had ik hem ook niet durven tegenhouden. Ik wilde het liefst dood, maar ik kon mijn kinderen niet bij hem achterlaten. Mijn hersenen waren intussen alzo verwrongen dat er geen andere uitweg was. Ik zag het als onze enige redding. Ik gaf hun kalmerende middelen en verstikte ze in hun bedjes. Ik was nooit van plan geweest om Orjan te doden, maar hij kwam vroeg thuis, terwijl hij had gezegd dat hij laat zou zijn en hij vond mij in de slaapkamer van de kinderen. Ik ben van mijn leven nog nooit zo bang geweest. Het lukte me de trap af te komen, naar de keuken en toen hij mij inhaalde had ik al een keukenmes gepakt. Naderhand goot ik een jerrycan benzine leeg die Orjan in de schuur had staan en ik ging bij de kinderen liggen wachten. Wat ik me het best herinner van die uren, is het gevoel dat ik had toen ik het geknetter van de vlammen op de benedenverdieping hoorde, die langzaam maar zeker onze gevangenis vernielden. Voor het eerst van mijn leven voelde ik volkomen vrede.
Het ergste moment dat ik heb meegemaakt was toen ik een paar weken later in het ziekenhuis wakker werd. Ik had het overleefd, maar mijn kinderen waren bij hem in het hiernamaals. Ik had het overleefd, maar daar had ik mijn leven nog niet mee terug.
Ik probeer het niet goed te praten, maar het lucht me een beetje op als ik de oorzaken probeer te zien waardoor alles ging zoals het ging. Mijn straf is niet dat ik hier opgesloten zit. Mijn straf is duizendmaal erger en zal de rest van mijn leven voortduren. Dat is dat ik iedere seconde die ik nog heb de ogen van mijn kinderen voor me zie, me herinner hoe ze me aankeken toen ze begrepen wat ik ging doen.
Er bestaat geen hel na de dood, waartoe jouw God ons veroordeelt. De hel scheppen we hier zelf op aarde door de verkeerde keuzes te maken. Het leven is niet iets wat 'ons overkomt', het is iets wat we zelf mede vormgeven.
Ik zal gehoor geven aan je wens en niets meer van me laten horen. Eén ding moet ik echter nog schrijven voordat onze wegen zich weer scheiden. Als je ergens pijn hebt, dan denk ik dat je je moet laten onderzoeken, en voor alle zekerheid moet je dat zo snel mogelijk doen.
Als je me nodig hebt, weet je me te vinden.
Je vriendin, Vanja